Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter terzake gedane
voorstellen:
1. de volgende brieven:
een, van de minister-president, minister van Algemene Zaken, inzake antwoord op verzoek van het lid Kant (27400-III, nr. 10);
een, van de minister van Buitenlandse Zaken, over maatregelen ter versnelling
van de ratificatie van verdragen (27400-V, nr. 49);
een, van de minister van Justitie, over Invoering van de mogelijkheid
tot het treffen van bijzondere maatregelen door de ondernemingskamer over
zeggenschap in de naamloze vennootschap (25732, nr. 18);
een, van de staatssecretaris van Justitie, over het vluchtelingenbeleid
(19637, nr. 558);
een, van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
over de voortgang van de interdepartementale samenwerking ten behoeve van
de voorbereiding en respons op een nucleaire, biologische of chemische (NBC)
terroristische aanslag op het Nederlands grondgebied (27400-VII, nr. 41);
een, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, over de
Koers BVE (27451, nr. 3);
een, van de staatssecretaris van Defensie, inzake Hoofdlijnen van het
veteranenbeleid (21490, nr. 25);
een, van de minister van Verkeer en Waterstaat, over het Nederlands deel
van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam-Brussel-Parijs en Utrecht-Arnhem-Duitse
grens (22026, nr. 135);
een, van de minister van Economische Zaken, over Marktwerking, deregulering
en wetgevingskwaliteit (24036, nr. 200);
een, van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, over het
Mest- en ammoniakbeleid (24445 en 26729, nr. 60);
een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, over de representativiteit
van de sociale partners in Nederland (27400-XV, nr. 50);
twee, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, te weten:
een, ten geleide van het verslag van de Raad van de Europese Unie (Gezondheid)
(21501-19, nr. 48);
een, inzake advies omtrent ADHD (27400-XVI, nr.
69).
Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;
2. de volgende brieven:
een, van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, ten geleide van Rapport
"Realising the European Union's Potential";
een, van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, inzake
Verdeling gemeentefonds in verband met decentralisatie onderwijshuisvesting;
een, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
ten geleide van Cultuurconvenant 2001-2004;
een, van de minister van Financiën, ten geleide van het Consultatiedocument
verslaggeving;
een, van de minister van Economische Zaken, inzake aankondiging evaluatie
vaste boekenprijs;
een, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten
geleide van eindrapport evaluatie Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten.
De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de
betrokken commissies en niet te drukken;
3. de volgende brief:
een, van de voorzitter van het Europees Parlement, ten geleide van een
aantal aangenomen resoluties.
De voorzitter stelt voor, deze
brief door te zenden aan de betrokken commissie;
4. de volgende brieven:
een, van P.B. Mulder, inzake fiscale heffingen over CERN-pensioenen zonder
wettelijke grondslag;
een, van G.J. Weber, inzake schrappen van artikel 449 uit het Wetboek
van Strafrecht en artikel 1:68 uit het Burgerlijk Wetboek;
een, van J.M. Leemhuis-Stout, inzake Evaluatie van de Algemene Energieraad;
een, van ir. A.E. Klaij, inzake afschrift van een brief aan de minister
van Defensie.
De voorzitter stelt voor, deze brieven door te
zenden aan de betrokken commissies;
5. de volgende brieven:
een, van A.G.J. van Oyen, inzake oneerlijke rechtspraak van 7 koninklijke
besluiten;
een, van A.B. Dull, inzake afschrift van een brief aan de wethouder van
Leeuwarden.
Deze brieven e.a. liggen op de griffie ter inzage.