Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Rosenmöller.

De heer Rosenmöller (GroenLinks):

Voorzitter! Gisteren is het overleg tussen minister Ritzen en de studentenbonden, LSVB en ISO, in de zogenaamde Studentenkamer afgebroken vanwege het feit dat de minister zelf niet kwam opdraven, maar een topambtenaar heeft gestuurd. Dat heeft ons, maar vooral ook de studenten, verbaasd. Dat had te maken met het feit dat ook de studenten zelf wilden spreken over actuele kwesties, zoals de OV-studentenkaart en de kwestie van de loting. Dat lijkt mij een merkwaardige reden om dat overleg, dat echt niet elke week plaatsvindt, maar met een beperkte regelmaat een aantal keren per jaar, niet door te laten gaan. Dat is buitengewoon betreurenswaardig. Daarom wil ik via u, voorzitter, ter opheldering een brief vragen aan de minister, waarin hij ingaat op de reden van het niet doorgaan van dat overleg, dat wil zeggen van zijn afwezigheid, maar ook zijn verantwoordelijkheid ten opzichte van de studentenorganisaties. Misschien kan hij daarin ook een herbevestiging opnemen van de afspraak dat in die Studentenkamer, naast de geagendeerde onderwerpen, ook over actuele thema's gesproken kan worden. Verder wil ik aan de minister vragen of hij bereid is dan wel blijft om met studentenorganisaties te spreken over actuele thema's, zoals de mogelijk gewijzigde OV-studentenkaart en de loting.

De voorzitter:

Zou ik de voorzitter van de vaste commissie mogen vragen of dit punt al deel uitmaakt van de beraadslagingen in de commissie? Daarvan hangt het namelijk enigermate af of wij dit verzoek zullen doorgeleiden.

Mevrouw Kamp (VVD):

Voorzitter! Ik vraag mij af of de commissie hier al direct iets in te doen heeft. Wij zijn naar mijn idee nog niet aan zet. Wij hebben dit punt in de commissie ook niet besproken. Het lijkt mij dan ook dat u zelfstandig een oordeel moet vellen over het verzoek van de heer Rosenmöller.

De heer Lansink (CDA):

Voorzitter! Uw vraag was natuurlijk ingegeven door de omstandigheid dat dit soort zaken eerst in de commissie aan de orde zouden moeten kunnen komen. De actualiteit vraagt echter om een reactie. Daarom sluit ik mij aan bij het verzoek. In de commissie zou je het iets beter kunnen uitspitten, maar het is een prima verzoek van de heer Rosenmöller. Ik ben overigens veel meer geïnteresseerd in de inhoud van de zaken die aan de orde zijn. Bij mijn weten is er morgen weer een overleg tussen de ministers en de Nederlandse Spoorwegen over de OV-jaarkaart. Het andere punt is natuurlijk een verhaal apart: de commissie-Drenth en zo. Wij waren van plan om volgende week een brief te vragen over dat overleg, maar misschien kan dat nu meteen worden meegenomen. Ik ben geïnteresseerd in de uitkomsten en ik vind dat wij zo snel mogelijk een debat over de OV-jaarkaart moeten hebben.

De heer Van Dijke (RPF):

Voorzitter! Wij moeten niet te krampachtig doen over de vraag of het in de commissie thuishoort of niet. Het betreft een actueel punt dat nu beantwoord moet worden en dat nu bij het kabinet terecht moet komen. Ik sluit mij daarom van harte bij het verzoek aan.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven