Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 20 oktober 2022, nr. MBO/34206849, houdende wijziging van de Regeling regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 in verband met de toevoeging van de mogelijkheid om in 2023 subsidie aan te vragen, alsmede wijziging van het Instellingsbesluit Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 in verband met een verlenging en enige overige wijzigingen

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 2.2.3, derde en vierde lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 20, eerste lid, van de Regeling regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE REGELING REGIONAAL INVESTERINGSFONDS MBO 2019–2022

De Regeling regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘de kalenderjaren 2019 tot en met 2022 in totaal € 100.000.000,– beschikbaar’ vervangen door ‘de kalenderjaren 2019 tot en met 2023 in totaal € 127.000.000,– beschikbaar’.

B

In artikel 19, eerste lid, wordt ‘de kalenderjaren 2019, 2020, 2021 en 2022’ vervangen door ‘de kalenderjaren 2019, 2020, 2021, 2022 en 2023’.

C

Aan artikel 34, tweede lid, wordt toegevoegd ‘, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de subsidies die voor die datum zijn verstrekt’.

ARTIKEL II. WIJZIGING VAN HET INSTELLINGSBESLUIT TIJDELIJKE ADVIESCOMMISSIE REGIONAAL INVESTERINGSFONDS MBO 2019–2022

Het Instellingsbesluit Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘per 1 januari 2025’ vervangen door ‘met ingang van 1 januari 2026’.

2. In het derde lid wordt ‘na 1 januari 2025’ vervangen door ‘na 1 januari 2026’.

B

In artikel 6 vervalt onderdeel f, onder verlettering van de onderdelen g, h en i tot f, g en h.

C

In artikel 14, tweede lid, wordt ‘1 januari 2025’ vervangen door ‘1 januari 2026’.

ARTIKEL III. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf

TOELICHTING

Algemeen

I. Inleiding

Met deze wijzigingsregeling worden de Regeling regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 (hierna: regeling) en het Instellingsbesluit Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 (hierna: instellingsbesluit) gewijzigd.¹Deze regeling heeft als doel om de aansluiting van het middelbaar beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt te verbeteren door duurzame publiek-private samenwerking te stimuleren. In de periode 2019 tot en met 2022 is hiervoor honderd miljoen euro aan middelen beschikbaar gesteld door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (hierna: OCW). Daarnaast brengen andere partijen (zoals het bedrijfsleven) op grond van de regeling cofinanciering in.

Op basis van de huidige regeling vond de laatste aanvraagronde voor het regionaal investeringsfonds in juni 2022 plaats. Gelet op de successen van het regionaal investeringsfonds en het aanhoudende belang van de regeling, is het wenselijk om ook in 2023 subsidie te kunnen verstrekken.

In het najaar van 2022 ondertekent de Minister van OCW samen met de MBO Raad en belangrijkste partners een werkagenda met ambities voor het mbo in de komende jaren. Ook neemt de minister in dezelfde periode een besluit over de invulling van de kwaliteitsafspraken in het mbo vanaf 2024.² Het is van belang dat een RIF-aanvraag goed aansluit bij de strategische visie en prioriteiten die een instelling in haar hieruit voortvloeiende kwaliteitsagenda opneemt. Gezien de raakvlakken tussen de werkagenda, de kwaliteitsafspraken en het regionaal investeringsfonds is besloten om voor 2023 nog subsidie te verstrekken op basis van de huidige regeling. Streven is om een nieuwe regeling inzake het regionaal investeringsfonds begin 2024 in werking te laten treden, tegelijk met de nieuwe kwaliteitsafspraken.

Concreet betekent dit dat in 2023 nog twee aanvraagrondes op basis van de huidige regeling zullen plaatsvinden, te weten in januari 2023 en juni 2023. Het totale subsidieplafond wordt met 27 miljoen euro opgehoogd voor het kalenderjaar 2023. Conform artikel 4, tweede lid, van de regeling wordt het subsidieplafond voor het kalenderjaar 2023 jaarlijks bekend gemaakt in de Staatscourant. Dit gebeurt met een separaat besluit dat vlak na deze wijzigingsregeling zal worden gepubliceerd.

De toevoeging van aanvraagtijdrondes in 2023 maakt dat het instellingsbesluit eveneens moet worden aangepast. Het instellingsbesluit wordt met een jaar verlengd. Daarnaast wordt één lid van de adviescommissie uit het instellingsbesluit geschrapt, omdat dat lid van de adviescommissie heeft verzocht om ontslag. Er wordt momenteel gezocht naar vervanging.

II. Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen. Het regionaal investeringsfonds staat structureel op de begroting van het Ministerie van OCW. Voor het kalenderjaar 2023 is er 27 miljoen euro beschikbaar voor de projecten. Met DUS-I, de Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo en het Platform Talent voor Techniek zijn afspraken gemaakt over de continuering van hun rollen en de daarbij behorende financiering.

III. Uitvoering en handhaafbaarheid

De regeling wordt uitgevoerd door de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I). Deze wijziging bevat geen inhoudelijke wijzigingen. DUS-I acht de regeling uitvoerbaar.

IV. Regeldruk en administratieve lasten

Deze regeling heeft – behoudens het feit dat ook in 2023 subsidie wordt verstrekt – geen gevolgen voor de regeldruk en de administratieve lasten, omdat er geen inhoudelijke wijzigingen worden aangebracht.

V. Caribisch Nederland

Deze wijzigingsregeling heeft geen gevolgen voor Caribisch Nederland, omdat deze alleen geldt voor Europees Nederland.

VI. Inwerkingtreding

Deze wijzigingsregeling zal met ingang van 1 januari 2023 in werking treden.

Artikelsgewijs

Artikel I (Wijziging van de Regeling regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022)

Met deze wijziging wordt het kalenderjaar 2023 op een aantal plekken toegevoegd, zodat het mogelijk wordt om ook in dat kalenderjaar subsidie aan te vragen voor publiek-private samenwerking.

Met onderdeel C is verduidelijkt dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die vóór 1 januari 2028 (de vervaldatum van de regeling) zijn verstrekt. De regeling, zoals die luidde voor het vervallen ervan, blijft dus van toepassing op de afhandeling van subsidies die zijn verstrekt op grond van deze regeling, ook op de subsidies die in 2023 zijn verstrekt.

Artikel II (Wijziging van Instellingsbesluit Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022)

De toevoeging van aanvraagrondes in 2023 (artikel I), heeft gevolgen voor het instellingsbesluit. Op grond van artikel 20 van deze regeling is een onafhankelijke Tijdelijke adviescommissie regionaal investeringsfonds mbo 2019–2022 ingesteld die adviseert over de ingediende subsidieaanvragen en de voortgangsrapportages die worden ingediend voor de tussentijdse beoordeling.

De wijziging van de regeling heeft tot gevolg dat de datum van opheffing van deze adviescommissie met een jaar is verlengd. Daarnaast heeft een lid van de adviescommissie verzocht om ontslag, conform artikel 5, derde lid, onderdeel a, van het instellingsbesluit, hetgeen in het instellingsbesluit tot uitdrukking is gebracht.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf

---

1 Stcrt. 2018, 64331 en Stcrt. 2019, 4491.

2 De kwaliteitsafspraken zijn afspraken die het Ministerie van OCW maakt met mbo-instellingen om de onderwijskwaliteit te verbeteren.