Overdracht samenvoeging en splitsing opsporingsvergunningen aardwarmte Delft IV, Ministerie van Economische Zaken

DGETM/EM/13116664

25 augustus 2015

Procesverloop:

  • Ammerlaan Real Estate B.V. (hierna: Ammerlaan) is houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ) van 24 december 2009 verleende opsporingsvergunning voor aardwarmte Pijnacker- Nootdorp 4 met kenmerk ET/EM/ 9229140 (Staatscourant 2010, nr. 73);

  • Gebroeders Duijvestijn Energie B.V. (hierna: Duijvestijn) is houder van de bij beschikking van de Minister van EZ van 20 april 2010 verleende opsporingsvergunning voor aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 5, met kenmerk ETM/EM/ 10062962 (Staatscourant 2010, nr. 7407);

  • Hydreco GeoMEC B.V. (hierna: Hydreco) is houder van de bij beschikking van de Minister van EZ van 3 augustus 2010 verleende opsporingsvergunning voor aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 6, met kenmerk ETM/EM/ 10107799 (Staatscourant 2010, nr. 16713), laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZ van 4 augustus 2015 met kenmerk DGETM-EM/15087973;

  • bij brief van 12 mei 2015, ontvangen op 26 mei 2015 hebben Ammerlaan, Duijvestijn en Hydreco verzocht om toestemming tot overdracht op grond van artikel 20 van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw) van de opsporingsvergunningen Pijnacker- Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5 en Pijnacker-Nootdorp 6 aan mevrouw J.G. Stokkers, in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed TU Delft;

  • mevrouw J.G. Stokkers, in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed TU Delft, vraagt bij brief van 12 mei 2015 ontvangen op 25 mei 2015, om in geval van honorering van de overdrachten van de opsporingsvergunningen aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5 en Pijnacker-Nootdorp 6 conform artikel 19, aanhef en onder b van de Mbw en artikel 137, eerste lid van het Mijnbouwbesluit deze samen te voegen met de door de Minister van EZ verleende opsporingsvergunning aardwarmte voor het gebied genaamd Delft IV, met kenmerk ETM/EM/10107799 (Staatscourant 2010, nr. 16713), laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZ van 15 april 2015 met kenmerk DGETM-EM/15045859 (Staatscourant 2015, nr. 12643);

  • vervolgens vraagt mevrouw J.G. Stokkers, in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed TU Delft, om in geval van honorering van de samenvoeging van de opsporingsvergunningen aardwarmte Pijnacker- Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5, Pijnacker-Nootdorp 6 en Delft IV, toestemming op grond van artikel 20, tweede lid in samenhang met artikel 19, aanhef en onder a van de Mbw om splitsing van de vergunning en aansluitend om toestemming op grond van artikel 20, eerste lid Mbw tot overdracht van drie van de vier ontstane opsporingsvergunningen voor aardwarmte aan respectievelijk Ammerlaan, Duijvestijn en Hydreco.

Gelet op:

De artikelen 19, onder a, 20, eerste en tweede lid van de Mijnbouwwet, en de artikelen 135, 136, 137, 138, 140, 141 en 142 van het Mijnbouwbesluit.

Besluit:

I: OVERDRACHT, SAMENVOEGING EN SPLITSING OPSPORINGSVERGUNNINGEN AARDWARMTE DELFT IV, PIJNACKER-NOOTDORP 4, PIJNACKER-NOOTDORP 5, PIJNACKER-NOOTDORP 6

artikel 1

Aan de houders van de opsporingsvergunningen aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5 en Pijnacker-Nootdorp 6, wordt toestemming verleend tot overdracht aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft.

artikel 2

De vergunningen dienen binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.

artikel 3

De vergunninghouders doen van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.

artikel 4

De opsporingsvergunningen aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5, Pijnacker-Nootdorp 6 en Delft IV worden, nadat schriftelijk mededeling is gedaan van de overdracht zoals beschreven in I, artikel 3, samengevoegd zodat een nieuwe opsporingsvergunning aardwarmte ontstaat: Delft IVa.

artikel 5

De opsporingsvergunning aardwarmte Delft IVa wordt gesplitst in 4 opsporingsvergunningen voor aardwarmte: Pijnacker-Nootdorp 4a, Pijnacker-Nootdorp 5a, Pijnacker-Nootdorp 6a en Delft V.

artikel 6

Het gebied Delft V, dat door de in artikel 5 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Delft, Pijnacker-Nootdorp, Midden-Delfland, Rijswijk, Lansingerland, Rotterdam en Den Haag en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de puntenparen A-B, B-C, C-D, D-E en E-A:

Punt

X

Y

A

81745,000

449326,000

B

90487,000

449326,000

C

90487,000

442326,000

D

83612,511

442326,000

E

81745,000

445994,327

Van het hierboven beschreven gebied maakt het gebied dat is begrensd door de rechte lijnen tussen de puntenparen 1-2, 2-3, 3-4, 4-5, 5-6, 6-7, 7-8, 8-9, 9-10, 10-11, 11-12 geen deel uit.

Punt

X

Y

1

87534,68

449322,23

2

87783,73

449027,21

3

89432,19

446945,75

4

89092,14

446676,44

5

90195,53

446512,53

6

89931,93

444719,70

7

86707,63

445193,76

8

86880,93

446372,45

9

84719,65

444755,52

10

83200,00

447200,00

11

85720,00

448865,00

12

86352,16

448385,71

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 38,76 km2.

De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.

artikel 7

Het gebied Pijnacker-Nootdorp 4a, dat door de in artikel 5 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Pijnacker-Nootdorp en Delft en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de volgende punten:

Punt

X

Y

A

86352,16

448385,71

B

87534,68

449322,23

C

87783,73

449027,21

D

89432,19

446945,75

E

89092,14

446676,44

F

88947,00

446698,00

G

88355,34

446294,48

H

88322,31

446311,54

I

87690,10

446696,32

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 4,38 km2.

De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.

artikel 8

Het gebied Pijnacker-Nootdorp 5a, dat door de in artikel 5 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Pijnacker-Nootdorp en Lansingerland en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de volgende punten:

Punt

X

Y

A

86880,93

446372,45

B

87014,00

446472,00

C

87458,25

446713,98

D

87690,10

446696,32

E

88322,31

446311,54

F

88355,34

446294,48

G

88974,00

446698,00

H

90195,53

446512,53

I

89931,93

444719,70

J

86707,63

445193,76

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 5,29.

De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.

artikel 9

Het gebied Pijnacker-Nootdorp 6a, dat door de in artikel 5 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Pijnacker-Nootdorp en Delft en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de volgende punten:

Punt

X

Y

1

86 352,16

448385,71

2

87690,10

446696,32

3

87458,25

446713,98

4

87014,00

446472,00

5

86880,93

446372,45

6

84719,65

444755,52

7

83200,00

447200,00

8

85720,00

448865,00

Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 9,34 km2.

De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.

II: OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE DELFT V

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied Delft V, als beschreven in I, artikel 6.

artikel 2

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

artikel 3

De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.

artikel 4

De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

artikel 5

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden 4 boringen (2 doubletten) geplaatst.

artikel 6

De vergunning geldt tot 9 oktober 2015.

III: OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 4A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt een opsporingsvergunning verleend voor het gebied Pijnacker-Nootdorp 4a, als beschreven in I, artikel 7.

artikel 2

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

artikel 3

De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.

artikel 4

De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

artikel 5

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden 2 boringen (1 doublet) geplaatst.

artikel 6

De vergunning geldt tot 9 oktober 2015.

IV: OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 5A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt een opsporingsvergunning verleend voor het gebied Pijnacker-Nootdorp 5a, als beschreven in I, artikel 8.

artikel 2

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

artikel 3

De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.

artikel 4

De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

artikel 5

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden tenminste 2 boringen (1 doublet) geplaatst.

artikel 6

De vergunning geldt tot 9 oktober 2015.

V: OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 6A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt een opsporingsvergunning verleend voor het gebied Pijnacker-Nootdorp 6a, als beschreven in I, artikel 9.

artikel 2

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

artikel 3

De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.

artikel 4

De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

artikel 5

De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden 2 boringen (1 doublet) geplaatst.

artikel 6

De vergunning geldt tot 9 oktober 2015.

VI: OVERDRACHT OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 4A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt toestemming verleend tot overdracht van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 4a, zodat Ammerlaan Real Estate B.V. houder wordt van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 4a.

artikel 2

De vergunning dient binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.

artikel 3

De vergunninghouder doet van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.

VII: OVERDRACHT OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 5A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt toestemming verleend tot het doen overgaan van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 5a, zodat Gebroeders Duijvestijn Energie B.V. houder wordt van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 5a.

artikel 2

De vergunning dient binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.

artikel 3

De vergunninghouder doet van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.

VIII: OVERDRACHT OPSPORINGSVERGUNNING AARDWARMTE PIJNACKER-NOOTDORP 6A

artikel 1

Aan mevrouw J.G. Stokkers in haar hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft wordt toestemming verleend tot het doen overgaan van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 6a, zodat Hydreco GeoMEC B.V. houder wordt van de opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 6a.

artikel 2

De vergunning dient binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.

artikel 3

De vergunninghouder doet van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.

IX

artikel 1

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, namens deze: J.H. Brouwer wnd. plv. Direteur Energie en Omgeving

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken, na de dag waar op dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK 's-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven