Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | nr. 34, pagina 1839-1840 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | nr. 34, pagina 1839-1840 |
Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging en aanvulling van het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten in verband met terroristische misdrijven (Wet terroristische misdrijven) (28463).
(Zie vergadering van 15 juni 2004.)
De voorzitter:
Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.
De heer Kohnstamm (D66):
Mevrouw de voorzitter. Het wetsvoorstel waarover wij nu gaan stemmen, bestaat uit twee onderdelen. Het eerste deel betreft de implementatie van een Europees kaderbesluit dat voorziet in een verhoging van de strafmaat voor bepaalde delicten indien deze zijn begaan met een terroristisch oogmerk. De fracties van D66 en de OSF hadden het voornemen om braaf en zoals het hoort hun steun te geven aan een wetsvoorstel waarover in Europees verband bindende afspraken zijn gemaakt.
Het tweede deel van het wetsvoorstel vloeit ten eerste niet voort uit enig Europees kaderbesluit en is ten tweede, zonder dat daarover advies is gevraagd aan de Raad van State, in de loop van het wetgevingsproces bij tweede nota van wijziging in het implementatiewetsvoorstel ingevlochten. Dit deel ziet onder meer op het strafbaar stellen van samenspanning bij een delict dat gepleegd zou gaan worden met een terroristisch oogmerk. Tegen dit specifieke onderdeel van het wetsvoorstel leven bij mijn fractie en die van de OSF inhoudelijke en procedurele bezwaren: inhoudelijk omdat naar ons oordeel de grenzen van wat het strafrecht vermag daarmee overschreden worden en procedureel omdat het niet aangaat om nationale wensen voor wetgeving in de houdgreep van Europese implementatieafspraken te nemen, zeker als over dat onderdeel van het voorstel daarenboven geen advies van de Raad van State beschikbaar is. De zojuist in stemming gebrachte motie bepleitte dat aan een deel van die procedurele bezwaren tegemoet zou worden gekomen met de mogelijkheid dat in het vervolg van het debat de inhoudelijke discussie over de eventuele strafbaarstelling van samenspanning verder uitgediept zou kunnen worden. De motie is echter verworpen. Dat zo zijnde, zal mijn fractie niet zwichten voor het feit dat strafbaarstelling van samenspanning willens en wetens in gijzeling is genomen door de door Europa verplicht gestelde strafbaarstelling van delicten met een terroristisch oogmerk en zich dus verplicht voelen tegen het wetsvoorstel te stemmen.
De heer Witteveen (PvdA):
Mevrouw de voorzitter. Vorige week heb ik in het debat gesteld dat de PvdA-fractie hier het wetsvoorstel op dezelfde wijze beoordeelt als de PvdA-fractie in de Tweede Kamer. Dat wil zeggen dat wij de wet een goed idee vinden, voor zover het gaat om de uitvoering van het Europese kaderbesluit, maar principiële bezwaren hebben tegen de niet door het Europese kaderbesluit vereiste samenspanningsbepalingen. In de Tweede Kamer leidde dat ertoe dat de PvdA-fractie het wetsvoorstel steunde, maar aantekening vroeg voor het onderdeel inzake de samenspanning. Een dergelijke procedurele mogelijkheid kent de Eerste Kamer niet. Dat is terecht, lijkt mij, en wij moeten dus kiezen. Wij houden de indruk dat toevoeging van de samenspanning inhoudelijk overbodig en onwenselijk is en procedureel een gevaarlijk precedent schept door voorbij te gaan aan de verplichte adviesaanvrage bij de Raad van State. Wij vonden de toelichting van de minister op beide punten niet overtuigend. Alles afwegende, brengt dat mijn fractie tot een stem tegen het voorstel.
De heer Holdijk (SGP):
Mevrouw de voorzitter. De fracties van SGP en ChristenUnie zullen het wetsvoorstel steunen, ondanks het feit dat zij van mening zijn dat onder de gegeven omstandigheden, wat betreft opsporings- en vervolgingsmogelijkheden, op dit ogenblik geen behoefte bestaat aan een uitbreiding van de samenspanningsdelicten, zoals in het wetsvoorstel vervat.
In stemming komt het wetsvoorstel.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de OSF, de SP en GroenLinks tegen het wetsvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat het is aangenomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-ek-20032004-1839-1840.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.