Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat van 26 augustus 2021, nr. DGBI/ DE/212 14 205, houdende wijziging van het Nationaal Frequentieplan 2014 (Wijziging NFP ten behoeve van verlenging FM-vergunningen)

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat;

Gelet op artikel 3.1 van de Telecommunicatiewet;

Besluit:

ARTIKEL I

Annex 3 van de bijlage bij het besluit van de Minister van Economische Zaken van 3 november 2014, DGETM-TM/ 14179469, houdende vaststelling van het Nationaal Frequentieplan 2014 (Nationaal Frequentieplan 2014), wordt als volgt gewijzigd:

A

HOL004 wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende tekst wordt verwijderd:

‘Bestemming voor de periode vanaf 1 september 2011 tot 1 september 2017

Vanaf 1 september 2011 tot 1 september 2017 is deze frequentieband, voor zover zij nader is bestemd voor commerciële radio-omroep, gekoppeld met de bovenregionale frequentiebanden 182.792 – 184.504 MHz; 188 – 189.784 MHz; 195 – 196.792 MHz; 207.208 – 209MHz. Ingevolge deze nadere bestemming en koppeling is het desbetreffende deel van deze frequentieband alleen bestemd voor commerciële omroepen die tevens houder zijn of worden van een vergunning voor het gebruik van frequentieruimte gelegen in de eerder genoemde bovenregionale frequentiebanden.

Niettegenstaande de hiervoor bedoelde koppeling is het desbetreffende deel van deze frequentieband tevens bestemd voor commerciële omroepen:

  • a. die op basis van een schriftelijke overeenkomst met de betrokken (al dan niet toekomstige) vergunninghouder verzekerd hebben dat zij ten behoeve van de verspreiding van radioprogramma's toegang hebben tot een netwerk dat wordt geëxploiteerd met een vergunning die betrekking heeft op de frequentieband 174 – 230 MHz, of

  • b. die tevens houder zijn of worden van een vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep in de frequentieband 87.5 MHz tot 104.9 MHz en een vergunning voor de frequentieband 219.496 – 221.208 MHz.’

2. Na de tekst en tabel behorende bij de subkop ‘Bestemming voor de periode 1 september 2017 tot 1 september 2022’ wordt een subkop met bijbehorende tekst en tabel ingevoegd, luidende:

Bestemming voor de periode 1 juni 2022 tot 1 september 2025

Vanaf 1 juni 2022 tot 1 september 2025 is de frequentieruimte behorend bij een commerciële middengolfvergunning (C-kavel) telkens gekoppeld met 1/12e deel van de capaciteit van een bijbehorend digitaal frequentieblok overeenkomstig de onderstaande tabel ten behoeve van in elk geval het ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uitzenden van de radioprogramma’s die op grond van de commerciële middengolfvergunning wordt uitgezonden. Daarbij is de in de vorige volzin bedoelde frequentieruimte in de middengolfband bestemd voor commerciële omroep die voor de betreffende commerciële middengolfvergunning tevens een ingevolge de rechterkolom van de onderstaande tabel daarbij behorende vergunning voor 1/12e deel van het gekoppelde frequentieblok houdt of gaat houden.

Analoge vergunningen voor commerciële middengolfomroep

Frequentieblok (digitaal allotment)

Kavel C12

Allotment HOL2405 met frequentieblok 5B (175,872MHz- 177,408 MHz). Dit betreft de provincies Zeeland en Zuid Holland.

B

HOL005 wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende tekst wordt verwijderd:

‘Bestemming voor de periode 1 september 2011 tot 1 september 2017

Vanaf 1 september 2011 tot 1 september 2017 is deze frequentieband, voor zover zij nader is bestemd voor commerciële radio-omroep, gekoppeld met de frequentiebanden 182.792 – 184.504 MHz; 188 – 189.784 MHz; 195 – 196.792 MHz; 207.208 – 209MHz; 219.496 – 221.208 MHz. Ingevolge deze nadere bestemming en koppeling is het desbetreffende deel van deze frequentieband alleen bestemd voor:

  • a. landelijke commerciële radio-omroepen die houder zijn of worden van een vergunning in deze band en die tevens houder zijn of worden van een vergunning van de met deze frequentieruimte gekoppelde band 219.496 – 221.208 MHz, en

  • b. niet-landelijke commerciële radio-omroepen die houder zijn of worden van een vergunning in deze band en die tevens houder zijn of worden van een vergunning van de met deze frequentieruimte gekoppelde banden 182.792 – 184.504 MHz; 188 – 189.784 MHz; 195 – 196.792 MHz; 207.208 – 209MHz.

Niettegenstaande de hiervoor bedoelde koppeling is het desbetreffende deel van deze frequentieband tevens bestemd voor niet-landelijke commerciële radio-omroepen die op basis van een schriftelijke overeenkomst met de betrokken (al dan niet toekomstige) vergunninghouder verzekerd hebben dat zij ten behoeve van de verspreiding van radioprogramma’s toegang hebben tot een netwerk dat wordt geëxploiteerd met een vergunning die betrekking heeft op de frequentieband 174 – 230 MHz.’

2. Na de tekst behorende bij de subkop ‘Bestemming landelijke commerciële radio-omroep voor de periode 1 september 2017 tot 1 september 2022’ wordt een subkop met bijbehorende tekst ingevoegd, luidende:

Bestemming landelijke commerciële radio-omroep voor de periode 1 september 2022 tot 1 september 2025

Vanaf 1 september 2022 tot 1 september 2025 is de frequentieruimte behorend bij één FM-vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep gekoppeld met 1/9e deel van de capaciteit van de frequentieruimte van het frequentieblok 11C, bedoeld in nationale voetnoot HOL007A ten behoeve van in elk geval het ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uitzenden van de radioprogramma’s die op grond van de landelijke commerciële FM-vergunningen worden uitgezonden. Daarbij is de in de vorige volzin bedoelde frequentieruimte in de FM-band bestemd voor landelijke commerciële omroepen die zowel een FM-vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep als een vergunning voor 1/9e deel van de capaciteit van het frequentieblok 11C houden of gaan houden.

3. Na de tekst en tabel behorende bij de subkop ‘Bestemming niet-landelijke commerciële radio-omroep voor de periode 1 september 2017 tot 1 september 2022’ wordt een subkop met bijbehorende tekst en tabel ingevoegd, luidende:

Bestemming niet-landelijke commerciële radio-omroep voor de periode vanaf 1 juni 2022 tot 1 september 2025

Vanaf 1 juni 2022 tot 1 september 2025 is de frequentieruimte behorend bij een FM-vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep overeenkomstig de onderstaande tabel telkens gekoppeld met 1/12e deel van de capaciteit van een bijbehorend digitaal frequentieblok ten behoeve van in elk geval het ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uitzenden van de radioprogramma’s die op grond van niet-landelijke commerciële FM-vergunningen worden uitgezonden. Daarbij is de in de vorige volzin bedoelde frequentieruimte in de FM-band bestemd voor commerciële omroepen die voor elke vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep tevens een ingevolge de rechterkolom van de onderstaande tabel daarbij behorende vergunning voor 1/12e deel van het gekoppelde frequentieblok houden of gaan houden.

Analoge vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band

Frequentieblok (digitaal allotment)

Kavels B10, B11, B12, B16, B27, B35.

Allotment HOL2401 met frequentieblok 5A (174,160 MHz- 175,696 MHz). Dit betreft de provincie Friesland.

Kavels B13, B14, B15, B26, B34, B37.

Allotment HOL2402 met frequentieblok 7C (191,584 MHz- 193,120 MHz). Dit betreft de provincies Groningen en Drenthe.

Kavels B01, B02, B03, B04, B05, B33.

Allotment HOL2403 met frequentieblok 8B (196,880 MHz- 198,416 MHz). Dit betreft de provincies Noord Holland en Flevoland.

Kavels B17, B18, B19, B28, B29.

Allotment HOL2404 met frequentieblok 6A (181,168 MHz- 182,704 MHz). Dit betreft de provincie Overijssel.

Kavels B06, B07, B08, B24.

Allotment HOL2405 met frequentieblok 5B (175,872 MHz- 177,408 MHz). Dit betreft de provincies Zuid Holland en Zeeland.

Kavels B09, B20, B30, B32, B36.

Allotment HOL2406 met frequentieblok 12B (224,880 MHz- 226,416 MHz). Dit betreft de provincies Gelderland en Utrecht.

Kavels B21, B22, B23, B25, B31, B38.

Allotment HOL2407 met frequentieblok 7C (191,584 MHz- 193,120 MHz). Dit betreft de provincies Noord Brabant en Limburg.

C

Voetnoot HOL006 wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende tekst wordt verwijderd:

‘Bestemming voor de periode vanaf 1 september 2011 tot 1 september 2017

Tot 1 september 2017 zijn de frequentiebanden 182.792 – 184.504 MHz; 188 – 189.784 MHz; 195 – 196.792 MHz; 207.208 – 209MHz, voor zover betrekking hebbend op de allotments 6B, 7A, 8A en 9D, gekoppeld met de frequentiebanden 87.5 MHz tot 104.9 MHz en 526.5 kHz tot en met 1606.5 kHz en zijn deze banden bestemd voor:

  • c. regionale publieke media-instellingen als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008;

  • d. niet-landelijke commerciële omroepen die houder zijn of worden van een vergunning in deze band en tevens houder zijn of worden van een vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep in de frequentieband 87.5 MHz tot 104.9 MHz, en

  • e. commerciële omroepen die houder zijn of worden van een vergunning in deze band en tevens houder zijn of worden van een vergunning voor commerciële radio-omroep in de frequentieband van 526.5 kHz tot en met 1606.5 kHz.

De in de eerste alinea bedoelde allotments hebben de volgende geografische beperkingen:

  • allotment 6B (182.880 MHz – 184.416 MHz) komt uit DVB allotment HOL0902H en betreft de provincies Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland en het grootste deel van de provincie Flevoland;

  • allotment 7A (188.160 MHz – 189.696 MHz) komt uit DVB allotment HOL0905H en betreft de provincies Brabant en Limburg;

  • allotment 8A (195.168 MHz – 196.704 MHz) komt uit DVB allotment HOL0903H en betreft de provincies Zuid Holland, Utrecht, en een deel van de provincies Noord-Holland en Flevoland;

  • allotments 9D (207.296 MHz – 208.832 MHz), waarbij één allotment komt uit het DVB allotment HOL0901H en betrekking heeft op de provincie Zeeland en één allotment komt uit het DVB allotment HOL0906H en betrekking heeft op de provincie Friesland en een deel van de provincie Noord-Holland.

2. Na de tekst behorende bij de subkop ‘Bestemming voor de periode 1 september 2017 tot 1 september 2022’ wordt een subkop met bijbehorende tekst en tabel ingevoegd, luidende:

Bestemming voor de periode 1 juni 2022 tot 1 september 2025

Vanaf 1 juni 2022 tot 1 september 2025 is 1/12e deel van de capaciteit van de frequentieruimte van een frequentieblok als bedoeld in de rechterkolom van de tabellen in de nationale voetnoten HOL004 en HOL005, gekoppeld met de frequentieruimte behorend bij de analoge commerciële vergunningen, bedoeld in de bij die rechterkolom behorende linkerkolom van de tabellen in de nationale voetnoten HOL004 en HOL005, ten behoeve van in elk geval het ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uitzenden van de radioprogramma’s die op grond van de analoge commerciële vergunningen worden uitgezonden. Daarbij is de in de vorige volzin bedoelde frequentieruimte in de allotments HOL2401, HOL2402, HOL2403, HOL2404, HOL2405, HOL2406, HOL2407 bestemd voor commerciële middengolfomroep of niet-landelijke commerciële radio-omroepen die voor elke vergunning voor 1/12e deel van de capaciteit van een frequentieblok als bedoeld in de rechterkolom van de tabellen in de nationale voetnoten HOL004 en HOL005, tevens een vergunning voor commerciële middengolfomroep onderscheidenlijk niet-landelijke commerciële radio-omroep houden of gaan houden.

D

Voetnoot HOL007 wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende tekst wordt verwijderd:

‘Bestemming landelijke commerciële omroep voor de periode vanaf 1 september 2011 tot 1 september 2017

Tot 1 september 2017 is de frequentieband 219.496 – 221.208 MHz gekoppeld met de frequentiebanden 87.5 MHz tot 104.9 MHz, voor zover die frequentiebanden nader zijn bestemd voor landelijke commerciële radio-omroep, en is deze band bestemd voor landelijke commerciële radio-omroepen die houder zijn of worden van een vergunning in deze band en tevens houder zijn of worden van een vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep in de frequentieband 87.5 MHz tot 104.9 MHz.

Onverminderd de vorige alinea, is deze band in elk geval bestemd voor het uitzenden van achttien programmakanalen als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008 volledig bestaande uit digitale radioprogramma’s als bedoeld in artikel 1.1 van de Mediawet 2008, waarbij negen programmakanalen bestemd zijn voor het ongewijzigd en gelijktijdig uitzenden van de radioprogramma’s van landelijke commerciële radio-omroepen die door middel van de frequentieband 87.5 MHz tot 104.9 MHz worden uitgezonden.’

2. Na de tekst behorende bij de subkop ‘Bestemming voor de periode 1 september 2017 tot 1 september 2022’ wordt een subkop met bijbehorende tekst ingevoegd, luidende:

Bestemming landelijke commerciële omroep voor de periode vanaf 1 september 2022 tot 1 september 2025

Vanaf 1 september 2022 tot 1 september 2025 is 1/9e deel van de capaciteit van de frequentieruimte van het frequentieblok 11C, bedoeld in nationale voetnoot HOL007A, gekoppeld met de frequentieruimte behorend bij één FM-vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep ten behoeve van in elk geval het ongewijzigd en gelijktijdig digitaal uitzenden van de radioprogramma’s die op grond van de landelijke commerciële FM-vergunningen worden uitgezonden. Daarbij is de in de vorige volzin bedoelde frequentieruimte van het frequentieblok 11C bestemd voor landelijke commerciële omroepen die zowel een vergunning voor 1/9e deel van de capaciteit van het frequentieblok 11C als een FM-vergunning voor landelijke commerciële radio-omroep houden of gaan houden.

E

Voetnoot HOL007B wordt als volgt gewijzigd:

1. De volgende tekst wordt verwijderd:

‘Bestemming voor de periode tot en met 31 augustus 2022

Tot en met 31 augustus 2022 zijn de frequentieblokken in de onderstaande tabel en afbeelding bestemd voor digitale radio-omroep.’

2. Onder ‘HOL007B’ wordt de volgende tekst ingevoegd:

‘Bestemming voor de periode tot en met 31 augustus 2024

Tot en met 31 augustus 2024 zijn de frequentieblokken in de onderstaande tabel en afbeelding bestemd voor digitale radio-omroep.’

3. De volgende tekst wordt onder de tabel en afbeelding ingevoegd:

‘Naar aanleiding van de internationale coördinatie is het mogelijk dat voor een aantal ingekleurde geografische gebieden in de bovenstaande tabel de kanaalnummers van het frequentieblok gewijzigd worden.’

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit wordt met toelichting in de Staatscourant geplaatst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam. U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.

NOTA VAN TOELICHTING

Het Nationaal Frequentieplan

Bij besluit van 3 november 2014 is op grond van artikel 3.1, eerste lid, van de Telecommunicatiewet (hierna: Tw) het Nationaal Frequentieplan 2014 (hierna: NFP) vastgesteld. In het NFP licht de rijksoverheid de systematiek van de ordening van het frequentiespectrum toe, en beschrijft de doelstellingen van het frequentiebeleid en frequentiebeheer; het vermijden van schadelijke interferentie (storing) tussen frequentiegebruikers is hierbij de hoofddoelstelling.

Het belangrijkste onderdeel van het NFP is de frequentietabel, waarin per frequentieband wordt aangegeven voor welk type gebruik deze band is bestemd en volgens welk verdeelmechanisme deze band beschikbaar wordt gesteld voor frequentiegebruikers. In feite is het NFP een bestemmingsplan voor het radiospectrum. Op basis van dit plan wordt de vergunningverlening, het gebruik en het beheer van het spectrum uitgevoerd.

Aanleiding en inhoud van het besluit

Bij besluiten van 26 augustus 2021 heeft de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat besloten tot een verlenging van drie jaar van de vergunningen voor de landelijke en niet-landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band, een commerciële middengolfomroep en niet-gekoppelde vergunningen in de digitale laag 4.

Dit wijzigingsbesluit heeft betrekking op de continuering van de koppeling van vergunningen voor landelijke en niet-landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band en commerciële middengolfomroep met frequentieruimte in de band voor digitale radio-omroep.

In 2009 is de basis gelegd voor het bevorderen van de digitalisering door de bestaande commerciële FM-vergunningen en middengolfvergunningen te verlengen, onder de verplichting om (analoge) radioprogramma’s in 80% van Nederland ook digitaal uit te zenden. Hiertoe werd in 2011 in het NFP1 een koppeling aangebracht tussen onder meer de commerciële analoge frequentieruimte en de frequentieruimte voor digitale radio-omroep (DAB+). Deze koppeling was in eerste instantie vastgelegd tot 1 september 2017 en had tot gevolg dat de FM-band alleen bestemd is voor commerciële radio-omroepen die tevens investeren in digitale radio, onder meer door hun radioprogramma ook digitaal uit te zenden via de ether via DAB+. De koppeling in combinatie met de verlenging in 2011 heeft ervoor gezorgd dat digitale radio van de grond is gekomen. De landelijke commerciële en publieke radio-omroepen hebben eerst een DAB+-netwerk uitgerold en daarna zijn de niet-landelijke/regionale publieke en commerciële radio-omroepen en de middengolfomroepen met de uitrol begonnen. Deze laatste zenden hun analoge programma’s nu ook digitaal via de ether uit. De koppeling wordt dan ook over het algemeen breed gedragen door de Nederlandse radiosector.

Gezien het belang van het blijven bevorderen van de digitalisering, ook gedurende de periode van de (nood)verlenging, is het daarom noodzakelijk om ook de koppeling met drie jaar extra te continueren (tot 1 september 2025). Op die manier blijven de analoge vergunningen gekoppeld aan een vergunning voor digitale radio-omroep. Dit besluit tot wijziging van het NFP (hierna: wijzigingsbesluit) strekt hiertoe.

Landelijke commerciële omroep

De koppeling van de FM-vergunningen voor landelijke commerciële radio-omroep aan frequentieblok 11C wordt met dit wijzigingsbesluit gecontinueerd.

Niet-landelijke commerciële omroep

Wijzigingen in de koppeling van de B-kavels

De FM-kavels voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (de B-kavels) en het kavel voor commerciële middengolfomroep (C-kavel) worden met dit wijzigingsbesluit gekoppeld aan andere digitale allotments dan die waaraan zij in de vorige vergunningstermijnen 2022-2017 en 2017-2011 waren gekoppeld. Zij waren voorheen gekoppeld aan het zogenoemde bovenregionale kavel (de ‘oude’ DAB-laag 4), maar worden met dit wijzigingsbesluit gekoppeld een kavel dat bestaat uit regionale allotments (‘nieuwe’ DAB-laag 4, hierna: het regionale kavel). Daarmee wordt uitvoering gegeven aan de uitkomsten van de Taskforce Digitale Radio, die is ingesteld naar aanleiding van de wens van de Tweede Kamer.2 Op 26 maart 2019 is in deze Taskforce definitief overeenstemming bereikt over een andere (efficiëntere) indeling van de DAB-lagen die bestemd zijn voor digitale radio. Als gevolg van het advies van de Taskforce gaan de niet-landelijke commerciële omroepen over naar een indeling die gebaseerd is op de provinciegrenzen. Daarmee is deze laag frequentie-technisch beter toegesneden op de wensen van de niet-landelijke partijen.

Zoals hierboven reeds is weergegeven, worden met dit wijzigingsbesluit de FM-kavels voor niet-landelijke commerciële radio omroep aan de verschillende allotments in het regionale kavel gekoppeld. Het regionaal kavel is opgesplitst in verschillende regionale allotments, te weten: HOL2401, HOL2402, HOL2403, HOL2404, HOL2405, HOL2406, HOL2407 (respectievelijk 174,160 MHz-175,696 MHz; 191,584 MHz-193,120 MHz; 196,880 MHz-198,416 MHz; 181,168 MHz-182,704 MHz; 175,872 MHz- 177,408 MHz; 224,880 MHz-226,416 MHz; 191,584 MHz-193,120 MHz).

Ook de laatste commerciële middengolfvergunning (C-kavel) wordt gekoppeld aan een allotment in het regionale kavel; te weten allotment: HOL2405.

Deze laag is daarnaast ook bestemd voor de regionale publieke omroep. Dit blijft ook voor de periode 1 juni 2022 tot en met 1 september 2025 het geval (zie hierna).

De huidige bestemming in de voetnoten HOL004, HOL005 en HOL006 loopt af op 1 september 2022. Om de transitie naar het nieuwe regionale kavel goed te laten verlopen en om partijen voldoende voorbereidingstijd te geven om over te stappen naar het nieuwe regionale kavel, is er voor gekozen om de nieuwe bestemming in de voetnoten HOL004, HOL005 en HOL006, voor wat betreft commerciële middengolfomroep en niet-landelijke commerciële omroep, op 1 juni 2022 in te laten gaan. Hierdoor is het gedurende een periode van 3 maanden, tussen 1 juni 2022 en 1 september 2022, mogelijk de frequentieblokken van het bovenregionale en het regionale kavel in te zetten. Dit met het oogmerk om de migratie naar de regionale kavelindeling te faciliteren.

Regionale publieke omroepen

De regionale publieke media-instellingen konden eveneens digitaliseren via het bovenregionale kavel. Ook na 1 juni 2022 wordt aan hen de mogelijkheid geboden om hun analoge FM-programma digitaal uit te zenden. Dit zal gaan via het nieuwe regionale kavel. De grenzen van de verschillende allotments in het regionale kavel komen overeen met de provinciegrenzen, waardoor deze kavels goed aansluiten bij de regionale publieke omroepen.

Hiervoor is geen wijziging van het NFP nodig, omdat reeds uit artikel 3 van de Regeling extra vergunningen publieke mediadienst volgt dat zij op deze frequentieruimte aanspraak kunnen maken en uit de hoofdregel in het NFP (zie de frequentietabel onder paragraaf 10 van het NFP) volgt dat deze frequentieruimte aan de regionale publieke omroepen kan worden verleend.

Voor de regionale publieke media-instellingen blijft ook in de periode 1 juni 2022 tot 1 september 2025 frequentieruimte voor digitale radio-omroep beschikbaar, te weten 1/12e deel van het digitale frequentieblok waar een vergunning voor is verleend.

Lokale publieke omroep

De internationale coördinatie van laag 6 is nog niet afgerond. Deze uitgifte is voorzien voor 1 september 2024. In voetnoot HOL007B wordt daarom de datum aangepast naar 2024. Op deze manier blijft de bestemming van de in HOL007B genoemde frequentieblokken tot en met 31 augustus 2024 behouden. De vergunningen voor deze frequentieblokken blijven verdeeld worden op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

De internationale coördinatie kan gevolgen hebben voor de in te zetten kanalen bij de totstandkoming van de definitieve laag. Bij de opgenomen tabel in voetnoot HOL007B wordt daarom een voorbehoud gemaakt inhoudende dat partijen die nog gebruik blijven maken van een vergunning tot 1 september 2024 in laag 6 rekening moeten houden met een mogelijke kanaalwijzing in het frequentieblok waar zij gebruik van maken. Indien zich dit voordoet, komen partijen niet in aanmerking voor nadeelcompensatie.

Openbare voorbereidingsprocedure

Dit wijzigingsbesluit is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit houdt in dat het voorgenomen besluit zes weken, namelijk van 15 juni 2021 tot en met 27 juli 2021, ter inzage heeft gelegen zodat eenieder zijn of haar zienswijze hierop kon geven. Hieronder wordt op de gegeven zienswijzen ingegaan voor zover zij betrekking hebben op dit wijzigingsbesluit. Dit betekent dat niet nader zal worden ingegaan op zienswijzen die betrekking hebben op andere onderwerpen zoals het besluit tot verlenging dat wordt neergelegd in de zogenoemde verlengbaarheidsbesluiten.

Gebleken is dat het geografische bereik van het zogenaamde ‘groene gebied’ (bereik dat voldoet aan de zero-base-planningsnorm) van sommige FM-kavels (deels) overlap heeft met de geografische omvang van meer dan één allotment in de nieuwe laag 4. Het voornemen bestond daarom om de desbetreffende vergunningen op basis van aanvullende criteria te koppelen aan meerdere digitale allotments in de nieuwe digitale laag. Dit zou aansluiten bij – en recht doen aan -de huidige de businesscase van deze vergunninghouders. Om verzekerd te zijn van voldoende draagvlak voor deze maatregel -aangezien een koppeling aan meerdere allotments niet vrijblijvend is en additionele kosten met zich brengt – is in de consultatie van het conceptbesluit de specifieke vraag opgenomen of de vergunninghouders die het betreft zich konden vinden in een koppeling van hun FM-vergunning aan meerdere digitale allotments.

Meerdere respondenten hebben gereageerd op deze vraag in de consultatie. Het merendeel van de respondenten heeft aangegeven dat zij op dit moment niet kunnen overzien welke kosten verbonden zijn aan de uitrol van de nieuwe laag. Gelet op deze onzekerheid is aangegeven dat een koppeling aan meerdere digitale allotments naar verwachting niet op te brengen is. Op basis van de ontvangen zienswijzen is besloten af te zien van een koppeling aan meerdere allotments.

Een respondent geeft aan van mening te zijn dat de motivering van de voorgenomen wijziging, namelijk het blijven bevorderen van simulcasting van analoge en digitale radio tijdens de voorgenomen (nood)verlenging van de landelijk commerciële radiovergunningen niets te maken heeft met de motivering van de verlenging zelf. Deze respondent is voorts van mening dat het blijven bevorderen van digitalisering evengoed of zelfs beter kan worden bevorderd door de betrokken DAB+ vergunningen niet langer te koppelen, maar voor zelfstandig gebruik uit te geven.

Hierover kan het volgende worden opgemerkt. Op 5 oktober 2020 heeft het Adviescollege ‘Verdeling frequentieruimte commerciële radio’ de Staatssecretaris geadviseerd over het toekomstig beleid voor commerciële radio. Uit het advies van dit onafhankelijk Adviescollege volgt dat het Adviescollege – ongeacht de wijze van uitgifte – het behoud van de simulcastverplichting noodzakelijk acht om de transitie naar digitale radio voort te zetten. Het Adviescollege overweegt daarbij dat met name de landelijke commerciële radiopartijen, als gevolg van hun relatief sterke positie op de luistermarkt, een belangrijke rol in de transitie van analoog naar digitaal hebben gespeeld. Ook uit eerder onderzoek van de Kwink groep (Kwink)3 kwam naar voren dat de simulcastverplichting de afgelopen jaren een positieve bijdrage heeft geleverd aan de transitie. Dit geldt dus evenzo zeer voor de aangebrachte koppeling.

De verlenging op grond van artikel 18, tweede lid, onderdeel a, van het Frequentiebesluit 2013 staat er dan ook niet aan in de weg dat ingezet wordt op een voortzetting van het staande digitaliseringsbeleid. Het bevorderen van een doelmatig gebruik van frequentiespectrum door onder andere het aanmoedigen van digitalisering blijft een belangrijk beleidsdoel voor de commerciële radiomarkt en zal op niet al te lange termijn moeten leiden tot de afschakeling van de analoge FM-frequenties. Het bovenstaande betekent dat van de commerciële radiosector – en dan vooral van de landelijke partijen – verwacht mag worden dat zij onverminderd doorgaan met het doen van investeringen in het digitale netwerk. Het voorgaande betekent dat de koppeling tussen het analoge FM frequentiespectrum en het DAB+-spectrum gehandhaafd blijft, zo ook de simulcastverplichting.

Een respondent is van mening dat uit de frequentietabel van het NFP, zoals dat thans luidt, volgt dat de frequenties met de bestemming voor commerciële omroep alleen mogen worden gebruikt als daarvoor vergunningen zijn verkregen door middel van een veiling en een vergelijkende toets. Dit aangezien in de betreffende banden sprake is van schaarste, aldus deze respondent.

Bovendien is deze respondent van mening dat een verlenging van de FM-vergunningen niet in overeenstemming is met de in Annex 3 van het NFP beschreven toelichting op de bestemmingen onder a tot en met e. Deze respondent geeft aan van mening te zijn dat omdat het verlengen van vergunningen en/of de omstandigheden waaronder dit aan de orde zou zijn, niet één van die gevallen is, er ook niet verlengd kan worden.

Hierover wordt het volgende opgemerkt. Frequentieruimte wordt alleen via een veiling of vergelijkende toets verdeeld als dit in het NFP is aangegeven. De keuze voor het verdeelinstrument veiling of vergelijkende toets wordt in het zogenaamde bekendmakingsbesluit gemaakt. Commerciële FM-vergunningen worden verdeeld via een veiling of vergelijkende toets, zo is bepaald in het NFP. Aan commerciële FM-vergunningen is door middel van dit besluit DAB+-spectrum gekoppeld, zodat er feitelijk sprake is van een gezamenlijke uitgifte van FM en DAB+ spectrum tezamen. In dit kader verwijs ik naar de recente veilingen van NLCO-kavels en de daaraan gekoppelde DAB+ vergunningen. Bij een verlenging geldt mutatis mutandis hetzelfde. Wat betreft de grondslag voor een verlenging van vergunningen die via een veiling of vergelijkende toets zijn verleend, merk ik op dat die grondslag niet gelegen is in artikel 3.1 van de Tw (de grondslag van het NFP), maar in artikel 18 van het Frequentiebesluit. Het Frequentiebesluit maakt het mogelijk om een vergunning verlengbaar te maken. Met de verlengbaarheidsbesluiten van PM augustus 2021 is hiertoe ook besloten voor de commerciële radiovergunningen. Deze worden verlengbaar gemaakt voor een periode van drie jaar. Een verlenging valt dus buiten de reikwijdte van dit besluit en tevens buiten de reikwijdte van artikel 3.1 van de Tw, welke de grondslag bevat voor het NFP. Indien tot een verlenging wordt besloten, wordt dit geregeld in een verlengbaarheidsbesluit. Dit volgt ook uit de jurisprudentie. De rechtbank Rotterdam4 heeft onder verwijzing naar jurisprudentie van het College van Beroep voor het bedrijfsleven geoordeeld dat de hoofdregel is dat schaarse vergunningen bij afloop opnieuw worden verdeeld en dat hier alleen van kan worden afgeweken door in een verlengbaarheidsbesluit te bepalen dat de betreffende vergunningen verlengbaar zijn voor een bepaalde periode. Daarbij is aangegeven dat een verlenging van een vergunning in haar maximale omvang wordt begrensd door het vereiste dat zij haar grondslag in beginsel uitsluitend moet vinden in het oordeel dat het algemeen maatschappelijk, cultureel of economisch belang verlenging vordert. De door mij te maken belangenafweging kan er niet toe leiden dat een verlenging plaatsvindt voor een langere periode dan het algemene maatschappelijk, cultureel of economisch belang vordert. Uit de jurisprudentie van de rechtbank Rotterdam en het College van Beroep voor het bedrijfsleven volgt derhalve dat het verlengbaarheidsbesluit de verlenging regelt en niet het NFP.

Door deze respondent wordt voorts gesteld dat het voornemen om de nationale voetnoot HOL007 te wijzigen door de koppeling van de landelijke FM-vergunningen aan frequentieruimte voor digitale radio te continueren eveneens in strijd zou zijn met verdeelmechanisme uit het NFP. Ook zou volgens deze respondent de koppeling en de wijze van verlenen van de gekoppelde vergunning voor digitale radio-omroep, te weten op volgorde van binnenkomst, in strijd zijn met artikel 3.1, tweede lid, onder e, van de Tw. De betreffende DAB+ frequentieruimte mag volgens deze respondent niet op volgorde van binnenkomst worden verdeeld, aangezien deze frequentieruimte op grond van de frequentietabel verdeeld moet worden via een veiling.

Ten aanzien van de continuering van de koppeling wordt het volgende opgemerkt. In 2011 is voetnoot HOL007 toegevoegd aan wat nu Annex 3 van het NFP is. In 2011 is eveneens de koppeling tussen FM-vergunningen aan een vergunning voor digitale radio-omroep geïntroduceerd. Om het digitaliseringsbeleid vorm te kunnen geven hebben de frequentiebanden in band III als hoofdbestemming ‘digitale omroep’ gekregen en is het gebruik ervan voorbehouden aan de houders van een vergunning voor analoge radio. Meer concreet betekent dit dat de landelijke FM-vergunningen gekoppeld zijn aan het digitale kavel 11C (219.496-221.208 MHz). Op grond van de frequentietabel is de bestemming van deze frequentieruimte nader beschreven in de nationale voetnoot HOL007. Daarin is het landelijke digitale kavel 11C bestemd voor de houders van de FM-vergunningen voor landelijke commerciële omroep, in eerste instantie tot 1 september 2017. De in dit besluit neergelegde wijziging heeft dan ook slechts betrekking op het wijzigen van de termijn waarvoor die koppeling gelding heeft, hetgeen een beleidsmatige keuze is. Overigens wordt hierbij nog opgemerkt dat de koppeling die met dit wijzigingsbesluit wordt gecontinueerd ook geldt bij veilingen van FM-vergunningen.

Daarnaast is hierboven reeds aangegeven dat het bevorderen van een doelmatig gebruik van frequentiespectrum door onder andere het aanmoedigen van digitalisering een belangrijk beleidsdoel blijft voor de commerciële radiomarkt dat op niet al te lange termijn zal moeten leiden tot de afschakeling van de analoge FM-frequenties. De koppeling van de FM-vergunningen aan de vergunningen voor DAB+ blijft daarbij noodzakelijk voor de transitie van analoog naar digitale radio. Artikel 3.1 van de Tw biedt hiervoor ook een juridische grondslag. Overigens is dit beleid ook toepast in 2011 en 2017 en ook voor alle verdelingen die in en na 2011 hebben plaatsgevonden.5

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer


X Noot
1

Besluit van 16 februari 2011, nr. ETM/IT10180293, houdende wijziging van het Nationaal Frequentieplan 2005 in verband met het verlengings- en digitaliseringsbeleid commerciële radio (Stcrt. 2011, 2948).

X Noot
2

Zie Kamerstukken II, 2017–18, 24 095, 422, d.d. 11 december 2017 en Kamerstukken II, 2017-18, 24 095, 421, d.d. 9 oktober 2017.

X Noot
3

Rapport ‘Onderzoek naar digitale etherradio (DAB+)’ van 20 april 2016.

X Noot
4

ECLI:NL:RBROT:2020:700, ro. 13.1 en 13.2.

X Noot
5

Zoals de verdeling van de landelijke vergunningen A7 en A8 en bij meerdere niet-landelijke vergunningen.

Naar boven