Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 in verband met de invoering van lumpsumbekostiging in het primair onderwijs (29736),

- over:

- de motie-Lambrechts c.s. over een financieel vangnet (29736, nr. 32);

- de motie-Lambrechts/Hamer over het toetsen van een draagvlak voor een instemmingsrecht van de (G)MR (29736, nr. 33);

- de motie-Kraneveldt c.s. over de invoeringsdatum van de lumpsumbekostiging (29736, nr. 34);

- de motie-Vergeer c.s. over afstemming van de wetstrajecten WMO (WMS) en de lumpsum (29736, nr. 35);

- de motie-Hamer over de herverdelingseffecten GOA, lumpsum en de gewichtenregeling (29736, nr. 36);

- de motie-Hamer over de ontwikkelingen van de GPL (29736, nr. 37).

(Zie vergadering van 25 januari 2005.)

De voorzitter:

Het amendement-Kraneveldt (stuk nr. 9) is ingetrokken. Het amendement-Hamer (stuk nr. 18) is ingetrokken. Het amendement-Vergeer (stuk nr. 26) is ingetrokken.

Artikel I, onderdelen A t/m M, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Jan de Vries c.s. (stuk nr. 30, I) tot het invoegen van onderdeel Ma.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 30 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel I, onderdelen N t/m Q, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Hamer (stuk nr. 23).

De voorzitter:

Ik constateer dat dit gewijzigde amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Artikel I, onderdeel R, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Hamer (stuk nr. 23), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel I, onderdelen S t/m LL, wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II, onderdelen A t/m P, wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II, onderdeel Q, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Jan de Vries c.s. (stuk nr. 30, II), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II, onderdelen R t/m HH, wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel II wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel III wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Hamer (stuk nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak en D66 voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Hamer/Kraneveldt (stuk nr. 39).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

In stemming komt het amendement-Vergeer/Hamer (stuk nr. 16).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel IV, onderdeel A, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Vergeer/Kraneveldt (stuk nr. 29, I) tot het invoegen van onderdeel Aa.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66 en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast dat door de verwerping van dit amendement de overige op stuk nr. 29 voorkomende amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.

Artikel IV, onderdeel B, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Vergeer/Kraneveldt (stuk nr. 15).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel IV, onderdeel C, wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel IV, onderdelen D en E, wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Lambrechts c.s. (stuk nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, de ChristenUnie en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het amendement-Hamer (stuk nr. 25).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel IV, onderdeel F, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Lambrechts c.s. (stuk nr. 31), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel IV, onderdeel G, wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel IV wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen V t/m XV en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Zoals afgesproken stemmen wij volgende week over het wetsvoorstel.

De heer Jan de Vries (CDA):

Voorzitter. U concludeerde bij het amendement-Lambrechts op stuk nr. 31 dat het aangenomen zou zijn, maar is er geen sprake van 75-75?

De voorzitter:

In dit soort gevallen ga ik voor alle zekerheid gewoon nog een keer stemmen.

De heer Jan de Vries (CDA):

U begrijpt dat wij u niet van de wijs willen brengen.

De voorzitter:

Ik bracht mezelf ook een klein moment van de wijs. Wij gaan dus nog een keer stemmen over dat amendement.

In stemming komt het amendement-Lambrechts c.s. (stuk nr. 31).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen.

De heer Slob (ChristenUnie):

Voorzitter. Wij hadden ons vergist bij de eerste stemming. Wij zijn tegen dit amendement.

De voorzitter:

Ik zal mij even laten adviseren.

Er is onduidelijkheid ontstaan bij de heer Jan de Vries over de uitslag van de eerste stemming. Wij stemmen volgens het systeem van de gefingeerde totale aanwezigheid van de fracties die in de zaal zijn. Daaruit volgt dat wij 76 stemmen voor hebben gehad, zodat het amendement is aangenomen. Helaas staat het reglement mij niet toe om de nadere overweging van de fractie van de ChristenUnie in de definitieve besluitvorming mee te nemen. Het amendement blijft dus aangenomen.

De heer Jan de Vries (CDA):

Het is een boeiend vraagstuk. Ik heb gezegd dat wij als fractie dachten dat in de eerste ronde sprake zou zijn geweest van een gelijke stemming als je het aantal stemmen van de fracties zou tellen. Wij denken dat nog steeds. Het heeft ertoe geleid dat u, voorzitter, heeft voorgesteld om te herstemmen.

De voorzitter:

Nee, niet om te herstemmen, maar om de stemming te verifiëren.

De heer Jan de Vries (CDA):

Nee. Er is voor de tweede maal gestemd. Wij hebben voor de tweede maal een stem uitgebracht. Dat zou in onze ogen de definitieve stemming moeten zijn. Mocht daarover een misverstand blijven bestaan ...

De voorzitter:

Ik kan het u makkelijker maken, maar u kunt het ook zelf verzinnen.

De heer Jan de Vries (CDA):

Dank u wel. Mocht er misverstand over blijven bestaan of een verschil van mening, dan stel ik voor om hoofdelijk te stemmen over het amendement.

De voorzitter:

Er is gestemd. Zelfs als tussen de eerste en de tweede stemming – de tweede stemming noem ik een stemming ter verificatie – mensen de zaal hebben verlaten of zijn binnengekomen, maakt het geen verschil. Wij hebben namelijk niet hoofdelijk gestemd, maar gestemd volgens ons gewone systeem van de fictie van fracties enzovoort. Op uw verzoek, mijnheer De Vries, hebben wij het nóg een keer gedaan. Ik ben er absoluut van overtuigd dat er 76 stemmen vóór zijn. Om die reden kan ik niet anders dan nog een keer zeggen dat het amendement is aangenomen. Het is namelijk niet mogelijk, om een hoofdelijke stemming te vragen wanneer de uitslag van de stemming is vastgesteld. Daarvoor moeten wij met zijn allen constateren dat de hoofdelijke stemming van tevoren wordt gevraagd of dat de uitslag onduidelijk is. Ik moet dus blijven bij de conclusie die ik eerder heb getrokken.

De heer Van de Camp (CDA):

Wij leggen ons neer bij uw conclusie, maar in het stenogram staat het woord "herstemming" en niet het woord "verificatie".

De voorzitter:

Als het woord "herstemming" uit mijn mond enige malen in het stenogram staat, heb ik dat inmiddels een aantal keren gecorrigeerd. Het is een tweede stemronde ter verificatie. Nou, dit amendement is goed behandeld!

Wij gaan over tot de stemming over de moties die zijn ingediend bij de behandeling van dit wetsvoorstel.

In stemming komt de motie-Lambrechts c.s. (29736, nr. 32).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Lambrechts/Hamer (29736, nr. 33).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kraneveldt c.s. (29736, nr. 34).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, het CDA, de ChristenUnie, de SGP en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Vergeer c.s. (29736, nr. 35).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Hamer (29736, nr. 36).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66, de ChristenUnie en de LPF voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer Jan de Vries (CDA):

Voorzitter. U hebt zojuist gemerkt dat de CDA-fractie bereid is om zich te laten overtuigen. In dit geval denken wij nog steeds dat er sprake is van een stemverhouding 75 om 75. Wij stellen u voor om tot hoofdelijke stemming over te gaan.

De voorzitter:

Is er een ondervoorzitter in de zaal?

Mevrouw Hamer (PvdA):

Ja, voorzitter. Die is er.

De voorzitter:

Dat was een grapje. Ik geef mevrouw Hamer het woord, niet als ondervoorzitter maar als woordvoerder van haar fractie.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Voorzitter. Een hoofdelijke stemming lijkt mij volstrekt overbodig. Wij hebben geconstateerd dat het om 76 stemmen gaat als de Groep Lazrak, de ChristenUnie en de andere fracties meestemmen. Wij hebben daarover eerder verwarring gehad. Wij begrijpen dat het ingewikkeld is voor de CDA-fractie. Als de SGP-fractie meestemt, dan is het 75. Als de ChristenUnie meestemt, dan is het 76.

De voorzitter:

Ik heb de uitslag inderdaad vastgesteld en ik blijf bij de uitslag die is vastgesteld, namelijk dat de motie is aangenomen.

De heer Jan de Vries (CDA):

Onze fractie hecht toch aan hoofdelijke stemming, voorzitter.

De voorzitter:

Er is gestemd en de uitslag is vastgesteld. U moet van tevoren om hoofdelijke stemming vragen of wij moeten er met zijn allen van overtuigd zijn dat er onduidelijkheid is. Dat laatste is niet het geval.

De heer Jan de Vries (CDA):

Het mag u duidelijk zijn. Het is misschien een gebrek aan onze capaciteit, maar in ieder geval bestaat er bij de CDA-fractie onduidelijkheid over de uitslag van de stemming.

De voorzitter:

Dat is geen goede manier van werken. Ik blijf erbij dat de motie is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hamer (29736, nr. 37).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van D66 tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

Naar boven