Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 6 mei 2010 over de behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg in verband met de elektronische informatie-uitwisseling in de zorg (31466, letter H) en de brief van de Eerste Kamercommissie voor VWS/JG van 18 mei 2010 aan de Voorzitter van de Eerste Kamer inzake voorstel ex artikel 73 Reglement van Orde van de Eerste Kamer der Staten-Generaal (31466, letter I), te weten:

- de motie-Dupuis c.s. over de ontoereikendheid van de toestemmingsprocedure bij weigering door burgers om hun gegevens in het epd te laten opnemen (31466, letter J);

- de motie-Tan c.s. over het niet nemen van onomkeerbare beslissingen over het elektronisch patiëntendossier en het Landelijk Schakelpunt (31466, letter K);

- de motie-Slagter-Roukema c.s. over een communicatieplan van de regering waarin de stand van zaken wordt toegelicht en duidelijkheid gegeven wordt over het vervolgtraject (31466, letter L).

(Zie vergadering van 1 juni 2010.)

De voorzitter:

Wij zouden nu gaan stemmen over deze moties, maar ik heb begrepen dat men van de zijde van de Kamer een wijziging wil aanbrengen in een van de moties. Ik geef daarvoor mevrouw Tan het woord.

Mevrouw Tan (PvdA):

Voorzitter. Gistermiddag hebben wij een tweede brief van de minister van VWS ontvangen over de wijziging van de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg in verband met de elektronische informatie-uitwisseling in de zorg, kortweg het epd. Wij hebben na het debat op 1 juni over de gang van zaken, op 14 juni ook schriftelijke standpunten gekregen van de minister over wat toen besproken is. Naar aanleiding van de brief van gisteren heeft de fractie van de Partij van de Arbeid behoefte aan een derde termijn. Die derde termijn zou wat ons betreft kunnen uitmonden in een enigszins aangepaste tekst van de motie die nu ter tafel ligt en gevolgd kunnen worden door stemming over de motie. De aangepaste tekst van de motie zullen wij eind van de week beschikbaar stellen aan de Kamer, zodat de andere fracties daar ook kennis van kunnen nemen.

Mevrouw Slagter-Roukema (SP):

Voorzitter. Mag ik hieraan toevoegen dat ik in overleg met mevrouw Dupuis, de indiener van een van de andere moties over dit wetsvoorstel, voorstel om de andere twee moties ook naar volgende week door te schuiven, zodat we er integraal in derde termijn over kunnen spreken?

De voorzitter:

Dat zou ook mijn voorstel zijn. Dank u wel voor die suggestie. Ik stel voor dat wij instemmen met het toestaan van een derde termijn, dat wij dan over alle drie moties stemmen en dat wij diezelfde dag zullen stemmen, zodat wij deze moties voor het zomerreces hebben afgehandeld.

De heer Franken (CDA):

Voorzitter. Mevrouw Slagter sprak over een wetsvoorstel. Ik denk dat dit een verspreking is en dat dit niet de bedoeling is. Ik vraag de Kamer om de behandeling van die drie moties tegelijk te doen plaatsvinden, zodat over de drie moties gezamenlijk een opinie kan worden gegeven.

De voorzitter:

Dat is uiteraard het geval, als ik voorstel om volgende week tegelijkertijd over de drie moties te stemmen. Bij de heropening in derde termijn staat het de fracties vrij, uiteraard in beperkte zin, het woord te voeren. Als iedereen hiermee akkoord gaat, wordt aldus besloten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven