Regeling van werkzaamheden
De voorzitter:
Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van morgen: het debat over de
brief inzake de moord op de heer Th. van Gogh, met spreektijden voor de PvdA,
het CDA en de VVD van 12 minuten, de SP, de LPF, GroenLinks en D66 van 10
minuten, de SGP en de ChristenUnie van 7 minuten en de Groep Wilders en de
Groep Lazrak van 5 minuten. Dit is een formalisering van wat we gisteren hebben
afgesproken, namelijk dat we morgenochtend om 10.15 uur beginnen met het debat.
Het debat zal worden gevoerd met de ministers van Justitie en van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties. U is medegedeeld dat de gevraagde informatie
voor het eind van de middag zal worden ontvangen. De minister van Justitie
heeft begrip gevraagd voor het feit dat onder de huidige omstandigheden helaas
wat vertraging in de beantwoording is gekomen.
Mevrouw Verburg (CDA):
Voorzitter. Het debat van morgen is belangrijk. Ik dacht dat de inzet
was dat we 15 minuten spreektijd zouden krijgen.
De voorzitter:
We gaan nu absoluut niet discussiëren over spreektijden. Als u 15
minuten wilt, wordt het 15 minuten. Voor mijn part wordt het 50 minuten, maar
dat kan ook weer niet.
Ik stel verder voor om toestemming te verlenen tot het houden van wetgevingsoverleg
met stenografisch verslag, op maandag 20 december van 11.15 uur tot 16.15
uur, van de vaste commissie voor Financiën, over de Wet toezicht accountantsorganisaties
(29658).
Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Het woord is aan mevrouw Halsema.
Mevrouw Halsema (GroenLinks):
Voorzitter. Gisteren berichtte NRC Handelsblad dat informatie van de AIVD
mogelijk in handen is gekomen van moslimterroristen, en dat daarbij niet kan
worden uitgesloten dat die in handen is gekomen van iemand in de omgeving
van Mohammed B. Nu kan ik mij voorstellen dat de regering ook zelf tot de
conclusie komt dat berichtgeving daarover moet worden opgenomen in de brief
die de Kamer bereikt, in voorbereiding op het debat van morgen, naar aanleiding
van de moord op Van Gogh. Toch wil ik voor de zekerheid hier nog het verzoek
aan de regering doen om de brief uit te breiden, dan wel aanvullende informatie
naar de Kamer toe te sturen, waarin zij de Kamer inlicht over wat er precies
is gebeurd. Ik doe dat verzoek mede namens de heren Verhagen, Van Aartsen,
Bos, Dittrich, Wilders en Van der Vlies.
De voorzitter:
Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te
geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister van Justitie
en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer Bos.
De heer Bos (PvdA):
Voorzitter. Ik heb gisteren een debat aangevraagd met onder anderen de
minister-president over de totstandkoming van het sociaal akkoord. Gezien
de gebeurtenissen van de laatste dagen, tot en met vandaag, kan ik mijzelf
er niet toe motiveren om de regering vanavond in de haren te vliegen over
dat onderwerp. Ik denk dat de regering in het licht van het debat van morgen
nog wel een paar andere prioriteiten heeft. Ik stel daarom voor om dat debat
uit te stellen tot een tijdstip na de afronding van het terrorismedebat. Dat
zou ergens volgende week kunnen zijn.
De voorzitter:
Ik stel voor, aan het verzoek van de heer Bos te voldoen, en het debat
van vanavond over het sociaal akkoord uit te stellen tot een nader te bepalen
moment, met als uitgangspunt volgende week. Dat betekent dus dat er vanavond
geen Kamervergadering is.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer Samsom.
De heer Samsom (PvdA):
Voorzitter. Ik heb een punt van geheel andere orde. Ik verzoek u het VAO
Waddenzeebeleid op de plenaire agenda te plaatsen, maar dat heeft absoluut
geen haast.
De voorzitter:
Ik stel voor, aan dat verzoek te voldoen en het punt toe te voegen aan
de Kameragenda van een van de komende weken.