Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend
bij het debat over belastingrechtspraak, te weten:
- de motie-Van Oven c.s. over belastingrechtspraak in twee instanties (26352, nr. 42).
(Zie vergadering van 13 maart 2001.)
De voorzitter:
De uitslag is onduidelijk. Wij gaan hoofdelijk stemmen.
Vóór stemmen de leden:
Rosenmöller, Santi, Scheltema-de Nie, Schimmel, Schoenmakers, Smits,
Spoelman, Van der Steenhoven, Swildens-Rozendaal, Valk, Ter Veer, Vendrik,
Van Vliet, M.B. Vos, Waalkens, Wagenaar, Van Walsem, De Wit, Witteveen-Hevinga,
Zijlstra, Albayrak, Apostolou, Arib, Augusteijn-Esser, Bakker, Barth, Belinfante,
De Boer, Bolhuis, Bussemaker, De Cloe, Crone, Depla, Dijksma, Dijsselbloem,
Dittrich, Duivesteijn, Duijkers, Feenstra, Van Gent, Van Gijzel, Gortzak,
De Graaf, Halsema, Hamer, Harrewijn, Van Heemst, Hermann, Herrebrugh, Hindriks,
Van der Hoek, Hoekema, Kant, Karimi, Koenders, Kortram, Kuijper, Lambrechts,
Marijnissen, Melkert, Middel, Van Nieuwenhoven, Noorman-den Uyl, Oudkerk,
Van Oven, Poppe, Rabbae, Ravestein, Rehwinkel en Van 't Riet.
Tegen stemmen de leden:
Rijpstra, Ross-van Dorp, Schreijer-Pierik, Slob, Snijder-Hazelhoff, Van
der Staaij, Stellingwerf, Stroeken, De Swart, Terpstra, Udo, Te Veldhuis,
Verbugt, Verburg, Verhagen, Visser-van Doorn, Van der Vlies, O.P.G. Vos, Voûte-Droste,
De Vries, Weekers, Weisglas, Van Wijmen, Wijn, Wilders, Van den Akker, Van
Ardenne-van der Hoeven, Atsma, Van Baalen, Balkenende, Van Beek, Van den Berg,
Biesheuvel, Blaauw, Van Blerck-Woerdman, Blok, Buijs, Van de Camp, Cherribi,
Cornielje, Dankers, Van Dijke, Dijkstal, Van den Doel, Essers, Geluk, De Haan,
Hessing, Hillen, Van der Hoeven, Hofstra, De Hoop Scheffer, Kamp, Klein Molekamp,
Van der Knaap, Leers, Luchtenveld, E. Meijer, Th.A.M. Meijer, Van Middelkoop,
Mosterd, Nicolaï, Niederer, Oplaat, Örgü, Passtoors, De Pater-van
der Meer, Patijn, Reitsma en Rietkerk.
De voorzitter:
Ik constateer, dat 70 leden zich voor en 70 leden zich tegen deze motie
verklaren.
Aangezien de stemmen staken en de vergadering niet voltallig is, zal ingevolge
het tweede lid van artikel 72 van het Reglement van orde in een volgende vergadering
een nieuwe stemming moeten plaatsvinden.