Aan de orde is de stemming over het voorstel van Wet van het lid Rosenmöller tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek in verband met het recht van de werknemer de overeengekomen arbeidsduur te verminderen (bevordering deeltijdarbeid) (23216).

(Zie vergadering van 9 december 1997.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

De heer Hofstede (CDA):

Mijnheer de voorzitter! De CDA-fractie is een voorstander van deeltijdarbeid als wezenlijk onderdeel van het combineren van zorg en arbeid. Onze fractie heeft niet de overtuiging gekregen dat het nu voorliggende wetsvoorstel het beoogde doel werkelijk dichterbij brengt, ondanks de warme verdediging van de indiener. Op een aantal essentiële punten houden wij kritiek op het wetsvoorstel. De mogelijkheid dat de wet contraproductief zal werken, is zeker niet uitgesloten. Het is voor ons duidelijk dat er onvoldoende draagvlak voor is, in het bijzonder in het midden- en kleinbedrijf.

Ons stemgedrag wordt mede ingegeven doordat wij in het debat hebben gepleit voor een brede kaderwet zorg en arbeid, waarvan deeltijdarbeid onderdeel zal zijn. Wij hebben geconstateerd dat een dergelijk voorstel in bredere kring steun ondervindt, zowel in dit huis als van werkgevers- en werknemersorganisaties. De CDA-fractie zal derhalve geen steun verlenen aan dit wetsvoorstel.

De heer De Boer (GroenLinks):

Mag ik de CDA-fractie vragen of dit betekent dat zij unaniem tegen zal stemmen?

De voorzitter:

Ik heb niet anders begrepen dan dat de heer Hofstede zich duidelijk heeft verklaard en het daarbij wil laten. Overigens gaat het nu om stemverklaringen en niet om een debat. De heer De Boer heeft het woord uitsluitend voor een stemverklaring.

De heer De Boer (GroenLinks):

Voorzitter! Het zal duidelijk zijn dat de fractie van GroenLinks voor het wetsvoorstel zal stemmen. Ik voeg eraan toe dat het mij bijzonder spijt dat een stemming over dit wetsvoorstel, waarover in deze Kamer en zeker in de CDA-fractie zo verschillende gedacht wordt, geen vrije stemming kan zijn bij het CDA, een stemming die inhoudt dat men, zonder dat er een regeerakkoord of een partijprogramma aan ten grondslag ligt, zijn stem kan uitbrengen. Om wat dit betreft helderheid te krijgen, verzoek ik u de Kamer hoofdelijk te laten stemmen, voorzitter.

De heer Bierman:

Voorzitter! Emancipatieprocessen worden niet achter de regeringstafel maar aan de keukentafel in principe beslist. Wat dit betreft, verwacht ik niet zo'n enorm effect van deze wet. De sociale partners hebben geen gezamenlijk standpunt geformuleerd op grond waarvan ik tegen dit wetsvoorstel zou kunnen zijn: politiek, bemoei je er niet mee.

Ik verwacht dat deze wet weinig gebruikt zal worden, met name in het midden- en kleinbedrijf, omdat daar veel zaken met weinig mensen moeten worden gerealiseerd.

Blijft over de signaalfunctie die cultureel bepaald is. Aangezien een evaluatie binnen een jaar of twee is toegezegd, waaruit moet blijken wie het precies bij het rechte eind heeft, wil ik mijn goedkeuring aan dit wetsvoorstel niet onthouden.

De heer Hendriks:

Mijnheer de voorzitter! Deeltijdarbeid is een groot goed. Daar zijn wij het allen over eens. Over hoe die het beste kan worden bevorderd, botsen de meningen. Werkgevers zijn tegen een wettelijke regeling, veel werknemers, misschien wel de meeste, zien een wettelijke onderbouwing als een effectief en nuttig ruggensteuntje en als een belangrijke psychologische stimulans. Senioren 2000 is ervan overtuigd dat met name voor de oudere werknemers dit wetsvoorstel een positieve uitwerking zal hebben. Dat houdt in dat ik voor dit wetsvoorstel zal stemmen.

Het wetsvoorstel wordt met 43 tegen 26 stemmen verworpen.

Tegen hebben gestemd de leden Wiegel, Baarda, De Beer, Van den Berg, Boorsma, Braks, Van den Broek-Laman Trip, Dees, Van Dijk, Van Eekelen, Eversdijk, Van Gennip, Ginjaar, Glasz, Grol-Overling, De Haze Winkelman, Heijmans, Heijne Makkreel, Van Heukelum, Hilarides, Hirsch Ballin, Hofstede, Holdijk, De Jager, Ketting, J. van Leeuwen, L.M. van Leeuwen, Lodewijks, Loudon, Luijten, Luimstra-Albeda, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Postma, Rensema, Roscam Abbing-Bos, Steenkamp, Stevens, Talsma, Varekamp, Verbeek, Vrisekoop, Werner en de voorzitter.

Vóór hebben gestemd de leden De Wit, Wöltgens, Van de Zandschulp, Zwerver, Bierman, De Boer, Cohen, Gelderblom-Lankhout, Glastra van Loon, Hendriks, Hessing, Jaarsma, Jurgens, Linthorst, Lycklama à Nijeholt, Meeter, Pit, Pitstra, Le Poole, Schoondergang-Horikx, Schuurman, Schuyer, Stoffelen, Tuinstra, Ter Veld en Veling.

De vergadering wordt enkele minuten geschorst.

Naar boven