Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, heden te stemmen over de motie-Van der Steenhoven (26800-XII, nr. 60) ingediend tijdens het debat over vergunningverlening UMTS.

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 9, 10 en 11 mei:

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Huurprijzenwet woonruimte en van de wet van 19 juni 1996 tot wijziging van de Huurprijzenwet woonruimte, de Wet op de huurcommissies en de Wet individuele huursubsidie in verband met de zogenaamde huursombenadering (Stb. 323) (wijziging percentages) (27063);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen) (26711);

• - het wetsvoorstel Wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de invoering van de euro (26823).

Ik stel voor, woensdag 17 mei te 13.00 uur de minister van Financiën in de gelegenheid te stellen de jaarverslagen over het jaar 1999 aan te bieden. Daarna zal de president van de Algemene Rekenkamer de rapporten bij de jaarverslagen aanbieden.

Ik stel voor, te behandelen in de vergaderingen van 16 en 18 mei:

• - het wetsvoorstel Gemeentelijke herindeling in een deel van de provincie Utrecht (26904);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van pluimveerechten (26473);

• - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de studiefinanciering, de Wet tegemoetkoming studiekosten, de Beroepswet en enige andere wetten, alsmede enige rechtspositionele voorzieningen in verband met de opheffing van het College van beroep studiefinanciering (Wet opheffing College van beroep studiefinanciering) (26960);

• - het wetsvoorstel Wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting en wijzigingen van statuten van naamloze en besloten vennootschappen (26277);

• - het wetsvoorstel Voorschriften ten behoeve van de instroom van leraren in het primair en voortgezet onderwijs (Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs) (27015).

Ik stel voor, aan de orde te stellen in de vergaderingen van 23, 24 en 25 mei:

de gezamenlijke behandeling van:

• - het wetsvoorstel Goedkeuring van de op de 26 juli 1995 te Brussel tot stand gekomen Overeenkomst opgesteld op grond van Artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie inzake het gebruik van informatica op douanegebied (Trb. 1995, 287); van het op 26 juli 1995 te Brussel tot stand gekomen Akkoord betreffende de voorlopige toepassing tussen een aantal Lid-Staten van de Europese Unie van de op basis van Artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie opgestelde Overeenkomst inzake het gebruik van informatica op douanegebied (Trb. 1995, 288); en van het op 29 november 1996 te Brussel tot stand gekomen Protocol, opgesteld op grond van Artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, betreffende de prejudiciële uitlegging, door het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, van de Overeenkomst inzake het gebruik van informatica op douanegebied (Trb. 1997, 39) (26439);

• - het wetsvoorstel Goedkeuring van de op 18 december 1997 te Brussel totstandgekomen Overeenkomst opgesteld op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie inzake wederzijdse bijstand en samenwerking tussen de douaneadministraties (Trb. 1998, 174) (26869).

Ik stel voor, de stukken 24036, nrs. 153 en 155, 27010, 25024, nr. 11, 27064, 25180 nr. 111, 24587, nr. 46, 25674, nr. 75, 21677, nr. 57, 26616, 26800-VIII, nr. 98, 26800-XVI, nr. 78, 26800-XV, nrs. 68 en 69, 26800-VI, nrs. 60 en 61, en 26800-VII, nr. 37 voor kennisgeving aan te nemen.

Ik stel voor, toestemming te verlenen tot het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag op:

maandag 8 mei 2000:

• - van 10.15 uur tot 16.15 uur van de vaste commissie voor Justitie over de Vreemdelingenwet 2000 (26732) (voortzetting);

dinsdag 13 juni 2000:

• - van 11.00 uur tot 23.00 uur van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de wetsvoorstellen 26968, 26969 en 26970 (herindeling Limburg);

maandag 19 juni 2000:

• - van 11.00 uur tot 18.00 uur van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen over de onderwijskansennota (27020);

maandag 26 juni 2000:

• - van 10.15 uur tot 17.00 uur van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de voortgangsrapportage Beleidskader jeugdzorg 2000-2003 (26816);

maandag 18 september 2000:

• - van 10.15 uur tot 18.00 uur van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over de nota Klimaatbeleid II (26603, nr. 28).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rosenmöller.

De heer Rosenmöller (GroenLinks):

Voorzitter! Wij zijn bezig een boeiend debat af te ronden over het integratievraagstuk. Daarbij zullen ongetwijfeld in tweede termijn een aantal moties worden ingediend. Mijn fractie zou het zeer op prijs stellen als we dit belangrijke debat op een zodanige wijze kunnen afronden dat er gestemd zou kunnen worden over de moties. We weten dan echt wat het overleg tussen Kamer en regering op dit belangrijke punt heeft bereikt. Ik wil u voorstellen te bekijken of wij de orde van de vergadering zodanig kunnen regelen dat dat hedenmiddag nog kan geschieden.

De voorzitter:

Mijnheer De Graaf, bij de regeling van werkzaamheden hebben wij de volgende gewoonte: als u het ermee eens bent, hoeft u dat niet te zeggen!

De heer De Graaf (D66):

Ik zal die woorden niet uitspreken, maar ik wil wel zeggen dat ik mijn warme steun betuig.

De voorzitter:

Het feit dat niemand de heer Rosenmöller tegenspreekt, betekent dat ik zijn voorstel overneem. Ik stel voor om aan het eind van de vergadering te stemmen. Mag ik aannemen dat dit dan wel voor de avondpauze kan gebeuren? Men knikt nu dapper, maar men weet niet wat ik ga zeggen: ik heb in dit geval vooral de medewerking van de fractievoorzitters nodig om dat te bewerkstelligen! Het debat van hedenochtend geeft mij aanleiding deze opmerking te maken.

De heer Dijkstal (VVD):

Hoe laat voorziet u die avondpauze?

De voorzitter:

Dat vind ik een erg verstandige vraag van de heer Dijkstal en die zal ik ook graag beantwoorden. Eigenlijk voorzie ik de avondpauze iets vroeger dan normaal. Als het de steun van alle fractievoorzitters heeft, wil ik uiterlijk tussen 17.15 uur en 17.30 uur stemmen. En zolang ik niet word tegengesproken, denk ik altijd dat mijn voorstel brede instemming heeft!

De heer Melkert (PvdA):

Dat hangt wat ons betreft af van de lengte van het antwoord van de regering.

De voorzitter:

Dan ben ik in het voordeel, omdat zij ook gehoord hebben wat zich hier intussen heeft afgespeeld.

Overeenkomstig het voorstel van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Arib.

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter! Op 4 april vond een algemeen overleg over de jeugdzorg plaats. Ik wil het verslag daarvan graag op de plenaire agenda zetten.

De voorzitter:

Ik neem aan, na het reces.

Mevrouw Arib (PvdA):

Ja.

De voorzitter:

Ik zal daarover op een later tijdstip een voorstel doen.