Regeling van het bestuur van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie van 22 maart 2021, tot wijziging van de Regeling Compensatie Coronacrisis in verband met een tweede aanvullend steunpakket

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie,

gelet op artikel 10, vierde lid van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

gelet op artikel 4:23, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht,

gelet op de Regeling aanvullende ondersteuning culturele en creatieve sector COVID-19,

gelet op het Algemeen Subsidiereglement van Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie;

met goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 13 april 2021;

besluit:

ARTIKEL I

De Regeling Compensatie Coronacrisis wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1, aanhef, wordt na de vierde volzin een volzin ingevoegd, luidende: Tevens is voorzien in een overbruggingssubsidie voor instellingen waarbij het verzoek om een meerjarige subsidie op basis van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024, na een positieve beoordeling uitgebracht door een door het Fonds ingestelde commissie, is afgewezen als gevolg van de onderlinge weging van met elkaar concurrerende aanvragen.

B

Aan artikel 1.2 worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 3. De in paragraaf 3a bedoelde maatregelen richten zich uitsluitend op instellingen en (rechts)personen die een meerjarige subsidie ontvangen op basis van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024.

  • 4. De in paragraaf 3b bedoelde maatregelen richten zich uitsluitend op instellingen en (rechts)personen waarbij het verzoek om een meerjarige subsidie op basis van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024, na een positieve beoordeling uitgebracht door een door het Fonds ingestelde commissie, is afgewezen als gevolg van de onderlinge weging van met elkaar concurrerende aanvragen.

C

In artikel 3.5 vervalt het vierde lid, onder vernummering van het vijfde lid tot vierde lid.

D

Na paragraaf 3 worden twee paragrafen ingevoegd, luidende:

Paragraaf 3a compensatiemaatregelen III

Artikel 3.8 Doel

Overeenkomstig de Regeling aanvullende ondersteuning culturele en creatieve sector COVID-19 neemt het Fonds maatregelen ter ondersteuning van de instellingen die een meerjarige subsidie ontvangen op basis van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024.

Artikel 3.9 Subsidieplafond
  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 2.573.100.

  • 2. Indien het subsidieplafond door toepassing van het bepaalde in artikel 3.10 zou worden overschreden, worden de te verlenen subsidiebedragen naar rato verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut.

Artikel 3.10 Hoogte subsidiebedrag
  • 1. De subsidie bedraagt 22,3 procent van de gemiddeld over de jaren 2017 en 2018 verworven eigen inkomsten van de instelling, blijkend uit de jaarrekeningen die betrekking hebben op die jaren.

  • 2 In afwijking van het eerste lid bedraagt de subsidie, voor zover het instellingen betreft: waarvan de hoofdpublieksactiviteit ten hoogste een keer in de twee jaar plaatsvindt: 22,3 procent van de eigen inkomsten van de instelling, verworven over het jaar in de periode 2017–2019 waarin de recentste editie van die hoofdpublieksactiviteit heeft plaatsgevonden, blijkend uit de jaarrekening die betrekking heeft op dat jaar.

  • 3 De uitkomst van de berekeningen, bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt:

    • a. gemaximeerd op een bedrag dat gelijk is 200 procent van het totaal aan structurele subsidies van bestuursorganen die aan de instelling zijn verstrekt ten behoeve van haar exploitatie in 2018; en

    • b. naar boven afgerond op honderd euro’s.

Artikel 3.11 Overeenkomstige toepassing

De artikelen 3.2, 3.5, 3.6 en 3.7 zijn van overeenkomstige toepassing.

Paragraaf 3b overbruggingssubsidie

Artikel 3.12 Doel

Overeenkomstig de Regeling aanvullende ondersteuning culturele en creatieve sector COVID-19 neemt het Fonds maatregelen ter ondersteuning van de instellingen waarbij het verzoek om een meerjarige subsidie op basis van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024, na een positieve beoordeling uitgebracht door een door het Fonds ingestelde commissie, is afgewezen als gevolg van de onderlinge weging van met elkaar concurrerende aanvragen.

Artikel 3.13 Subsidieplafond
  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 222.000.

  • 2. Indien het subsidieplafond door toepassing van het bepaalde in artikel 3.14 zou worden overschreden, worden de te verlenen subsidiebedragen naar rato verlaagd tot het niveau waarbinnen het totaal beschikbare bedrag volledig kan worden benut.

Artikel 3.14 Hoogte subsidiebedrag
  • 1. De subsidie bedraagt 50 procent van het jaarlijkse subsidiebedrag dat de instelling voor de periode 2021–2024 heeft aangevraagd op grond van artikel 2.4, eerste, tweede en derde lid van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024, onder overeenkomstige toepassing van de indexering, bedoeld in het vierde lid van datzelfde artikel.

  • 2. Voor zover door het bestuur van een fonds aan een afgewezen aanvrager met een positieve beoordeling, zoals bedoeld in artikel 3.12, met het oog op subsidieterugval na 2020 bij wijze van tegemoetkoming coulancehalve een subsidie wordt verstrekt, wordt het bedrag daarvan in mindering gebracht op de subsidie die de instelling ontvangt op grond van deze paragraaf.

  • 3. Voor zover een commissie als bedoeld in artikel 3.12 tevens een advies over de subsidiehoogte heeft afgegeven, bedraagt de subsidie, in afwijking van het eerste lid, 50 procent van het geadviseerde jaarbedrag.

Artikel 3.15

De artikelen 3.2, 3.6 en 3.7 zijn van overeenkomstige toepassing.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, namens deze, H.G.G.M. Verhoeven directeur-bestuurder

TOELICHTING

Met de Regeling aanvullende ondersteuning culturele en creatieve sector COVID-19 (RAOCCC) zijn regels gesteld over de verstrekking van aanvullende steun aan de culturele en creatieve sector in verband met gederfde inkomsten in die sectoren als gevolg van de uitbraak van COVID-19 en de maatregelen ter bestrijding ervan. Die steun, in de vorm van aanvullende subsidies, vormde een uitwerking van de Kamerbrief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 15 april 2020 (Kamerstukken II 2019/20, 32 820, nr. 349). Op grond van de RAOCCC heeft het Fonds van Cultuurparticipatie de Regeling Compensatie Coronacrisis vastgesteld.

Met de Kamerbrief van 16 november 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 32 820, nr. 400) is vervolgens een tweede steunpakket door de minister in het vooruitzicht gesteld. Ter uitvoering van laatstbedoelde Kamerbrief is de RAOCCC gewijzigd (zie Stcrt. 2021, 4353). Die wijziging heeft er mede toe geleid dat de Regeling Compensatie Coronacrisis kon worden uitgebreid met aanvullende compensatiemaatregelen voor instellingen die een subsidie ontvangen op grond van de Regeling meerjarige subsidies Fonds voor Cultuurparticipatie 2021–2024 (zie de nieuwe paragraaf 3a), en voor instellingen die positief beoordeeld waren in het kader van die regeling, maar vanwege de rangschikking in de tendersystematiek toch geen subsidie konden ontvangen. Laatstgenoemde categorie komt in aanmerking voor een overbruggingsubsidie (zie de nieuwe paragraaf 3b).

Naast het bovenstaande is een correctie doorgevoerd in artikel 3.5, waarin abusievelijk de leden 4 en 5 gelijkluidend waren.

Het bestuur van stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, namens deze, H.G.G.M. Verhoeven directeur-bestuurder

Naar boven