Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 26 januari 2022, 3308285-1023196-VGP, houdende wijziging van de Warenwetregeling hoeveelheden voorverpakkingen, in verband met de indexering van de retributies Warenwet, wijziging Warenwetregeling hoeveelheden voorverpakkingen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 33, tweede lid, van de Warenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 2 van de Warenwetregeling hoeveelheden voorverpakkingen, wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt ‘€ 2.190’ vervangen door ‘€ 2.494’.

b. In onderdeel b wordt ‘€ 1.540’ vervangen door ‘€ 1.754’.

c. In onderdeel c wordt ‘€ 1.995’ vervangen door ‘€ 2.272’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de eerste kalendermaand na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

TOELICHTING

1. Algemeen

In het Warenwetbesluit hoeveelheden voorverpakkingen (hierna: het besluit) is vastgesteld dat de aanvrager aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: de Minister) een retributie verschuldigd is voor de aanvraag voor en de afgifte van een voorlopige of definitieve erkenning van een bedrijfscontrolesysteem als bedoeld in artikel 5 van het besluit en voor de aanvraag voor en de afgifte van een verklaring als bedoeld in artikel 6 van het besluit.

Op grond van artikel 7a, eerste lid, van de Warenwet heeft de Minister NMi Certin B.V. (hierna: NMi) aangewezen als instantie die tot taak heeft metrologische onderzoeken te verrichten ten behoeve van de uitvoering van het Warenwetbesluit hoeveelheden voorverpakkingen.1

Artikel 2 van de Warenwetregeling hoeveelheden voorverpakkingen stelt de retributie vast dat door het NMi in rekening wordt gebracht voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een voorlopige of definitieve erkenning of voor een certificaat. Aan het NMi is door de Minister mandaat verleend voor het innen en het opleggen van de retributie voor haar werkzaamheden.2

Uitgangspunt is dat de retributie die door het NMi in rekening wordt gebracht kostendekkend is. Het streven naar kostendekkende retributies leidt tot periodieke aanpassing van de retributies aan loon- en prijsontwikkelingen, voor zover deze ontwikkelingen van invloed zijn op kosten die het NMi maakt bij het verrichten van haar werkzaamheden. Om deze loon- en prijsontwikkelingen te bepalen, wordt gebruik gemaakt van het indexcijfer van het Centraal Bureau voor de Statistiek met betrekking tot Cao-lonen inclusief bijzondere vergoedingen voor particuliere bedrijven.3

De retributies zijn op 1 januari 2015 in werking getreden. Om de retributies kostendekkend te houden, worden deze geïndexeerd over de jaren 2016 tot en met 2021. De retributies stijgen door de indexering met 13,87%. De procentuele verhoging van de retributies is berekend op basis van het indexcijfer van juli 2021 ten opzichte van het indexcijfer van januari 2015 van het Centraal Bureau voor de Statistiek met betrekking tot Cao-lonen inclusief bijzondere vergoedingen voor particuliere bedrijven.4

2. Maat houden 2014

De gewijzigde retributie die door het NMi in rekening wordt gebracht is kostendekkend en kan conform het kabinetsstandpunt bij het rapport Maat houden 20145 worden doorberekend.

3. Consultatie

Het ontwerp van deze regeling is ter informatie gestuurd aan de deelnemers aan het Regulier Overleg Warenwet (ROW).6

4. Gevolgen voor regeldruk

Deze regeling heeft geen effect op de administratieve lasten of nalevingskosten. Retributies zijn financiële lasten en vallen als zodanig buiten de definitie van regeldruk. Zij worden aldus niet aangemerkt als regeldruk die voortvloeit uit wet- of regelgeving. De kennisnemingskosten zijn nihil.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

5. Vaste verandermomenten

Om ongewenste financiële nadelen te voorkomen doordat de retributies niet kostendekkend zijn, wordt afgeweken van de vaste verandermomenten en minimuminvoeringstermijn.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
4

CBS-indexcijfer Cao-lonen inclusief bijzondere vergoedingen voor particuliere bedrijven van januari 2015 is 106,0 en het indexcijfer van juli 2021 is 120,7. Bron: CBS.

X Noot
5

Kamerstukken II 2013/14, 24 036, nr. 407.

X Noot
6

Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van ondernemers (industrie en handel), van consumenten, van ministeries (met name van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit), en van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

Naar boven