Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2010-2011 | nr. 6, pagina 6-12 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2010-2011 | nr. 6, pagina 6-12 |
Aan de orde is de voortzetting van het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 16 september 2010 over invoering van eigen betalingen bij paramedische zorg en tweedelijns ggz-zorg en TNF-alfaremmers, en van:
- de motie-Van der Veen over actualiseren van het GVS per 1 januari 2012 (29248, nr. 136);
- de motie-Van der Veen/Leijten over wijzigen van de Wet geneesmiddelenprijzen als middel tegen te sterke prijsverhogingen (29248, nr. 138);
- de motie-Van der Staaij over besparingen op de ggz door minder snel door te verwijzen naar de tweedelijnszorg (29248, nr. 139);
- de motie-Wiegman-van Meppelen Scheppink over uitzonderen van een aantal dbc's bij invoering van een eigenbijdrageregeling in de ggz (29248, nr. 140);
- de motie-Leijten over overleg met de ggz-sector over alternatieve besparingen (29248, nr. 142);
- de motie-Leijten over verlagen van de specialistenvergoeding in plaats van invoeren van een eigen bijdrage (29248, nr. 143).
(Zie vergadering van 29 september 2010.)
De voorzitter:
De motie-Van der Veen (29248, nr. 136) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat veel voorschrijvend artsen een keuze maken voor dure geneesmiddelen waar een gelijkwaardig maar veel goedkoper alternatief voorhanden is;
overwegende dat door vergrijzing het gebruik van geneesmiddelen blijft stijgen waardoor de financiële ruimte voor nieuwe echt innovatieve geneesmiddelen wordt beperkt;
overwegende dat het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) sinds 1998 niet meer is aangepast, terwijl er meer generieke geneesmiddelen zijn gekomen met een veel lagere prijs ten gevolge van preferentiebeleid van zorgverzekeraars, waardoor het prijsverschil met dure gelijkwaardige middelen tot een factor 30 gestegen is;
van mening dat voor die dure maar gelijkwaardige geneesmiddelen te veel vergoed wordt uit premieopbrengst, terwijl elders in de zorg besparingen noodzakelijk zijn;
verzoekt de regering, het Geneesmiddelenvergoedingssysteem per 1 januari 2012 te actualiseren en selectieve herberekening toe te passen zodat specifieke groepen patiënten dan niet geconfronteerd worden met te hoge bijbetalingen;
verzoekt de regering tevens, de Kamer iedere drie maanden te informeren over de stand van zaken en de voortgang van de voorbereiding van herberekening van het GVS per 2012,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.
Zij krijgt nr. 145 (29248).
De motie-Wiegman-van Meppelen Scheppink (29248, nr. 140) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het mogelijk is patiëntengroepen te onderscheiden op grond van de diagnose-behandelcombinatie (dbc);
overwegende dat uit een dbc af te lezen is of er sprake is van een milde stoornis of ernstige stoornissen die een veiligheidsrisico in zich hebben;
verzoekt de regering, indien tot invoering van een eigenbijdrageregeling in de ggz moet worden overgegaan te onderzoeken hoe een aantal dbc's van bijdrageplicht uitgezonderd kunnen worden met als criterium dat het moet gaan om ernstige psychische stoornissen die een risico vormen voor de veiligheid van de patiënt zelf, dan wel een risico vormen voor de veiligheid van de omgeving of de samenleving,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.
Zij krijgt nr. 146 (29248).
Op verzoek van mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink stel ik voor, haar gewijzigde motie (29248, nr. 146) van de agenda af te voeren.
Daartoe wordt besloten.
De beraadslaging wordt heropend.
De heer Zijlstra (VVD):
Voorzitter. Vandaag over anderhalf uur wordt het beoogde regeerakkoord gepresenteerd. Ik kan eromheen draaien: daarin staan een paar bedragen die ook in de brief van minister Klink worden genoemd. Dat de minister een alternatieve dekking heeft aangedragen, wordt door ons begrepen. Op papier rekent het rond, maar de werkelijkheid zal een andere zijn. Ik dien dan ook een motie in om te voorkomen dat er een gat ontstaat om vier uur vanmiddag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,Zijlstra
overwegende dat de door de regering voorgestelde alternatieve dekking voor de eigen bijdrage in de tweedelijns ggz, zoals vermeld in de brief van 30 september 2010, niet voldoende zekerheid biedt dat het benodigde bedrag ook daadwerkelijk gehaald wordt;
verzoekt de regering, de oorspronkelijke bezuiniging ter grootte van 110 mln. via de invoering van een eigen bijdrage in de tweedelijns ggz door te voeren en af te zien van de alternatieve dekking,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Zijlstra, Gerbrands en Smilde. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Zij krijgt nr. 144(29248).
De heer Zijlstra (VVD):
De VVD – andere partijen moeten dat zelf maar uitspreken – was best bereid om een deel van de dekkingen die vrij zijn in te boeken om de eigen bijdrage in de tweedelijns ggz te verlagen. Maar geconfronteerd met de situatie die nu optreedt, is dit de enige weg.
De heer Van der Veen (PvdA):
Als ik het goed begrijp, deugt de dekking die de minister heeft aangegeven. De minister gaat nog over de begroting 2011 en hij heeft een deugdelijke dekking voor het niet doorgaan van de eigen bijdrage. Ik ben nu wat verrast. De heer Zijlstra zegt: ik moet het wel doen, want het eventuele nieuwe kabinet – ik zeg met opzet "eventueel" – heeft het al ingeboekt. Wij weten helemaal niet of dat nieuwe kabinet er op dit moment komt. Betekent dit dat de psychiatrische patiënten worden belast met een eigen bijdrage die niet nodig is op basis van de brief die de minister heeft geschreven, mede omdat de dekking deugdelijk is, maar die betaald moet worden omdat er eventueel een nieuw kabinet komt dat dit geld al heeft opgesoupeerd?
De heer Zijlstra (VVD):
Ik herinner mij nog goed dat de heer Van der Veen gisteren bij het VAO warme woorden sprak tot de minister, omdat hij ervan uitging dat het de laatste bijeenkomst was. Het vertrouwen dat hij gisteren uitsprak in het CDA-congres, heb ik ook. Dus ik ga ervan uit dat er inderdaad een nieuw kabinet komt. De VVD wil er altijd voor zorgen dat de financiële lijnen degelijk en afgedekt zijn. Wij kunnen nu net doen alsof er niks gebeurt, maar het gebeurt wel: er komt een conceptregeerakkoord; het is inderdaad een concept. Daarin zijn een aantal posten geboekt die ook in deze brief van de minister staan. Dat de minister dat niet vanuit de begroting kon weten, is begrijpelijk. Ik neem hem ook niks kwalijk. Dit zijn nu eenmaal de "bedrijfsongevallen" die je in een periode zoals deze helaas altijd ziet gebeuren. Om te voorkomen dat wij het volgende tekort in de zorg alweer hebben georganiseerd, kiest de VVD en kiezen ook andere partijen ervoor om ervoor te zorgen dat het gat gewoon niet ontstaat. Wij vinden het zuur zoals het is gegaan, want wij hebben ook de mogelijkheid geopend om de eigen bijdrage aanzienlijk te verlagen door een deel van de boekingen wel neer te leggen. Dat is de heer Van der Veen bekend. Maar door het intrekken van de moties, wat ik een slimme politieke actie vond, forceert hij een situatie waarin wij niet anders kunnen dan ervoor te zorgen dat er geen gat ontstaat.
De heer Van der Veen (PvdA):
Ik begrijp er nu echt helemaal niets meer van. U bent het met mij eens dat het tot de verantwoordelijkheid van deze minister behoort – een andere minister van Volksgezondheid hebben wij niet op dit moment – om te voorkomen dat er gaten in de begroting zitten. Deze minister, die verantwoordelijk is voor die begroting, zegt: er treden geen gaten op in de begroting. U beaamt dat en zegt: het ligt niet aan de deugdelijkheid. Vervolgens geeft u echter aan dit geld al te hebben weggezet in een eventuele toekomstige coalitie. In feite zegt u: mijnheer Van der Veen, als u een en ander iets vriendelijker had gedaan, had de eigen bijdrage wellicht wat naar beneden gekund, maar nu zullen we ook laten voelen dat nu de complete eigen bijdrage wordt betaald. Ik heb er nog het meest moeite mee dat er over de ruggen van de zwaksten in de samenleving, waarover we in het AO ook hebben gesproken, een stukje partijpolitiek wordt gespeeld. Ik hoop dat we dat in de toekomst niet meer zullen zien.
De heer Zijlstra (VVD):
Van deze woorden neem ik afstand. De discussie is in het AO en het VAO op goede, inhoudelijke wijze gevoerd. Daarbij waren er heel veel verschillende openingen om te bekijken waar we de alternatieve dekkingen konden vinden. Ik bestrijd niet dat de minister zaken heeft aangedragen. Overigens is een van de dekkingen nog steeds zacht: de 35 mln. die de eigen sector moet gaan opleveren. Er liggen namelijk geen harde maatregelen onder, noch een akkoord van het ministerie van Financiën. Als u zo ver wilt gaan, is zelfs de alternatieve dekking die in de brief staat niet hard.
Afgezien daarvan kan ik wel net doen alsof ik gekke Henkie ben en alsof er geen regeerakkoord op komst is, maar de VVD wil voorkomen dat er een gat ontstaat in een toekomstige financiële situatie die toch al niet rooskleurig is. De bereidheid was en is er om de vrije bedragen te gebruiken die er wel zijn; het VAO is nog niet afgelopen. U moet dus niet aankomen met het argument dat dit een politiek spel is. Wij moeten ervoor zorgen dat een en ander op deugdelijke wijze gebeurt. Om dat te doen moeten wij helaas deze motie indienen. Ik had het graag anders gezien.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Als het doel van de heer Zijlstra was geweest om op deugdelijke wijze te handelen, zou hij nu niet met deze motie zijn gekomen. We hebben allemaal gesproken over het belang van de tweedelijns ggz. Het is juist belangrijk dat we daarvoor geen eigen bijdrage vragen. U komt nu op het allerlaatste moment, nadat iedereen heeft bekeken wat we kunnen doen om de eigen bijdrage toch niet te hoeven vragen, met een motie die inhoudt dat u de volledige eigen bijdrage toch wilt gaan vragen. Dat vind ik op zijn zachtst gezegd niet netjes.
De heer Zijlstra (VVD):
Ik zou dezelfde woorden kunnen herhalen die ik de heer Van der Veen heb toegevoegd. Overigens wil ik u ook meegeven dat er in de brief ook eigen bijdragen staan die door een aantal partijen, waaronder uw partij en die van de heer Van der Veen, al zijn uitgesloten. Er wordt bijvoorbeeld voorgesteld om vanaf 2012 een eigen bijdrage in te voeren. Dat wilt u niet. Laten we elkaar niet voor de gek houden. De situatie is niet fraai, daar ben ik heel eerlijk in. De enige reden dat we deze motie heel snel indienen, is dat we willen voorkomen dat er een gat ontstaat, want dat laatste zouden we niet fijn vinden. Als u met een alternatieve motie komt om de vrije bedragen wel in te boeken, is er alle bereidheid om daarin mee te gaan. De VVD wil echter geen gat in de begroting veroorzaken.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Ik ken het regeerakkoord niet en ik weet dus niet waar die gaten kunnen zitten. U dient dus te vertellen waaraan u het dan wel wilt besteden.
De voorzitter:
Ik verzoek u via de voorzitter te spreken, dus in de derde persoon. Het woord is aan de heer Zijlstra.
De heer Zijlstra (VVD):
Ik begrijp de moeilijkheid van de situatie. Over anderhalf uur kan de Kamer het zelf zien. In die zin heb ik zogezegd last van de wet van de remmende kennisvoorsprong. Als ik een gat zie ontstaan, wil ik het niet voor mijn rekening nemen om dat gemakshalve gewoon te laten gebeuren. Dat verklaart de verantwoordelijkheid die ik nu neem. Ik snap alle emotie die daaromheen ontstaat.
Mevrouw Dijkstra (D66):
Ik begrijp niet waarom de heer Zijlstra hiermee niet gisteren is gekomen. Kennelijk was gisteren aan de orde dat nog niet bekend mocht zijn wat het regeerakkoord inhoudt, maar dat is ook op dit moment nog zo. Hij zegt zelf dat wij daarin pas over anderhalf uur inzicht hebben. Daarom begrijp ik niet waarom we daarover nu ineens op deze manier moeten debatteren.
De heer Zijlstra (VVD):
Dat is vrij simpel. Aangezien de fracties van de drie partijen die een politieke samenwerking willen aangaan, inmiddels hebben ingestemd met het akkoord, wordt het gepresenteerd. Het had ook anders kunnen zijn. Daarom hebben we tot die tijd onze mond gehouden over het akkoord.
Mevrouw Dijkstra (D66):
Begrijp ik goed dat inmiddels al duidelijk is dat ook het CDA ermee instemt?
De heer Zijlstra (VVD):
Het CDA moet voor zichzelf spreken, maar het is heel helder dat de fractie heeft aangegeven dat het akkoord kan worden gepresenteerd. Het gaat nog naar een congres toe, maar dat is een interne procedure van een andere partij. Het wordt in elk geval gepresenteerd. Aangezien nu bekend is dat het straks in de openbaarheid komt, vind ik ook dat ik die verantwoordelijkheid moet nemen. Gisteren lag dat anders. Toen wisten we ook niet of bepaalde posten wel of niet hard waren. In die zin is het dan ook onduidelijkheid troef. De minister heeft de brief gestuurd. Daarin staat een aantal dekkingen, waarvan er naar onze mening nog steeds een zacht is. Het gaat daarbij om de 35 mln. besparing die door de sector zelf is toegezegd door de tweedelijnszorg naar de eerstelijnszorg te brengen. In de afgelopen weken heb ik geleerd dat je dit soort zaken met maatregelen moet onderbouwen, voordat je daar een stempeltje van Financiën op krijgt. Gezien de gegevens die bekend zijn en rekening houdend met de gegevens die over anderhalf uur bekend zullen worden – ik snap de frustratie daarover – neem ik niet de verantwoordelijkheid om het eerste gat van ruim 60 mln. te veroorzaken.
Mevrouw Dijkstra (D66):
Ik heb de heer Zijlstra meegemaakt in de eerdere debatten. Hij zei zelf al dat wij toen heel inhoudelijk gediscussieerd en gedebatteerd hebben. Kamerbreed bestond er destijds het gevoel en de wil om deze groep niet te treffen. Ik kan mij niet voorstellen dat de heer Zijlstra daar op dit moment zomaar overheen kan walsen. Ik kan mij dit nog minder voorstellen van de PVV die zich altijd enorm hard heeft gemaakt voor dit onderwerp.
De heer Zijlstra (VVD):
Ik heb net al mijn bereidheid uitgesproken om hierover na te denken. Er zijn nog een paar bedragen waarmee wij kunnen verlagen. Wij kunnen dit niet voorkomen, maar wel verlagen. Het VAO is nog niet afgelopen.
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Wij hebben in de afgelopen maanden over dit onderwerp keer op keer gediscussieerd. Er zijn briefwisselingen geweest. De Kamer heeft voorstellen gedaan in alle openheid en transparantie. De mensen konden het debat volgen en hun suggesties aanleveren. Ik heb er grote moeite mee dat wij vandaag te horen krijgen: let maar op, in het regeerakkoord staat straks iets anders, namelijk dat wij dit niet doen. Dit bevordert de transparantie absoluut niet. De heer Zijlstra zegt: het VAO is nog niet afgelopen. Dat doet niet recht aan het democratisch debat dat wij hebben gehad. Het is een absolute dooddoener. Wij kunnen nergens over praten, behalve dan over een simpele motie van de heer Zijlstra c.s. In die motie verwijst hij gewoon naar iets wat gaat komen. Dat is te mager.
De heer Zijlstra (VVD):
In de brief van de minister staan twee posten ter dekking. Die twee posten zijn niet vrij, althans uitgaande van het feit dat er een regeerakkoord komt. Ik betreur het ook dat wij allen in deze toch vrij grote spagaat terechtkomen. Het is echter wel de feitelijke situatie. Ik kan net doen alsof dit niet zo is en de boel vrolijk laten passeren om vervolgens vanmiddag te constateren dat wij daarmee het eerste tekort hebben georganiseerd. Dat is geen goede zaak, gezien de staat van de rijksfinanciën.
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Het lijkt mij toch dat de heer Zijlstra moet leren leven met de werkelijkheid en de gegevens van vandaag en niet met iets wat gepresenteerd zal worden. De heer Zijlstra moet op grond van dat eerste zijn keuzes maken en daarbij recht doen aan de discussies in de Kamer. Hij doet in dat geval vooral recht aan de mensen die hij nu treft. Gezien het verloop van de discussie hebben die mensen voortdurend de verwachting gehad dat er iets zal gebeuren met de eigen bijdrage. Het gaat met name om de mensen van wie je met zekerheid kunt stellen dat zij die niet kunnen opbrengen. De heer Zijlstra komt nu over hun hoofden heen met dit onzekere plan, waarover wij op dit moment verder niets te zeggen hebben.
De heer Zijlstra (VVD):
Ik wil één ding corrigeren. Met de brief van de minister verdwijnt de eigen bijdrage niet, maar gaat die gedeeltelijk in 2012 in. Volgens de brief van de minister komt er dus een eigen bijdrage. Die wordt na 2012 met een verhoging van het eigen risico voor alle zorggebruikers gedekt. Daar was ook de nodige discussie over. Ik herhaal het, want ik meen dit oprecht: dit is niet fraai. Dat geef ik toe. Ik snap de frustratie. Vanuit de kennis die op wij op dat punt hebben, staan wij echter niet voor het schieten van het eerste gat in de begroting.
Mevrouw Leijten (SP):
Eerst was het een bedrijfsongeval. Nu is het al niet fraai. Ik geloof dat de heer Zijlstra van de VVD wel doorheeft dat dit allesbehalve een schoonheidsprijs verdient. Eén ding is wel mooi. Het wordt nu namelijk duidelijk dat het de expliciete keuze van een meerderheid in deze Kamer is, een meerderheid met één zetel, om een eigen bijdrage in te voeren voor de tweedelijns-ggz. De rest van de Kamer heeft zich de hele zomer samen met de minister en de ambtenaren ingespannen om die eigen bijdrage van tafel te krijgen en om posten te zoeken om die niet door te voeren. Het is heel duidelijk dat die creativiteit nu ingeboekt is in wat wij om vier uur zullen zien. Drie partijen in deze Kamer, met een meerderheid van slechts één zetel, kiezen er dus voor om de rekening neer te leggen bij de psychiatrische patiënt. Ik ben er blij om dat dit nu zo helder wordt!
De heer Zijlstra (VVD):
Die indruk van dat inboeken van die creativiteit zou ik echt willen wegnemen, want dat is niet gebeurd. De VVD heeft druk mee geëxerceerd daarin. Dat heeft echter niet geleid tot dekkingen die gebruikt konden worden. De minister komt met een aantal andere zaken en dat doet hij vanuit zijn verantwoordelijkheid, maar daar zit wel overlap tussen. Dat spijt mij ook.
Mevrouw Leijten (SP):
Ik denk dat wij maar hoofdelijk over die motie moeten stemmen.
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik begrijp het probleem dat de heer Zijlstra aanroert, maar ik heb wel vraagtekens bij de oplossing. Het lijkt nu toch alsof met een noodgreep een eigen bijdrage wordt ingevoerd omdat wij nu per se een beslissing zouden moeten nemen. Dan is mijn eerste vraag – misschien past die meer bij de minister – of het inderdaad nodig is dat wij op dit moment deze knoop doorhakken. Als wij nog even tijd zouden kunnen hebben om te kijken wat er daadwerkelijk in het nieuwe regeerakkoord staat, dan hebben wij ook een werkelijk open discussie in plaats van een discussie tussen drie partijen die over geheime informatie beschikken uit het regeerakkoord, en de overige partijen. Dit is eigenlijk geen debat. Moeten wij daarvoor op dit moment kiezen? Anders horen wij ook graag het oordeel van de minister daarover.
Dan heb ik nog een feitelijke vraag wat betreft de interpretatie van de motie. Bedoelt de heer Zijlstra met "oorspronkelijke bezuinigingen" de allereerste plannen, dus inclusief de eigen bijdrage van € 180, of heeft hij het dan over het tussenvoorstel dat de minister heeft gedaan ten aanzien van een verlaging tot € 90?
De heer Zijlstra (VVD):
Het zijn de oorspronkelijke plannen omdat die 110 mln. niet gedekt zijn. Voor mij behoeft er nu overigens niet gestemd te worden. Het snel schrijven van de motie nu heeft te maken met het feit dat wij begrepen hebben dat wij nu moeten besluiten omdat impliciet anders de maatregel sowieso doorgaat, hetgeen wat ons betreft helemaal niet de koninklijke weg zou zijn. Dus als de minister daar de ruimte voor biedt: bij ons ligt er niet de noodzaak om het vandaag af te handelen. Ik zou het ook graag doen op basis van gelijkwaardige informatie. Maar dat is de situatie zoals mij bekend.
Mevrouw Smilde (CDA):
Even los van het nieuwe regeerakkoord, wij hebben al in juni aangegeven dat de verschillende vormen van dekking voor het voorstel van de minister niet op onze warme belangstelling konden rekenen. In die zin heb ik namens het CDA de consistente lijn aangegeven, dat wij deze eigen bijdrage wel voor onze rekening wilden nemen. Ongeacht het regeerakkoord dat over anderhalf uur zal worden gepresenteerd, is dit de consistente lijn geweest. Ik had willen afwachten hoe dit hier in de Kamer valt, maar nu val ik gewoon terug op de door mijn fractie gevolgde consistente lijn.
Minister Klink:
Mevrouw de voorzitter. Ik probeerde ook even een weg te vinden in datgene wat het kabinet nu voorstelt en hoe zich dat verhoudt tot de Kamer. Ik kan en moet constateren dat mijn dekkingsvoorstel dat ik de Kamer hedenochtend heb doen toekomen, de inzet is van het kabinet, namelijk dat wij niet de eigen bijdrage tweedelijns-ggz invoeren, althans niet in 2011 maar in 2012. Zoals ik gisteren al heb gezegd, is dit mogelijk omdat wij voor 2011 middelen hebben gevonden die naar onze overtuiging dekkend zijn. Voor een deel zijn die incidenteel en voor het structurele deel geldt dat invoering in 2012 zal plaatsvinden, afhankelijk van de vraag in hoeverre de sector kan komen met alternatieven. Dat is dus de inzet van het kabinet op dit moment.
Er ligt nu een motie voor van de leden Zijlstra, Gerbrands en Smilde, waarover het kabinet een oordeel moet vellen. Ik zou het oordeel over die motie aan de Kamer willen overlaten, maar ik wil er nog wel een enkele kanttekening bij plaatsen. De afgelopen weken en maanden hebben wij natuurlijk niet voor niets gedebatteerd, waarbij de Kamer mij ervan overtuigd heeft dat de eigen bijdrage zoals die voorlag in mijn oorspronkelijke plannen ten bedrage van 110 mln. niet aan de orde behoefde te zijn. Wij hebben daarvoor toen bewust gekozen, dus ik ga ook niet zeggen dat dit onmogelijk is, maar ik zag andere mogelijkheden die naar mijn beleving verkieselijker waren dan die 110 mln. Reden waarom ik op 30 september jongstleden – zeg ik die datum nu goed? – of in ieder geval in een vorige brief heb aangegeven dat het wat mij betreft teruggebracht zou kunnen worden naar 60 mln., waardoor de eigen bijdrage voor de tweedelijns-ggz zou kunnen worden verlaagd. Ik moet constateren dat dit hernomen wordt in deze motie van de heer Zijlstra en dat het, naar het zich laat aanzien, nu de inzet van een kleine meerderheid van de Kamer is om terug te vallen op mijn oorspronkelijke plan. Ik constateer echter wel dat wij op die basis in feite terug zijn bij af. Als deze motie aangenomen wordt, komt het kabinet voor de keuze te staan om daar al dan niet in mee te gaan. In die zin snap ik natuurlijk alleszins het ongemak van deze kant van de Kamer. Het betekent inderdaad dat wij terug bij af zijn. Eerlijk gezegd, kan ik niet goed beoordelen waarom nu ineens die 110 mln. weer in volle omvang op tafel komt, daar waar in het recente verleden toch voor iedereen kenbaar was dat wij met elkaar aan het discussiëren waren over een eventuele verlaging.
Nu snap ik de heer Zijlstra natuurlijk ook wel weer. Hij kon in de eerdere debatten natuurlijk moeilijk vooruitlopen op een eventueel coalitieakkoord. Dat akkoord is er nu wel. Dat wordt vanmiddag gepresenteerd. Het enige wat ik daaraan nog kan toevoegen, is dat het komende kabinet een eventueel kabinet is, waar aanstaande zaterdag immers nog het CDA-congres is en twee leden van de CDA-fractie daar kennelijk de aarzeling bij hebben die wellicht tot een totaal aantal van 74 zetels in de Kamer zal leiden. Maar ja, daar ga ik niet over. Ik constateer alleen maar dat wij hiermee inderdaad in een buitengewoon lastige situatie zitten, waarbij ik mij heb te verhouden tot een meerderheid van de Kamer. Als deze motie wordt ingediend, is dat dus een mutatie op het oorspronkelijke plan van het kabinet om in 2011 af te zien van een eigen bijdrage in de ggz.
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik had via de heer Zijlstra eigenlijk nog een vraag aan de minister voorgelegd. Kan de minister zijn licht nog even laten schijnen over de noodzaak om hierover nu stante pede een knoop door te hakken? Of is er nog ruimte om te kijken wat het nieuwe regeerakkoord hierover brengt, zodat de vergelijking en de afweging nauwkeuriger kunnen worden gemaakt?
Minister Klink:
Eerlijk gezegd, probeer ik daar zelf ook wat zicht op te krijgen, maar dat kan liggen aan de spankracht van mijn brein op dit moment. Wij proberen dit gat te dichten teneinde voor 2011 met een toereikende begroting te komen. Wat ik echt niet kan overzien, is in het hoeverre het toekomstige kabinet daar een extra bedrag op wil zetten en dus bij die extra bezuiniging als het ware de middelen die ik hier inboek, al meeneemt in die additionele begroting voor 2011. Dat kan ik niet helemaal overzien. Om die reden weet ik dat dus eerlijk gezegd niet.
Het punt is natuurlijk wel het volgende. Daar zit het scharnierpunt bij mij. Ik kijk ook even in de richting van de ambtenaren met de vraag, in hoeverre zij mij daarbij op weg kunnen helpen. Wij proberen hier middelen voor 2011 te realiseren. Stel dat additionele middelen noodzakelijk zijn om de gaten te dichten die het toekomstige kabinet voorziet, in hoeverre is er dan nog voldoende ruimte om die middelen te gaan inboeken? Laat ik het gewoon maar even helder stellen. Als wij terugvallen op het oorspronkelijke plan, dan boeken wij 110 mln. in voor de eigen bijdrage. Wat doen wij dan met die andere middelen, zoals de TNF-alfaremmers? Gaan wij daar nu een besluit over nemen of doet het toekomstige kabinet dat? Moet dat nu genomen worden teneinde dat dan te realiseren? Zo zitten er meer van die posten in waarvan ik me inderdaad kan voorstellen dat je zegt: op het moment dat er incidenteel of structureel geld in het geneesmiddelenkader zit, dan boeken wij dat in voor andere middelen, want die middelen zijn er nu eenmaal. Dan hebben wij dus die additionele bezuiniging inmiddels ook al binnen. Ik denk dat het zo ongeveer ligt.
Al sprekend, denk ik dus dat ik, althans voor die vraag, wel een oplossing zie. De eigen bijdrage wordt ingeboekt en de middelen die klaarliggen, worden gebruikt om andere gaten te dichten. Die middelen zijn immers nu eenmaal voorhanden. Dat vergt dus niet nog een apart besluit. Zo zal het wel ongeveer zijn.
De heer Zijlstra (VVD):
Voorzitter. Laat ik gewoon helder zijn. Wij willen voorkomen dat er gaten ontstaan. Het is absoluut niet de bedoeling dat geld dat beschikbaar is en dat feitelijk vrij is, hier niet voor gebruikt zou kunnen worden. Ik ben dus ook best bereid om te kijken, maar ik heb de precieze bedragen niet een, twee, drie voor ogen. Dan ga ik voor de veilige marge. Als wij zo meteen – dat zal nog enig uitstel van stemmingen vragen, zeg ik richting de voorzitter – het bedrag kunnen concretiseren, dan kunnen wij het restantbedrag natuurlijk prima inboeken voor 2011. Daarbij helpt wellicht de suggestie van de heer Van der Staaij om nog even te wachten. Dan zit iedereen op hetzelfde kennisniveau. Dat was ook steeds de bedoeling. Dat doet ook recht aan de discussie die door mijn partij, maar ook door collega's van het CDA en de PVV, is gevoerd. Het is dus geen onwil van deze kant. Wij willen alleen voorkomen dat er ongelukken gebeuren.
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Juist in het kader van het vermijden van ongelukken zou ik behalve het cijfer op zich en de onderbouwing van het cijfer ook wel willen weten wat dan precies de uitvoeringskosten zijn van een eigen bijdrage als deze per 1 januari 2011 zou worden ingevoerd. Ik zou wel willen weten of organisaties daarvoor klaar zijn en of deze bijdragen ook daadwerkelijk geïnd gaan worden. Ik denk niet dat het regeerakkoord zo uitvoerig is dat daarin de antwoorden op deze vragen beschreven staan, maar dit zijn wel punten die besproken zouden moeten worden om echt inzicht te hebben in wat de door de heer Zijlstra voorgestelde maatregelen precies inhouden.
De heer Van der Veen (PvdA):
Ik heb een vraag aan mevrouw Smilde en de heer Zijlstra. Mevrouw Smilde zegt: wij houden vast aan de eigen bijdrage, want dat deden wij altijd al en men kan ons er dus niet op aanspreken. De heer Zijlstra zegt iets anders. Het gekke is dat wij nu onderhandelen met een kabinet dat er nog niet is en dat er misschien helemaal niet komt. Wellicht zijn er in het verleden procedures ontwikkeld waarin beschreven staat hoe je dit moet aanpakken, maar mijn verbeelding schiet tekort. Daarom heb ik moeite met het voorstel om de heer Zijlstra te vragen om nog eens goed te kijken of er nog bedragen te vinden zijn. Waar worden die bedragen dan vandaan gehaald? Er ligt geen begroting voor en er is geen nieuw kabinet. Daarom vind ik dit een slecht voorstel. Ik begrijp ook werkelijk niet waarom de heer Zijlstra nu geen motie indient als hij zo goed weet welke bedragen er volgens het toekomstige regeerakkoord aangewend kunnen worden voor de eigen bijdrage. Voor ons is het schieten met hagel als wij met alternatieven moeten komen, want wij hebben geen enkel beeld van wat er in dat eventuele nieuwe regeerakkoord komt te staan. Ik heb er dus ontzettend veel moeite mee, maar wellicht zegt de heer Zijlstra nu dat ik het helemaal fout zie. Dat zou ik leuk vinden.
De heer Zijlstra (VVD):
Voorzitter, als u mij de gelegenheid geeft om te reageren, maak ik daar graag gebruik van. Zoals de heer Van der Veen weet, hadden in ieder geval het CDA en de VVD verschillende opstellingen in het verleden. Mevrouw Smilde heeft helder aangegeven wat de opstelling van het CDA was en de VVD heeft, samen met de overige partijen, gezocht naar alternatieve dekkingen. Het gaat ons erom dat wij gaten willen voorkomen. Men weet dat de VVD bereid is om de resterende bedragen in te boeken. Over die bedragen hebben wij ook voorafgaand aan dit debat met elkaar van gedachten gewisseld. De heer Van der Veen en anderen hebben gekozen voor een bepaalde methode, waardoor wij genoodzaakt zijn om daarop heel snel in te springen. Bij ons is er alle bereidheid om dit netjes af te wikkelen, voor zover het netjes kan in de onmogelijke spagaat waarin wij momenteel zitten. Wat alle vrijliggende bedragen betreft vinden wij dat prima, maar dan moeten andere partijen ook eerlijker aangeven dat al die discussies hier hebben plaatsgevonden en dat zij wisten wat de moeilijkheden waren. Zij moeten niet op al te hoge toon gaan antwoorden, want er was bekend welke situatie hier voorlag.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Er zijn nu een aantal mogelijkheden. Ik kan niet overzien – ik ben immers niet ingewerkt in het onderwerp – of er nog tijd is om de beslissing uit te stellen. Misschien kan de minister daarop ingaan. Ik proef de bereidheid bij de heer Zijlstra om te blijven nadenken. Dat betekent dat er, indien gewenst, altijd nog een aangepaste motie ingediend kan worden. De Kamer moet ook bij meerderheid beslissen of zij vandaag wel of niet wil stemmen. Op deze vragen krijg ik van de meerderheid graag nog een antwoord. Aanvankelijk wilde een meerderheid van de Kamer dat niet, maar wij hebben nu een VAO gehouden en de meerderheid van de Kamer kan aangeven of zij wel of niet een stemming wil. Misschien kan zij bij die afweging ook de vraag betrekken of er nog tijd is om tot nadenken te komen.
Minister Klink:
Ik reik een mogelijkheid aan. De Kamer zou de stemming over de motie inderdaad even kunnen aanhouden en de heer Zijlstra zou een andere motie kunnen indienen. Daarna kan hij stelselmatig de alternatieve bedragen bezien op de mate waarin die zijn ingeboekt in het toekomstige regeerakkoord en gedoogakkoord, om vervolgens van zijn kant met een motie te komen waarin hij op die 110 mln. – voor zover hij daartoe bereid is – de bedragen afboekt die naar zijn beleving nog niet zijn ingeboekt. De intentie is dan om de eigen bijdrage zo veel mogelijk te verlagen waar dat kan; dat ligt dan bij hem. Dat vergt volgens mij niet eens heel veel tijd, want dit betekent domweg dat de in onze brief genoemde dekking van 60 mln. plus de additionele dekking, die het naar nul terugbracht voor 2011, in kaart moet worden gebracht en vervolgens in een motie moet worden verwoord. De Kamer neemt dat besluit uiteraard zelf, maar ik moet er helder over zijn dat die motie dan een mutatie wordt van het voornemen van het kabinet om de eigen bijdrage voor 2011 niet in te voeren.
De heer Zijlstra (VVD):
Als het vandaag allemaal kan, zijn wij volgens mij nog op tijd. Wat mij betreft kan het. Als de minister zegt dat er geen tijdslimiet op zit en het niet voor "x uur" vandaag moet, wil ik die ruimte graag nemen. Dan moet de voorzitter mij die tijd wel gunnen.
De voorzitter:
Het moet wel vandaag gebeuren.
Minister Klink:
Nog een kanttekening. Het is noodzakelijk om snel over de motie rond de herberekening GVS te stemmen. Aan die herberekening zitten allerlei financiële risico's en dergelijke vast. Van mijn kant zeg ik dan ook: doe het niet. Een en ander moet wel helder zijn. Voor het overige is er nog wel een paar dagen de tijd. Zo snel mogelijk is echter mooi. Het zou ideaal zijn als het vandaag zou kunnen. Anders wordt het volgende week.
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik wil graag deze handreiking aannemen. Laten wij de tijd nemen die er nog is. Het mooiste zou zijn om er dinsdag over te stemmen. Ik zou het immers heel erg jammer vinden als wij het op dit punt zorgvuldig gevoerde proces van de afgelopen tijd met een noodgreep moeten afsluiten. Wij moeten hierbij de partijbelangen proberen te overstijgen. Anders doen wij geen recht aan de belangen die hierbij in het geding zijn.
De voorzitter:
Ik zie de minister knikken als het gaat over de mogelijkheid om dinsdag te stemmen. Ik hoor de minister echter ook zeggen dat over één onderwerp vandaag nog moet worden gestemd.
Minister Klink:
Ik kijk even naar de ambtelijke ondersteuning. Mij lijkt dat wat betreft het GVS – dat gaat over de motie op stuk nr. 136 – vandaag nog moet worden gestemd.
De voorzitter:
Mijnheer Zijlstra, is het mogelijk over de motie op stuk nr. 136 te stemmen?
De heer Zijlstra (VVD):
Ja, die motie zou het zomaar eens kunnen halen.
Mevrouw Leijten (SP):
Ik ben blij met de beweging bij de VVD, die nu wil bekijken of het minder dan 110 mln. kan worden. Voor mij blijft staan wat ik zo-even heb gezegd. Het is raar dat hier een Kamermeerderheid met één zetel eventjes besluit dat er een eigen bijdrage komt in 2011. Volgens mij hoeft echter niet over de GVS-motie te worden gestemd. Het is immers een oproep om een en ander voor te bereiden voor 2011 en her te berekenen in 2012. Aanvankelijk was het een motie die ging over 1 januari. Dan hadden wij vandaag moeten stemmen. Volgens mij hoeven wij vandaag in het geheel niet te stemmen.
Minister Klink:
Ik kijk even in de richting van de ambtelijke ondersteuning. Ik denk dat mevrouw Leijten gelijk heeft. Het gaat over 2012 en niet over 2011.
De voorzitter:
Wij kijken allemaal in die richting.
Minister Klink:
Het is een gewijzigde motie. Laten wij het erop houden dat 2012 is bedoeld en dat er vandaag niet per se over hoeft te worden gestemd.
De voorzitter:
Dan stemmen wij aanstaande dinsdag, mits men mij daarover informeert. De heer Zijlstra weet dat hij een motie kan wijzigen zonder dat de Kamer daarvoor bij elkaar hoeft te komen? Wij zien een nieuwe tekst eventueel tegemoet.
De heer Van der Veen (PvdA):
Ik onderstreep dat mijn motie over het GVS aanstaande dinsdag aan de orde kan komen. Mevrouw Leijten heeft daarvoor de argumenten gegeven. Ik blijf het een rare zaak vinden zoals een en ander is gegaan. Ik kan mij vinden in het voorstel van de minister. De dankbaarheid van de SP richting de VVD deel ik dus niet.
De voorzitter:
Nee, nee. Laten wij nu proberen om dit besluit te nemen. Ik hoor nog wanneer wij gaan stemmen. Ik ga ervan uit dat het volgende week dinsdag is. Dan zijn er vandaag geen stemmingen meer over dit onderwerp. Die stemmingen worden definitief niet vandaag gehouden.
De vergadering wordt van 15.18 uur tot 15.30 uur geschorst.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20102011-6-6.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.