Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van de Wet incompatibiliteiten Staten-Generaal en Europees Parlement om te bepalen dat het lidmaatschap van een adviescollege als bedoeld in de Kaderwet adviescolleges niet gelijktijdig mag worden uitgeoefend met het lidmaatschap van de Staten-Generaal en van het Europees Parlement (24777).

(Zie vergadering van 28 januari 1997.)

Artikel I, onderdeel A, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Scheltema-de Nie c.s. (stuk nr. 9), tot het doen vervallen van onderdeel B.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de PvdA, GroenLinks, de SP, de VVD, de groep-Nijpels en de Unie 55+ voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Rouvoet (stuk nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de RPF, de SGP, het GPV, D66, de VVD, het CDA, de groep-Nijpels, de Unie 55+ en het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Onderdeel Ba, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Rouvoet (stuk nr. 8), wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen II en III en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven