TOELICHTING
1. Inhoud van deze regeling
Deze regeling verhoogt het uitkeringsplafond van de Regeling specifieke uitkering
ventilatie in scholen (hierna: SUViS) en opent een nieuwe aanvraagronde voor deze
uitkeringen van 1 oktober 2021 tot en met 31 januari 2022. De SUViS voorziet in het
verstrekken van specifieke uitkeringen aan gemeenten voor projecten betreffende het
verbouwen van bestaande schoolgebouwen in het funderend onderwijs waarin in ieder
geval noodzakelijke en energiezuinige maatregelen worden getroffen om het binnenklimaat
te verbeteren. Hieronder vallen ook maatregelen met betrekking tot ventilatie van
schoolgebouwen.
Het uitkeringsplafond van de SUViS is opgehoogd met een bedrag van € 98.500.000. Het
kabinet heeft besloten deze middelen vanuit 2023 naar voren te halen. De middelen
zijn een onderdeel van het totale budget van € 360.000.000 dat beschikbaar is gesteld
voor het verbeteren van ventilatie op scholen1.
Daarnaast is met deze regeling de looptijd van de projectperiode aangepast. Een project
waarvoor een uitkering wordt verleend dient uiterlijk 31 augustus 2022 aan te vangen
en uiterlijk 31 augustus 2024 afgerond te zijn. Ook voor aanvragen die reeds beschikt
zijn is de projectperiode aangepast. Een deel van de ontvangende gemeenten heeft aangegeven
dat de beoogde aanvangsdatum niet gehaald wordt. De achterliggende reden hiervan zijn
de volle orderportefeuilles binnen de utiliteitsbouwsector en wachtlijsten die op
kunnen lopen tot ruim 10 maanden, terwijl scholen vooral gedurende schoolvakanties
de mogelijkheid hebben om maatregelen uit te laten voeren. De overige randvoorwaarden
in de SUViS blijven ongewijzigd en van toepassing op aanvragen die worden ingediend
in de tweede aanvraagperiode.
Aanleiding voor het aanpassen van de regeling op de voorgestelde wijze betreft het
debat gevoerd in de Tweede Kamer op 14 juli 2021 over de ontwikkelingen rondom het
coronavirus. Tijdens dit debat is de ventilatie van scholen nadrukkelijk aan bod gekomen.
Bij het debat is door Kamerleden Westerveld en Kuiken een motie ingediend, welke is
aangenomen2. De motie verzoekt de regering om 260 miljoen euro voor ventilatie van scholen, die
nu gereserveerd staat voor 2022 en 2023, extra beschikbaar te maken voor dit jaar
en om urgentie te betrachten in het oplossen van ventilatieproblemen bij scholen.
De motie roept verder op deze zomer al extra inzet hierop te plegen. Deze regeling
betreft uitvoering van deze motie. Het geld dat niet beschikbaar komt via de huidige
SUViS zal worden gebruikt voor een vervolgregeling.
Door het ophogen van het uitkeringsplafond van de SUViS en het opnieuw openstellen
van een aanvraagronde komt extra geld beschikbaar voor gemeenten en (via de gemeente)
schoolbesturen om projecten met betrekking tot het verbeteren van de ventilatie in
schoolgebouwen uit te voeren. Het betreft slechts een uitbreiding van de eenmalige
uitkering op basis van de SUViS, er is daarom geen sprake van een nieuwe eenmalige
uitkering voor reeds ingediende projecten.
De eerste aanvraagronde voor uitkeringen op grond van de SUViS is op 4 januari 2021
opengesteld en op 30 juni 2021 gesloten. Gemeenten hebben intensief gebruik gemaakt
van deze mogelijkheid, waardoor de aanvragen het plafondbedrag van € 98.717.000 ruimschoots
hebben overstegen. Een aantal binnengekomen aanvragen zijn zodoende niet meer beoordeeld
en beschikt door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RVO). Het sluiten
van de regeling op 30 juni 2021 heeft er daarnaast toe geleid dat een groot aantal
aanvragen die wel in voorbereiding waren niet meer zijn ingediend. Door de aanvraagperiode
nu opnieuw open te stellen krijgen gemeenten die een aanvraag in voorbereiding hadden
of nog niet gedaan hadden alsnog de mogelijkheid om een aanvraag te doen. Gemeente
die reeds voor 30 juni een aanvraag hadden ingediend, maar geen specifieke uitkering
konden ontvangen vanwege overschrijding van het plafond, kunnen ook gebruik maken
van het nieuwe budget.
2. Verhouding tot hoger recht
Deze regeling is gebaseerd op artikel 17, vijfde lid, van de Financiële-verhoudingswet.
Dat artikellid geeft de grondslag voor het stellen van regels over de verstrekking
van eenmalige specifieke uitkeringen. Deze regeling geeft geen nieuw kader voor een
specifieke uitkering, maar sluit aan bij de eenmalige specifieke uitkering die op
grond van de SUViS verleend kan worden. Er is zodoende geen sprake van een nieuwe
eenmalige specifieke uitkeringsregeling of een tijdelijke uitkering (artikel 17, derde
lid, Financiële-verhoudingswet). Omdat dezelfde voorwaarden van toepassing zijn, kunnen
projecten dan ook niet voor een tweede keer gesubsidieerd worden.
3. Administratieve en bestuurlijke lasten
Een aanvraag kan worden ingediend op de website van de RVO. Voor een toelichting op
de administratieve lasten voor het doen van de aanvraag wordt verwezen naar de toelichting
bij de SUViS.3 De bestuurlijke lasten voor RVO voor het uitvoeren van deze regeling bedragen € 1.500.000.
4. Uitvoering en handhaving
De regeling wordt uitgevoerd RVO in naam van de Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties. De aanvragen worden op volgorde van binnenkomst in behandeling
genomen om toekenning zo spoedig mogelijk te laten plaatsvinden. De maximale beoordelingstermijn
van de aanvraag is acht weken na ontvangst van de aanvraag door RVO, mogelijk eenmalig
te verlengen met acht weken, maar gestreefd wordt deze termijn zoveel korter te laten
zijn als mogelijk. De beoordeling zal door de RVO worden uitgevoerd.
Na verstrekking van de uitkering wordt door de gemeenten verantwoording afgelegd via
de ‘single information, single audit’-systematiek (SiSa). Dit betekent dat de verantwoording
verloopt via de jaarrekening van de gemeente en via SiSa geleverd wordt aan RVO. RVO
kan aan de hand van die informatie de uitkering achteraf vaststellen of, indien van
toepassing, handhaven op eventuele overtreding van de voorwaarden in de SUViS of beschikking.
5. Consultatie en advies
Deze regeling is niet openbaar geconsulteerd en evenmin voorgelegd aan het Adviescollege
Toetsing Regeldruk (ATR), omdat er geen gevolgen te verwachten zijn voor burgers en
bedrijven en de regeling geen administratieve lasten met zich meebrengt.
Eerder hebben de PO-Raad, de VO-raad en de VNG bij de Minister voor Basis- en Voortgezet
Onderwijs en Media aandacht gevraagd voor signalen uit het veld over de SUViS-regeling.
Deze signalen focussen zich met name op de reikwijdte van de regeling en de wijze
cofinanciering. Deze signalen zullen worden meegenomen bij de inrichting van een vervolgregeling
op de SUViS.
6. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking de dag na publicatie ervan in de Staatscourant, waardoor
wordt afgeweken van de vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn. Hiertoe
is besloten omdat een spoedige openstelling van een tweede aanvraagronde en verhoging
van het plafond nodig zijn om de aanvragen tijdig te kunnen beoordelen en gemeenten
hun projecten binnen de daartoe gestelde tijd te kunnen laten uitvoeren.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren