Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter ter zake gedane
voorstellen:
1. de volgende brieven:
een, van de minister van Justitie, over het drugsbeleid (24077);
een, van de staatssecretaris van Justitie, ten geleide van het verslag
van het gesprek met de Belgische minister van binnenlandse zaken over veilige
derde landen, gehouden 31 januari 1995 (23807, nr. 17);
twee, van de minister van Binnenlandse Zaken, te weten:
-
een,
over bestrijding van misbruik alarmnummer 06-11 (23900-VII, nr. 30);
-
een, over de huidige stand van zaken inzake wateroverlast in Nederland
(24071, nr. 2);
twee, van de minister van Verkeer en Waterstaat, te weten:
-
een, over het zeer open asfaltbeton (ZOAB) (22100, nr. 20);
-
een, over
veiligheidsmaatregelen voor wegwerkers (22100, nr. 21);
een, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, over
de toepassing van het arbeidsongeschiktheidsbegrip (22187, nr. 23).
Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;
2. de volgende brieven:
een, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, ten geleide
van het Plan van aanpak BVE-procescoördinatie 1994/1996;
twee, van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
te weten:
-
een, ten geleide van de tussenrapportage Evaluatie WSNS;
-
een, over de 15% eigen inkomstenmaatregel;
een, van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten
geleide van een adviesaanvraag, gericht aan de Sociaal-Economische Raad en
de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid, over de kabinetsvoornemens ten
aanzien van ZW, WAO en AAW.
De voorzitter stelt voor, deze brieven
door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken;
3. de volgende brieven:
een, van McKinsey en Company, over een artikel in Vrij Nederland inzake
werkgelegenheid;
een, van J.E.F.M. de Witte, over communicatie met het publiek.
De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies.