Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Miltenburg.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Voorzitter. Deze morgen konden wij in het Algemeen Dagblad lezen wat al een aantal weken rondzingt, namelijk dat het aantal aanvragen van persoonsgebonden budgetten sterk stijgt, zo sterk dat naar verwachting in juni het plafond van het subsidiebedrag is bereikt. De staatssecretaris heeft toen zij dat plafond instelde, aangekondigd dat zij niet van plan was om het uit te breiden. Bovendien stond er vanmorgen in het Algemeen Dagblad dat de staatssecretaris onderzoek doet naar de sterke stijging van het aantal aanvragen van persoonsgebonden budgetten en dat zij overweegt, maatregelen te nemen om dit tegen te gaan. Dit, gevoegd bij het uitgelekte SER-advies om jongeren geen gebruik meer te laten maken van de AWBZ, is voor ons voldoende aanleiding om te vragen om een spoeddebat met de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister voor Jeugd en Gezin, de heer Rouvoet, over de plannen die zij aan het bekokstoven zijn.

Mevrouw Leijten (SP):

Mijn fractie steunt dit verzoek.

De heer Jan de Vries (CDA):

Mijn fractie zou eerst van de betrokken bewindslieden een brief willen ontvangen over de aard van de problematiek, de ontwikkeling van het budget en het gevolg daarvan voor de verdere ontwikkeling van het budget in 2008. Deze brief zou ook inzicht moeten verschaffen in de achtergronden van die stijging, zodat de Kamer het debat op basis van de juiste, feitelijke informatie kan voeren, mocht zij daartoe besluiten.

Mevrouw Agema (PVV):

De PVV-fractie steunt het verzoek. Ik zie graag dat mijn Kamervragen van vanmorgen worden beantwoord, zodat zij hier ook bij kunnen worden betrokken.

De heer Heijnen (PvdA):

Mijn fractie wenst een brief en een debat op korte termijn.

De voorzitter:

Mevrouw Van Miltenburg, uw verzoek om een spoeddebat wordt voldoende gesteund. Dat lijdt geen twijfel, maar volgens mij zou u met een brief ook steun voor een gewoon debat krijgen. U moet kiezen.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Ik houd vast aan een spoeddebat. Het lijkt mij prima als er voor die tijd een brief verschijnt.

De voorzitter:

Dan houden wij volgende week het spoeddebat, met spreektijden van drie minuten per fractie.

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Duyvendak.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb twee verzoeken. Ik zou graag zien dat het verslag van het algemeen overleg dat de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gisteren over de Nationale Conventie heeft gevoerd, op de agenda wordt geplaatst.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit VAO toe te voegen aan de agenda van volgende week.

Daartoe wordt besloten.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Ten tweede verzoek ik de ministers Cramer van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en Van der Hoeven van Economische Zaken om een brief over de uitspraken die zij gisteren los van elkaar in het NOS-journaal hebben gedaan over kerncentrales in Nederland. Ik vraag expliciet om een reactie van het kabinet op de uitspraak van minister Cramer dat de inzet is dat wij zo strikt mogelijke randvoorwaarden stellen aan de bouw van kerncentrales. Wordt dat kabinetsbeleid? Verder vraag ik om een reactie van beide ministers op de uitspraak van minister Cramer dat nieuwe kerncentrales pas in 2030 aan de orde zouden zijn en dat zij in 2010 bij de heroverweging van het beleid geen onderdeel van debat zijn.

De heer Zijlstra (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie heeft een tijdje geleden schriftelijke vragen gesteld op basis van een ingezonden stuk van de ministers Verhagen en Van der Hoeven dat ook over kernenergie ging. Dat ging dus eigenlijk over hetzelfde debat. Mijn fractie heeft een verzoek om een algemeen overleg over dit onderwerp te houden op de agenda van de vaste commissie laten plaatsen. Wij krijgen namelijk telkens schriftelijke informatie die niets inhoudt. Wij hebben gewoon behoefte aan een debat met het kabinet, want het gaat alle kanten op. Ik wil dus een stap verder gaan. Ik wil een debat hierover. Het verzoek van mijn fractie wordt tijdens de procedurevergadering behandeld. Een brief mag erbij, maar uiteindelijk moet er een debat komen.

De voorzitter:

U doet een nieuw voorstel, terwijl ik het nu alleen over de brief heb.

De heer Van der Ham (D66):

Die brief kan bij het algemeen overleg worden betrokken, dus ik steun de inzet van de VVD-fractie.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Mag ik iets preciezer zijn? Ik wil de brief samen met de antwoorden op de schriftelijke vragen voor dinsdag aanstaande ontvangen, zodat wij dinsdag kunnen bekijken of wij daar een debat dan wel een algemeen overleg of wat dan ook over voeren.

De voorzitter:

Dat spreekt vanzelf.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik vraag de ministers van Justitie, voor Jeugd en Gezin en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om een brief over het bericht dat 1,6 miljoen kinderen in ons land te maken hebben met de verslavingsproblematiek of psychische problemen van hun ouders.

Mevrouw Langkamp (SP):

Ik heb hier gisteren schriftelijke vragen over gesteld. Misschien kunnen de antwoorden daarop in die brief worden gezet.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Voorzitter. Wij voeren vandaag een hoofdlijnendebat over drugs. Dit is een heel goed punt. Los van de schriftelijke vragen zal ik deze kwestie dadelijk in tweede termijn inbrengen.

De voorzitter:

Ik stel vast dat u steun heeft voor uw brief, mevrouw Agema.

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van der Ham.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Ik verzoek u, het verslag van het algemeen overleg over lesbisch- en homo-emancipatie op de agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Wij zullen dit VAO toevoegen aan de agenda.

Het woord is aan mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Deze week heeft de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit van Amsterdam de resultaten van een onderzoek gepubliceerd over de wijze waarop de overheid met klokkenluiders omgaat. Daarbij is de zaak-Spijkers, u welbekend, uitgelicht. Er is een aantal wrange conclusies uitgekomen. Ik zou het kabinet, specifiek de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Justitie, willen vragen om een reactie op de inhoudelijke punten uit het onderzoek. Ik wil die reactie graag binnen twee weken ontvangen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Azough.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil graag een brief van minister Rouvoet voor Jeugd en Gezin en staatssecretaris Albayrak van Justitie over het onderzoek van Defence for Children, dat vandaag is uitgekomen en waaruit blijkt dat Nederland, vergeleken met andere landen in Europa, de meeste kinderen opsluit in jeugdinrichtingen en het meest gebruikmaakt van isoleercellen en opsluiting in de eigen kamer.

Mevrouw Agema (PVV):

Mijn fractie steunt dit verzoek van harte. Ik zou voorts graag zien dat mijn Kamervragen van vanmorgen bij de brief worden betrokken.

De heer Çörüz (CDA):

Voorzitter. Om te voorkomen dat wij appels met peren vergelijken als het om de ons omringende landen gaat, wil ik dat in de brief nadrukkelijk wordt ingegaan op de Nederlandse situatie, want hier is sprake van een strafrechtelijk en een civielrechtelijk kader. Ik weet niet hoe dat in België gaat, maar wij moeten wel appels met appels vergelijken.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Wij steunen dit verzoek.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Ik zou die brief graag aanstaande dinsdag voor 12.00 uur ontvangen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Eijsink.

Mevrouw Eijsink (PvdA):

Voorzitter. Op 11 januari jongstleden heb ik schriftelijke vragen gesteld over de concurrentieverhoudingen onder mogelijke opvolgers van de F16. Op 14 februari jongstleden liet de staatssecretaris van Defensie ons per brief weten dat hij de antwoorden op mijn vragen en die op de vragen van de vaste commissie over het JSF-rapport van de Algemene Rekenkamer gelijktijdig aan de Kamer zal aanbieden, met informatie over de beoogde deelname aan de testfase van de JSF. De laatste informatie heb ik vorige week vrijdag ontvangen, maar tot op dit moment heb ik niet de toegezegde antwoorden op mijn vragen en op die van de vaste Kamercommissie gezien. Ik verzoek u, de bewindslieden van Defensie hierover te rappelleren.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Blanksma-van den Heuvel.

Mevrouw Blanksma-van den Heuvel (CDA):

Voorzitter. Ik verzoek u om een spoeddebat met staatssecretaris De Jager en staatssecretaris Heemskerk over de uitspraken van Actal over de gesignaleerde negatieve trendbreuk bij de vermindering van de administratievelastendruk en de regeldruk.

De voorzitter:

Uw fractie heeft 30 leden, dus wij kunnen een ronde doen, maar ik neem aan dat iedereen dit verzoek steunt. Wij zullen het spoeddebat voor volgende week plannen, met een spreektijd van drie minuten.

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Ik wil graag een VAO aanvragen over de armoedemonitor.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Bouwmeester.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Voorzitter. Ik wil graag een debat aanvragen over het voornemen van het kabinet om de motie van de PvdA, ingediend tijdens het VAO over alcohol, niet uit te voeren. De strekking van de motie is om te komen tot een landelijk en strikt sanctioneringsbeleid als stok achter de deur om supermarkten aan te pakken. Ik heb begrepen dat minister Klink verantwoordelijk is voor de handhaving bij supermarkten en de VWA. Volgens mij moet ik dus om minister Klink vragen, maar van mij mag ook het hele kabinet komen.

De voorzitter:

U bent soepel, begrijp ik.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Een aangenomen motie moet worden uitgevoerd. Wij staan ook achter de motie, maar wij willen graag eerst een brief van de minister met een nadere uitleg.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Wij steunen het verzoek om een brief, maar wij vragen ons wel af of het verzoek om een debat de geëigende aanpak is. Het mag wat ons betreft ook een overleg zijn, maar wij hebben geen bezwaar tegen een debat.

De heer Van der Ham (D66):

Eerst een brief, dan een debat, maar wel snel.

Mevrouw Leijten (SP):

Volgens mij kan een AO ook. Wij willen zeker een debat hierover. Ik wil daarbij graag de uitrol van de alcoholpoli's betrekken. Dat is toegezegd in het debat en daarom hebben wij toen geen motie ingediend. Nu blijkt echter dat het halfzacht geregeld is. Ik wil eerst een brief en dan kunnen wij bekijken wat wij daarmee verder willen doen.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Mag ik nog even reageren, voorzitter? Ik wil graag een debat aanvragen en vóór het debat een schriftelijke inhoudelijke afweging ontvangen waarom het kabinet deze motie niet wil uitvoeren.

De voorzitter:

Het verzoek om een brief wordt gesteund. Na ommekomst van de brief moet u kijken of u voldoende steun heeft voor een debat. Dat is op dit moment nog niet het geval.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Volgens mij wel, voorzitter.

De voorzitter:

Nee, ik zie nog geen meerderheid voor een gewoon debat.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Ik heb niet snel meegeteld. Ik weet niet of het verschil maakt, maar de minister zat er wel bij. Als die brief er komt, lijkt mij een debat vrij logisch. Het is ordelijk om daar dinsdag als de brief er is, nog even op terug te komen bij de regeling van werkzaamheden. Dat lijkt mij logisch.

De voorzitter:

Dat lijkt mij prima, zo gaan wij het doen. Aldus besloten.

Naar boven