Regeling van werkzaamheden
De voorzitter:
Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van 4, 5 en 6 februari:
Hierbij is tevens aan de orde:
Ik stel voor, de spreektijden als volgt vast te stellen: de fracties van
PvdA, CDA en VVD elk 10 minuten; de fractie van D66 7 minuten; de overige
fracties elk 5 minuten; de groep-Nijpels en het lid Hendriks elk 2,5 minuten.
Mevrouw Sipkes (GroenLinks):
Voorzitter! Ik ga ermee akkoord dat het volgende week op de agenda staat,
maar de door u voorgestelde spreektijden lijken mij aan de krappe kant. Het
is het eerste plenaire debat over de gebeurtenissen van het afgelopen jaar.
Ik zou derhalve iets ruimere spreektijden willen bepleiten.
De voorzitter:
U verzoekt om iets ruimere spreektijden. Ik stel voor dat u het aan mij
overlaat om dat verzoek op een nette manier in te vullen. Ik zal derhalve
proberen om het netjes af te handelen overeenkomstig uw woordgebruik.
Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Het woord is aan de heer Hendriks.
De heer Hendriks:
Voorzitter! Ik heb u tijdens de regeling van werkzaamheden op 5 december
1996 een rapport overhandigd van verontruste burgers. U herinnert zich dat
wellicht.
De heer Hendriks:
Dat is in de vaste commissie voor Justitie behandeld en daarbij is besloten
om het over te laten aan alle fracties. Op grond hiervan vraag ik de fracties
of zij bereid zijn mijn voorstel om dit rapport plenair te behandelen, in
overweging te nemen. Ik hoor graag even de reactie van mijn collega's.
De voorzitter:
Collega Hendriks doet een verzoek met een positieve lading. Hij wil graag
horen welke fracties zijn voorstel steunen. Ik wijs erop dat het niet om een
regeringsstuk gaat. Normaal discussiëren wij daar dus niet over.
Mijnheer Hendriks, ik constateer dat het enthousiasme voor uw voorstel
niet overmatig is. De behandeling van het rapport is aan de fracties overgelaten.
Ik denk dat wij het stuk dan maar in de wijze handen van de wijze fracties
moeten laten en een eventuele behandeling aan hen moeten overlaten.
De heer Hendriks:
Voorzitter! Is het dan zinvol te vragen dat de fracties zich daar nog
eens over beraden en mij daarover berichten? Dan hebben wij de communicatie
sluitend.
De voorzitter:
Ik denk dat wij uw verzoek voor kennisgeving kunnen aannemen, want wij
discussiëren niet plenair over wat fracties al of niet zouden moeten
doen met een stuk dat u de fracties in handen heeft gesteld.
De heer Poppe (SP):
Ik deel de heer Hendriks mee dat wij ons altijd over alles beraden.
De voorzitter:
Dan zult u het druk hebben. Ik mag u toch aanraden om enige selectiviteit
in acht te nemen, maar dat moet u zelf maar zien.