Opsporingsvergunning aardwarmte Helmond 2, Ministerie van Economische Zaken

DGETM/EM/13159951

Procesverloop:

  • in de Staatscourant van 13 april 2012 en 11 mei 2012 (Staatscourant 2012 nr. 6884) is een uitnodiging geplaatst voor het indienen van concurrerende aanvragen voor een opsporingsvergunning aardwarmte voor het gebied ‘Utrecht – Noord-Brabant’. Binnen de termijn van dertien weken na publicatie van de aanvraag is van Hydreco GeoMEC B.V. (hierna: Hydreco) een deels concurrerende aanvraag ontvangen;

  • Hydreco heeft per brief van 9 augustus 2012, ontvangen op 15 augustus 2012, een aanvraag ingediend voor een opsporingsvergunning voor aardwarmte, ingevolge artikel 6, van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw). Het aangevraagde gebied, genaamd Helmond 2, ligt in de gemeenten Helmond, Laarbeek, Gemert-Brakel, Deurne, Asten en Someren. De oppervlakte van het aangevraagde gebied bedraagt 70,82 km². De aangevraagde geldigheidsduur van de vergunning is vijf jaar;

  • in de Staatscourant van 22 november 2012 (Staatscourant 2012, nr. 23905) is een uitnodiging geplaatst voor het indienen van concurrerende aanvragen tot een diepte van 4.000 meter. Hierop zijn geen concurrerende aanvragen ontvangen;

  • Op 10 september 2013 is aan Transmark Renewable Products B.V. (hierna: Transmark) een opsporingsvergunning aardwarmte voor het gebied Utrecht- Noord-Brabant verleend voor een gebied van 4.000 meter en dieper (kenmerk: DGETM-EM/ 13083107) door de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ), Staatscourant 2013, nr. 26009. Het gebied Helmond 2 tot een diepte van 4.000 meter maakt geen onderdeel uit van de aan Transmark verleende opsporingsvergunning;

  • TNO adviesgroep EZ (hierna: TNO) heeft op verzoek van de Minister van EZ op 11 december 2012 (kenmerk: AGE 12-10.061) en 19 februari 2013 (kenmerk: AGE 13-10.011) advies uitgebracht;

  • Staatstoezicht op de mijnen (hierna: Sodm) heeft op verzoek van de Minister van EZ op op 6 maart 2013 (kenmerk: 13039337) en op 13 juni 2013 advies uitgebracht (kenmerk: 13107210);

  • het College van gedeputeerde staten (hierna: GS) van de provincie Noord-Brabant is op grond van artikel 16 Mbw om advies gevraagd. Van GS Noord-Brabant is op 19 februari 2013 advies ontvangen (kenmerk: 3327961);

  • de Mijnraad heeft, op grond van artikel 105, tweede lid, onder a van de Mbw, advies uitgebracht en heeft per brief van 21 augustus 2013 advies uitgebracht (kenmerk: MIJR/13056017);

  • Hydreco heeft op 29 mei 2015, naar aanleiding van het advies van de Mijnraad, een aanvulling ingediend.

Gelet op de artikelen 6, 7, 9, 11, eerste tot en met derde lid, en vierde lid, eerste volzin, 12, 13, tweede lid, 15, 16, 17, eerste lid, 22, vijfde lid, en 105, derde lid, Mbw, alsmede artikel 1.3.1 van de Mijnbouwregeling.

Besluit

Artikel 1

Aan Hydreco GeoMEC B.V. (hierna: de vergunninghouder) wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Helmond 2.

Artikel 2

De vergunning geldt voor een gebied dat ligt in de gemeenten Helmond, Laarbeek, Gemert-Brakel, Deurne, Asten en Someren en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen. De coördinaten van de punten zijn:

Punt

X

Y

1

170039,000

389062,000

2

176698,000

392554,000

3

178946,702

388246,321

4

182719,000

381020,000

5

180900,000

379500,000

6

177350,000

377800,000

7

174400,000

381500,000

8

178800,000

383500,000

9

176681,667

386478,905

10

175600,000

388000,000

11

172000,000

386000,000

Bovenstaande coördinaten zijn weergegeven volgens het stelsel van de Rijksdriehoekmeting (RD) zoals vermeld in Artikel 1.2.2, onder a, van de Mijnbouwregeling (Stcrt. 19-12-2002, nr. 245).

De vergunning geldt voor het bovengenoemde gebied tot een diepte van 4.000 meter.

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 70,82 km2.

Artikel 3

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 9 augustus 2012 ingediende aanvraag.

Artikel 4

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarde in acht:

  • Voor het verstrijken van het tweede jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning overlegt de vergunninghouder een geactualiseerd werkprogramma aan de Minister van Economische Zaken, dat voorziet in een onvoorwaardelijke boring in uiterlijk het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning.

Artikel 5

De vergunning geldt vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden tot vier jaar na het tijdstip waarop zij onherroepelijk is geworden.

Artikel 6

De vergunning treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, namens deze: J.H. Brouwer wnd. plv. Directeur Energie en Omgeving

Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven