Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | Staatscourant 2021, 38633 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | Staatscourant 2021, 38633 | ander besluit van algemene strekking |
Gelet op artikel 3.10, derde lid, van de Telecommunicatiewet, en artikel 17 van het Frequentiebesluit 2013;
Besluit:
De vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio in de FM-band met de daaraan, voor zover nu reeds mogelijk, te verbinden voorschriften en beperkingen, genoemd in tabel 1, worden verleend met toepassing van een veiling als bedoeld in artikel 3.10, eerste lid, aanhef en onderdeel f, van de Telecommunicatiewet.
|
Kavel |
Bijlage |
Zendernaam |
Frequentie in MHz |
Demografisch bereik |
|---|---|---|---|---|
|
B39 |
1 |
Gouda |
87,7 |
0,012% |
|
B40 |
2 |
Winschoten |
89,8 |
0,117% |
|
B41 |
3 |
Wageningen |
90,0 |
0,094% |
|
B42 |
4 |
Apeldoorn |
93,4 |
0,066% |
|
B43 |
5 |
Zevenaar |
91,9 |
0,082% |
|
B44 |
6 |
Emmen |
93,5 |
0,045% |
|
B45 |
7 |
Hoogvliet |
87,8 |
0,0079% |
|
B46 |
8 |
Rotterdam |
104,2 |
0,20% |
|
B47 |
9 |
Etten-Leur |
94,5 |
0,079% |
|
B48 |
10 |
Breda |
94,8 |
0,37% |
|
B49 |
11 |
Amersfoort |
95,4 |
0,059% |
|
B50 |
12 |
Coevorden |
97,3 |
0,072% |
|
B51 |
13 |
Emmeloord |
97,5 |
0,148% |
|
B52 |
14 |
Deventer |
94,4 |
0,35% |
|
B53 |
15 |
Zeeland |
105,51 |
0,0049% |
|
B54 |
16 |
Eindhoven |
103,3 |
0,049% |
Aan de uitgifte van deze frequentie kunnen geen rechten worden ontleend op uitgiftes van andere frequenties uit deze omroepband.
De vergunningen, bedoeld in artikel 1, zijn nader bestemd voor niet-landelijke commerciële radio-omroep.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 9 juli 2021
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, Postbus 90950, 3007 BL, Rotterdam. U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde website voor de precieze voorwaarden.
Met dit besluit wordt bepaald dat voor de verlening van de FM-vergunningen voor de kavels B39 tot en met B54 de procedure van veiling wordt toegepast. Daarnaast wordt hierbij mededeling gedaan van het tijdstip waarop de veilingprocedure van start gaat.
Verder worden de vergunningen en de daarbij behorende voorschriften en beperkingen, voor zover dit mogelijk is, vastgesteld.
Op grond van artikel 3.10, derde lid, van de Telecommunicatiewet, moet worden bekendgemaakt of de vergunningen voor de betrokken frequentieruimte worden verleend volgens de procedure van veiling of vergelijkende toets, en op welk tijdstip deze procedure aanvangt.
In de Nota Frequentiebeleid 2016 is aangegeven dat voor de uitgifte van schaarse vergunningen – absoluut en relatief – voor iedere toepassing (dus ook voor omroep) – een veiling het aangewezen verdeelinstrument blijft.1 Een veiling bewerkstelligt dat vergunningen terechtkomen bij die marktpartijen die uiteindelijk de meeste waarde weten te realiseren met deze commercieel te benutten frequentieruimte. Voor een nadere toelichting voor de keuze van een veiling als verdeelinstrument wordt verwezen naar de toelichting bij de Regeling veiling niet-landelijke FM-vergunningen met een beperkt bereik (hierna: de Regeling).
Met dit besluit worden de voorschriften en beperkingen, die worden verbonden aan de FM-vergunningen voor de frequentieruimte in de kavels B39 tot en met B54 voor zover mogelijk, vastgesteld.
Het betreft hier een gering aantal analoge FM-vergunningen die met een korte looptijd worden uitgegeven. Reden om deze vergunningen met een korte looptijd uit te geven is gelegen in het feit dat op dit moment nog onduidelijkheden bestaan over het al dan niet structureel creëren van een nieuwe FM-laag, die ziet op commercieel lokaal gebruik en het doorvoeren van het beleid ten aanzien van de simulcastverplichting. Het betreft hier vraagstukken in het radiodossier die zien op de langere termijn. Voor de antwoorden op onder andere deze vraagstukken is een onafhankelijk Adviescollege gevraagd om de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat te adviseren.
Op 5 oktober 20202 heeft het Adviescollege ‘Toekomstbeleid Commerciele Radio’ zijn advies uitgebracht. De verschillende vraagstukken in het radiodossier zijn in samenhang door dit adviescollege onderzocht. Ook lag bij dit adviescollege de vraag voor of, en zo ja op welke wijze er een duurzaam en toekomstbestendig beleid geformuleerd moet worden voor kleinere commerciële partijen. Op basis van dit advies zal beleid geformuleerd gaan worden voor de langere termijn zoals ook is toegezegd in de brief van 1 april 20203 van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat aan de Tweede Kamer.
Het is beleidsmatig niet wenselijk om vooruitlopend op nog te maken keuzes, op dit moment langdurig frequenties uit te geven die gevolgen kunnen hebben voor toekomstige beleidskeuzes en deze mogelijk kunnen blokkeren.
De uit te geven vergunningen zien op vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep. Naast de aan de vergunning te verbinden voorschriften, zal de vergunninghouder ook artikel 7 van de Regeling Aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 (AGF) in acht moeten nemen. Dit betekent onder meer dat de programmering voor ten minste 10% in het bijzonder moet zijn gericht op het gebied waarvoor het programma is bestemd. Ook geldt hier de eis dat voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal wordt gepresenteerd.
Gelet op de korte looptijd van de vergunningen zijn geen extra eisen gesteld aan de ingebruiknameverplichting. In de vergunning is opgenomen dat binnen drie maanden na inwerkingtreding van de vergunning deze in gebruik genomen en gehouden dient te worden. De vergunningen zijn niet gekoppeld aan een digitaal allotment.
Voor de goede orde wordt er nog op gewezen dat uit artikel 3.10, derde lid, tweede volzin, van de Telecommunicatiewet volgt dat die onderdelen van de vergunning die pas na de procedure van de veiling kunnen worden vastgesteld niet worden opgenomen in dit besluit. Hierbij valt te denken aan de naam van de toekomstige vergunninghouder, de te betalen veilingprijs en de dossiernummers van de vergunningen.
De procedure vangt aan op 4 januari 2022. Vanaf die datum kunnen aanvragen worden ingediend. In de regeling zijn ingevolge de artikelen 8, 9 en 10 van het Frequentiebesluit 2013 de regels inzake de aanvraag van een vergunning, de eisen die aan de aanvrager worden gesteld en de wijze waarop de veiling plaatsvindt, neergelegd. Deze eisen dragen bij aan het voorafgaand aan de daadwerkelijke veiling selecteren van een bestendige vergunninghouder. Ook indien FM-frequenties worden verdeeld met een klein bereik, is het van belang om te toetsen of een partij in staat is om de te verdelen vergunning(en) op een verantwoorde wijze te exploiteren.
Een ontwerp van dit besluit is van 8 februari 2021 tot en met 6 april 2021 geconsulteerd. Hieronder wordt op de ingekomen reacties ingegaan, voor zover deze betrekking hebben op dit besluit. Voor zover partijen een reactie hebben gegeven die reeds eerder zijn inbracht bij de consultatie van Regeling veiling niet-landelijke FM-vergunningen met een lokaal bereik wordt verwezen naar paragraaf 6 van die regeling4.
Een aantal respondenten geeft aan verheugd te zijn dat er FM-frequenties worden uitgegeven met een kleiner bereik. Zo geeft een respondent aan blij verrast te zijn dat deze commerciële kans op lokaal niveau eindelijk wordt toegestaan in Nederland.
Een respondent geeft aan dat door het voornemen om vier nieuwe frequenties uit te geven in de provincie Brabant het economisch evenwicht enorm wordt ontwricht doordat enerzijds de huidige reclame-inkomsten gedeeld moeten worden met meerdere partijen en anderzijds deze nieuwe partijen minder kosten hebben omdat zij niet verplicht worden om ook via DAB+ uit te zenden.
Hierover wordt het volgende opgemerkt. De uitgifte van de kavels B39 tot en met B54 betreffen vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met een zeer beperkt lokaal bereik. Dit brengt met zich mee dat de reclame-inkomsten die met deze vergunningen gegenereerd kunnen worden ook zeer beperkt zullen zijn. Het is derhalve niet aannemelijk dat door de uitgifte van deze vergunningen het economisch evenwicht in een bepaalde provincie verstoord zou kunnen worden. Ook niet als er in die provincie sprake is van de uitgifte van meerdere van deze vergunningen.
Een aantal respondenten is van mening dat de vergunningsperiode tot 1 september 2022 te beperkt is. Zo zijn deze respondenten van mening dat door het recentelijk besluit om de huidige commerciële FM-vergunningen te verlengen met drie jaar er pas een derde (lokale) laag gecreëerd kan worden in 20255. Bovendien voeren deze respondenten aan dat door een mogelijke afschakeling van de FM op dat moment de resterende vergunningsperiode voor nieuwe partijen te kort kan zijn om nog in te stappen. Immers de resterende vergunningsperiode zou alsdan te kort zijn om de investeringen nog terug te verdienen. Om deze reden zijn de respondenten van mening dat de vergunningen duur van de nieuw uit te geven frequenties parallel moet lopen met de duur van de andere vergunningen voor commerciële radio-omroep, derhalve tot 2025.
De onderhavige regeling heeft inderdaad betrekking op het ter beschikking stellen van frequentieruimte gedurende een beperkte vergunningstermijn, zoals ook in de toelichting op de regeling veiling niet-landelijke FM-vergunningen met een lokaal bereik reeds is uiteengezet. Op dit moment is het nog niet wenselijk om vooruit te lopen op vraagstukken die betrekking hebben op het vaststellen van beleid voor de lange termijn. Zo is de vraag of het wenselijk is op een derde (lokale laag) te creëren in zowel het analoge als het digitale domein nog niet beantwoord. Het is daarom niet wenselijk om reeds nu de paar frequenties die het betreft al voor langere termijn te bestemmen.
In april 2021 is duidelijk geworden dat de internationale coördinatie van laag 6 vertraging heeft opgelopen als gevolg van de coronacrisis. Dit heeft effect op het tijdstip van uitgifte van deze laag. Uitgifte op 1 september 2022 is niet langer haalbaar. De huidige vergunningen voor laag 6 zullen daarom worden verlengd. Hierdoor is het ook mogelijk om de vergunningen voor de nieuwe FM-frequenties voor een langere periode uit te geven. Belangrijk aspect daarbij is wel dat de definitieve uitgifte van laag 6, onderdeel uitmaakt van de implementatie van het advies van de Taskforce Radio. Hierover zijn bij de internationale coördinatie met onze buurlanden afspraken gemaakt. Dit bekent dat de definitieve uitgifte van laag 6 dan ook zo snel mogelijk moet plaatsvinden. Deze uitgifte is voorzien voor 1 september 2024.
Naar aanleiding van hetgeen respondenten hebben aangevoerd, is gelet op het bovenstaande, besloten om partijen tegemoet te komen en de vergunningsduur van de extra FM-frequenties aan te passen ten opzichte van hetgeen daarover is opgenomen in het ontwerpbesluit. De vergunningsduur van deze frequenties wordt gewijzigd naar 1 september 2024.
Door de looptijd van deze vergunningen gelijk te laten lopen met de vergunningen voor DAB laag 6, die verlengd gaan worden tot 1 september 2024, blijft de mogelijkheid open om de extra gecoördineerde FM-frequenties gekoppeld uit te geven, conform het nu geldend beleid. Bij de uitgifte van de definitieve laag 6 kan dan bezien worden op welke wijze het meest recht wordt gedaan aan alle betrokken belangen.
Twee respondenten stellen dat de verzorging zal worden aangetast van bestaande vergunningen voor niet-landelijke commerciële omroep bij ingebruikname van vier van de nieuw voorgestelde frequenties, te weten de frequenties 93,5 MHz, 89,8 MHz, 93,4 MHz en 94,4 MHz. Deze frequenties zouden storen op zowel kavel B16 alsook op B19.
Deze respondenten zijn dan ook van mening dat het uitgeven van deze vier frequenties niet zal bijdragen aan een oplossing voor de markt en dat er derhalve andere (alternatieve) frequenties gezocht moeten worden voor deze vier frequenties.
Tenslotte adviseren deze respondenten dringend om deze nieuwe lokale commerciële frequenties een praktisch antennediagram mee te geven met een (specifiek) type antenne om overtreding van de vergunningvoorschriften en eventuele handhavingsverzoeken te voorkomen. Aanvullend wordt daarbij gesteld dat verplaatsingen noch optimalisaties toegestaan mogen worden.
Hierover wordt het volgende opgemerkt. De nieuwe FM-frequenties zijn gepland volgens de zerobaseplanningsnorm. Aanvullend op de zerobaseplanningsnorm is de extra bescherming van de zogenaamde paarse gebieden (-9dB) van de Gedragslijn ‘netverbetering FM omroepband en bescherming paarse gebieden’ toegepast. Dit betekent dat het verzorgingsgebied van bestaande vergunningen niet wordt aangetast. Gebieden buiten deze planningsnorm en aanvullende norm worden niet beschermd. Dit geldt overigens voor alle FM-frequenties. De nieuwe frequenties zijn dus ook met inachtneming van de eerder uitgegeven vergunningen gepland.
Naar aanleiding van deze en andere consultatiereacties zijn de uitkomsten van de eerdere berekeningen echter zekerheidshalve nogmaals geverifieerd. Uit deze verificatie komt (wederom) naar voren dat groene en paarse gebieden van bestaande niet-landelijk frequenties niet worden aangetast.
Dit geldt naast de hierboven aangegeven frequenties evenzo voor de andere frequenties opgenomen in dit bekendmakingsbesluit. Zo is er een respondent is van mening dat de inzet van de nieuwe frequentie Deventer 94.4 FM te dicht is gepland op de frequentie 94,0 in Apeldoorn (kavel B20) en verzoekt om een andere frequentie in te zetten al dan niet in de lokale omroepband. Een andere respondent merkt op dat de frequentie 89,8 MHz in Winschoten te dicht gepland is op de uitgegeven frequentie 89,9 MHz in Emmen van kavel B16. Een respondent spreekt zijn zorgen uit met betrekking tot veilen van een frequentie op 105,5 MHz in het dorp Zeeland uit. In het naburige Loosbroek staat de frequentie 105,6 MHz in gebruik.
Nu echter niet is gebleken van aantasting van bestaande frequenties bestaat er geen aanleiding om wijzigingen aan te brengen ten aanzien van de nieuwe frequenties, opstelplaatsen of andere technische karakteristieken.
De wens van twee van deze respondenten om nadere vergunningvoorschriften te stellen ten aanzien van antennes kan evenmin gehonoreerd worden. Er is geen aanleiding om op dit punt afwijkende vergunningsvoorschriften op te nemen. Temeer niet nu deze uitgifte ziet op niet-landelijke vergunningen – weliswaar met een klein bereik – waarop alle geldende wet- en regelgeving van toepassing is. Ditzelfde gaat op voor de wens om optimalisaties en verplaatsingen te beperken. Toekomstige (en huidige) vergunninghouders dienen de vergunningvoorschriften in acht te nemen. Eventuele wensen tot wijziging van de vergunningen kunnen conform de geldende uitgangspunten plaatsvinden.
Tot slot geeft een van de respondenten aan dat de frequentie 105.5 MHz niet geschikt is voor uitgifte wegens een te beperkt bereik en dat hier gezocht moet worden naar alternatieve oplossingen.
Hierover wordt het volgende opgemerkt. Er zijn op dit moment geen gecoördineerd alternatieve frequenties inzetbaar. Reeds daarom kan dit verzoek op dit moment niet gehonoreerd worden.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B39).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B39 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B39
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
GOUDA |
87.7 MHz |
0.050 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B39 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
GOUDA 87.7 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
GOUDA |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
004E42 22.0 |
/ |
52N01 35.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
30 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–3 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
87.7 MHz |
|||
|
ERP |
0.050 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.050 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
7.0 |
180.0 |
0.0 |
|
10.0 |
8.0 |
190.0 |
0.0 |
|
20.0 |
10.0 |
200.0 |
0.0 |
|
30.0 |
10.0 |
210.0 |
0.0 |
|
40.0 |
10.5 |
220.0 |
0.0 |
|
50.0 |
11.0 |
230.0 |
0.0 |
|
60.0 |
11.0 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
11.0 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
11.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
9.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
5.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
1.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
0.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
0.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
0.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
0.0 |
350.0 |
3.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B40).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B40 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B40
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
WINSCHOTEN |
89.8 MHz |
0.200 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B40 |
|||
|---|---|---|---|---|
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
WINSCHOTEN 89.8 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
WINSCHOTEN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
007E01 51.0 |
/ |
53N08 48.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
38 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
0 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
89.8 MHz |
|||
|
ERP |
0.200 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.200 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoekazimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
0.0 |
|
10.0 |
3.0 |
190.0 |
0.0 |
|
20.0 |
5.0 |
200.0 |
0.0 |
|
30.0 |
5.0 |
210.0 |
0.0 |
|
40.0 |
5.0 |
220.0 |
0.0 |
|
50.0 |
5.0 |
230.0 |
0.0 |
|
60.0 |
5.0 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
5.0 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
5.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
5.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
4.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
2.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
0.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
0.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
0.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
0.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B41).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B41 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B41
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
WAGENINGEN |
90.0 MHz |
0.050 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B41 |
|||
|---|---|---|---|---|
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
WAGENINGEN 90.0 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
WAGENINGEN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E41 37.0 |
/ |
51N58 08.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
45 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
40 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
90.0 MHz |
|||
|
ERP |
0.050 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.050 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
8.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
8.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
7.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
6.0 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
8.0 |
|
50.0 |
0.0 |
230.0 |
4.5 |
|
60.0 |
0.0 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
0.0 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
0.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
0.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
3.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
10.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
14.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
14.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
12.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
8.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
8.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
8.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B42).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008:
a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en
b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B42 |
|
|
Dossiernummer |
||
|
Datum |
||
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
|
Samenstelling Kavel B42
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
APELDOORN |
93.4 MHz MHz |
0.398 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B42 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
APELDOORN 93.4 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
APELDOORN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E58 49.1 |
/ |
52N14 21.8 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
10 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
`Frequentie |
93.4 MHz |
|||
|
ERP |
0.398 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.398 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
10.0 |
|
10.0 |
2.0 |
190.0 |
6.0 |
|
20.0 |
6.0 |
200.0 |
0.0 |
|
30.0 |
16.0 |
210.0 |
0.0 |
|
40.0 |
16.0 |
220.0 |
0.0 |
|
50.0 |
10.0 |
230.0 |
0.0 |
|
60.0 |
6.0 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
6.0 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
18.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
18.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
7.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
6.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
6.6 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
12.1 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
14.1 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
17.7 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
17.7 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
17.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B43).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B43 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B43
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
ZEVENAAR |
91.9 MHz |
0.200 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B43 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
ZEVENAAR 91.9 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
ZEVENAAR |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
006E05 41.0 |
/ |
51N55 37.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
14 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
91.9 MHz |
|||
|
ERP |
0.200 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.200 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
5.0 |
180.0 |
0.0 |
|
10.0 |
5.0 |
190.0 |
0.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
0.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
0.0 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
0.0 |
|
50.0 |
0.0 |
230.0 |
1.0 |
|
60.0 |
0.0 |
240.0 |
2.0 |
|
70.0 |
13.0 |
250.0 |
2.0 |
|
80.0 |
13.0 |
260.0 |
2.0 |
|
90.0 |
12.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
12.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
12.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
12.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
12.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
0.0 |
340.0 |
5.0 |
|
170.0 |
0.0 |
350.0 |
7.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B44).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
3. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
4. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B44 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B44
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
EMMEN |
93.5 MHz |
0.100 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B44 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
EMMEN 93.5 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
EMMEN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
006E56 17.0 |
/ |
52N47 33.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
55 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
25 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
93.5 MHz |
|||
|
ERP |
0.100 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.100 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
0.0 |
|
10.0 |
7.0 |
190.0 |
0.0 |
|
20.0 |
9.0 |
200.0 |
0.0 |
|
30.0 |
3.0 |
210.0 |
5.6 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
5.6 |
|
50.0 |
11.3 |
230.0 |
5.6 |
|
60.0 |
14.7 |
240.0 |
4.3 |
|
70.0 |
24.7 |
250.0 |
3.0 |
|
80.0 |
24.7 |
260.0 |
1.5 |
|
90.0 |
24.7 |
270.0 |
0.9 |
|
100.0 |
10.0 |
280.0 |
0.6 |
|
110.0 |
10.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
10.0 |
300.0 |
0.4 |
|
130.0 |
0.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
2.6 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
2.6 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B45).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B45 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B45
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
HOOGVLIET |
87.8 MHz |
0.200 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B45 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
HOOGVLIET 87.8 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
HOOGVLIET |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
004E21 41.2 |
/ |
51N51 29.7 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
15 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–3 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
87.8 MHz |
|||
|
ERP |
0.200 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.200 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
13.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
13.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
13.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
13.0 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
19.3 |
|
50.0 |
0.0 |
230.0 |
19.3 |
|
60.0 |
0.0 |
240.0 |
12.0 |
|
70.0 |
0.0 |
250.0 |
12.0 |
|
80.0 |
0.0 |
260.0 |
12.7 |
|
90.0 |
0.0 |
270.0 |
12.7 |
|
100.0 |
0.0 |
280.0 |
3.6 |
|
110.0 |
0.0 |
290.0 |
3.6 |
|
120.0 |
0.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
2.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
4.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
6.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
14.3 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
14.3 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B46).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B46 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B46
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
ROTTERDAM |
104.2 MHz |
0.200 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B46 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
ROTTERDAM 104.2 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
ROTTERDAM |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
004E26 54.6 |
/ |
51N52 32.8 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
135 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–3 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
104.2 MHz |
|||
|
ERP |
0.200 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.200 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
11.0 |
|
10.0 |
5.0 |
190.0 |
9.0 |
|
20.0 |
27.0 |
200.0 |
7.0 |
|
30.0 |
21.0 |
210.0 |
6.0 |
|
40.0 |
21.0 |
220.0 |
6.0 |
|
50.0 |
21.0 |
230.0 |
6.0 |
|
60.0 |
21.5 |
240.0 |
5.5 |
|
70.0 |
21.0 |
250.0 |
3.6 |
|
80.0 |
20.0 |
260.0 |
3.0 |
|
90.0 |
20.0 |
270.0 |
3.0 |
|
100.0 |
20.0 |
280.0 |
2.0 |
|
110.0 |
20.0 |
290.0 |
1.0 |
|
120.0 |
19.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
15.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
14.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
14.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
12.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
11.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radioomroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B47).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B47 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B47
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
ETTEN-LEUR |
94.5 MHz |
0.631 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B47 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
ETTEN-LEUR 94.5 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
ETTEN-LEUR |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
004E39 43.2 |
/ |
51N34 10.8 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
43 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
5 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
94.5 MHz |
|||
|
ERP |
0.631 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.631 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
19.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
19.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
19.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
21.0 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
21.0 |
|
50.0 |
8.0 |
230.0 |
20.0 |
|
60.0 |
15.0 |
240.0 |
15.0 |
|
70.0 |
24.1 |
250.0 |
6.0 |
|
80.0 |
26.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
31.4 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
31.4 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
23.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
23.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
29.6 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
29.6 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
24.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
21.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
19.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B48).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B48 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B48
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
BREDA |
94.8 MHz |
0.501 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B48 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
BREDA 94.8 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
BREDA |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
004E48 15.0 |
/ |
51N34 49.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
48 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
4 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
94.8 MHz |
|||
|
ERP |
0.501 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.501 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
6.9 |
180.0 |
17.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
17.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
12.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
9.0 |
|
40.0 |
0.0 |
220.0 |
7.0 |
|
50.0 |
0.0 |
230.0 |
5.0 |
|
60.0 |
5.0 |
240.0 |
1.0 |
|
70.0 |
6.6 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
6.6 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
6.6 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
6.7 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
6.8 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
4.0 |
300.0 |
6.9 |
|
130.0 |
4.0 |
310.0 |
11.7 |
|
140.0 |
5.0 |
320.0 |
11.9 |
|
150.0 |
8.5 |
330.0 |
13.9 |
|
160.0 |
9.0 |
340.0 |
13.9 |
|
170.0 |
12.0 |
350.0 |
12.8 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B49).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B49 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B49
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
AMERSFOORT |
95.4 MHz |
0.100 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie. De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B49 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
AMERSFOORT 95.4 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
AMERSFOORT |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E21 52.0 |
/ |
52N08 37.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
42 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
95.4 MHz |
|||
|
ERP |
0.100 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.100 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
12.0 |
180.0 |
7.0 |
|
10.0 |
9.0 |
190.0 |
14.3 |
|
20.0 |
8.0 |
200.0 |
15.3 |
|
30.0 |
8.0 |
210.0 |
15.8 |
|
40.0 |
8.0 |
220.0 |
14.3 |
|
50.0 |
4.0 |
230.0 |
14.1 |
|
60.0 |
3.0 |
240.0 |
12.7 |
|
70.0 |
2.0 |
250.0 |
12.7 |
|
80.0 |
2.0 |
260.0 |
9.0 |
|
90.0 |
3.0 |
270.0 |
4.0 |
|
100.0 |
3.0 |
280.0 |
3.0 |
|
110.0 |
1.0 |
290.0 |
3.0 |
|
120.0 |
0.0 |
300.0 |
3.0 |
|
130.0 |
0.0 |
310.0 |
6.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
9.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
12.0 |
|
160.0 |
0.0 |
340.0 |
13.0 |
|
170.0 |
3.0 |
350.0 |
13.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B50).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B50 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B50
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
COEVORDEN |
97.3 MHz |
0.050 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B50 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
COEVORDEN 97.3 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
COEVORDEN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
006E44 13.0 |
/ |
52N39 41.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
38 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
10 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
97.3 MHz |
|||
|
ERP |
0.050 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.050 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja, uitgifte op NIB-basis. Artikel 4.7 Geneve 1984 met Duitsland |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
3.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
4.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
5.0 |
|
30.0 |
0.0 |
210.0 |
5.0 |
|
40.0 |
2.0 |
220.0 |
2.0 |
|
50.0 |
2.0 |
230.0 |
1.0 |
|
60.0 |
1.0 |
240.0 |
1.0 |
|
70.0 |
1.0 |
250.0 |
1.0 |
|
80.0 |
1.0 |
260.0 |
1.0 |
|
90.0 |
1.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
12.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
15.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
16.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
15.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
3.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
3.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
3.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
3.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B51).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B51 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B51
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
EMMELOORD |
97.5 MHz |
0.100 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B51 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
EMMELOORD 97.5 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
EMMELOORD |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E45 12.0 |
/ |
52N42 45.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
50 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
–4 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
97.5 MHz |
|||
|
ERP |
0.100 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.100 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
0.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
1.0 |
|
20.0 |
5.8 |
200.0 |
2.0 |
|
30.0 |
7.2 |
210.0 |
2.0 |
|
40.0 |
7.8 |
220.0 |
1.0 |
|
50.0 |
7.8 |
230.0 |
0.0 |
|
60.0 |
7.4 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
4.7 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
1.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
0.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
0.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
0.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
0.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
0.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
0.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
0.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
0.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
0.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B52).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B52 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel B52
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
DEVENTER |
94.4 MHz |
0.316 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B52 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
DEVENTER 94.4 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
DEVENTER |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
006E10 08.0 |
/ |
52N14 45.7 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
60 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
5 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
94.4 MHz |
|||
|
ERP |
0.316 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.316 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
4.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
6.0 |
|
20.0 |
0.0 |
200.0 |
5.0 |
|
30.0 |
3.0 |
210.0 |
10.0 |
|
40.0 |
9.0 |
220.0 |
10.0 |
|
50.0 |
13.0 |
230.0 |
6.0 |
|
60.0 |
14.0 |
240.0 |
0.0 |
|
70.0 |
13.0 |
250.0 |
0.0 |
|
80.0 |
10.0 |
260.0 |
0.0 |
|
90.0 |
8.0 |
270.0 |
3.0 |
|
100.0 |
6.0 |
280.0 |
5.0 |
|
110.0 |
6.0 |
290.0 |
6.0 |
|
120.0 |
6.0 |
300.0 |
4.0 |
|
130.0 |
6.0 |
310.0 |
3.0 |
|
140.0 |
6.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
1.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
1.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
1.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B53).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B53 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel NET NLCO B53
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
ZEELAND |
105.5 MHz |
0.063 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B53 |
|||
|---|---|---|---|---|
|
Dossiernummer |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
**ZEELAND 105.5 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
**ZEELAND |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E40 36.0 |
/ |
51N41 23.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
41 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
19 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
105.5 MHz |
|||
|
ERP |
0.063 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
0.063 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
15.0 |
180.0 |
18.0 |
|
10.0 |
18.0 |
190.0 |
18.0 |
|
20.0 |
18.0 |
200.0 |
15.0 |
|
30.0 |
15.0 |
210.0 |
15.0 |
|
40.0 |
12.0 |
220.0 |
14.0 |
|
50.0 |
7.0 |
230.0 |
14.0 |
|
60.0 |
5.0 |
240.0 |
15.0 |
|
70.0 |
3.0 |
250.0 |
17.0 |
|
80.0 |
1.0 |
260.0 |
17.0 |
|
90.0 |
0.0 |
270.0 |
15.0 |
|
100.0 |
0.0 |
280.0 |
15.0 |
|
110.0 |
0.0 |
290.0 |
15.0 |
|
120.0 |
1.0 |
300.0 |
17.0 |
|
130.0 |
3.0 |
310.0 |
17.0 |
|
140.0 |
5.0 |
320.0 |
15.0 |
|
150.0 |
7.0 |
330.0 |
14.0 |
|
160.0 |
12.0 |
340.0 |
14.0 |
|
170.0 |
15.0 |
350.0 |
15.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5).
In tabel 1 is dit masker in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
In deze vergunning wordt verstaan onder:
Minister van Economische Zaken en Klimaat;
vergunning als bedoeld in artikel 3.13 en 3.14 van de Telecommunicatiewet en artikel 17 van het frequentiebesluit 2013 voor het gebruik van frequentieruimte in de band van 87,5-104,8 MHz;
frequentie of samenstel van frequenties, behorend bij een vergunning;
instelling voor medisch-specialistische zorg als bedoeld in artikel 1.2, onder 1, van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
radio-omroep als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008 die wordt verzorgd door een commerciële media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;
commerciële radio-omroep via FM-frequenties waarvoor op grond van artikel 7 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gebruiksvoorschriften gelden.
1. Het gebruiksrecht omvat het gebruik van de frequentieruimte, opgenomen in de bijlage bij deze vergunning, voor niet-landelijke commerciële radio-omroep (kavel B54).
2. De vergunninghouder neemt de in de bijlage genoemde frequentie binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze vergunning in gebruik en houdt deze in gebruik. Op frequenties die hetzelfde SFN-ID hebben en gemarkeerd zijn als gesynchroniseerd of als netgebonden, zendt de vergunninghouder, behoudens reclame, hetzelfde radioprogramma uit.
3. Deze vergunning voor niet-landelijke commerciële radio-omroep wordt gebruikt voor het uitzenden van een programmakanaal als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Mediawet 2008: a. dat niet reeds wordt uitgezonden door middel van de vergunningen voor niet-landelijke commerciële radio-omroep met de kavelnummers B01 tot en met B38, en b. dat niet een deel van de herkenbare naam van een programmakanaal bevat als bedoeld in onderdeel a.
4. De vergunninghouder neemt daarbij de voorschriften en beperkingen bedoeld in de artikelen 3 tot en met 7 en de bijlagen van deze vergunning in acht.
1. De vergunninghouder veroorzaakt:
a. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radioapparaten in andere radioapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen, en
b. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen, alsmede op de percelen waar deze ziekenhuizen staan, geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien een vergunninghouder op of in een ziekenhuis of het perceel waarop dat ziekenhuis staat een radioapparaat heeft geplaatst met schriftelijke instemming van dat ziekenhuis.
Voor zover het gepresenteerde programmaonderdelen tussen 07.00 en 19.00 uur betreft, wordt ten minste 50 procent in de Nederlandse of Friese taal gepresenteerd.
1. De vergunninghouder informeert Agentschap Telecom onmiddellijk over:
a. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen uitoefenen;
b. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, direct of indirect kan uitoefenen op het beleid van andere rechtspersonen die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen;
c. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houden of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid, en
d. wijzigingen in de zeggenschap of feitelijke invloed die natuurlijke personen direct of indirect kunnen uitoefenen op het beleid van een andere rechtspersoon die een FM-vergunning houdt of diens groepsmaatschappijen, als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die natuurlijke personen direct of indirect een zodanige zeggenschap of feitelijke invloed hebben dat zij in belangrijke mate het beleid van de vergunninghouder of diens groepsmaatschappijen kunnen bepalen of aanmerkelijke invloed hebben op de inhoud van dat beleid.
2. In afwijking van het eerste lid, is de vergunninghouder niet verplicht informatie te verstrekken voor zover die informatie betrekking heeft op:
a. het kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op of door rechtspersonen ten aanzien waarvan hij aan de Minister schriftelijk en zonder enig voorbehoud heeft verklaard dat hij met die rechtspersonen één rechtspersoon vormt als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep, of
b. het door natuurlijke personen kunnen uitoefenen van zeggenschap of feitelijke invloed op rechtspersonen als bedoeld in artikel 3 van de Tijdelijke regeling gebruiksbeperking commerciële FM-radio-omroep die onder de verklaring, bedoeld in onderdeel a, vallen.
|
Kavel |
B54 |
|
Dossiernummer |
|
|
Datum |
|
|
Aantal bladen |
1 van 2 |
Samenstelling Kavel NET NLCO B54
|
Opstelplaats |
Frequentie |
Vermogen (ERP) |
|---|---|---|
|
EINDHOVEN |
103.3 MHz |
1.00 kW |
Toelichting bij punt 5:
Onder punt 5 van de bijlage A zijn restricties opgenomen voor omroepzenders ten behoeve van het voorkomen van storing in de luchtvaartband 108-118 MHz. De onderdrukking van ongewenste uitstraling in de luchtvaartband dient minimaal de waarde aangegeven in dBc te bedragen voor de gehele zendinstallatie.
De verticale apertuur van het antennesysteem in golflengtes dient minimaal de waarde aangegeven in λ te zijn. Indien er geen waarde(n) vermeld staan, gelden er geen aanvullende eisen met betrekking tot de bescherming van de luchtvaartband.
|
Station |
NET NLCO B54 |
|||
|
Dossiernummer |
||||
|
_ |
||||
|
Datum |
||||
|
Aantal bladen |
2 van 2 |
|||
|
EINDHOVEN 103.3 MHz |
||||
|
1 |
Gegevens locatie |
|||
|
Naam |
EINDHOVEN |
|||
|
Lengte/breedtegraad |
005E27 22.0 |
/ |
51N24 40.0 |
|
|
Hoogte antenne t.o.v. maaiveld |
40 meter |
|||
|
Hoogte maaiveld t.o.v. NAP |
22 meter |
|||
|
2 |
Gegevens t.b.v. zendsysteem |
|||
|
Frequentie |
103.3 MHz |
|||
|
ERP |
1.00 kW |
|||
|
ERPmax verticaal |
1.00 kW |
|||
|
Offset type |
Niet gesynchroniseerd |
|||
|
SFN ID |
– |
|||
|
System |
4 |
|||
|
Polarisatie |
Verticaal |
|||
|
Klasse van uitzending |
300KF9E |
|||
|
3 |
Gegevens internationale coördinatie frequentiegebruiksrecht |
|||
|
Internationale coördinatie afgerond |
Ja |
|||
|
4 |
Gegevens m.b.t. antennesysteem |
|||
|
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
Zendhoek azimut (graden) |
Verzwakking (dB) |
|---|---|---|---|
|
0.0 |
0.0 |
180.0 |
14.0 |
|
10.0 |
0.0 |
190.0 |
14.0 |
|
20.0 |
3.0 |
200.0 |
9.0 |
|
30.0 |
8.0 |
210.0 |
10.8 |
|
40.0 |
13.0 |
220.0 |
7.0 |
|
50.0 |
15.0 |
230.0 |
7.0 |
|
60.0 |
14.0 |
240.0 |
6.0 |
|
70.0 |
13.0 |
250.0 |
9.0 |
|
80.0 |
13.0 |
260.0 |
4.6 |
|
90.0 |
15.0 |
270.0 |
0.0 |
|
100.0 |
13.0 |
280.0 |
0.0 |
|
110.0 |
12.0 |
290.0 |
0.0 |
|
120.0 |
12.0 |
300.0 |
0.0 |
|
130.0 |
9.0 |
310.0 |
0.0 |
|
140.0 |
6.0 |
320.0 |
0.0 |
|
150.0 |
4.0 |
330.0 |
0.0 |
|
160.0 |
4.0 |
340.0 |
0.0 |
|
170.0 |
9.0 |
350.0 |
0.0 |

Grafische weergave antennediagram (0 = geografisch Noorden)
|
5 |
Aanvullende eisen m.b.t. bescherming van de luchtvaart |
|
|
Minimale onderdrukking in de luchtvaartband Verticale aperture |
dBc λ |
|
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De vergunninghouder zendt uit binnen het in figuur 1 bedoelde masker (gemeten volgens
de procedure zoals vermeld in Annex 1 van ITU-R SM 1268-5). In tabel 1 is dit masker
in een tabelvorm weergegeven.
Figuur 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen.
Bron: ITU-R SM 1268-5

Tabel 1: Spectrummasker voor FM-uitzendingen in tabelvorm.
Bron: ITU-R SM 1268-5
|
Datum |
|
|
Dossiernummer |
|
|
Aantal bladen |
1 van 1 |
De frequentieplanning en de berekening van het theoretische verzorgingsgebied (het zogenaamde groene gebied) van FM-omroepfrequenties van 87,6 MHz tot en met 104,8 MHz geschiedt op basis van onderstaande zerobase norm die is gebruikt bij de uitgifte van deze vergunningen in 2003 en nadien.
|
Parameter |
||
|---|---|---|
|
Propagatiemodel |
ITU Recommendation 370 met TCA en morfografie |
|
|
Ontvangstantenne |
Non-directief |
|
|
Hoogte ontvangstantenne |
1,5 meter; met een morfografisch afhankelijke correctie om van 10 meter naar 1,5 meter om te rekenen |
|
|
Polarisatiediscriminatie |
Geen |
|
|
Gewenst signaalniveau |
50% plaats 50% tijd |
|
|
Ongewenst signaalniveau |
50% plaats 10% tijd & 50% tijd (worst case) |
|
|
Terrein-oneffenheid |
Terrain Clearance Angle (TCA) conform ITU rec. 370-7 |
|
|
Protectieverhoudingen conventioneel geplande zenders voor respectievelijk continue / troposferische storing |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
40 dB / 32 dB 30 dB / 22 dB – 2 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Protectieverhoudingen voor SFN en NSF geplande zenders |
0 kHz 100 kHz 200 kHz 300 kHz 400 kHz |
2. 25 dB (afhankelijk van looptijd) 5 dB – 5 dB – 15 dB – 25 dB |
|
Berekening interferentie |
Methode sterkste stoorder |
|
|
Ontvangst |
Stereo |
|
|
Minimum bruikbare veldsterkte |
37 tot 43,5 dBµV/meter op 1,5 meter hoogte; afhankelijk van de morfografie |
|
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2021-38633.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.