Besluit van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 20 november 2023 tot wijziging van de Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatswerken, in verband met de inwerkingtreding van de Omgevingswet

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 5.1, tweede lid, aanhef en onder f, aanhef en onder 1° en 2° en 5.11 van de Omgevingswet, artikel 4.4, eerste lid onder a. en 4.11, onder c. en d. van het Omgevingsbesluit en artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatswerken wordt als volgt gewijzigd.

A

Artikel 1a vervalt.

B

In artikel 4, derde lid, wordt ‘Beleidslijn ruimte voor de rivier’ vervangen door: ‘Beleidslijn grote rivieren’.

C

In artikel 5, vervalt het tweede lid, en wordt het derde lid wordt vernummerd tot het tweede lid.

D

In artikel 7, eerste lid, wordt ‘Waterwet’ vervangen door: ‘Omgevingswet’.

E

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid en tweede lid wordt ‘vergunningen’ vervangen door ‘vergunning’.

2. In het eerste en tweede lid wordt de zinsnede ‘de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of de artikelen 6.12, 6.13 of 6.14 van het Waterbesluit’ vervangen door: ‘artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder f, aanhef en onder 1° en 2° van de Omgevingswet’.

F

In artikel 10 wordt ’rijkswaterstaatswerken’ vervangen door: ‘waterstaatswerken of wegen in beheer bij het Rijk’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt op 1 januari 2024 in werking.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, namens deze, Waarnemend Directeur-Generaal Rijkswaterstaat P.M. Zorko

TOELICHTING

Dit besluit betreft de wijziging van de Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over rijkswaterstaatswerken (Stcrt. 2002, nr. 123, zoals gewijzigd bij Besluit van 11 december 2009 en 9 november 2015).

Deze beleidsregels zijn eerder vastgesteld op grond van de Waterwet en de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr). Aangezien de voor deze beleidsregel relevante bepalingen in de Waterwet en de Wbr vervallen met inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024, wordt de Beleidsregel met dit besluit van een nieuwe wettelijke grondslag voorzien. De beleidsregel wordt tevens in overeenstemming gebracht met de terminologie in de Omgevingswet. Aangezien de definitie van ‘waterstaatswerk’ verandert met de inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt de beleidsregel op grond van het gewijzigde artikel 10 voortaan aangehaald als ‘Beleidsregel voor het plaatsen van windturbines op, in of over waterstaatswerken of wegen in beheer bij het Rijk’.

Het gaat bij deze wijziging uitsluitend om een relatief beperkte aanpassing; de inhoudelijke beoordeling van een vergunningaanvraag of maatwerkvoorschrift voor plaatsing van windturbines op, in of over waterstaatswerken of wegen in beheer bij het Rijk verandert niet ten opzichte van de voorgaande beleidsregel. Voor een inhoudelijke toelichting op de inhoud van de beleidsregel wordt verwezen naar de toelichting bij de oorspronkelijke beleidsregel zoals bekendgemaakt in Staatscourant 2002, 123) en de latere wijzigingen in 2009 (Stcrt. 2009, 19704) en 2015 (Stcrt. 2015, 40363).

Naar verwachting zal in 2024 worden bezien of de beleidsregel ook inhoudelijk gewijzigd dient te worden of dat aanleiding bestaat voor uitbreiding van de reikwijdte van de Beleidsregel als gevolg van nieuwe beleidsinzichten, andere wetgeving dan de Omgevingswet (zoals de Wet windenergie op zee) of jurisprudentie over de plaatsing van windturbines in, op of over het door Rijkswaterstaat beheerde areaal.