U bekijkt een publicatie met

Toon versie van document

Regeling van de Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur van 12 december 2024, nr. WJZ/ 45789229, tot wijziging van de Omgevingsregeling in verband met het aanwijzen van gedragscodes soortenbescherming en houtopstanden

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Gelet op de artikelen 4.3, vierde lid, 5.1, tweede lid, en 5.2, derde lid, van de Omgevingswet, in samenhang met de artikelen 11.45, 11.53, 11.59 en 11.131, eerste lid, aanhef en onder d, en tweede lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving;

Besluit:

ARTIKEL I

De Omgevingsregeling wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1a wordt op de aangegeven wijze gewijzigd:

Artikel 1.1a (grondslag)

  • 1.

    Deze regeling berust op de volgende artikelen van de wet: 1.5, tweede lid, 2.15, tweede, derde en vierde lid, 2.20, tweede en derde lid, 2.21, 2.21a, eerste lid, 2.24, tweede lid, 4.1, tweede lid, 4.3, vierde lid, 5.2, derde lid, 5.34, tweede lid, 5.44, tweede lid, 12.6, vijfde lid, 12.26, derde lid, 13.1, tweede lid, 13.3e, tweede lid, 13.21, 16.6, 16.55, tweede en zesde lid, 16.139, derde en vierde lid, 18.21, eerste lid, 19.10, eerste lid, 19.11, 20.2, tweede lid, 20.3, eerste lid, 20.6, derde lid, aanhef en onder b, 20.10, derde lid, 20.14, zesde lid, 20.16, derde lid, 20.18, eerste lid, 20.21, tweede en vierde lid, 20.25, tweede lid, 20.26, vierde lid, 20.28, derde lid, 20.29 en 20.30, aanhef en onder b, van de wet.

  • 2.

    Deze regeling berust ook op de artikelen 3.36, vierde, vijfde en zesde lid, 3.37, vijfde lid, 8.47, vijfde lid, 8.48, vijfde lid, 8.53, vijfde lid, 8.55, vijfde lid, 8.56, tweede lid, 8.57, derde lid, 8.57a, vierde lid, 8.57b, vierde lid, 8.59, tweede lid, 8.62c, vijfde lid, 8.62h, derde lid, 8.62i, derde lid, 8.62l, vierde lid, 8.66, derde lid, 8.68, derde lid, en 8.70g, derde lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving en artikel 6.5a van het Besluit bouwwerken leefomgeving.:

    • a.

      de artikelen 11.45, 11.53, 11.59 en 11.131, eerste lid, aanhef en onder d, en tweede lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving;

    • b.

      artikel 6.5a van het Besluit bouwwerken leefomgeving; en

    • c.

      de artikelen 3.36, vierde, vijfde en zesde lid, 3.37, vijfde lid, 8.47, vijfde lid, 8.48, vijfde lid, 8.53, vijfde lid, 8.55, vijfde lid, 8.56, tweede lid, 8.57, derde lid, 8.57a, vierde lid, 8.57b, vierde lid, 8.59, tweede lid, 8.62c, vijfde lid, 8.62h, derde lid, 8.62i, derde lid, 8.62l, vierde lid, 8.66, derde lid, 8.68, derde lid, en 8.70g, derde lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving.

  • 3.

    De artikelen 14.1, 14.2, 14.18b, 14.28e en 14.31i berustenDeze regeling berust ook op artikel 133, derde lid, vande volgende artikelen voor zover het gaat om de Mijnbouwwet.daarbij aangegeven artikelen:

    • a.

      artikel 133, derde lid, van de Mijnbouwwet: de artikelen 14.1, 14.2, 14.18b, 14.28e en 14.31i van deze regeling; en

    • b.

      artikel 10.1, eerste lid van de Wet dieren: artikel 4.30, derde lid, van deze regeling.

  • 4.

    Artikel 4.30, derde lid, berust op artikel 10.1, eerste lid, van de Wet dieren.

B

Na artikel 4.23 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.23a (aanwijzing vergunningvrije gevallen soorten vogelrichtlijn: gedragscodes)

  • 1.

    Als gevallen waarin het verbod om zonder omgevingsvergunning een flora- en fauna-activiteit te verrichten niet geldt als bedoeld in artikel 11.45 van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden aangewezen de flora- en fauna-activiteiten, bedoeld in de artikelen 11.37, eerste lid, of 11.39, eerste lid, van dat besluit, die worden beschreven in een in het tweede lid aangewezen gedragscode.

  • 2.

    Als gedragscodes als bedoeld in artikel 11.45, eerste lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden de in tabel 4.23a bedoelde gedragscodes aangewezen voor de daarbij aangegeven periode.

    Tabel 4.23a Gedragscodes vogelrichtlijn

    Gedragscode

    Periode

    Uitgezonderde verbodsbepaling

    Gedragscode soortenbescherming Aedes

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

    Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

    Gedragscode soortenbescherming ProRail

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

    Gedragscode soortenbescherming Provinciale Infrastructuur

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

    Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

    Gedragscode soortenbescherming VEWIN

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.37, eerste lid, onder b en d

C

Na artikel 4.26 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.26a (aanwijzing vergunningvrije gevallen soorten habitatrichtlijn: gedragscodes)

  • 1.

    Als gevallen waarin het verbod om zonder omgevingsvergunning een flora- en fauna-activiteit te verrichten niet geldt als bedoeld in artikel 11.53 van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden aangewezen de flora- en fauna-activiteiten, bedoeld in de artikelen 11.46, eerste lid, of 11.47, eerste lid, aanhef en onder b, van dat besluit, die worden beschreven in een in het tweede lid aangewezen gedragscode.

  • 2.

    Als gedragscodes als bedoeld in artikel 11.53, eerste lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden de in tabel 4.26a bedoelde gedragscodes aangewezen voor de daarbij aangegeven periode.

    Tabel 4.

    Gedragscode

    Periode

    Uitgezonderde verbodsbepaling

    Gedragscode soortenbescherming Aedes

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

    Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

    Gedragscode soortenbescherming ProRail

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

    Gedragscode soortenbescherming Provinciale Infrastructuur

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

    Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

    Gedragscode soortenbescherming VEWIN

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikelen 11.46, eerste lid, onder b, d en e

D

Na artikel 4.31 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.31a (aanwijzing vergunningvrije gevallen andere beschermde soorten: gedragscodes)

  • 1.

    Als gevallen waarin het verbod om zonder omgevingsvergunning een flora- en fauna-activiteit te verrichten niet geldt als bedoeld in artikel 11.59 van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden aangewezen de flora- en fauna-activiteiten, bedoeld in artikel 11.54 van dat besluit, die worden beschreven in een in het tweede lid aangewezen gedragscode.

  • 2.

    Als gedragscodes als bedoeld in artikel 11.59, eerste lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving, worden de in tabel 4.31a bedoelde gedragscodes aangewezen voor de daarbij aangegeven periode.

    Tabel 4.

    Gedragscode

    Periode

    Uitgezonderde verbodsbepaling

    Gedragscode soortenbescherming Aedes

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

    Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

    Gedragscode soortenbescherming ProRail

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

    Gedragscode soortenbescherming Provinciale Infrastructuur

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

    Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

    Gedragscode soortenbescherming VEWIN

    1 januari 2025 tot en met 31 december 2029

    Artikel 11.54, eerste lid, onder b en c

E

Na paragraaf 4.8.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 4.8.4 Houtopstanden: uitzondering op melding vellen houtopstand en plicht tot herbeplanting

Artikel 4.39 (uitzondering op melding vellen houtopstand en plicht tot herbeplanting: gedragscodes)

Als gedragscode als bedoeld in artikel 11.131, eerste lid, onder d, van het Besluit activiteiten leefomgeving wordt aangewezen de Gedragscode houtopstanden TenneT, voor de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2029.

F

Bijlage II wordt op de aangegeven wijze gewijzigd:

BIJLAGE II BIJ ARTIKEL 1.4 VAN DEZE REGELING (UITGAVEN EN VERWIJZINGEN)

Norm

Naam

Datum of versie

Uitgever

Hoofdstuk in besluit of regeling waarin verwijzing staat1

AERIUS Calculator

AERIUS | Rekeninstrument voor de leefomgeving

2024

RIVM (www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 van deze regeling

AERIUS Monitor

AERIUS Monitor

2024

RIVM (www.rivm.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

AERIUS Register

AERIUS Register

2024

RIVM (www.rivm.nl)

Hoofdstuk 17a van deze regeling

Algemene BeoordelingsMethodiek

Algemene BeoordelingsMethodiek (ABM), methode ter bepaling van de benodigde saneringsinspanning bij lozingen op basis van stofeigenschappen

2016

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 7 van deze regeling

API 1004

Bottom Loading and Vapor Recovery for MC-306 & DOT-406 Tank Motor Vehicles

01‑01‑2003

American Petroleum Institute

(www.api.org)

Hoofdstuk 4 Bal

AS SIKB 2000

Accreditatieschema Veldwerk bij Milieuhygiënisch Bodem- en waterbodemonderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

AS SIKB 3000

Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, grondwater- en waterbodemonderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

AS SIKB 6700

Accreditatieschema Inspectie bodembeschermende voorzieningen

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

AS SIKB 6800

Accreditatieschema Controle en keuring tank(opslag)installaties

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BBT-document emissiearm aanwenden

BBT-document emissiearm aanwenden

Versie 1.0, mei 2020

Rijkswaterstaat

www.iplo.nl

Hoofdstuk 4 Bal

Bepalingsmethode MPG

Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken

versie 1.0 (01‑07‑2020), met wijzigingsblad van 1‑10‑2020, wijzigingsblad van 1‑02‑2021 en wijzigingsblad van 1‑10‑2021

Stichting Bouwkwaliteit

(www.bouwkwaliteit.nl en www.milieudatabase.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

Blauwalgenprotocol

Blauwalgenprotocol 2012, zoals vastgesteld door het Nationaal Water Overleg

2012

Rijkswaterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Hoofdstuk 10 Bkl

Bodembescherming: combinaties van voorzieningen en maatregelen

Bodembescherming: combinaties van voorzieningen en maatregelen

Versie 2020-01, april 2020

Rijkswaterstaat

(www.iplo.nl)

Bijlage XVIII Bkl

BRL 9313

Beoordelingsrichtlijn Zand uit dynamische wingebieden

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Kiwa (www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL 9321

Beoordelingsrichtlijn

Milieuhygiënische kwaliteit van industriezand en (gebroken) industriegrind

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Kiwa (www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL 9335

Beoordelingsrichtlijn Grond

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB (www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL 9500-U

Beoordelingsrichtlijn Energieprestatie van utiliteitsgebouwen

15 april 2024

Stichting InstallQ

(www.installq.nl)

Hoofdstuk 5 van deze regeling

BRL 9500-W

Beoordelingsrichtlijn Energieprestatie van woningen en woongebouwen

15 april 2024

Stichting InstallQ

(www.installq.nl)

Hoofdstuk 5 van deze regeling

BRL 9501

Beoordelingsrichtlijn Methoden voor het berekenen van het energiegebruik van gebouwen en de energetische en financiële gevolgen van energiebesparingsmaatregelen

15 april 2024

Stichting InstallQ

(www.installq.nl)

Hoofdstukken 5 en 7 van deze regeling

BRL-K519

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa productcertificaat voor Afdichtingsfolie van weekgemaakt polyvinylchloride (PVC-P), met of zonder versterking

15‑06‑2006

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K537

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor Verwerken van Kunststoffolie

01‑01‑2010

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K538

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa productcertificaat voor Afdichtingsfolie van hoge dichtheid polyetheen zonder versterking

15‑06‑2006

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K546

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa productcertificaat voor Afdichtingsfolie van lage dichtheid polyetheen, met of zonder versterking

15‑06‑2006

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K779

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa productcertificaat voor Inwendige bekleding op stalen tanks voor brandbare vloeistoffen

15‑07‑2010, met wijzigingsblad van 15‑03‑2015

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K790

Beoordelingsrichtlijn K790, Appliceren van bekledingen op stalen opslagtanks of stalen leidingen

Versie 03

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K902

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor Tanksanering HBO/diesel

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K904

Beoordelingsrichtlijn voor het Kiwa procescertificaat voor Tanksaneringen, KIWA Nederland B.V.

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL-K1149

Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO procescertificaat voor verwerken van kunststof folie

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Kiwa

(www.kiwa.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL KvINL 6000-21/00

BRL 6000 Deel 21, Ontwerpen en installeren van energiecentrales van bodemenergiesystemen en het beheren van bodemenergiesystemen Beoordelingsrichtlijn voor het KvINL procescertificaat voor 'ontwerpen, installeren en beheren van installaties'

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

Stichting InstallQ

(www.installq.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 2000

Beoordelingsrichtlijn Veldwerk bij milieuhygiënisch bodem- en waterbodemonderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

BRL SIKB 2100

Beoordelingsrichtlijn Mechanisch boren

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 6000

Beoordelingsrichtlijn Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB (www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 7000

Beoordelingsrichtlijn Uitvoering van (water)bodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 7500

Beoordelingsrichtlijn Bewerken van verontreinigde grond en baggerspecie

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB (www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 7700

Beoordelingsrichtlijn Aanleg of herstel van een vloeistofdichte voorziening

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

BRL SIKB 7800

Beoordelingsrichtlijn voor Tankinstallaties (ontwerpen, installeren, modificeren, (her)classificeren, keuren en herstellen

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

BRL SIKB 11000

Beoordelingsrichtlijn Ontwerp, realisatie, beheer en onderhoud van het ondergrondse deel van installaties voor bodemenergie

Datum of versie zoals vermeld in bijlage C bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

CAP 764

Civil Aviation Authority Policy and Guidelines on Wind Turbines

Versie 6, 01‑02‑2016

Civil Aviation Authority

(http://www.caa.co.uk)

Hoofdstuk 7 Bal

Carola

Computer Applicatie voor Risicoberekeningen aan Ondergrondse Leidingen met Aardgas

Versie 1.0.0

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 8 en 12 van deze regeling

CCV-inspectieschema Brandbeveiliging

CCV- inspectieschema Brandbeveiliging, Inspectie brandbeveiligingssysteem (VBB-BMI-OAI-RBI) op basis van afgeleide doelstellingen

2023

CCV

(www.hetccv.nl)

Hoofdstukken 4 en 6 Bbl

CCV-inspectieschema Brandbeveiliging Vuurwerk

CCV-inspectieschema Brandbeveiliging Vuurwerk

Versie 1.0, 01‑02‑2019 + A1

CCV

(www.hetccv.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

CCV-inspectieschema Uitgangspuntendocument Brandbeveiliging Vuurwerk

CCV-inspectieschema Uitgangspuntendocument Brandbeveiliging Vuurwerk

Versie 1.0, 15‑11‑2019 + A1

CCV

(www.hetccv.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Checklist Veilig onderhoud

Checklist veilig onderhoud op en aan gebouwen

2012

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

(www.rijksoverheid.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

CIW beoordelingssystematiek warmtelozingen

CIW beoordelingssystematiek warmtelozingen

2004

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Hoofdstuk 7 van deze regeling

CUR/PBV-Aanbeveling 51

CUR/PBV-Aanbeveling 51: Milieutechnische criteria voor bedrijfsriolering

Augustus 1997

Stichting CUR (www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

CUR/PBV-Aanbeveling 65

CUR/PBV-Aanbeveling 65: Ontwerp, aanleg en herstel van vloeistofdichte voorzieningen van beton

2005

Stichting CUR (https://www.cur-aanbevelingen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Gedragscode soortenbescherming Aedes

Gedragscode soortenbescherming voor woningcorporaties – Onderhouden en renoveren in het kader van het verduurzamen van woningen

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode soortenbescherming ProRail

Gedragscode Omgevingswet flora & fauna

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode soortenbescherming Provinciale Infrastructuur

Gedragscode soortenbescherming Provinciale infrastructuur

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode soortenbescherming VEWIN

Gedragscode Omgevingswet (onderdeel flora- en fauna-activiteiten) voor drinkwaterbedrijven

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Gedragscode houtopstanden TenneT

Gedragscode houtopstanden en houthakbeheer

2025

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland www.rvo.nl

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Handboek Immissietoets

Handboek Immissietoets

2019

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 4 Bal, bijlage XVII Bkl en hoofdstuk 7 van deze regeling

Handreiking aanleg, beheer en monitoring bezinkbassins voor de bloembollensector

Handreiking aanleg, beheer en monitoring bezinkbassins voor de bloembollensector

Versie 2.0, 20‑02‑2014

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

IALA Recommendation O-139

IALA Recommendation O-139 on The Marking of Man-Made Offshore Structures

Versie 2, 13‑12‑2013

International Association of Marine Aids to Navigation and Lighthouse Authorities

(http://www.iala-aism.org)

Hoofdstuk 7 Bal

Informatiemodel Externe Veiligheid

Informatiemodel Externe Veiligheid (IMEV)

https://docs.geostandaarden.nl/imev/imev/

Geonovum (http://geonovum.nl)

Artikel 12.2 van deze regeling

Informatiemodel geluid

Informatiemodel geluid (IMG)

https://docs.geostandaarden.nl/cvgg/img

Geonovum

(http://www.geonovum.nl)

Artikel 12.71e van deze regeling

INRS 007/V01.01

Trichlorure d'azote et autres composés chlorés M-104

November 2017

INRS

(http://www.inrs.fr/metropol)

Hoofdstuk 15 Bal

Integrale aanpak

van

risico’s van onvoorziene lozingen

Integrale aanpak

van

risico’s van onvoorziene lozingen

2000

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Hoofdstuk 7 van deze regeling

Integrale bedrijfstakstudie tankautoreiniging

Integrale bedrijfstakstudie tankautoreiniging

April 2002

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

ISO 5815-1

Water - Bepaling van het biochemisch zuurstofverbruik na n dagen (BZVn) - Deel 1: Verdunning en enting onder toevoeging van allylthioureum

2003

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

ISO 8297

Acoustics - Determination of sound power levels of multisource industrial plants for evaluation of sound pressure levels in the environment

1994

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVh bij deze regeling

ISO 9614-1

Acoustics — Determination of sound power levels of noise sources using sound intensity — Part 1: Measurement at discrete points

1993

ISO

(www.iso.org)

Bijlage IVh bij deze regeling

ISO 9614-2

Acoustics — Determination of sound power levels of noise sources using sound intensity — Part 2: Measurement by scanning

1996

ISO

(www.iso.org)

Bijlage IVh bij deze regeling

ISO 13358

Water - Bepaling van het gehalte aan gemakkelijk afgegeven sulfide

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

ISO 17201-2

Acoustics, Noise from shooting ranges, Part 1: Determination of muzzle blast by measurement

2005 en correctie 1:2009

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage XVIIIb bij deze regeling

ISSO 75.1

Handleiding Energieprestatie utiliteitsgebouwen

12‑09‑2013

ISSO

(https://isso.nl)

Bbl

Kosteneffectiviteit van maatregelen ter beperking van wateremissies

Kosteneffectiviteit van maatregelen ter beperking van wateremissies

2018

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Landelijk Draaiboek Hoogwater en Overstromingsdreiging

Landelijk Draaiboek Hoogwater en Overstromingsdreiging

24‑09‑2021

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstukken 12 en 15 van deze regeling

Landelijke richtlijn Bouw-en-sloopveiligheid

Landelijke richtlijn Bouw-en-sloopveiligheid

Versie 1.2, augustus 2018

Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland (www.bwtinfo.nl)

Hoofdstuk 7 Bbl en bijlage XVIIIa bij deze regeling

Leidraad afwijking hernieuwbare energie woongebouwen (nieuwbouw)

Leidraad afwijking hernieuwbare energie woongebouwen (nieuwbouw)

1 augustus 2022

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (www.rijksoverheid.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie

Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie

1 augustus 2022

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (www.rijksoverheid.nl)

Hoofdstuk 5 Bbl

LIB-tool

LIB Applicatie Schiphol

 

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(http://lib-schiphol.nl/login)

Hoofdstuk 7 van deze regeling

Lozingen uit tijdelijke baggerspeciedepots

Lozingen uit tijdelijke baggerspeciedepots

April 1998

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Lozingseisen Wvo-vergunningen

Lozingseisen Wvo-vergunningen

November 2005

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Meet- en beoordelingsrichtlijnen voor trillingen, deel B

Meet- en beoordelingsrichtlijnen voor trillingen, deel B ’Hinder voor personen in gebouwen’

2002

CROW

(https://www.crow.nl)

Hoofdstukken 6 en 8 van deze regeling

Meetprotocol voor het testen van het zuiveringsrendement van zuiveringsinstallaties glastuinbouw

Meetprotocol voor het testen van het zuiveringsrendement van zuiveringsinstallaties glastuinbouw

01‑07‑2017

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (www.helpdeskwater.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Meetprotocol voor het vaststellen van de driftreductie van neerwaartse en op- en zijwaartse spuittechnieken

Meetprotocol voor het vaststellen van de driftreductie van neerwaartse en op- en zijwaartse spuittechnieken

01‑07‑2017

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (www.iplo.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Memorandum 60

Memorandum 60, Brandbeveiliging voor opslag en verkoop van vuurwerk

08‑04‑2020

Centrum voor criminaliteitspreventie en veiligheid

(www.hetccv.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en Hoofdstuk 7 van deze regeling

Modeldraaiboek Smog

Modeldraaiboek Smog

2023

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 15 van deze regeling

MP40-21

Ministeriële Publicatie 40-21, Voorschrift opslag en behandeling ontplofbare stoffen en voorwerpen Defensie

Staatscourant 2011, nr. 21309, 28‑11‑2011

Ministerie van Defensie

(https://puc.overheid.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

MP40-30

Ministeriële Publicatie 40-30, Voorschrift voor de inrichting en het gebruik van schietinrichtingen

Staatscourant 2010, nr. 1619, 5‑2‑2010

Ministerie van Defensie

(https://puc.overheid.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NATO Guidelines for the Storage of Military Ammunition and Explosives

NATO Standardization Agreement 4440 met de daarbij behorende NATO Guidelines for the Storage of Military Ammunition and Explosives

11‑12‑2015

Noord-Atlantische Verdragsorganisatie

(www.nato.int)

Hoofdstuk 5 Bkl

NEN 1006

Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties

2018 + A1: 2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 1006

Algemene voorschriften voor drinkwaterinstallaties (AVWI - 1981) (bestaande bouw)

1981 + C1: 1990

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 1010

Elektrische installaties voor laagspanning - Nederlandse implementatie van de HD-IEC 60364-reeks

2015 + C2: 2016 + A1: 2020

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 1010

Veiligheidsvoorschriften voor laagspanningsinstallaties (Installatievoorschriften I) (bestaande bouw)

1962

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 1059

Gasvoorzieningsystemen - Gasdrukregel- en meetstations voor transport en distributie - Nederlandse editie op basis van NEN-EN 12186 en NEN-EN 12279 -

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN 1078

Voorziening voor gas met een werkdruk tot en met 500 mbar - Prestatie-eisen - Nieuwbouw

2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 1087

Ventilatie van gebouwen - Bepalingsmethoden voor nieuwbouw

2001

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 1413

Symbolen voor veiligheidsvoorzieningen op bouwkundige tekeningen en in schema’s

2011 + A1:2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 6 Bbl

NEN 1594

Droge blusleidingen in en aan gebouwen

2006 + C2:2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 6 Bbl

NEN 1594

Droge blusleidingen in en aan gebouwen (bestaande bouw)

1991 + A1:1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 1775

Bepaling van de bijdrage tot brandvoortplanting van vloeren, inclusief wijzigingsblad (bestaande bouw)

1991 + A1:1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 2057

Daglichtopeningen van gebouwen - Bepaling van de equivalente daglichtoppervlakte van een ruimte

2011 + C1:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 2057

Daglichtopeningen van gebouwen - Bepaling van de equivalente daglichtoppervlakte van een ruimte (bestaande bouw)

2001 + C1:2003

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 2078

Voorschriften voor aardgasinstallaties GAVO 1987 - Deel 2: Aanvullende voorschriften voor grotere bijzondere installaties (bestaande bouw)

1987

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 2535

Brandveiligheid van gebouwen - Brandmeldinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen (bestaande bouw)

1996

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 en Bijlage II Bbl

NEN 2535

Brandveiligheid van gebouwen - Brandmeldinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projectierichtlijnen

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 en Bijlage II Bbl

NEN 2555

Brandveiligheid van gebouwen - Rookmelders voor woonfuncties

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bbl

NEN 2555

Brandveiligheid van gebouwen - Rookmelders voor woonfuncties (bestaande bouw)

2002 + A1:2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 2575

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsinstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen (bestaande bouw)

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 2575-1

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsalarminstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen - Deel 1: Algemeen

2012

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 2575-2

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsalarminstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen - Deel 2: Luidalarm -Ontruimingsalarminstallatie type A

2012 + A1:2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2575-3

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsalarminstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projecteringsrichtlijnen - Deel 3: Luidalarm - Ontruimingsalarminstallatie van type B

2012 + A2:2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2575-4

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsalarminstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projectierichtlijnen - Deel 4: Stilalarminstallatie, draadloos

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2575-5

Brandveiligheid van gebouwen - Ontruimingsalarminstallaties - Systeem- en kwaliteitseisen en projectierichtlijnen - Deel 5: Stilalarminstallatie met attentiepanelen

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2580

Oppervlakten en inhouden van gebouwen - Termen, definities en bepalingsmethoden

2007 + C1:2008

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage I Bbl

NEN 2608

Vlakglas voor gebouwen - Eisen en bepalingsmethode

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2686

Luchtdoorlatendheid van gebouwen - Meetmethode

1988 + A2:2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2690

Luchtdoorlatendheid van gebouwen - Meetmethode voor de specifieke luchtvolumestroom tussen kruipruimte en woning

1991 + A2:2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2757-1

Bepalingsmethoden van de geschiktheid van systemen voor de afvoer van rookgas van gebouwgebonden installaties - Deel 1: Installaties met een belasting kleiner dan of gelijk aan 130 kW op bovenwaarde

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2757-2

Afvoer van rook van gebouwgebonden verbrandingsinstallaties met een belasting groter dan 130 kW op bovenwaarde - Bepalingsmethoden geschiktheid afvoersystemen

2006

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 2768

Meterruimten en bijbehorende bouwkundige voorzieningen in woningen

2018 + A1:2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 2778

Vochtwering in gebouwen

2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN 2826

Luchtkwaliteit - Uitworp door stationaire puntbronnen - Monsterneming en bepaling van het gehalte aan gasvormig ammoniak

1999

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN 2991

Lucht - Bepaling van de asbestconcentraties in de binnenlucht en risicobeoordeling in en rondom bouwwerken, constructies of objecten waarbij asbesthoudende materialen zijn verwerkt

2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 6 Bbl

NEN 3011

Veiligheidskleuren en -tekens in de werkomgeving en in de openbare ruimte

2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 3011

Veiligheidskleuren en -tekens in de werkomgeving en in de openbare ruimte (bestaande bouw)

2004 + C1:2007

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 3215

Binnenriolering - Eisen en bepalingsmethoden (bestaande bouw)

2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 3215

Gebouwriolering en buitenriolering binnen de perceelgrenzen - Bepalingsmethoden voor de afvoercapaciteit, water- en luchtdichtheid en afstand van dakuitmondingen

2018 +C1+A1:2018

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 5077

Geluidwering in gebouwen - Bepalingsmethoden voor de grootheden voor geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies, luchtgeluidisolatie, contactgeluidisolatie en geluidniveaus veroorzaakt door installaties

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bbl en hoofdstukken 3, 5, 6 en 8 van deze regeling

NEN 5087

Inbraakveiligheid van woningen - Bereikbaarheid van dak- en gevelelementen: deuren, ramen en kozijnen

2013 + A1:2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 5096

Inbraakwerendheid - Dak- of gevelelementen met deuren, ramen, luiken en vaste vullingen - Eisen, classificatie en beproevingsmethoden

2012 + A1:2015

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 5707

Bodem - Inspectie en monsterneming van asbest in bodem en partijen grond

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI (www.nen.nl)

Hoofdstuk 5 en bijlage IIA Bal

NEN 5717

Bodem - Waterbodem - Strategie voor het uitvoeren van milieuhygiënisch vooronderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI (www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN 5720

Bodem - Waterbodem - Strategie voor het uitvoeren van milieuhygiënisch onderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 7 van deze regeling

NEN 5725

Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van milieuhygiënisch vooronderzoek

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 5 Bal

NEN 5740

Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek - Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN 5742

Bodem - Monsterneming van grond en sediment ten behoeve van de bepaling van metalen, anorganische verbindingen, matig-vluchtige organische verbindingen en fysisch-chemische bodemkenmerken

2001

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN 5753

Bodem - Bepaling van het lutumgehalte en de korrelgrootteverdeling in grond en waterbodem met behulp van zeef en pipet

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN 5754

Bodem - Berekening van het gehalte aan organische stof volgens de gloeiverliesmethode

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN 5766

Bodem - Plaatsing van peilbuizen ten behoeve van milieukundig bodemonderzoek

2003

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en hoofdstuk 7 van deze regeling

NEN 5897

Inspectie en monsterneming van asbest in bouw- en sloopafval en recyclinggranulaat

Datum of versie zoals vermeld in bijlage D bij de Regeling bodemkwaliteit 2021

NNI (www.nen.nl)

Bijlage IIA Bal

NEN 6060

Brandveiligheid van grote brandcompartimenten

2015

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 6061

Bepaling van de weerstand tegen het ontstaan van brand bij stookplaatsen

1991 + A3:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 6 Bbl

NEN 6062

Bepaling van de brandveiligheid van rookgasafvoervoorzieningen - Algemeen

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN 6063

Bepaling van het brandgevaarlijk zijn van daken

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 6064

Bepaling van de onbrandbaarheid van bouwmaterialen (bestaande bouw)

1991 + A2:2001

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 6 Bbl

NEN 6065

Bepaling van de bijdrage tot brandvoortplanting van bouwmateriaal(combinaties) (bestaande bouw)

1991 + A1:1997

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 6066

Bepaling van de rookproductie bij brand van bouwmateriaal(combinaties) (bestaande bouw)

1991 + A1:1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 6068

Bepaling van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen ruimten

2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN 6069

Beproeving en klassering van de brandwerendheid van bouwdelen en bouwproducten (aangewezen als eerstelijns norm en als tweedelijns norm in NEN 6068)

2019 + A1 + C1:2019

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 6075

Bepaling van de weerstand tegen rookdoorgang tussen ruimten

2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN 6079

Brandveiligheid van grote brandcompartimenten - Risicobenadering

2016

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 6088

Brandveiligheid van gebouwen - Vluchtwegaanduiding - Eigenschappen en bepalingsmethoden

2002

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN 6090

Bepaling van de vuurbelasting

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 en Bijlage I Bbl

NEN 6265

Bacteriologisch onderzoek van water - Onderzoek naar de aanwezigheid en het aantal kolonievormende eenheden (KVE) van Legionella-bacteriën

1991

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN 6411

Water - Bepaling van de pH

1981

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN 6414

Water en slib - Bepaling van de temperatuur

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN 6480

Water - Titrimetrische bepaling van de gehalten aan vrij beschikbaar en totaal beschikbaar chloor met ijzer(II)-ammoniumsulfaat en 1-amino-4-diethylaminobenzeen-waterstofsulfaat (N,N-diethyl-p-phenyl eendiamine (DPD)-sulfaat) als indicator

1982 +

C2: 1984

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15

NEN 6494

Water - Enzymatische bepaling van het gehalte aan ureum in zwemwater

1984

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN 6531

Water - Titrimetrische bepaling van het gehalte aan waterstofcarbonaat in water met een pH lager dan of gelijk aan 8,35

1986

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN 6573

Bacteriologisch onderzoek van water - Onderzoek met behulp van membraanfiltratie naar de aanwezigheid en het aantal kolonievormende eenheden (KVE) van Pseudomonas aeruginosa

1987

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN 6600-1

Water - Monsterneming - Deel 1: Afvalwater

2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN 6608

NEN 6608:1996: Water - Fotometrische bepaling van het sulfidegehalte

1996

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN 6633

Water en (zuiverings)slib - Bepaling van het chemisch zuurstofverbruik (CZV

2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN 6646

Water - Fotometrische bepaling van het gehalte aan ammoniumstikstof en van de som van de gehalten aan ammoniumstikstof en organisch gebonden stikstof volgens Kjeldahl, door mineralisatie met seleen, met behulp van een doorstroomanalysesysteem - Ontsluiting met zwavelzuur, seleen en kaliumsulfaat

2015 + C1:2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN 6707

Bevestiging van dakbedekkingen - Eisen en bepalingsmethoden

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN 6961

Milieu - Ontsluiting met salpeterzuur en zoutzuur (koningswater) voor de bepaling van geselecteerde elementen

2014

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN 6965

Milieu - Analyse van geselecteerde elementen in water, eluaten en destruaten - Atomaire-absorptiespectrometrie met vlamtechniek

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XXXI bij deze regeling

NEN 6966

Milieu - Analyse van geselecteerde elementen in water, eluaten en destruaten - Atomaire emissiespectrometrie met inductief gekoppeld plasma

2005 + C1:2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN 8062

Brandveiligheid van gebouwen - Methode voor het beoordelen van de brandveiligheid van rookgasafvoervoorzieningen van bestaande gebouwen (bestaande bouw)

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 8078

Voorziening voor gas met een werkdruk tot en met 500 mbar - Prestatie-eisen - Bestaande bouw (bestaande bouw)

2018 + A1:2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 8087

Ventilatie van gebouwen - Bepalingsmethoden voor bestaande gebouwen (bestaande bouw)

2001

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN 8700

Beoordeling constructieve veiligheid van een bestaand bouwwerk bij verbouw en afkeuren - Grondslagen (bestaande bouw en verbouw)

2011 + A1:2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 5 Bbl

NEN 8701

Beoordeling van de constructieve veiligheid van een bestaand bouwwerk bij verbouw en afkeuren – Belastingen

2011 + A1:2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 5 Bbl

In NEN 8700 wordt verwezen naar NEN 8701

NEN 8707

Beoordeling van de constructieve veiligheid van een bestaand bouwwerk bij verbouw en afkeur – Geotechnische constructies

2018 + C1:2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 5 Bbl

In NEN 8700 wordt verwezen naar NEN 8707

NEN 8757

Afvoer van rook van verbrandingstoestellen in gebouwen - Bepalingsmethoden voor bestaande bouw

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN-EN 179

Hang- en sluitwerk - Sluitingen voor nooduitgangen met een deurkruk of een drukplaat, voor gebruik bij vluchtroutes - Eisen en beproevingsmethoden

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN-EN 858-1

Afscheiders en slibvangputten voor lichte vloeistoffen (bijv. olie en benzine) - Deel 1: Ontwerp, eisen en beproeving, merken en kwaliteitsconstrole

2002 + A1:2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 858-2

Afscheiders en slibvangputten voor lichte vloeistoffen (bijv. olie en benzine) - Deel 2: Bepaling van nominale afmeting, installatie, functionering en onderhoud

2003

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 872

Water - Bepaling van het gehalte aan onopgeloste stoffen - Methode door filtratie over glasvezelfilters

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN 1125

Hang- en sluitwerk - Panieksluitingen voor vluchtdeuren met een horizontale bedieningsstang voor het gebruik bij vluchtroutes - Eisen en beproevingsmethoden

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bbl

NEN-EN 1484

Leidraad voor de bepaling van het gehalte aan totaal organische koolstof (TOC) en opgelost organische koolstof (DOC)

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 1825-1

Vetafscheiders en slibvangputten - Deel 1: Ontwerp, eisen en beproeving, merken en kwaliteitscontrole

2004 + C1:2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 1825-2

Vetafscheiders en slibvangputten - Deel 2: Bepaling van nominale afmeting, installatie, functionering en onderhoud

2002

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 1838

Toegepaste verlichtingstechniek - Noodverlichting

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1838

Toegepaste verlichtingstechniek - Noodverlichting (bestaande bouw en bij toepassing van artikel 4.215, tweede lid, van het Besluit bouwwerken leefomgeving ook voor te bouwen bouwwerken)

1999

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

NEN-EN 1899-1

Water - Bepaling van het biochemisch zuurstofverbruik na n dagen (BODn) - Deel 1: Verdunnings- en entmethode met toevoeging van allylthioreum

1998

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN 1911

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de massa concentratie van gasvormige chloride van HCI - Standaard referentiemethode

2010

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 1948-1

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de concentratie aan PCDD's/PCDF's en dioxine-achtige PCB's - Deel 1: Monsterneming van PCDD's/PCDF's

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 1948-2

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de concentratie aan PCDD's/PCDF's en dioxine-achtige PCB's - Deel 2: Extractie en opwerking van PCDD's/PCDF's

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 1948-3

Emissie van stationaire bronnen - Bepaling van de concentratie aan PCDD's en PCDF's en dioxine-achtige PCB's - Deel 3: Identificatie en kwantificering van PCDD's en PCDF's

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 1990

Eurocode - Grondslagen van het constructief ontwerp

2019 + A1:2019 C2:2019 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991‑1‑1

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-1: Algemene belastingen - Volumieke gewichten, eigengewicht en opgelegde belastingen voor gebouwen

2019 + C1:2019 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1991‑1‑2

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-2: Algemene belastingen - Belasting bij brand

2019 + C3:2019 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991‑1‑3

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-3: Algemene belastingen - Sneeuwbelasting

2019 + C1:2019 + A1:2019 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991‑1‑4

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-4: Algemene belastingen - Windbelasting

2019 + A1 + C2:2011 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991‑1‑5

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-5: Algemene belastingen - Thermische belasting

2011 + C1:2011 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991‑1‑7

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 1-7: Algemene belastingen - Buitengewone belastingen: stootbelastingen en ontploffingen

2015 + C1+A1:2015 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991-2

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 2: Verkeersbelasting op bruggen

2015 + C1:2015 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991-3

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 3: Belastingen veroorzaakt door kranen en machines

2006 + C1:2012 + NB:2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1991-4

Eurocode 1: Belastingen op constructies - Deel 4: Silo’s en opslagtanks

2006 + C1:2012 + NB:2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1992‑1‑1

Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies - Deel 1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen

2011 + C2:2011 + A1: 2015 + NB:2016 + A1:2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1992‑1‑2

Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies - Deel 1-2: Algemene regels - Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2011+ C1:2011 + C11:2017 + A1:2019 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1992-2

Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies- Betonnen bruggen - Regels voor ontwerp, berekening en detaillering

2011 + C1:2011 + NB:2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1992-3

Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies - Deel 3: Constructies voor keren en opslaan van stoffen

2006 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑1

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen

2006 + C2 + A1:2016 + NB: 2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑2

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-2: Algemene regels - Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2005 + C2:2011 + NB:2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑3

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-3: Algemene regels - Aanvullende regels voor koudgevormde dunwandige profielen en platen

2006 + C3:2009 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑4

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-4: Algemene regels - Aanvullende regels voor corrosievaste staalsoorten

2006 + A1:2015 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1993‑1‑5

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-5: Constructieve plaatvelden

2006 + C1:2012 + A1:2017 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1993‑1‑6

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-6: Algemene regels - Sterkte en Stabiliteit van Schaalconstructies

2007 + A1:2017, C1:2009 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1993‑1‑7

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-7: Sterkte en stabiliteit haaks op het vlak belaste platen

2008 + C1:2009 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑8

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-8: Ontwerp en berekening van verbindingen

2006 + C2:2011 + C11:2016 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑9

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-9: Vermoeiing

2006 + C2:2012 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑10

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-10: Materiaaltaaiheid en eigenschappen in de dikterichting

2006 + C2:2011 + C11:2015 + NB:2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑11

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-11: Ontwerp en berekening van op trek belaste componenten

2007 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑1‑12

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 1-12: Aanvullende regels voor de uitbreiding van EN 1993 voor staalsoorten tot en met S 700

2007 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993-2

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 2: Stalen bruggen

2007 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑3‑1

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 3-1: Torens, masten en schoorstenen - Torens en masten

2007 + C1:2009 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑3‑2

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 3-2: Torens, masten en schoorstenen - Schoorstenen

2007 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑4‑1

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 4-1: Silo's

2007 + C1:2009 + A1:2017 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑4‑2

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 4-2: Opslagtanks

2007 + A1:2017, C1:2009 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993‑4‑3

Eurocode 3 - Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 4-3: Buisleidingen

2009 + C1:2009

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1993-5

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 5: Palen en damwanden

2008 + C1:2009 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1993-6

Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies - Deel 6: Kraanbanen

2008 + C1:2009 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1994‑1‑1

Eurocode 4: Ontwerp en berekening van staal-betonconstructies - Deel 1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen

2011 + C1:2011 + NB:2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1994‑1‑2

Eurocode 4: Ontwerp en berekening van staal-betonconstructies - Deel 1-2: Algemene regels - Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2011 + C1:2011 + A1:2014 + NB:2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1994-2

Eurocode 4: Ontwerp en berekening van staal-betonconstructies - Deel 2: Algemene regels en regels voor bruggen

2006 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1995‑1‑1

Eurocode 5: Ontwerp en berekening van houtconstructies - Deel 1-1: Algemeen - Gemeenschappelijke regels en regels voor gebouwen

2005 + C1 + A1:2011 + C1:2012 + A2:2014 + NB:2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1995‑1‑2

Eurocode 5: Ontwerp en berekening van houtconstructies - Deel 1-2: Algemeen - Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2005 + C2:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1995-2

Eurocode 5: Ontwerp en berekening van houtconstructies - Deel 2: Bruggen

2005 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1996‑1‑1

Eurocode 6: Ontwerp en berekening van constructies van metselwerk - Deel 1-1: Algemene regels voor constructies van gewapend en ongewapend metselwerk

2006 + A1:2013 + NB:2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1996‑1‑2

Eurocode 6: Ontwerp en berekening van constructies van metselwerk - Deel 1-2: Algemene regels - Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2005 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1996-2

Eurocode 6: Ontwerp en berekening van constructies van metselwerk - Deel 2: Ontwerp, materiaalkeuze en uitvoering van constructies van metselwerk

2006 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1996-3

Eurocode 6: Ontwerp en berekening van constructies van metselwerk - Deel 3: Vereenvoudigde berekeningsmodellen voor constructies van ongewapend metselwerk

2006 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1997-1

Eurocode 7: Geotechnisch ontwerp - Deel 1: Algemene regels

2005 + C1 + A1:2016 + NB:2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1997-2

Eurocode 7: Geotechnisch ontwerp - Deel 2: Grondonderzoek en beproeving

2007 + C1:2010 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1999‑1‑1

Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies - Deel 1-1: Algemene regels

2007 + A1:2011 + A2:2014 + C11:2018 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1999‑1‑2

Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies - Deel 1-2: Ontwerp en berekening van constructies bij brand

2007 + C1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1999‑1‑3

Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies - Deel 1-3: Vermoeiing

2007 + A1:2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 1999‑1‑4

Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies - Deel 1-4: Koudgevormde dunne platen

2007 + C1 + A1:2011 + NB:2011

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 1999‑1‑5

Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies - Deel 1-5: Schaalconstructies

2007 + C1:2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 12341

Luchtkwaliteit - Algemene gravimetrische referentiemethode voor de bepaling van de PM10 of PM2,5-massafractie van zwevende stof in de buitenlucht

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 12354-6

Geluidwering in gebouwen - Berekening van de akoestische eigenschappen van gebouwen met de eigenschappen van bouwelementen - Deel 6: Geluidabsorptie in gesloten ruimten

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 12566-1

Kleine afvalwaterzuiveringsinstallaties ≤ 50 IE - Deel 1: Geprefabriceerde septictanks

2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 6 en 7 Bal

NEN-EN 12619

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de massaconcentratie van totaal gasvormig organisch koolstof in lage concentraties in verbrandingsgassen - Continue methode met vlamionisatiedetector

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 13211

Luchtkwaliteit - Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de concentratie aan totaal kwik

2001 + C1:2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 13284-1

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van massaconcentratie van stof in lage concentraties - Deel 1: Manuele gravimetrische methode

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 5, 6 en 7 Bal

NEN-EN 13284-2

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van massaconcentratie van stof in lage concentraties - Deel 2: Geautomatiseerde meetsystemen

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 13501-1

Brandclassificatie van bouwproducten en bouwdelen - Deel 1: Classificatie op grond van resultaten van beproeving van het brandgedrag

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3, 4 en 6 Bbl

NEN-EN 13501-6

Brandclassificatie van bouwproducten en bouwdelen - Deel 6: Classificatie op grond van resultaten van beproeving van het brandgedrag van elektrische kabels

2019

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN 14181

Emissies van stationaire bronnen - Kwaliteitsborging van geautomatiseerde meetsystemen

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 14211

Luchtkwaliteit - Buitenlucht - Standaard methode voor meten van de concentratie stikstofdioxide en stikstofmonoxide door middel van chemoluminescentie

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 14212

Luchtkwaliteit - Buitenlucht - Standaard methode voor het meten van de concentratie zwaveldioxide door middel van ultraviolette fluorescentie

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 14385

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de totale emissie van As, CD, Cr, CO, Cu, Mn, Ni, Pb, Sb, Tl en V

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 14625

Luchtkwaliteit - Buitenlucht - Standaard methode voor het meten van de concentratie ozon door middel van ultraviolette fotometrische methode

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal en hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 14626

Luchtkwaliteit - Buitenlucht - Standaard methode voor het meten van de concentratie koolstofmonoxide door middel van niet-dispersieve infraroodspectroscopie

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 14789

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de volumeconcentratie van zuurstof (O2) - Referentiemethode - Paramagnetisme

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 14790

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de waterdamp in leidingen - Standaard referentiemethode

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 14791

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de massaconcentratie aan zwaveldioxide - referentiemethode

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 14792

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van massaconcentratie aan stikstofoxiden - referentiemethode: Chemiluminescentie

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 14902

Luchtkwaliteit - Standaard methode voor de meting van Pb, Cd, As, and Ni in de PM10 fractie van zwevend stof

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 14907

Luchtkwaliteit - Algemene gravimetrische referentiemethode voor de bepaling van de PM2,5-massafractie van zwevende stof in de buitenlucht

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 15001-1

Gasinfrastructuur - Gasinstallatieleidingen met bedrijfsdrukken groter dan 0,5 bar voor industriële en groter dan 5 bar voor industriële en niet-industriële gasinstallaties - Deel 1: Gedetailleerde functionele eisen voor ontwerp, materialen, constructie, inspectie en beproeving

2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bbl

NEN-EN 15058

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de massaconcentratie van koolstofmonoxide (CO) - Referentiemethode: Niet-dispersieve infrarood spectrometrie

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 15204

Kwaliteit van water - Richtlijn voor het tellen van fytoplankton met behulp van omgekeerde microscopie (Utermöhl-techniek)

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN 15259

Luchtkwaliteit - Meetmethode emissies van stationaire bronnen - Eisen voor meetvlakken en meetlokaties en voor doelstelling, meetplan en rapportage van de meting

2007

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-EN 15549

Luchtkwaliteit - Standaardmethode voor het meten van de concentratie benzo[a]pyreen in buitenlucht

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 15610

Railtoepassingen - Geluidemissie - Meting van de railruwheid gerelateerd aan generatie van rolgeluid

2019

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVf bij deze regeling

NEN-EN 15841

Luchtkwaliteit - Buitenlucht - Bepaling van de atmosferische depositie van lood, nikkel, arseen en cadmium

2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 15853

Luchtkwaliteit - Standaardmethode voor de bepaling van de depositie van kwik

2010

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 15934

Slib, behandeld biologisch afval, bodem en afval - Berekening van het droge stofgehalte door de bepaling van de droogrest of het watergehalte

2012

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN-EN 15980

Luchtkwaliteit - Bepaling van de depositie van benz[a]anthraceen, benzo[b]fluorantheen, benzo[j]fluorantheen, benzo[k]fluorantheen, benzo[a]pyreen, dibenz[a,h]anthraceen en indeno[1,2,3-cd]pyreen

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN 16179

Slib, behandeld bioafval en bodem - Richtlijn voor monstervoorbehandeling

2012

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN-EN 16321-1

Terugwinning van benzinedamp tijdens het vullen van motorvoertuigen bij tankstations - Deel 1: Beproevingsmethoden voor efficiënte goedkeuring van terugwinningssystemen van benzinedampen

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 16321-2

Terugwinning van benzinedamp tijdens het vullen van motorvoertuigen bij tankstations - Deel 2: Beproevingsmethoden voor de controle van dampwinningssystemen bij tankstations

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN 50522

Aarding van hoogspanningsinstallaties van meer dan 1 kV wisselspanning

2010

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN-IEC 60079‑10‑2

Explosieve atmosferen - Deel 10-2: Classificatie van gebieden - Explosieve stofatmosferen

2015

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 60942

Elektro-akoestiek - IJkbronnen voor geluid

2018

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVi bij deze regeling

NEN-EN-IEC 61260-1

Elektro-akoestiek - Octaafband- en gefractioneerde octaafbandfilters

2014

NNI

(www.nen.nl)

Bijlagen IVh en IVi bij deze regeling

NEN-EN-IEC 61400-1

Windturbines - Deel 1: Ontwerpeisen

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 61400-2

Windturbines - Deel 2: Kleine windturbines

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 61400-22

Generatorsystemen voor windturbines - Deel 22: Conformiteitsbeproeving en certificatie

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 61672-1

Elektro-akoestiek - Geluidniveaumeters

2014

NNI

(www.nen.nl)

Bijlagen IVh, IVi en XVIIIb bij deze regeling

NEN-EN-IEC 61936-1

Sterkstroominstallaties met meer dan 1 kV wisselspanning - Deel 1: Algemene bepalingen

2012 + C1: 2012, C11:2011, C12:2013, C13:2013 + A1: 2014

NNI

(www.nen.nl)

Bbl

NEN-EN-IEC 62305-1

Bliksembeveiliging - Deel 1: Algemene principes

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 62305-2

Bliksembeveiliging - Deel 2: Risicomanagement

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-IEC 62305-4

Bliksembeveiliging - Deel 4: Elektrische en elektronische systemen in objecten

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 2813

Verven en vernissen - Bepaling van de glans (spiegelende reflectie) van niet-metallieke verflagen onder 20 graden, 60 graden en 85 graden

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 3095

Railtoepassingen - Akoestiek - Meting van geluid uitgestraald door railgebonden voertuigen

2013

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVf bij deze regeling

NEN-EN-ISO 3382-2

Akoestiek - Meting van de ruimte akoestische parameters - Deel 2: Nagalmtijd in gewone ruimtes

2008

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVh bij deze regeling

NEN-EN-ISO 5667-3

Water - Monsterneming - Deel 3: Conservering en behandeling van watermonsters

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 5814

Water - Bepaling van het gehalte aan opgeloste zuurstof - Elektrochemische methode

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 6878

Water - Bepaling van fosfor - Ammoniummolybdaat spectometrische methode

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 7027-1

Water - Bepaling van troebelheid - Deel 1: Kwantitatieve methoden

2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 7027-2

Waterkwaliteit - Bepaling van de mate van troebelheid - Deel 2: Semi-kwantitatieve methoden for het testen van transparantie van wateren

2019

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 7393-1

Water - Bepaling van het vrije chloorgehalte en het totale chloorgehalte - Deel 1: Titrimetrische methode met gebruik van N,N-diethyl-1,4-phenylenediamine

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 7393-2

Water - Bepaling van het vrije chloorgehalte en het totale chloorgehalte - Deel 2: Colorimetrische methode met gebruik van N,N-diethyl-1,4-phenylenediamine, voor routine controledoeleinden

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 7393-3

Water - Bepaling van het vrije chloorgehalte en het totale chloorgehalte - Deel 3: Jodometrische titratiemethode voor de bepaling van het totale chloorgehalte

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 7888

Water - Bepaling van het elektrisch geleidingsvermogen

1994

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 7899-1

Water- Detectie en telling van enterococcen - Deel 1: Geminiaturiseerde methode (meest waarschijnlijke aantal) voor oppervlaktewater en afvalwater

1998 en correctie 2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 15 en 17 Bal en hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN-ISO 7899-2

Water - Detectie en telling van enterococcen - Deel 2: Membraanfiltratiemethode

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 15 en 17 Bal en hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN-ISO 8467

Water - Bepaling van de permanganaatindex

1995

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 9308-1

Water - Telling van Escherichia coli en bacteriën van de coligroep - Deel 1: Methode met membraanfiltratie voor water met een lage achtergrondconcentratie aan bacteriën

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 9308-1

Water - Detectie en enumeratie van Escherichia coli en bacteriën van de coligroep - Deel 1: Methode met membraanfiltratie

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 17 Bal

NEN-EN-ISO ISO 9308-3

Water - Detectie en telling van Escherichia coli en bacteriën van de coligroep in oppervlaktewater en afvalwater - Deel 3: Geminiaturiseerde methode (meest waarschijnlijke aantal) door enting in een vloeibaar medium

1999 en correctie 2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal en hoofdstuk 12 van deze regeling

NEN-EN-ISO 9377-2

Water - Bepaling van de minerale-olie-index - Deel 2: Methode met vloeistofextractie en gas-chromatografie

2000

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 9562

Water - Bepaling van adsorbeerbare organisch gebonden halogenen (AOX)

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 9963-1

Water - Bepaling van de alkaliniteit - Deel 1: Bepaling van de totale en de samengestelde alkaliniteit

1996

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 9963-2

Water - Bepaling van de alkaliniteit - Deel 2: Bepaling van de carbonaatalkaliniteit

1996

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 10301

Water - Bepaling van zeer vluchtige gehalogeneerde koolwaterstoffen - Gaschromatografische methoden

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 10304-1

Water - Bepaling van opgeloste anionen met vloeistofionchromatografie - Deel 1: Bepaling van bromide, chloride, fluoride, nitraat, nitriet, fosfaat en sulfaat

2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 10304-3

Water - Bepaling van opgeloste anionen met vloeistofionchromatografie - Deel 3: Bepaling van chromaat, jodide, sulfiet, thiocyanaat en thiosulfaat

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 10304-4

Water - Bepaling van opgeloste anionen met vloeistofionchromatografie - Deel 4: Bepaling van het gehalte aan chloraat, chloride en chloriet in water met een lichte verontreiniging

1999

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 10523

Water - Bepaling van de pH

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 11731

Water - Telling van Legionella

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 11732

Water - Bepaling van ammonium stikstof - Methode voor doorstroomanalyse (CFA en FIA) en spectrometrische detectie

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 11885

Water - Bepaling van geselecteerde elementen met atomaire-emissiespectrometrie met inductief gekoppeld plasma (ICP-AES)

2009

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 11969

Water - Bepaling van het arseengehalte - Methode met atomaire-absorptiespectrometrie (hydridetechniek)

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 12354-3

Bouwakoestiek - Bepaling van akoestische performance van gebouwen vanuit de performance van elementen - Deel 3: Isolatie tegen geluid van buiten

2017

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 8 van deze regeling

NEN-EN-ISO 12846

Water - Bepaling van kwik - Methode met atomaire-absorptiespectrometrie met en zonder concentratie

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 13395

Water - Bepaling van het stikstofgehalte in de vorm van nitriet en in de vorm van nitraat en de som van beide met doorstroomanalyse (CFA en FIA) en spectrometrische detectie

1997

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 14001

Milieumanagementsystemen – Eisen met richtlijnen voor gebruik

2015

NNI

(www.nen.nl)

Artikel 4.14aa van deze regeling

NEN-EN-ISO 14051

Milieumanagementsystemen – Kostentoerekening van materiaalstromen – Algemeen raamwerk

2011

NNI

(www.nen.nl)

Artikel 4.14aa van deze regeling

NEN-EN-ISO 14403-1

Water - Bepaling van het totale gehalte aan cyanide en het gehalte aan vrij cyanide met doorstroomanalyse (FIA en CFA) - Deel 1: Methode met doorstroominjectie analyse (FIA)

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 15061

Water - Bepaling van opgelost bromaat - Methode met vloeistofchromatografie van ionen

2001

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 15587-1

Water - Ontsluiting voor de bepaling van geselecteerde elementen in water - Deel 1: Koningswater ontsluiting

2002

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 15587-2

Water - Ontsluiting voor de bepaling van geselecteerde elementen in water - Deel 2: Ontsluiting met salpeterzuur

2002

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 15680

Water - Gaschromatografische bepaling van een aantal monocyclische aromatische koolwaterstoffen, naftaleen en verscheidene gechloreerde verbindingen met 'purge-and-trap' en thermische desorptie

2003

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 15681-1

Water - Bepaling van het gehalte aan orthofosfaat en het totale gehalte aan fosfor met behulp van doorstroomanalyse (FIA en CFA) - Deel 1: Methode met een doorstroominjectiesysteem (FIA)

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 15681-2

Water - Bepaling van het gehalte aan orthofosfaat en het totale gehalte aan fosfor met behulp van doorstroomanalyse (FIA en CFA) - Deel 2: Methode met een continu doorstroomanalysesysteem (CFA)

2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 15682

Water - Bepaling van het gehalte aan chloride met doorstroomanalyse (CFA en FIA) en fotometrische of potentiometrische detectie

2001

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 16000-2

Binnenlucht - Deel 2: Monsternemingsstrategie voor formaldehyde

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 6 Bbl

NEN-EN-ISO 16266

Water - Detectie en telling van Pseudomonas aeruginosa - Methode met membraanfiltratie

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-EN-ISO 16911-1

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de stroomsnelheid en het debiet in afgaskanalen - Deel 1: Handmatige referentiemethode

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 16911-2

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de stroomsnelheid en het debiet in afgaskanalen - Deel 2: Geautomatiseerde meetsystemen

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO 17294-2

Water - Toepassing van massaspectrometrie met inductief gekoppeld plasma - Deel 2: Bepaling van geselecteerde elementen inclusief uranium isotopen

2016

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-EN-ISO 17852

Water - Bepaling van kwik - Methode met atomaire fluorecentiespectometrie

2008

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 17993

Water - Bepaling van 15 polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) in water met HPLC met fluorescentiedetectie na vloeistof-vloeistof extractie

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-EN-ISO 50001

Energiemanagementsystemen – Eisen met gebruiksrichtlijnen

2018

NNI

(www.nen.nl)

Artikel 4.14aa van deze regeling

NEN-EN-ISO/IEC 17020

Conformiteitsbeoordeling - Eisen voor het functioneren van verschillende soorten instellingen die keuringen uitvoeren

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-EN-ISO/IEC 17025

Algemene eisen voor de competentie van beproevings- en kalibratielaboratoria

2018

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 5, 15 en 17 Bal

NEN-EN-ISO/IEC 17065

Conformiteitsbeoordeling - Eisen voor certificatie-instellingen die certificaten toekennen aan producten, processen en diensten

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 5 en 17 Bal

NEN-ISO 1996

Akoestiek - Beschrijving beoordeling en meting van omgevingsgeluid - Deel 2: Bepaling van omgevingsgeluidniveaus

2017

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVf bij deze regeling

NEN-ISO 5663

Water - Bepaling van het gehalte aan Kjeldahl-stikstof - Methode na mineralisatie met seleen

1993

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-ISO 5664

Water - Bepaling van ammonium - Destillatie en titratie methode

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 5813

Water - Bepaling van het gehalte aan opgeloste zuurstof - Iodometrische methode

1993

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 6059

Water - Bepaling van de som van calcium en magnesium - EDTA titrimetrische methode

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 6461-2

Water - Detectie en telling van de sporen van sulfietreducerende anaerobe micro-organismen (clostridia) - Deel 2: Methode door middel van membraanfiltratie

1993

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 7027

Water - Bepaling van de troebelheid

1994

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 7150-1

Water - Bepaling van ammonium - Deel 1: Handmatige spectrometrische methode

2002

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 15 Bal

NEN-ISO 10849

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de concentratie aan stikstofoxiden - Prestatiekenmerken van geautomatiseerde meetsystemen

1998

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-ISO 11083

Water - Bepaling van chroom (VI) - Spectrometrische methode met 1,5-difenylcarbazide

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-ISO 11338-1

Emissie van stationaire bronnen - Bepaling van de gas en deeltjesfase van polycyclische aromatische koolwaterstoffen - Deel 1: Monsterneming

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-ISO 11338-2

Emissie van stationaire bronnen - Bepaling van de gas en deeltjesfase van polycyclische aromatische koolwaterstoffen - Deel 2: Monsterbehandeling, reiniging en bepaling

2012

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-ISO 15705

Water - Bepaling van het chemisch zuurstofverbruik (ST-COD) - Kleinschalige gesloten buis methode

2003

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6 en 7 Bal

NEN-ISO 15713

Emissie van stationaire bronnen - Monsterneming en bepaling van het gasvormige fluoridegehalte

2011

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-ISO 15923-1

Waterkwaliteit - Bepaling van de ionen met een discreet analysesysteem en spectrofotometrische detectie - Deel 1: Ammonium, chloride, nitraat, nitriet, ortho-fosfaat, silicaat en sulfaat

2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4, 6, 7 en 15 Bal

NEN-ISO 16740

Werkplekatmosfeer - Bepaling van van het gehalte aan zeswaardig chroom in deeltjes in lucht - Methode door ion chromatografie en spectrofotometrische metingen met gebruik van difenyl carbazide

2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NEN-ISO 16772

Bodem - Bepaling van het gehalte aan kwik in koningswater bodemextracten met behulp van atomaire-absorptiespectrometrie met koude damp of atomaire fluorescentiespectrometrie met koude damp

2004

NNI (www.nen.nl)

Bijlage XXXI bij deze regeling

NEN-ISO 18073

Water - Bepaling van tetra- tot octa-gechloreerde dioxinen en furanen - Methode met isotoopverdunning-HRGC/HRMS

2004

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NEN-ISO 22743

Water - Bepaling van sulfaat met een doorstroomanalysesysteem (CFA)

2006

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NPR 7600

Toepassing van brandbare koudemiddelen in koelinstallaties en warmtepompen

2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NPR 7601

Toepassing van kooldioxide als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen.

2020

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NPR-CEN/TR 16891

Railtoepassingen - Akoestiek - Meetmethode voor combinatie van ruwheid van de railkop, mate van spoorverval en overdrachtsfuncties

2016

NNI

(www.nen.nl)

Bijlage IVf bij deze regeling

NPR-CEN/TS 13649

Emissies van stationaire bronnen - Bepaling van de massaconcentratie van individuele gasvormige organische componenten - Geactiveerde koolstof en vloeistofmethode

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 4 en 5 Bal

NTA 5755

Bodem - Landbodem - Strategie voor het uitvoeren van nader onderzoek - Onderzoek naar de aard en omvang van bodemverontreiniging

2010

NNI (www.nen.nl)

Hoofdstuk 5 Bal

NTA 8029

Bepaling en registratie van industriële fijnstofemissies

2012 + C1:2013

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 5 Bal

NTA 8790

Periodieke beoordeling betrouwbaarheid van constructieve veiligheid van bestaande bouwwerken

2023

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 5 van deze regeling

NTA 8800

Energieprestatie van gebouwen - Bepalingsmethode

2024

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstukken 3, 4 en 5 Bbl

NTA 9065

Luchtkwaliteit - Geurmetingen - Meten en rekenen geur

2012

NNI (www.nen.nl)

Hoofdstukken 6 en 8 van deze regeling

NTA 9766

Veiligheidsaspecten van installaties voor monomestvergisting en vergistingsgasopwerking op boerderijschaal

2014

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

NVN 11400-0

Windturbines - Deel 0: Voorschriften voor typecertificatie - Technische eisen

1999 + A1:2005

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Overzicht Interventiewaarden

Overzicht Interventiewaarden

2018

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstuk 8 van deze regeling

PGS 7

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 7, Vaste minerale anorganische meststoffen - Opslag - Richtlijn voor de veilige opslag van vaste minerale anorganische meststoffen

Versie 1.0, februari 2022

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstukken 3 en 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 8

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 8, Organische peroxiden - Opslag - Richtlijn voor het veilig opslaan van organische peroxiden

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 9

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 9, Cryogene gassen - Opslag van 0,150 m3 - 100 m3 - Richtlijn voor de veilige opslag van cryogene gassen

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 12

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 12, Ammoniak - Opslag en verlading - Richtlijn voor het veilig opslaan en verladen van ammoniak

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Bijlage XVIII Bkl

PGS 13

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 13, Ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen - Richtlijn voor veilig gebruik van ammoniak als koudemiddel in koelinstallaties en warmtepompen

Versie 1.0, september 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 15

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 15, Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen - Richtlijn voor opslag en tijdelijke opslag met betrekking tot brandveiligheid, arbeidsveiligheid en milieuveiligheid

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 16

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 16, LPG: Afleverinstallaties, vulinstallaties en skid-installaties - Richtlijn voor het veilig opslaan en afleveren van LPG en het veilig vullen van gasflessen en ballonvaarttanks, ingebouwde reservoirs en wisselreservoirs met vulinstallaties

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 18

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 18, LPG: depots, butaan, propaan en hun mengsels

Versie 1.0, 2013

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Bijlage XVIII Bkl

PGS 19

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 19, Propaan - Opslag - Richtlijn voor de veilige opslag van propaan, propeen en butaan en mengsels daarvan

Versie 1.0, september 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 22

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 22, Toepassing van propaan, Richtlijn voor de brandveilige, arbeidsveilige en milieuveilige toepassing van propaan

Versie 1.10, 2008

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Bijlage XVIII Bkl

PGS 25

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 25, Aardgas-afleverinstallaties voor motorvoertuigen - Richtlijn voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige toepassing van installaties voor het afleveren van aardgas aan motorvoertuigen

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 26

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 26, CNG en LNG - Richtlijn voor het veilig bedrijfsmatig stallen, onderhouden en repareren van motorvoertuigen

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 28

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 28, Vloeibare brandstoffen in ondergrondse installaties en aflevertoestellen - Richtlijn voor het veilig opslaan en afleveren van vloeibare brandstoffen in/vanuit ondergrondse tanks en voor het veilig verwijderen van ondergrondse opslagtanks

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 29

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 29, Brandbare vloeistoffen - Opslag - Richtlijn voor de veilige bovengrondse opslag van brandbare vloeistoffen in verticale cilindrische tanks

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Bijlage XVIII Bkl

PGS 30

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 30, Vloeibare brandstoffen in bovengrondse tank- en afleverinstallaties - Richtlijn voor het veilig vullen, opslaan, afleveren van vloeibare brandstoffen in en vanuit bovengrondse tanks en het verwijderen van bovengrondse opslagtanks

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 31

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 31, Overige gevaarlijke vloeistoffen: opslag in ondergrondse en bovengrondse tankinstallaties

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 32

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 32, Richtlijn voor de bovengrondse opslag van explosieven voor civiel gebruik

Versie 1.0, 2016

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Bijlage XVIII Bkl

PGS 33-1

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 33-1, Afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor voertuigen en werktuigen - Richtlijn voor de veilige aflevering aan voertuigen en werktuigen

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 33-2

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 33-2, Aardgas afleverinstallaties van vloeibaar aardgas (LNG) voor vaartuigen en drijvende werktuigen - Bunkeren van vaartuigen en drijvende werktuigen (shore to ship)

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PGS 35

Publicatiereeks gevaarlijke stoffen 35, Waterstofinstallaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen - Richtlijn voor de arbeidsveilige, milieuveilige en brandveilige toepassing van installaties voor het afleveren van waterstof aan voertuigen en werktuigen

Versie 1.0, augustus 2021

PGS

(www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl)

Hoofdstuk 4 Bal en bijlage XVIII Bkl

PreSRM

Preprocessor Standaard Rekenmethoden

Versie 1.702, 01‑06‑2017

TNO

(www.presrm.nl)

Hoofdstukken 8 en 12 van deze regeling

Protocol voor meting van ammoniakemissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

Protocol voor meting van ammoniakemissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

Versie 2013a

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

(www.rvo.nl)

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Protocol voor meting van fijnstofemissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

Protocol voor meting van fijnstofemissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

2010

Wageningen UR Livestock Research

(www.research.wur.nl)

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Protocol voor meting van geuremissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

Protocol voor meting van geuremissie uit huisvestingssystemen in de veehouderij

2010

Wageningen UR Livestock Research

(www.research.wur.nl)

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Rekenmodel Vee-combistof

Rekenmodel Vee-combistof

Versie 2.0, 2021

IPLO

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 4 van deze regeling

Rekenvoorschrift omgevingsveiligheid

Rekenvoorschrift omgevingsveiligheid

Januari 2025

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 8 en 12 van deze regeling

Richtlijn Boortechnieken en open ontgraving voor kabels en leidingen

Richtlijn Boortechnieken en open ontgraving voor kabels en leidingen

Juni 2019

Rijkswaterstaat

(http://publicaties.minienm.nl)

Hoofdstuk 8 Bal en Hoofdstuk 7 van deze regeling

Richtlijn decontaminatie apparatuur ziekenhuisafval

Richtlijn decontaminatie apparatuur ziekenhuisafval

Staatscourant 2007, nr. 189, 01‑10‑2007

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (www.rijksoverheid.nl)

Bijlage II bij het Bal

Richtlijn drainagesystemen en controlesystemen grondwater voor stort- en opslagplaatsen

Richtlijn drainagesystemen en controlesystemen grondwater voor stort- en opslagplaatsen;

Februari 1993

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 9 van deze regeling

Richtlijn geohydrologische isolatie van bestaande stortplaatsen

Richtlijn geohydrologische isolatie van bestaande stortplaatsen

Juli 1997

Vereniging van Afvalverwerkers

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 9 van deze regeling

Richtlijn onderafdichtingen voor stort- en opslagplaatsen

Richtlijn onderafdichtingen voor stort- en opslagplaatsen

Februari 1993

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 9 van deze regeling

Richtlijn voor dichte eindafwerking op afval- en reststofbergingen

Richtlijn voor dichte eindafwerking op afval- en reststofbergingen

Juli 1991

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 9 van deze regeling

Riooloverstorten deel 1: Knelpuntcriteria riooloverstorten

Riooloverstorten deel 1: Knelpuntcriteria riooloverstorten

Juni 2001

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Riooloverstorten deel 2: Eenduidige basisinspanning

Riooloverstorten deel 2: Eenduidige basisinspanning

Juni 2001

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Riooloverstorten deel 3: Model voor vergunningverlening riooloverstorten

Riooloverstorten deel 3: Model voor vergunningverlening riooloverstorten

Juni 2001

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Riooloverstorten deel 4a: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, spoor 1

Riooloverstorten deel 4a: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, spoor 1

September 2002

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Riooloverstorten deel 4b: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, fase B

Riooloverstorten deel 4b: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, fase B

April 2003

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Risicotoolbox bodem

Risicotoolbox bodem

Versie 1.0.0

RIVM

(www.risicotoolboxbodem.nl)

Hoofdstuk 8 van deze regeling

Safeti-NL

Safeti-NL

Versie 9.2, 2025

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 7, 8, 9 en 12 van deze regeling

SBR Handreiking Hoogbouw

Handreiking Brandveiligheid in hoge gebouwen

2014

CROW

(www.crow.nl)

Bbl

SIKB Protocol 6802

Protocol WBM-controle, Controle op water/bezinksel/micro-organismen in onder- of bovengrondse tanks

Versie 2.0, 15‑02‑2018

SIKB

(www.sikb.nl)

Hoofdstuk 4 Bal

Standaardrekenmethode luchtkwaliteit 1

Technische beschrijving van standaardrekenmethode 1 (SRM1) voor luchtkwaliteitsberekeningen, RIVM Briefrapport 2014-0127

01‑08‑2015

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 8 en 12 van deze regeling

Standaardrekenmethode luchtkwaliteit 2

Technische beschrijving van standaardrekenmethode 2 (SRM2) voor luchtkwaliteitsberekeningen, RIVM Briefrapport 2014-0109

01‑08‑2015

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 8 en 12 van deze regeling

Standaardrekenmethode luchtkwaliteit 3

Het nieuw nationaal model. Model voor de verspreiding van luchtverontreiniging uit bronnen over korte afstanden en het rapport aanvullende afspraken NNM

01‑03‑2002

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstukken 6, 8 en 12 van deze regeling

Stappenplan beoordeling bestaande gebouwen met breedplaatvloeren

Stappenplan beoordeling bestaande gebouwen met breedplaatvloeren

01‑11‑2022 + erratum 09‑01‑2024

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

(www.rijksoverheid.nl)

Hoofdstuk 5 van deze regeling

Stappenplan bepalen brandaandachtsgebieden

Stappenplan bepalen brandaandachtsgebieden

Februari 2020

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 8 en 12 van deze regeling

Stappenplan bepalen explosieaandachtsgebieden

Stappenplan bepalen explosieaandachtsgebieden

Februari 2020

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 8 en 12 van deze regeling

Stappenplan bepalen gifwolkaandachtsgebieden

Stappenplan bepalen gifwolkaandachtsgebieden

Februari 2020

RIVM

(www.rivm.nl)

Hoofdstukken 4, 8 en 12 van deze regeling

Stowa-rapport voor natuurlijke watertypen

Referenties en maatlatten voor natuurlijke watertypen voor de Kaderrichtlijn Water 2015-2021, Stowa rapport 2012-31

2012

Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer

(Stowa)

Hoofdstuk 2 Bkl

Technische Regeling Emissiemeetmethoden Railverkeer 2006

Technische Regeling Emissiemeetmethoden Railverkeer 2006

21 december 2006

CROW

(www.rivm.nl)

Bijlage IVf bij deze regeling

Toelichting op toepassen van methoden voor meten en rekenen aan schietgeluid

TNO-rapport. TNO 2014 R10135 | 1.1. Toelichting op toepassen van methoden voor meten en rekenen aan schietgeluid

11‑11‑2015

TNO

(www.rivm.nl)

Bijlagen XVIIIc en XVIIId bij deze regeling

V 1041

Leidraad voor den aanleg en een veilig bedrijf van electrische sterkstroominstallaties in fabrieken en werkplaatsen (Fabrieksvoorschriften) - Deel II - Hooge spanning (bestaande bouw)

1942

NNI

(www.nen.nl)

Hoofdstuk 3 Bbl

Verspreidingsmodel V-Stacks vergunning

Verspreidingsmodel V-Stacks vergunning

2020

IPLO

(www.iplo.nl)

Hoofdstukken 6 en 8 van deze regeling

Verwerking waterfractie gevaarlijke en niet-gevaarlijke afvalstoffen

Verwerking waterfractie gevaarlijke en niet-gevaarlijke afvalstoffen

April 2001

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.helpdeskwater.nl)

Bijlage XVIII Bkl

Voorschrift monitoring veiligheid andere dan primaire waterkeringen in beheer bij het Rijk

Voorschrift monitoring veiligheid andere dan primaire waterkeringen in beheer bij het Rijk

Versie 3, 2020

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat

(www.iplo.nl)

Hoofdstuk 12 van deze regeling

Voorwaarden en Normen Nationale Hypotheekgarantie

Voorwaarden en Normen

2022-1

Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen

(www.nhg.nl)

Hoofdstuk 5 Bkl

  • 1

    Bal: Besluit activiteiten leefomgeving; Bbl: Besluit bouwwerken leefomgeving; Bkl: Besluit kwaliteit leefomgeving. Terug naar link van noot.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage,

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Jean Rummenie

Toelichting

I Algemeen

1. Inleiding

Deze regeling strekt tot het aanwijzen in de Omgevingsregeling van gedragscodes voor soortenbescherming en voor de bescherming van houtopstanden. De aanwijzing van een gedragscode soortenbescherming voorziet voor specifieke activiteiten in een vrijstelling op het verbod om zonder omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteiten te verrichten die als vergunningplicht zijn aangewezen in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). De aanwijzing van de gedragscode houtopstanden voorziet in een generieke uitzondering op de meldingsplicht en herbeplantingsplicht bij het vellen van houtopstanden. De gedragscodes worden per 1 januari 2025 voor vijf jaar aangewezen, tot en met 31 december 2029.

Het aanwijzen van gedragscodes in de Omgevingsregeling (Or) is een bevoegdheid van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (hierna: minister) op grond van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)1. Gelet op de portefeuilleverdeling in het kabinet-Schoof, wordt deze bevoegdheid thans uitgeoefend door de Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (hierna: staatssecretaris).

In deze toelichting wordt eerst ingegaan op het instrument gedragscode (paragraaf 2). Vervolgens zal worden ingegaan op de achtergrond en het doel van de regeling (paragraaf 3), het juridisch kader voor de aanwijzing van gedragscodes soortenbescherming (paragraaf 4) en gedragscodes houtopstanden (paragraaf 5). Daarna worden de eisen uit de beleidsregel aanwijzing gedragscode soortenbescherming en houtopstanden (paragraaf 6) en de rol van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voorafgaand aan de aanwijzing toegelicht (paragraaf 7). De algemene toelichting wordt afgesloten met een kort overzicht van de gedragscodes (paragraaf 8), de effecten van de regeling (paragraaf 9) en de uitkomsten van de consulatie (paragraaf 10). Tot slot is een artikelsgewijze toelichting opgenomen.

2. Het instrument gedragscode

Het instrument gedragscode en de bevoegdheid tot het aanwijzen van een gedragscode zijn geregeld in de artikelen 11.45, 11.53 en 11.59 van het Bal ten behoeve van soortenbescherming. Artikel 11.131, eerste lid, onder d, regelt de bevoegdheid tot het aanwijzen van een gedragscode voor het vellen van houtopstanden.

Voor activiteiten die mogelijk nadelige gevolgen hebben voor beschermde soorten en hun leefgebied, is een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit verplicht in de gevallen die in het Bal worden aangewezen2. De verplichting van een omgevingsvergunning geldt niet voor flora- en fauna-activiteiten die overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode worden uitgevoerd. Voor het vellen van een houtopstand geldt de verplichting tot melding en herbeplanting niet als deze wordt uitgevoerd overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode.

De uitzonderingen voor overeenkomstig een aangewezen gedragscode verrichte activiteiten en het vellen van houtopstanden kan relevant zijn voor de volgende handelingen:

  • handelingen ten aanzien van in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn3 die worden genoemd in de artikelen 11.37 en 11.39 van het Bal;

  • handelingen ten aanzien van soorten als bedoeld in bijlage IV, onder a, bij de Habitatrichtlijn4, bijlage II bij het Verdrag van Bern5 of bijlage I of II bij het Verdrag van Bonn6 die worden genoemd in 11.46 van het Bal;

  • handelingen ten aanzien van soorten als bedoeld in bijlage IX, onder A en onder B van het besluit die worden genoemd in artikel 11.54 van het Bal; en

  • het vellen van een houtopstand als bedoeld in de artikelen 11.126 en 11.129 van het Bal.

Bij een gedragscode soortenbescherming gaat het om flora- en fauna-activiteiten die vaak voorkomen of voorspelbaar zijn, zoals bijvoorbeeld groenonderhoud binnen een gemeente, de werkzaamheden van waterschappen of spoor- of wegonderhoud. De voorwaarden en de maatregelen in de gedragscode soortenbescherming verzekeren dat zorgvuldig wordt omgegaan met de relevante natuurwaarden. Als aantoonbaar conform die voorwaarden en maatregelen wordt gewerkt, geldt de vrijstelling van het Bal en hoeft niet iedere keer apart een omgevingsvergunning te worden aangevraagd.

Bij een gedragscode houtopstanden gaat het om een uitzondering op de meldingslicht en herbeplantingsplicht, als wordt voldaan aan de in de gedragscode opgenomen voorwaarden en maatregelen die een zorgvuldige omgang met houtopstanden moet verzekeren.

3. Achtergrond en doel van de regeling

De regels van de Wet natuurbescherming (Wnb) en de daarop gebaseerde uitvoeringsregelgeving zijn per 1 januari 2024 omgezet naar het stelsel van de Omgevingswet. Dit geldt ook voor het instrument gedragscodes.

In het Bal heeft de aan de gedragscode verbonden vrijstelling van de vergunningplicht de vorm gekregen van een aanwijzing van vergunningvrije gevallen, te weten de aanwijzing van activiteiten waarvoor geen omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit hoeft te worden aangevraagd, in casu activiteiten die worden verricht overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode. Daarnaast geldt een vrijstelling van de meldingsplicht en herbeplantingsplicht bij het vellen van een houtopstand, als wordt gehandeld overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode.

Het instrument gedragscode als zodanig is in de stelselwijziging beleidsneutraal omgezet. Dit betekent dat er inhoudelijk geen regels zijn veranderd aan het instrument gedragscode. Wat wel is veranderd, is dat de figuur van ‘goedkeuring’ van de gedragscode, een individuele beschikking waartegen beroep bij de bestuursrechter open stond, de vorm krijgt van een ‘aanwijzing’ van de gedragscode in de Omgevingsregeling en dus integraal onderdeel uitmaakt van algemeen verbindende voorschriften. Voor gedragscodes die onder de vrijstelling van de Wnb vallen geldt overgangsrecht, waardoor deze onder de reikwijdte van de aanwijzing van de vergunningvrije gevallen blijven vallen7. Dit betekent dat goedgekeurde gedragscodes onder de Wnb blijven gelden, zolang de termijn van die goedkeuring nog loopt.

In september 2024 is de Beleidsregel aanwijzing gedragscodes soortenbescherming en houtopstanden (hierna: beleidsregel) vastgesteld.8 De beleidsregel is een invulling van de bevoegdheid van de minister voor het aanwijzen van gedragscodes in de Omgevingsregeling op grond van het Bal.9 Deze beleidsregels stellen de kaders die bepalend zijn voor de gevallen waarin de minister zijn bevoegdheid zal gebruiken en over zal gaan tot aanwijzing van gedragscodes soortenbescherming en houtopstanden (zie paragraaf 6).

Alle goedgekeurde gedragscodes onder de Wet natuurbescherming hebben een eindtermijn van 31 december 2024. Daarom worden de gedragscodes die voldoen aan de nieuw gestelde eisen, aangewezen per 1 januari 2025.

4. Juridisch kader aanwijzing gedragscode soortenbescherming

4.1 Inleiding

Voor activiteiten die mogelijk nadelige gevolgen hebben voor beschermde soorten en hun leefgebied, is een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit verplicht.10 Een uitzondering op deze vergunningplicht zijn flora- en fauna-activiteiten waarbij wordt gewerkt overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode.11

In deze paragraaf zal worden toegelicht voor welke vergunningplichtige activiteiten een vrijstelling kan gelden door middel van een aangewezen gedragscode en aan welke inhoudelijke criteria een gedragscode moet voldoen.

4.2 Algemene verboden ter bescherming van dieren of planten en toegestane afwijkingen van de verbodsbepalingen in de Omgevingswet

Vergunningplichtige activiteiten zijn aangewezen in de artikelen 11.37 tot en met 11.40 ten aanzien van beschermde soorten op grond van de Vogelrichtlijn, 11.46 tot en met 11.48 voor beschermde soorten op grond van de Habitatrichtlijn, en artikel 11.54 van het Bal voor andere beschermde soorten. Het gaat dan onder meer om handelingen zoals het opzettelijk doden of vangen van vogels en soorten, het beschadigen van nesten, vaste voortplantings-, rust- of groeiplaatsen van beschermde dieren en planten.

Deze handelingen zijn in beginsel verboden op grond van de artikelen 5, 6 en 8, van de Vogelrichtlijn en artikelen 12, eerste lid, 13, eerste lid, aanhef en onder a en b, en artikel 15 van de Habitatrichtlijn.

De artikelen 9 van de Vogelrichtlijn en 16 van de Habitatrichtlijn bieden het kader voor afwijkingen van de verbodsbepalingen. Dit kader is opgenomen in de artikelen 8.74j en verder, van het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Door middel van een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit kunnen afwijkingen alsnog worden toegestaan.

In het Bal zijn vervolgens een aantal uitzonderingen gemaakt op de omgevingsvergunningplicht voor flora- en fauna-activiteiten, door de aanwijzing van vergunningvrije activiteiten die voldoen aan in het Bal gestelde kaders. Dat is onder andere gebeurd voor flora- en fauna-activiteiten die worden verricht overeenkomstig een bij ministeriële regeling aangewezen gedragscode.12

4.3 Inhoudelijke criteria voor aanwijzing van een gedragscode soortenbescherming

Een gedragscode soortenbescherming moet aan een aantal inhoudelijke criteria voldoen, voordat deze kan worden aangewezen. Deze criteria vloeien voor een belangrijk deel direct voort uit de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn.

De voorwaarden van artikel 9 van de Vogelrichtlijn en artikel 16 van de Habitatrichtlijn zijn het inhoudelijke toetsingskader voor de aanwijzing van een gedragscode. Deze artikelen bieden rechtvaardigingsgronden voor afwijking van de verboden handelingen.

Voor de aanwijzing van de vergunningvrije gevallen, zoals een gedragscode, bevat het Bal een inhoudelijk beoordelingskader voor de afwijking van de op grond van de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn in beginsel verboden handelingen, waaronder de eisen die bij de richtlijnen worden gesteld. Het Bal verwijst voor deze eisen naar het Bkl, die daar zijn uitgeschreven.13

De op grond van de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn voor afwijkingen van de verboden te stellen eisen zijn de volgende:

Ten eerste mag er geen andere bevredigende oplossing voor de activiteit bestaan.14 Dit betekent dat de handeling redelijkerwijs noodzakelijk is dat er geen minder schadelijke alternatieven zijn. Dat betekent ook dat voor de beschermde soort een oplossing moet worden gekozen waarmee de beste bescherming wordt verzekerd.

Ten tweede moet er sprake zijn van één in de richtlijnen genoemde rechtvaardigingsgronden voor afwijking. Handelingen kunnen in een gedragscode worden opgenomen wanneer deze vallen binnen één van de limitatief genoemde rechtvaardigingsgronden.15 In de praktijk wordt voor vogels beschermd onder de Vogelrichtlijn, een beroep gedaan op het belang van de volksgezondheid of de openbare veiligheid.16 Voor de soorten beschermd onder de Habitatrichtlijn zijn de rechtvaardigingsgronden iets ruimer17 , en wordt in de praktijk regelmatig beroep gedaan op het belang van de bescherming van wilde flora en fauna.18 Bij de andere beschermde soorten wordt het belang in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling van gebieden of van kleinschalige bouwactiviteiten vaak aangehaald.

Ten derde mag de activiteit niet leiden tot verslechtering van de staat van instandhouding van de betrokken soort in het geval van vogels. Bij beschermde soorten op grond van de Habitatrichtlijn geldt dat de activiteit geen afbreuk doet aan het streven de populaties van de betrokken soort in hun natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan.

Volgens de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU moet de staat van instandhouding van de betrokken populatie en het effect van de activiteit worden beoordeeld op zowel lokaal niveau, als op het niveau van het grondgebied van de lidstaat.19 Wanneer er meerdere biogeografische regio’s worden afgebakend, moet de staat van instandhouding op dat niveau worden beoordeeld. Tenslotte zal, indien het natuurlijke verspreidingsgebied van de beschermde soort dit vereist, en voor zover dit mogelijk is, het op grensoverschrijdend niveau moeten worden beoordeeld.20

Dit betekent dat er hoge eisen worden gesteld aan de onderbouwing van de gedragscode en aanwijzing in de Omgevingsregeling. Deze onderbouwing wordt vastgelegd in een adviesdocument dat wordt opgesteld door RVO (paragraaf 7).

4.4 Gedragscode soortenbescherming voor activiteiten in het kader van bestendig beheer en onderhoud of ruimtelijke ontwikkeling of inrichting

Een gedragscode soortenbescherming bevat activiteiten in het kader van bestendig beheer en onderhoud, dan wel ruimtelijke ontwikkeling of inrichting.21 De categorisering van de gedragscode heeft gevolgen voor de reikwijdte van de in de gedragscode op te nemen beschermde soorten.

Voor activiteiten in het kader van ‘ruimtelijke ontwikkeling of inrichting’ kan maar voor een beperkt aantal beschermde soorten een vrijstelling van de omgevingsvergunningsplicht door middel van een aangewezen gedragscode worden verleend. Activiteiten in het kader van ‘ruimtelijke ontwikkeling of inrichting’ zijn activiteiten die een verandering van de fysieke inrichting van een bepaalde locatie tot gevolg hebben, en die als gevolg daarvan de functionaliteit van het leefgebied van een beschermde soort wezenlijk wordt aangetast of permanent verdwijnt op de betreffende locatie, dan wel beheer- en onderhoudsactiviteiten die niet op reguliere schaal of wijze met een regelmatige frequentie plaatsvinden.

Voor ‘bestendig beheer en onderhoud’ is de categorie beschermde soorten ruimer. Bij activiteiten in het kader van ‘bestendig beheer en onderhoud’ is sprake van regelmatig terugkerend beheer of onderhoud, zonder dat dit beheer of onderhoud in de weg heeft gestaan aan de vestiging en het behoud van individuen van beschermde soorten op locaties waar het beheer of onderhoud plaatsvindt.

Een initiatiefnemer geeft bij het opstellen van de gedragscode aan voor welke beschermde soorten de vrijstelling van de omgevingsvergunningplicht middels een aangewezen gedragscode wenst te gelden. Per beschermde soort wordt vervolgens in de gedragscode een bijpassende maatregel opgenomen voor de activiteit.

In de beleidsregel zijn lijsten van werkzaamheden opgenomen die in ieder geval worden begrepen als activiteiten in het kader van bestendig beheer en onderhoud, dan wel ruimtelijke ontwikkeling of inrichting. Daarnaast bevat de beleidsregel een lijst van soorten waarvoor een gedragscode in het kader van een ruimtelijke ontwikkeling of inrichting in ieder geval kan worden aangewezen.22

5. Juridisch kader aanwijzen gedragscode houtopstanden

Naast gedragscodes in het kader van soortenbescherming, kan de minister ook een gedragscode aanwijzen voor houtopstanden. Voor het vellen van een houtopstand geldt in beginsel een herbeplantingsplicht en meldingsplicht.23 In het Bal zijn aantal uitzonderingen opgenomen voor de herbeplantingsplicht en meldingsplicht.24 Een gedragscode houtopstanden kan invulling geven aan deze uitzondering door een zorgvuldige omgang met houtopstanden te verzekeren, door te voldoen aan de in artikel 11.131, tweede lid, gestelde eisen.25

Door middel van de herbeplantingsplicht wordt het oppervlakte bos in stand gehouden, door te verzekeren dat elke verdwenen houtopstand binnen drie jaar op dezelfde grond wordt herbeplant.26 De meldplicht verplicht een ieder om ten minste vier weken, maar niet eerder dan een jaar voor het begin, een melding te doen bij het bevoegd gezag, alvorens de houtopstand te vellen. Dit maakt het mogelijk adequaat toezicht te houden op de herbeplantingsplicht.27

Een gedragscode houtopstanden moet waarborgen dat geen afbreuk wordt gedaan aan bijzondere natuurwaarden of landschappelijke waarden, de te vellen houtopstand geen deel uitmaakt van een boskern, herplanting op een bosbouwkundig verantwoorde wijze plaatsvindt, de grond waarop herbeplanting plaatsvindt ten minste dezelfde kwaliteit heeft als de grond waarop de gevelde houtopstand zich bevond en de grond waarop de herbeplanting plaatsvind ten minste een gelijke oppervlakte heeft als de grond waarop de gevelde houtopstand zich bevond.28

6. Aanwijzing door de minister op basis van de beleidsregel gedragscode soortenbescherming en houtopstanden

In september 2024 is de Beleidsregel aanwijzing gedragscodes soortenbescherming en houtopstanden (hierna: beleidsregel) vastgesteld.29 De beleidsregel is een invulling van de bevoegdheid van de minister voor het aanwijzen van gedragscodes in de Omgevingsregeling op grond van het Bal.30

De beleidsregel stelt kaders die bepalend zijn voor de gevallen waarin de minister de bevoegdheid zal gebruiken, en over zal gaan tot aanwijzing van de gedragscode. De beleidsregel bevat nadere regels voor participatie (6.1), evaluatie (6.2) en het opnemen van voorwaarden die aan een ecologisch deskundige moeten worden gesteld in de gedragscode (6.3), alvorens te worden aangewezen. De in de onderhavige regeling aangewezen gedragscodes zijn getoetst aan het beleidskader.

6.1 Participatie

Het betrekken van direct belanghebbenden bij het opstellen van een gedragscode en het verwerken van hun suggesties verhoogt de kwaliteit van de gedragscode en leidt tot meer draagvlak.

Voor gedragscodes geldt, net als de meeste besluiten en maatregelen die zijn goedgekeurd onder de Wnb, dat deze na de inwerkingtreding van de Omgevingswet en het vervallen van de Wet natuurbescherming, hun gelding onder de Omgevingswet blijven houden.31

Voor de goedkeuring van gedragscodes onder de Wnb is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (u.o.v.) van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) gevolgd. Het ontwerpbesluit is vervolgens gepubliceerd in de Staatscourant en heeft zes weken ter inzage gelegen. Deze zienswijzen hebben al dan niet geleid tot aanpassingen in de gedragscode, waarbij dit ook uitdrukkelijk is vermeld. Bij de totstandkoming van deze gedragscodes heeft al participatie plaatsgevonden.

Wanneer na het verlopen van het goedkeuringsbesluit onder de Wet natuurbescherming, een nieuw aan te wijzen gedragscode onder de Omgevingsregeling inhoudelijk niet wijzigt, beoordeelt de minister de participatie daarom als voldoende. Onder inhoudelijke wijziging wordt verstaan het opnemen van nieuwe activiteiten, maatregelen of beschermde soorten. Dit is het geval bij de gedragscodes Aedes, Bosbeheer, Havenbedrijven, TenneT, ProRail, Provinciale Infrastructuur en VEWIN.

Voor gedragscodes die wel inhoudelijk zijn gewijzigd, geldt het volgende. Voor codes waarbij een initiatiefnemer bij de omzetting naar de Omgevingsregeling de wens heeft gehad om één of meer activiteiten, maatregelen of soorten op te nemen, is actief geconsulteerd om te voldoen aan de participatieplicht. Bij deze codes gaat het om nieuwe inhoud. Daarom volstaat voor de aanwijzing van deze codes de u.o.v. van afdeling 3.4 van de Awb niet. Voor een aanwijzing van deze gedragscode moet een verslag worden aangeleverd waaruit blijkt dat de sector en de betreffende soortenorganisaties geconsulteerd zijn voor de gedragscode en op welke wijze de adviezen en opmerkingen zijn verwerkt. Dit is het geval bij de gedragscode Rijkswaterstaat.

6.2 Betrokkenheid ecologisch deskundige bij activiteiten

Om te verzekeren dat de activiteiten zorgvuldig worden verricht wordt in de gedragscode de voorwaarde gesteld dat de activiteiten worden begeleid door een ecologisch deskundige.

Onder begeleiding wordt verstaan dat een ecologische deskundige voorafgaand onderzoek doet op de projectlocatie naar de aanwezige soorten in het werkgebied, naar de functie van de locatie voor die soorten en adviseert of de gedragscode toepasbaar is of een vergunning moet worden aangevraagd.

Indien een gedragscode van toepassing is stelt de ecologisch deskundige een ecologisch werkprotocol op met de te nemen maatregelen die uit de gedragscode komen, begeleidt de werkzaamheden, voert indien nodig bijbehorende maatregelen uit en doet indien nodig ook achteraf een controle of deze goed zijn uitgevoerd.

Een gedragscode wordt daarom alleen aangewezen als hierbij de betrokkenheid van een ecologisch deskundige is vastgelegd bij het verrichten van de activiteiten.

6.3 Evaluatie van de gedragscode voor hernieuwde aanwijzing

Over de periode dat de gedragscode geldt, moet de gedragscode op planmatige en systematische wijze worden geëvalueerd. Om zeker te stellen dat de evaluatie op een goede wijze plaatsvindt en de juiste gegevens oplevert, is het van belang om in het traject voorafgaande aan de aanwijzing van een gedragscode afspraken met de initiatiefnemer van de gedragscode te maken over het uitvoeren van een evaluatie en over de wijze waarop de evaluatie wordt uitgevoerd. Voorkomen moet immers worden dat aan het einde van de geldigheidsduur van de gedragscode wordt vastgesteld dat er onvoldoende gegevens liggen om desgewenst de gedragscode voor een nieuwe periode aanwijzen. Deze afspraken moeten voorafgaand aan de aanwijzing met RVO worden gemaakt.

Om zeker te stellen dat de evaluatie op een goede wijze wordt uitgevoerd en de gewenste gegevens oplevert, is een format ontwikkeld door RVO waarin vragen zijn opgenomen die tenminste moeten terugkomen in de evaluatie. De evaluatie geldt zowel voor gedragscodes in het kader van soortenbescherming, als gedragscodes in het kader van het vellen van houtopstanden.

Alle zeven de gedragscodes die zijn aangewezen door middel van deze wijziging van de Omgevingsregeling zijn nieuwe gedragscodes. Dit zijn dus geen hernieuwde aanwijzingen, waardoor de eis van evaluatie nog niet van toepassing is bij deze aanwijzing.

7. Aanwijzing op basis van advies RVO over de gedragscode

Aan de onderbouwing van een gedragscode en aanwijzing in de Omgevingsregeling worden hoge eisen gesteld. Voor alle denkbare individuele gevallen op alle locaties in Nederland waar gebruik wordt gemaakt van de aan de gedragscode gekoppelde vrijstelling, moet op voorhand zekerheid worden geboden dat wordt voldaan aan de eisen die voortvloeien uit de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn, de eisen uit het Bal en de eisen uit de beleidsregel.

Voorafgaand aan de aanwijzing van een gedragscode, wordt de gedragscode door de initiatiefnemer in samenwerking met RVO opgesteld. RVO toetst of een gedragscodes voldoet aan alle bovengenoemde eisen. Vervolgens stelt RVO een advies op, waaruit blijkt dat de gedragscodes voldoen aan alle gestelde eisen en daarom kunnen worden aangewezen.

De in de onderhavige regeling aangewezen gedragscodes zijn getoetst aan de hierboven genoemde eisen. Voor iedere gedragscode is een positief adviesdocument opgesteld, dat gezamenlijk met de bijbehorende gedragscode wordt gepubliceerd.

Voor de in paragraaf 8 beschreven gedragscodes kan worden geconcludeerd dat er sprake is van een lastenverlichting voor de gebruikers, waarbij de nadelige effecten voor beschermde flora en fauna zoveel mogelijk worden voorkomen.

8. Overzicht gedragscodes en duur aanwijzing

Door middel van deze wijzigingsregeling worden zeven gedragscodes aangewezen: in de Omgevingsregeling. De gedragscodes worden aangewezen voor een periode van vijf jaren.

Een periode van vijf jaar doet het meeste recht aan een stabiele populatie van soorten en biedt zekerheid voor de gebruiker van de vrijstelling op grond van een gedragscode. Het goedkeuringsbesluit van gedragscodes onder de Wnb was voor maximaal vijf jaren geldig. Aan deze periode wordt vastgehouden.

Met deze aanwijzingsronde worden zes gedragscodes soortenbescherming aangewezen. Deze zes gedragscodes bevatten vogels die worden beschermd onder de Vogelrichtlijn, soorten die worden beschermd onder de Habitatrichtlijn en andere beschermde soorten. Daarnaast wordt er één code voor houtopstanden aangewezen.

De volgende 7 gedragscodes worden aangewezen in de Omgevingsregeling voor de periode van vijf jaren.

8.1 Gedragscode soortenbescherming voor woning corporaties – Onderhouden en renoveren in het kader van het verduurzamen van woningen

Deze gedragscode is opgesteld voor woningcorporaties en opdrachtnemers van woningcorporaties, in het kader van het duurzaam onderhouden en renoveren van woningen. De gedragscode ziet toe op werkzaamheden in het kader van bestendig beheer en onderhoud (bbo) en ruimtelijke ontwikkelingen of inrichting (roi) zoals het schoonmaken van dakgoten en vervangen van kozijnen.

8.2 Gedragscode soortenbescherming Havenbedrijven

Deze gedragscode is opgesteld voor havenbedrijven en opdrachtnemers van de havenbedrijven, om rekening te houden met de beschermde flora en fauna tijdens de uitvoering van werkzaamheden. De gedragscode ziet toe op werkzaamheden voor bbo en roi zoals het uitbaggeren of leegpompen van spoelvijvers en aanleg, wijziging en verwijdering van wegverlichting.

8.3 Gedragscode soortenbescherming Omgevingswet flora & fauna ProRail

Deze gedragscode is opgesteld voor gebruik door ProRail en opdrachtnemers van ProRail, in het kader van het bbo en roi van het spoorwegnet.

De gedragscode ziet toe op werkzaamheden zoals het maaien en afvoeren van graslanden, spoorbermen en droge rietstroken en het baggeren van watergangen, poelen en vijvers.

8.4 Gedragscode Provinciale Infrastructuur

Deze gedragscode is opgesteld voor provincies en opdrachtnemers van provincies, om rekening te houden met de beschermde flora en fauna tijdens de uitvoering van werkzaamheden in het kader van de provinciale infrastructuur. De gedragscode ziet toe op werkzaamheden voor bbo en roi zoals het snoeien en dunnen van bomen en beplantingen.

8.5 Gedragscode soortenbescherming Rijkswaterstaat

Deze gedragscode is opgesteld door en voor Rijkswaterstaat en opdrachtnemers van Rijkswaterstaat, in het kader van de ontwikkeling van de rijkswegen, -vaarwegen en -wateren. De gedragscode ziet toe op werkzaamheden voor bbo en roi zoals het onderhouden van stuwen en sluizen en het bouwrijp maken van gronden.

8.6 Gedragscode Omgevingswet (onderdeel flora- en fauna-activiteiten) voor drinkwaterbedrijven

Deze gedragscode is opgesteld voor Vewin en opdrachtnemers van Vewin, in het kader van bbo van de waterwingebieden van de Nederlandse drinkwaterbedrijven zoals het schonen van watergangen en maaien van oevers en het baggeren van waterbodems.

8.9 Gedragscode houtopstanden en hakhoutbeheer

Deze gedragscode is opgesteld voor TenneT en opdrachtnemers van TenneT, in het kader van het vellen en herbeplanten van houtopstanden nabij het landelijk hoogspanningsnet van 110 kV en hoger.

Wanneer houtopstanden te dicht in de buurt van een hoogspanningsverbinding (dreigen te) komen, kan dit een risico vormen voor de leveringszekerheid en wel leiden tot gevaarlijke situaties.

9. Effecten van de regeling

9.1 Regeldruk

Het aanwijzen van de zeven gedragscodes heeft geen gevolgen voor de regeldruk. In deze paragraaf wordt kwalitatief en kwantitatief beschreven welke investeringen en (tijds)inspanningen bedrijven of burgers moeten doen om zich aan de verplichtingen of wijzigingen in het voorstel te houden. Dit zal aan de hand van drie concrete vragen worden beantwoord.

  • 1.

    Welke verplichting is nieuw, vervalt of wijzigt en wat moet een burger, bedrijf of professional anders, meer of minder doen door deze wijziging?

Door middel van deze wijziging verandert de bestaande praktijk niet. Het is een voortzetting van een systeem dat de regeldruk vermindert, maar dan in een nieuw juridisch stelsel: de Omgevingswet. De gedragscodes die nog tot stand zijn gekomen in het stelsel onder de Wet natuurbescherming, vervallen per 31 december 2024.

Door te werken overeenkomstig een aangewezen gedragscode, vervalt de verplichting voor een bedrijf of burger om in specifieke gevallen een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit aan te vragen bij het bevoegd gezag. Dit is in de meeste gevallen de provincie. Gedragscodes waarborgen dat flora en fauna beschermd zijn op een manier die geen onnodige regeldruk met zich meebrengt. Het gaat namelijk om activiteiten die regelmatig worden uitgevoerd en daarom zijn de effecten op soorten en het leefgebied voorspelbaar.

De handeling, de concrete flora- en fauna-activiteit zoals het maaien van een dijk, zal onder een gedragscode niet meer of minder tijd in beslag nemen. Deze blijft namelijk hetzelfde. Maar er wordt veel tijd bespaard in het proces voorafgaand aan de handeling: de individuele gebruiker hoeft geen omgevingsvergunning aan te vragen.

  • 2.

    Hoeveel tijd (bijv. administratie) of euro’s (bijv. investering) kost het of bespaart het een burger, bedrijf of professional om deze nieuwe verplichting of wijziging na te leven?

De effecten van de regeling worden uitgedrukt in de kosten van een handeling (P) en de grootte van de doelgroep en frequentie (Q).

Door de aanwijzing van de gedragscodes kan worden uitgegaan van een voortzetting van regeldruk- en kostenbesparing. Het aanvragen van een omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit met een looptijd van maximaal 1 jaar kost €600,-.32 Daarnaast kost het een bedrijf gemiddeld 30 minuten om een complexe aanvraag in te dienen.33 Het aanvragen van een omgevingsvergunning vraagt om het aanleveren van de locatie, activiteiten, verschillende documenten en gegevens. De gemiddelde kosten per uur zijn €33,-.34 De kosten voor de aanvraag van één omgevingsvergunning kunnen daarom worden ingeschat op €600,- + (€33,- * (30/60)) = €616,50 op jaarbasis.

Op jaarbasis worden ten minste duizend omgevingsvergunningen voor flora- en fauna-activiteiten aangevraagd.

De kostenbesparing die het aanwijzen van deze 7 specifieke gedragscodes op jaarbasis met zich meebrengt, is daarom ten minste €616,50 X 1.000 = € 616.500,- per jaar.

  • 3.
    • a.

      Wie moet deze gewijzigde verplichting(en) naleven?

Zoals eerder aangegeven, wijzigt de bestaande praktijk niet door de stelselwijziging naar de Omgevingswet. De doelgroep bestaat minimaal uit de initiatiefnemers van de aangewezen gedragscodes.

    • b.

      Hoeveel van deze partijen zijn er?

Door middel van deze aanwijzingsronde worden zeven gedragscodes aangewezen. Dit betekent dat er minstens zeven partijen door heel Nederland gebruik maken van de vrijstelling van de omgevingsvergunningplicht die de gedragscode biedt. Het zijn met name maatschappelijke organisaties en overheden die gebruik maken van gedragscodes. Voorbeelden van organisaties die een gedragscode hebben opgesteld zijn Rijkswaterstaat en de brancheorganisatie van woningbouwverenigingen (Aedes).

Initiatiefnemers consulteren bij het opstellen van gedragscodes collega’s in de sector. Zo kan de gedragscode Aedes, opgesteld door één woningbouwcorporatie, in principe door alle woningbouwcorporaties worden toegepast die renovatiewerkzaamheden of onderhoud aan woningen uitvoeren.

De gedragscodes worden gepubliceerd op de website van RVO. Vervolgens kan een ieder, dus niet alleen de initiatiefnemer van de gedragscode, gebruikmaken van de uitzondering van de omgevingsvergunningplicht overeenkomstig een aangewezen gedragscode. In de gedragscode wordt duidelijk voor welke activiteiten de uitzondering geldt, en onder welke voorwaarden.

    • c.

      Hoe vaak moeten zij aan de (gewijzigde) verplichtingen voldoen?

De verplichting om een omgevingsvergunning aan te vragen vervalt in specifieke gevallen. Zoals onder 1. is aangegeven, zorgt de flora- en fauna-activiteit zelf niet voor meer- of minder verplichtingen en is er sprake van een bestaande praktijk.

Het Adviescollege toetsing regeldruk heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

9.2 Uitvoerbaarheid

De RVO en het Interprovinciaal Overleg (IPO) zijn gevraagd naar de handhaafbaarheid en uitvoerbaarheid en fraudebestendigheid van deze regeling.

RVO beoordeelt gedragscodes en geeft advies aan LVVN over de aanwijzing ervan. Bij de beoordeling wordt onder andere gekeken of maatregelen redelijk zijn en of deze handhaafbaar zijn. RVO heeft aangegeven dat de gedragscodes die worden aangewezen in bij de wijziging van de Omgevingsregeling, uitvoerbaar en handhaafbaar zijn. Daarnaast heeft RVO aangegeven dat zij, gelet op de betrokkenheid bij de beoordeling van gedragscodes, geen reden ziet om bij elke wijziging een nieuwe UHT uit te voeren. Enkel bij nieuwe wet- en regelgeving of beleidswijzigingen zou RVO betrokken willen worden om een UHT uit te voeren.

Toezicht en handhaving wordt in de meeste gevallen uitgevoerd door de provincies voor gedragscodes. Het IPO heeft geen formele reactie opgesteld op de wijzigingsregeling.

10. Consultatie

10.1 Inleiding

Een concept van deze wijzigingsregeling heeft opengestaan voor consultatie op https://www.internetconsultatie.nl/gedragscodes/b1. Van 18 oktober tot en met 17 november 2024 heeft de internetconsultatie plaatsgevonden. Van 30 particulieren en organisaties zijn reacties op de internetconsultatie ontvangen. Dit betrof een diverse groep van burgers en branche- en belangenorganisaties.

De consultatieversie van de wijzigingsregeling is door een deel van de indieners positief ontvangen, maar er zijn ook kritische geluiden. Deze reacties hebben geleid tot verduidelijking van de toelichting en een aantal gedragscodes op specifieke onderdelen. Een deel van de reacties ziet overigens niet op de inhoud en strekking van de regeling en gedragscodes zelf, maar op andere achterliggende politiek-bestuurlijke keuzes met betrekking tot Gedragscodes als instrument of de beleidsregel aanwijzing soortenbescherming en houtopstanden. Op deze reacties zal daarom niet worden ingegaan.

De zeven gedragscodes zijn bestaande gedragscodes, die worden omgezet van de Wet natuurbescherming naar de Omgevingswet. In deze consultatie zal met name worden gereageerd op nieuwe inhoud van de Gedragscodes. Op nieuwe activiteiten, beschermde soorten of maatregelen is er ten opzichte van de gedragscodes onder de Wet natuurbescherming nog geen mogelijkheid geweest tot inspraak. Voor wat betreft reacties die zien op inhoud van gedragscodes die eerder onder de u.o.v. zijn voorgelegd, is gecontroleerd of dit inderdaad nog past binnen de inhoudelijke eisen en het beleid die worden gesteld aan de gedragscodes.

Op de Gedragscode ProRail is geen reactie binnengekomen. Daarom wordt deze gedragscode zonder wijzigingen ten opzichte van de internetconsultatie aangewezen. De initiatiefnemer van de Gedragscodes Bosbeheer en Natuurbeheer heeft via de internetconsultatie aangegeven niet akkoord te zijn met de door hem zelf ingediende gedragscodes. Het gevolg is daarom dat deze gedragscodes vooralsnog niet worden aangewezen.

In de volgende paragraaf worden de hoofdlijnen van de consultatiereacties beschreven die betrekking hebben op deze wijzigingsregeling.

10.2 Reacties per thema

Branden in gedragscodes

Er zijn een aantal voorstellen binnengekomen om branden als beheermaatregel op te nemen in de gedragscodes waar dit past, zoals de Gedragscode Natuurbeheer.

Bij branden is er geen sprake van het in stand houden van een situatie zoals bij bestendig beheer en onderhoud. Het is een activiteit waarbij het vegetatiestadium teruggezet wordt in successie. Het duurt lang voordat de oorspronkelijke situatie en daarmee leefgebied van beschermde soorten weer is hersteld. Daarom wordt branden in het kader van natuurbeheer gecategoriseerd als een activiteit in het kader van ruimtelijke ontwikkeling of inrichting valt.

Bij ruimtelijke ontwikkeling of inrichting geldt een beperkte lijst aan soorten waarvoor een vrijstelling kan gelden. De initiatiefnemer van de betreffende gedragscodes heeft laten weten deze maatregel niet op te willen nemen als ruimtelijke ontwikkeling of inrichting.

Verhouding beleidsregel en concrete codes ten aanzien van essentiële leefgebieden

Uit de internetconsultatie is de vraag naar voren gekomen of het beleid ten aanzien van gedragscodes is verzwaard naar aanleiding van de beleidsregel aanwijzing gedragscodes soortenbescherming en houtopstanden. Deze vraag ging concreet over de ogenschijnlijke verzwaring van het onderzoeken van essentiële leefgebieden door een ecologisch deskundige.

Het vaststellen van een beleidsregel is niet zonder meer een verzwaring van het beleid. Het is een invulling van de bevoegdheid van de Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur voor het aanwijzen van gedragscodes in de Omgevingsregeling op grond van het Besluitactiviteiten leefomgeving.

Bij de beheerwerkzaamheden dient voorafgaand aan de werkzaamheden door een ecologisch deskundige het voorkomen van beschermde soorten en het belang van het werkgebied voor die soorten te worden bepaald. De ecologisch deskundige stelt onder andere vast of er essentieel leefgebied aanwezig is. Vervolgens bepaalt de ecologisch deskundige hoe, waar en wanneer de werkzaamheden zodanig uit te voeren, dat er geen negatieve effecten optreden voor beschermde soorten. In de praktijk werd deze eis al gesteld aan gedragscodes. Dit is nu geformaliseerd in de beleidsregel.

Reikwijdtedocument en maatregelencatalogus

Uit de consultatie zijn vragen naar voren gekomen ten aanzien het reikwijdtedocument en de maatregelencatalogus van RVO.

Sinds de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming op 1 januari 2017 is ervaring opgedaan met toepassing van het instrument gedragscodes. In deze periode is, in het kader van de goedkeuring van nieuwe gedragscodes, beoordeeld in welke gevallen beschermde soorten en activiteiten onder de vrijstelling van een gedragscode kunnen worden gebracht.

In 2019 is op basis hiervan door RVO, als beoordelaar namens de toenmalige Minister van LNV, een reikwijdtedocument opgesteld dat dient als hulpmiddel voor deze beoordeling. RVO beheert het reikwijdtedocument en stemt wijzigingen af met het Ministerie van LVVN en het IPO.

Het reikwijdtedocument en bijbehorende bijlagen geven aan welke activiteiten in relatie tot welke beschermde soorten onder de vrijstelling van een gedragscode kunnen worden uitgevoerd. Daarnaast bevat het document de minimale maatregelen die moeten worden uitgevoerd om negatieve effecten op beschermde soorten te voorkomen of te beperken. Het reikwijdtedocument is te vinden op de website van RVO.35

Indien een organisatie van mening is dat voor een beschermde soort wel degelijk sprake is van effectieve maatregelen, kan zij dit voorleggen aan RVO. Dit kan naar aanleiding van bijvoorbeeld voortschrijdende technieken of nieuwe ecologische inzichten. Dit dient wel ecologisch onderbouwd te zijn. Daarnaast wordt er door de initiatiefnemer advies gevraagd aan een onafhankelijke soortenorganisatie. RVO beoordeelt vervolgens of de soort op grond van de ingediende motivatie, alsnog toegevoegd kan worden aan het reikwijdte document. Dezelfde werkwijze wordt gehanteerd voor werkzaamheden en maatregelen die niet in het reikwijdtedocument zijn opgenomen.

10.3 Reacties per specifieke code

In deze paragraaf wordt per gedragscode toegelicht welke onderdelen tot aanpassingen hebben geleid in de code.

Gedragscode Aedes

Er zijn een aantal vragen binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Aedes. Deze vragen gingen onder andere over het opnemen van de steenmarter in de gedragscode, en over de lengte van de vrijstellingsperiode met betrekking tot de evaluatie. Bij de vragen werd voornamelijk om verduidelijking gevraagd.

De steenmarter is opgenomen in de gedragscode omdat de soort mogelijk in woningen voorkomt. Vanwege de flexibiliteit in het gebruik van verblijfplaatsen en de signalen dat de populatie toeneemt, is door RVO beoordeeld dat een vrijstelling voor bij ruimtelijke ontwikkeling en inrichting mogelijk is. Dit is ook opgenomen in het reikwijdtedocument.

Het doel van de evaluatie is het verzamelen van waardevolle gegevens over de bekendheid, het gebruik, de werking en de juiste toepassing van het instrument gedragscode. De evaluatiegegevens zijn vervolgens input voor een nieuwe gedragscode. Gedragscodes worden voor vijf jaar aangewezen. Een periode van vijf jaar doet het meeste recht aan zekerheid voor de gebruiker van de vrijstelling. In het voorlaatste jaar moet er een evaluatie gedaan worden naar het gebruik van de gedragscode. De staat van instandhouding wordt voorafgaand aan vaststellen van gedragscodes getoetst en is geen onderdeel van de evaluatie.

Gedragscode Bosbeheer

Er zijn veel reacties binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Bosbeheer.

De initiatiefnemer van de gedragscode, de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE), heeft aangegeven dat de gedragscode leidt tot een aanzienlijke verslechtering ten opzichte van de vorige gedragscode, en daarom niet achter de Gedragscode Bosbeheer te staan. Een negatieve reactie vanuit de initiatiefnemer op een eigen ingebrachte en akkoord bevonden gedragscode, is doorslaggevend om de gedragscode vooralsnog niet aan te wijzen.

Een deel van de reacties hield verband met een lopende rechtszaak ten aanzien van de oude gedragscode Bosbeheer, goedgekeurd onder de Wet natuurbescherming. Zowel de oude als de nieuwe gedragscode Bosbeheer biedt de mogelijkheid tot groepenkap en schermkap. Dit is door verschillende partijen, gelet op de eisen uit de Vogel- en Habitatrichtlijn, ter discussie gesteld. In verschillende reacties is gevraagd om voor een verantwoorde aanwijzing, de uitkomst van de gerechtelijke procedure af te wachten. De gerechtelijke procedure zal niet worden afgewacht, maar de uitkomst van de rechtszaak zal ten alle tijden worden doorgevoerd in de gedragscode.

Gedragscode Havenbedrijven

Er zijn een aantal voorstellen binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Havenbedrijven. Deze voorstellen zagen onder andere op de doorzoekbaarheid van de gedragscode en vragen over specifieke soorten en maatregelen.

De doorzoekbaarheid is gecontroleerd en er is geen reden gevonden om dit aan te passen. Andere opmerkingen waren vragen over maatregelen en activiteiten die toezien op onderdelen die rechtstreeks overgenomen zijn uit het reikwijdtedocument en bijbehorende bijlagen zoals de maatregelencatalogus. Er is geen noodzaak gevonden tot aanpassingen van het reikwijdte document of bijbehorende bijlagen.

Gedragscode Provinciale infrastructuur

Er zijn twee vragen binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Provinciale infrastructuur. Deze vragen zien toe op het missen van de grote vos in de gedragscode en op mogelijke tegenstrijdigheden over de wijze van prioritering bij het uitvoeren van werkzaamheden in essentieel leefgebied.

Het voorstel om de grote vos toe te voegen aan de gedragscode is voorgelegd aan de initiatiefnemer van de gedragscode. Deze heeft aangegeven hierin mee te gaan.

De maatregelen in de gedragscode zijn conform de opzet van de maatregelencatalogus zoals door RVO beschikbaar is gesteld. Maatregelen in de maatregelencatalogus staan op volgorde van prioritering. In eerste instantie wordt altijd voorkeur gegeven aan het voorkomen van overtredingen van verbodsbepalingen. Indien dit niet mogelijk is, kan in het geval van sommige soorten bijvoorbeeld een gefaseerde werkwijze worden gehanteerd. Er is dan ook geen aanpassing in de gedragscode gedaan.

Gedragscode Rijkswaterstaat

Er zijn een paar vragen binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Rijkswaterstaat. Deze vragen zagen toe op het mogelijk toestaan van opzettelijk doden voor de platte schijfhoren, nog aanwezige verwijzingen naar de oude Wet natuurbescherming en de winterrust periode van vleermuizen.

Het voorstel om de verwijzingen naar de oude Wet natuurbescherming om te zetten naar de Omgevingswet wordt overgenomen. De verwijzingen zijn aangepast.

De gedragscode geeft geen vrijstelling voor opzettelijk doden. Dit is ook opgenomen in de tabellen waarin de gedragscodes worden aangewezen. Bij het uitvoeren van de maatregelen wordt zorgvuldig gehandeld waardoor er geen sprake is van opzettelijk doden. Daarnaast is de winterrust periode voor vleermuizen in alle gedragscodes hetzelfde en betreft dit altijd een indicatieve periode. Er zijn dan ook geen aanpassingen gedaan.

Gedragscode Natuurbeheer

Er zijn veel reacties binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode Natuurbeheer. Hierbij is aangegeven dat de gedragscode leidt tot onnodige extra lasten bij natuurbeheerders, die het in de praktijk onmogelijk maken bepaalde maatregelen voor behoud van natuurwaarden uit te voeren, waaronder Natura 2000 instandhoudingsdoelen.

Daarnaast heeft de initiatiefnemer van de gedragscode, de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE), aangegeven dat de gedragscode leidt tot een aanzienlijke verslechtering van de vorige gedragscode, en daarom niet achter de Gedragscode Natuurbeheer te staan. Een negatief advies vanuit de initiatiefnemer op een eigen ingebrachte gedragscode, is een belangrijke reden om de gedragscode vooralsnog niet aan te wijzen.

Gedragscode VEWIN

Er zijn een aantal voorstellen binnengekomen ten aanzien van de Gedragscode VEWIN. Deze voorstellen zagen onder andere op het plaatsen en onderhouden van hekwerken en bosbouwkundige werkzaamheden onder maatregelen voor bestendig beheer en onderhoud.

De voorstellen zijn positief beoordeeld, en vervolgens voorgelegd aan de initiatiefnemer van de gedragscode. Deze heeft aangegeven hierin mee te gaan en de gedragscode aan te passen. Het plaatsen en onderhoud aan permanente en tijdelijke hekwerken wordt toegestaan, zolang deze zowel bij het plaatsen als in de gebruiksfase geen negatieve effecten hebben op het leefgebied van beschermde soorten, zoals versnippering of barrièrewerking. Daarnaast wordt de verwijzing naar de gedragscode Bosbeheer verwijderd. De gedragscode VEWIN ziet alleen toe op bosbouwkundige werkzaamheden die onder bestendig beheer en onderhoud vallen. Achterstallige werkzaamheden vallen daar niet onder.

Gedragscode TenneT Houtopstanden

In de consultatie zijn vragen gesteld over de werking van de gedragscode houtopstanden. Door te werken overeenkomstig een gedragscode houtopstanden vervalt de meldplicht en de herplantplicht. Dit betekent dat de gedragscode moet waarborgen dat geen afbreuk wordt gedaan aan bijzondere natuurwaarden of landschappelijke waarden, de te vellen houtopstand geen deel uitmaakt van een boskern, herplanting op een bosbouwkundig verantwoorde wijze plaatsvindt, de grond waarop herbeplanting plaatsvindt ten minste dezelfde kwaliteit heeft als de grond waarop de gevelde houtopstand zich bevond en de grond waarop de herbeplanting plaatsvindt ten minste een gelijke oppervlakte heeft als de grond waarop de gevelde houtopstand zich bevond. Onder de gedragscode geldt een registratie en bewaarplicht van vijf jaar. Deze documenten zijn opvraagbaar door bevoegd gezag. Deze voorwaarden zijn opgenomen in de gedragscode TenneT. De gedragscode TenneT voldoet daarmee aan de wettelijke voorwaarden en hoeft niet aangepast te worden.

II ARTIKELSGEWIJS

Artikel I (wijziging Omgevingsregeling)

Artikel I berust op de volgende bepalingen van de Omgevingswet, die worden opgesomd in de aanhef van deze regeling:

  • -

    artikel 4.3, vierde lid, Omgevingswet is de grondslag voor het stellen van uitvoeringstechnische regels bij ministeriële regeling, zoals het vellen van houtopstanden;

  • -

    artikel 5.1, tweede lid, onder g, Omgevingswet is de grondslag voor het verbieden van flora- en fauna-activiteiten zonder omgevingsvergunning voor zover het gaat om een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen geval.

  • -

    artikel 5.2, derde lid, Omgevingswet, is de grondslag voor het invulling geven aan de aanwijzing van bij algemene maatregel van bestuur vergunningvrije of vergunningplichtige gevallen.

  • -

    artikel 11.45 Besluit activiteiten leefomgeving is de grondslag voor de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor soorten beschermd onder de Vogelrichtlijn op basis van een aangewezen gedragscode.

  • -

    artikel 11.53 Besluit activiteiten leefomgeving is de grondslag voor de aanwijzing van vergunningvrij gevallen voor soorten beschermd onder de Habitatrichtlijn op basis van een aangewezen gedragscode.

  • -

    artikel 11.59 Besluit activiteiten leefomgeving is de grondslag voor de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor nationaal beschermde soorten.

  • -

    artikel 11.131, eerste lid, onder d, en tweede lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving zijn de grondslag voor de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor de meld- en herbeplantingsplicht van houtopstanden;

Onderdeel A (wijziging artikel 1.1a: grondslag)

Met artikel 1.1a wordt tot uitdrukking gebracht dat de Omgevingsregeling gebaseerd is op verschillende grondslagen in de Omgevingswet, de onderhangende AMvB’s en wetten buiten het systeem van de Omgevingswet, namelijk de Mijnbouwwet en de Wet dieren.

De indeling van het artikel is aangepast om de inzichtelijkheid en leesbaarheid te verbeteren. Voor iedere AMvB die grondslagen bevat voor de Omgevingsregeling, is een apart onderdeel ingevoegd in het tweede lid. De Mijnbouwwet en de Wet dieren zijn als aparte onderdelen opgenomen in het derde lid.

De grondslag voor het aanwijzen van de verschillende gedragscodes soortenbescherming en de gedragscode houtopstanden ligt besloten in de artikelen 5.2, derde lid van de Omgevingswet, en de artikelen 11.45, 11.53, 11.59 en 11.131, eerste lid, onder d, en tweede lid, van het Besluit activiteiten leefomgeving. Deze grondslagen zijn nu toegevoegd aan artikel 1.1a.

Onderdeel B (nieuw artikel 4.23a: gedragscodes voor Vogelrichtlijnsoorten)

Met dit onderdeel is een nieuw artikel 4.23a toegevoegd aan paragraaf 4.7.1 van de Omgevingsregeling, dat de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor soorten beschermd onder de Vogelrichtlijn regelt.

Artikel 4.23a voorziet in de mogelijkheid om op grond van artikel 11.45 Bal een vrijstelling van de omgevingsvergunningplicht te regelen voor flora- en fauna-activiteiten die worden verricht overeenkomstig een bij die regeling aangewezen gedragscode.

Het eerste lid verwijst naar de flora- en fauna-activiteiten uit het Bal waarvoor de vrijstelling kan gelden op het verbod om zonder omgevingsvergunning een flora- en fauna-activiteit. Het Bal voorziet in de mogelijkheid om voor verschillende verboden handelingen een gedragscode aan te wijzen (zie paragraaf 2 van de algemene toelichting).

In de praktijk wordt maar voor een beperkt aantal verboden handelen vrijstelling verleend van de omgevingsvergunningplicht middels een gedragscode. De huidige gedragscodes voorzien alleen in een vrijstelling op het verbod om nesten, rustplaatsen en eieren opzettelijk te vernielen en beschadigen, het opzettelijk wegnemen van nesten van vogels,36 en om vogels opzettelijk te verstoren.37

In het tweede lid wordt daarom door middel van een tabel duidelijk welke gedragscodes worden aangewezen, voor welke periode iedere gedragscode geldt en welke verbodsbepalingen per gedragscode precies worden uitgezonderd. Zo kunnen ook toekomstige gedragscodes eenvoudig worden toegevoegd aan dit artikel, waarbij de geldende duur per gedragscode inzichtelijk is.

Onderdeel C (nieuw artikel 4.26a: gedragscodes voor Habitatrichtlijnsoorten)

Met dit artikel is een nieuw artikel 4.26a toegevoegd aan paragraaf 4.7.2 van de Omgevingsreling, dat de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor soorten beschermd onder de Habitatrichtlijn regelt. Aan deze lijst van vrijstellingen wordt de aanwijzing van vergunningvrije gevallen voor soorten die worden beschermd door de Habitatrichtlijn op basis van een aangewezen gedragscode toegevoegd.

Artikel 4.26a voorziet in de mogelijkheid om op grond van artikel 11.53 Bal een vrijstelling van de omgevingsvergunningplicht te regelen voor flora- en fauna-activiteiten die worden verricht overeenkomstig een bij die regeling aangewezen gedragscode.

In de praktijk wordt voor Habitatrichtlijnsoorten, net als bij vogels, maar voor een beperkt aantal verboden vrijstelling verleend van de omgevingsvergunningplicht middels een gedragscode. De huidige gedragscodes voorzien alleen in een vrijstelling op het verbod om Habitatrichtlijnsoorten te verstoren,38 de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen te beschadigen of vernielen,39 en het opzettelijk plukken, verzamelen, afsnijden, ontwortelen of vernielen van planten van soorten genoemd in bijlage IV, onder b, bij de habitatrichtlijn of bijlage I bij het verdrag van Bern, in hun natuurlijke verspreidingsgebied.40

De specifieke gevallen waarvoor de vrijstelling geldt worden beschreven in de gedragscodes die worden aangewezen in de tabel in het tweede lid.

Voor de volledigheid wordt het volgende opgemerkt. In de lijst van handelingen die zijn verboden zonder omgevingsvergunning, wordt verwezen naar soorten die worden beschermd onder de Habitatrichtlijn, het verdrag van Bern en het verdrag van Bonn.

Nederland en de Europese Unie zijn beide partij bij het verdrag van Bern, inzake het behoud van wilde dieren en planten en hun natuurlijk leefmilieus, en het verdrag van Bonn, inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten. Beide verdragen zien op van nature in het wild voorkomende dieren en planten in Europa. De Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn vormen de omzetting in EU-regelgeving van beide verdragen.41 De materie van de verdragen van Bern en van Bonn wordt niet helemaal gedekt door deze richtlijnen. Zo beschermt het verdrag van Bern, anders dan de vogelrichtlijn, niet alleen nesten van vogels maar ook hun rustplaatsen tegen vernieling of beschadiging. Verder komen zeven op grond van het verdrag van Bern te beschermen soorten en één op grond van het verdrag van Bonn te beschermen soort niet voor op de lijst van soorten van bijlage IV bij de habitatrichtlijn.42

Onderdeel D (nieuw artikel 4.31a: gedragscodes voor nationaal beschermde soorten)

Met dit artikel is een nieuw artikel 4.31a toegevoegd aan paragraaf 4.7.3 van de Omgevingsregeling, dat de aanwijzing van vergunningvrije gevallen van andere, nationaal beschermde soorten dan onder de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn regelt.

Er zijn dieren en planten van sommige soorten die niet vallen onder de reikwijdte van de beschermingsbepalingen van de Vogelrichtlijn, de Habitatrichtlijn of de verdragen van Bern en van Bonn, wettelijke bescherming te bieden tegen schadelijke handelingen. Dat geldt in ieder geval voor dieren en planten van soorten die zijn geplaatst op de rode lijsten van bedreigde of ernstig bedreigde dier- en plantensoorten en die nadelige gevolgen ondervinden van bepaalde menselijke handelingen, zoals het vangen, plukken of doden, en daarom gebaat zijn bij een verbod op die handelingen. Dat is het geval bij bepaalde soorten vissen, dagvlinders, libellen, kevers en vaatplanten. Bij zoogdieren, amfibieën en reptielen kan dat ook het geval zijn, maar daar maken ook maatschappelijke opvattingen over hun intrinsieke waarde dat er aanleiding is voor bescherming van die dieren, ook als de diersoort als zodanig niet bedreigd is.43

Artikel 4.31a voorziet in de mogelijkheid om op grond van artikel 11.59 Bal een vrijstelling van de omgevingsvergunningplicht te regelen voor flora- en fauna-activiteiten die worden verricht overeenkomstig een bij die regeling aangewezen gedragscode. De specifieke gevallen waarvoor de vrijstelling geldt worden beschreven in de tabel van gedragscodes die worden aangewezen in het tweede lid.

In het geval van nationaal beschermde soorten voorzien de gedragscodes in een vrijstelling op de vergunningplicht voor het opzettelijk verstoren van dieren,44 het beschadigen of vernielen van de vaste voortplantingsplaatsen, rustplaatsen of eieren van dieren,45 en het opzettelijk plukken en verzamelen, afsnijden, ontwortelen of vernielen van planten genoemd in bijlage IV, onder b, bij de habitatrichtlijn of bijlage I bij het verdrag van Bern, in hun natuurlijke verspreidingsgebied.46

Onderdeel E (nieuwe paragraaf 4.8.4 en artikel 4.39: uitzondering op melding vellen houtopstand en plicht tot herbeplanting: gedragscodes)

De gedragscode voor de uitzondering op de meldplicht bij het vellen van een houtopstand en plicht tot herbeplanting past voor wat betreft onderwerp en opschrift niet bij de paragrafen 4.8.1 t/m 4.8.3. Met dit artikel is een nieuwe paragraaf 4.8.4 toegevoegd.

In artikel 4.39 wordt de Gedragscode houtopstanden TenneT aangewezen. Dit is vooralsnog de enige gedragscode houtopstanden (zie paragraaf 5 van de algemene toelichting).

Onderdeel F (wijziging bijlage II Omgevingsregeling)

Met dit onderdeel wordt bijlage II van de Omgevingsregeling gewijzigd. Alle aangewezen gedragscodes, dus de gedragscodes voor Vogelrichtlijnsoorten, Habitatrichtlijnsoorten, nationaal beschermde soorten en houtopstanden, worden in alfabetische volgorde ingevoegd.

Artikel II (inwerkingtreding)

De inwerkingtreding van artikel I zal plaatsvinden met ingang van 1 januari 2025. Op 31 december 2024 eindigt het overgangsrecht dat van toepassing is op de gedragscodes die zijn verleend als besluit onder de Wet natuurbescherming.

Het is ongewenst om de aanwijzing van de gedragscode uit te stellen. Daaraan zij toegevoegd dat zowel het bevoegd gezag, als de initiatiefnemers en sectoren die activiteiten uitvoeren onder een gedragscode, op de hoogte zijn van de aanwijzing. Gelet hierop is er aanleiding af te wijken van de termijn van drie maanden tussen publicatie en inwerkingtreding van de wijziging.

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,

Jean Rummenie

Naar boven