60 (2009) Nr. 4

A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België over de terbeschikkingstelling van een penitentiaire inrichting in Nederland ten behoeve van de tenuitvoerlegging van bij Belgische veroordelingen opgelegde vrijheidsstraffen;

Tilburg, 31 oktober 2009

B. TEKST

De Nederlandse en de Franse tekst van het Verdrag zijn geplaatst in Trb. 2009, 202.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 2010, 56.


Het in nota’s vervatte verlengingsverdrag, opgenomen in rubriek H hieronder, behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel e, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 2010, 56 en Trb. 2012, 164.


Het in nota’s vervatte verlengingsverdrag, opgenomen in rubriek H hieronder, zal ingevolge de voorlaatste alinea van Nota Nr. I en van Nota Nr. II op de datum van ontvangst door het Koninkrijk der Nederlanden van de kennisgeving van het Koninkrijk België dat aan de nationale wettelijke vereisten voor inwerkingtreding van het verdrag is voldaan in werking treden, en zal terugwerkende kracht hebben tot 31 december 2013, indien het op die datum nog niet in werking getreden is.

H. VERLENGING

Bij notawisseling van 7 november 2013 is een verdrag tot stand gekomen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België, waarin het Verdrag van 31 oktober 2009, waarvan de geldigheid op 31 december 2013 zou aflopen, in overeenstemming met artikel 24 van het Verdrag met een periode van één jaar wordt verlengd. De tekst van deze nota's luidt als volgt:

Nr. I

AMBASSADE VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

Brussel, 16 oktober 2013

Nr. BRU-2013/687

De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden biedt de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk België haar complimenten aan en heeft de eer voor te stellen het op 31 oktober 2009 te Tilburg tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België over de terbeschikkingstelling van een penitentiaire inrichting in Nederland ten behoeve van de tenuitvoerlegging van bij Belgische veroordelingen opgelegde vrijheidsstraffen, waarvan de werking op 31 december 2013 vervalt, te verlengen met een periode van één jaar. Het verdrag zal dan in werking blijven tot en met 31 december 2014.

De Ambassade heeft voorts de eer voor te stellen dat de Ministers van Justitie van de ontvangststaat en van de zendstaat uiterlijk:

  • 1 juli 2014 kunnen overeenkomen dat de penitentiaire inrichting ook na 31 december 2014 ter beschikking blijft van de zendstaat tot uiterlijk 31 december 2015;

  • 1 juli 2015 kunnen overeenkomen dat de penitentiaire inrichting ook na 31 december 2015 ter beschikking blijft van de zendstaat tot uiterlijk 31 december 2016.

Het verdrag zal dan in werking blijven tot en met 31 december 2015, respectievelijk 31 december 2016.

Ten slotte heeft de Ambassade de eer voor te stellen dat de jaarlijkse indexering voor het jaar 2014 (en de jaren 2015 en 2016 indien van toepassing) plaatsvindt conform artikel 29, derde lid, van het Verdrag en volgens het volgende schema:

  • op 1 januari 2014 over de jaren 2009 tot en met 2013;

  • op 1 januari 2015 (indien van toepassing) over de jaren 2010 tot en met 2014;

  • op 1 januari 2016 (indien van toepassing) over de jaren 2011 tot en met 2015.

Indien het voorgaande aanvaardbaar is voor de Regering van het Koninkrijk België, heeft de Ambassade de eer voor te stellen dat deze nota en de antwoordnota van de Federale Overheidsdienst tezamen een verdrag zullen vormen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België, dat in werking zal treden op de datum van ontvangst door het Koninkrijk der Nederlanden van de kennisgeving van het Koninkrijk België dat aan de nationale wettelijke vereisten voor inwerkingtreding van het verdrag is voldaan, en dat terugwerkende kracht zal hebben tot 31 december 2013, indien het op die datum nog niet in werking getreden is.

De Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden maakt van de gelegenheid gebruik de Federale Overheidsdienst van Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk België te verzekeren van haar gevoelens van de meeste hoogachting.

Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Directie Verdragen

Karmelietenstraat 15

1000 Brussel


Nr. II

KONINKRIJK BELGIË

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Brussel, 7 november 2013

J4/ADR/2539/JUR.05.01/2013/30316

De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van het Koninkrijk België biedt de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden haar complimenten aan en heeft de eer de ontvangst te bevestigen van de nota van de Ambassade van 16 oktober 2013, kenmerk BRU-2013/687, waarvan de inhoud als volgt luidt:

(Zoals in Nr. I)

De Federale Overheidsdienst heeft de eer de Ambassade mede te delen dat de Regering van het Koninkrijk België het voorstel zoals vervat in de bovengenoemde nota van de Ambassade aanvaardt en voorts, dat de nota van de Ambassade en deze antwoordnota tezamen een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België zullen vormen, dat in werking zal treden op de datum van ontvangst door het Koninkrijk der Nederlanden van de kennisgeving van het Koninkrijk België dat aan de nationale wettelijke vereisten voor inwerkingtreding van het verdrag is voldaan, en dat terugwerkende kracht zal hebben tot 31 december 2013, indien het Koninkrijk der Nederlanden de kennisgeving na die datum ontvangt.

De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van het Koninkrijk België maakt van deze gelegenheid gebruik de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden te verzekeren van zijn gevoelens van de meeste hoogachting.

Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden

Brussel


Uitgegeven de negentiende december 2013.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. TIMMERMANS

Naar boven