Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 4 oktober 2018, nummer 2374183, tot tijdelijk afwijken van artikel 4.17a, derde lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 50, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 en artikel 4.17b, eerste lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000;

Gehoord de Commandant van de Koninklijke Marechaussee;

Besluit:

Artikel 1

Met toepassing van artikel 4.17b van het Vreemdelingenbesluit 2000 wordt tijdelijk afgeweken van artikel 4.17a, derde lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2018.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 4 oktober 2018

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, M.G.J. Harbers

TOELICHTING

Sinds 1 oktober 2017 heeft de Koninklijke Marechaussee (KMar) haar controles ‘Mobiel Toezicht Veiligheid’ (MTV) op vluchten afkomstig uit Griekenland geïntensiveerd. De intensivering van deze controles door het toepassen van artikel 4.17b van het Vreemdelingebesluit 2000 (Stcrt. 2017, 55744) werd ingegeven door diverse signalen ten aanzien van vluchten afkomstig van Griekse luchthavens in de eerste acht maanden van 2017. Bij besluit van 11 april 2018 is opnieuw toepassing gegeven aan artikel 4.17b van het Vreemdelingenbesluit 2000 (Stcrt. 2018, 22404), omdat er een toename van het aantal irreguliere grensoverschrijdingen en daarmee samenhangende incidenten werd geconstateerd en het inzicht van de KMar op de categorieën (ir)regulier reizende migranten vanuit Griekenland sterk is verbeterd.

Nog altijd is een toename zichtbaar in het aantal migratie gerelateerde bijzonderheden op vluchten vanuit Griekenland naar Nederland dat door de KMar wordt geconstateerd. Zo is het aantal waargenomen incidenten met betrekking tot mensenmokkel toegenomen met ongeveer 700% ten opzichte van hetzelfde tijdvak een jaar eerder, waarin er geen sprake was van geïntensiveerde controles. Ook werden er circa 90% meer valse documenten onderkend en ongeveer 46% meer look-a-like reisdocumenten in vergelijking met dezelfde periode een jaar eerder. Verder nam het aantal onderkende gevallen van personen zonder verblijfstitel bij aankomst in Nederland in de periode van 1 februari tot en met 31 juli 2018 toe met circa 236% ten opzichte van dezelfde periode in 2017.

Tevens is in de eerste zeven maanden van 2018 de instroom van illegale migranten via de Oostelijke mediterrane route naar Europa sterk gestegen ten opzichte van dezelfde periode in 2017. Daarnaast is een trend zichtbaar waarbij vreemdelingen de uitreiscontrole door de Griekse autoriteiten proberen te ontwijken. Zij kopen meerdere tickets voor verschillende bestemmingen binnen Europa om daarmee de uitreiscontrole op de luchthavens in Griekenland te passeren. Vervolgens kiezen ze de intra-Schengen vluchten die op de Griekse luchthavens niet (nader) gecontroleerd worden. Hoewel de Grieken trachten extra toezicht op de uitreis uit te voeren heeft dit vooralsnog niet het gewenste effect, ook is onduidelijk in hoeverre deze controlepraktijk door Griekenland wordt voortgezet.

Ondanks de verscherpte controles bij uit- en inreis, is er derhalve geen sprake van een afname van het aantal incidenten gesignaleerd door de KMar. Voorstelbaar is echter dat de toename nog groter zou zijn wanneer de controles MTV niet zouden zijn geïntensiveerd. Een aanzienlijk deel van de voornoemde onrechtmatige reisbewegingen zou in dat geval bovendien niet zijn onderkend. Dankzij de intensievere controles is het inzicht op de categorieën regulier en irregulier reizende migranten vanuit Griekenland dus sterk verbeterd.

Voornoemde signalen, neergelegd in een ambtsbericht van de KMar van 24 september 2018, leiden tot de conclusie dat de omstandigheden die ten grondslag lagen aan de eerdere beslissing om de controles MTV op vluchten afkomstig uit Griekenland te intensiveren, alsmede om deze intensivering voort te zetten, onverminderd aanwezig zijn. De tekst van artikel 4.17b, eerste lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000 staat niet in de weg aan het thans opnieuw inzetten van deze maatregel. Uitgangspunt in het bestuursrecht is dat overheidshandelen steeds proportioneel dient te zijn en de minst ingrijpende maatregelen moeten worden gekozen om het doel te bereiken. De situatie, zoals hiervoor uiteen is gezet, is momenteel niet zo dat met lichtere maatregelen kan worden volstaan om de doelen die met deze intensivering worden beoogd afdoende te bereiken. Het gaat dan om de bestrijding van illegale immigratie in het algemeen en van mensenmokkel in het bijzonder, het voorkomen van mensonterende incidenten en het voorkomen van substantiële incidenten voor de openbare orde en nationale veiligheid in Nederland. Het voortzetten van deze aanscherping van de controles MTV is bovendien in lijn met de Europese regels inzake het vrij verkeer, alsmede met de (nationale) rechtspraak op dit onderwerp. Daarbij is met name van belang dat de controles nog immer worden uitgevoerd op een wijze die duidelijk verschilt van systematische controles.

Het is derhalve proportioneel om opnieuw te besluiten om de KMar in staat te stellen haar controles te intensiveren op vluchten afkomstig uit Griekenland door toepassing te geven aan artikel 4.17b van het Vreemdelingenbesluit 2000. Deze intensivering richt zich nog altijd uitsluitend op het luchtvaartverkeer, aangezien er geen signalen zijn op grond waarvan het toezicht op de weg of het spoor zouden moeten worden geïntensiveerd. Ook zijn er op dit moment onvoldoende vergelijkbare signalen ten aanzien van vluchten afkomstig uit andere landen dan Griekenland. Daarom is het aangewezen de uitbreiding neergelegd in artikel 4.17b van het Vreemdelingenbesluit 2000 enkel op het luchtverkeer afkomstig van Griekse luchthavens toepasselijk te blijven achten.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, M.G.J. Harbers

Naar boven