14de vergadering

Dinsdag 19 december 2006

13.30 uur

Voorzitter: Timmerman-Buck

Tegenwoordig zijn 70 leden, te weten:

Van de Beeten, Bemelmans-Videc, Van den Berg, Bierman-Beukema toe Water, Biermans, Broekers-Knol, Van den Broek-Laman Trip, Van Dalen-Schiphorst, Doek, Doesburg, Dölle, Van Driel, Dupuis, Eigeman, Engels, Essers, Franken, Van Gennip, De Graaf, Hamel, Hessing, Van Heukelum, Hoekzema, Ten Hoeve, Holdijk, Jurgens, Kalsbeek-Schimmelpenninck van der Oije, Ketting, Klink, Kox, Van der Lans, Van Leeuwen, Leijnse, Lemstra, Van der Linden, Linthorst, Luijten, Meindertsma, Meulenbelt, Van Middelkoop, Minderman, Nap-Borger, Noten, Van den Oosten, Pastoor, Platvoet, Pruiksma, Putters, Rabbinge, Rosenthal, Ruers, Russell, Schouw, Schuurman, Schuyer, Slagter-Roukema, Swenker, Sylvester, Tan, Terpstra, Van Thijn, Thissen, Timmerman-Buck, Vedder-Wubben, Wagemakers, Walsma, Werner, Westerveld, Witteman en Witteveen,

en mevrouw Van der Hoeven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de heer Hoogervorst, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en mevrouw Schultz van Haegen-Maas Geesteranus, staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat.

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:

Woldring, Middel en De Wolff wegens bezigheden elders.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

De lijst van besluiten is opgenomen aan het einde van deze editie.

De voorzitter:

Ingekomen is een brief van het lid H.E.S. Woldring van de CDA-fractie van 13 december 2006, die luidt als volgt:

"Geachte mevrouw Timmerman,

  • Vanwege recente ontwikkelingen in mijn werk aan de Vrije Universiteit en een chronische ziekte in mijn gezin, zie ik mij genoodzaakt prioriteiten te stellen in mijn werkzaamheden. Wat dit laatste betreft heb ik besloten diverse nevenactiviteiten af te stoten, waaronder het lidmaatschap van de Eerste Kamer.

Door middel van dit schrijven bericht ik u dat ik mijn lidmaatschap van de Eerste Kamer met ingang 1 januari aanstaande beëindig.

Hoewel het mijn bedoeling was op 19 december aanstaande in de Kamer aanwezig te zijn, moet ik vanwege overmacht helaas van dit voornemen afzien."

Van deze brief is mededeling gedaan aan de voorzitter van het Centraal Stembureau voor de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Ik stel voor, deze brief voor kennisgeving aan te nemen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven