Splitsing en toestemming overdracht opsporingsvergunning aardwarmte Delft III

3 augustus 2010

Nr. ETM/EM/10107799

Directoraat-generaal voor Energie, Telecom en Markten

Procesverloop:

• De heer G. Kahlman, in zijn hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft, is houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken van 20 april 2010, verleende opsporingsvergunning voor aardwarmte Delft III, met kenmerk ETM/EM/10062962;

• Bovengenoemde vergunninghouder heeft bij brief van 27 november 2009 gevraagd om, op grond van artikel 20, tweede lid, in samenhang met artikel 19, onder a, van de Mijnbouwwet, splitsing van de vergunning en aansluitend, op grond van artikel 20, eerste lid van de Mijnbouwwet, om toestemming tot overdracht van een van de na splitsing ontstane opsporingsvergunningen aan Eneco New Energy BV (Eneco).

Gelet op:

De artikelen 19, onder a, 20, eerste en tweede lid van de Mijnbouwwet, en de artikelen 135, 136, 141 en 142 van het Mijnbouwbesluit.

Besluit:

Artikel 1: Splitsing opsporingsvergunning aardwarmte Delft III

• 1. De opsporingsvergunning aardwarmte Delft wordt gesplitst in twee opsporingsvergunningen, elk voor een apart gebied.

• 2. Het ene deel van het gebied Delft III, dat door de in artikel 1 bedoelde splitsing ontstaat, zal worden aangeduid als gebied Delft IV.

  Het gebied ligt in de gemeenten Delft, Pijnacker-Nootdorp, Midden-Delfland, Rijswijk, Lansingerland, Rotterdam en Den Haag en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de puntenparen A-B, B-C, C-D, D-E en E-A.

  Van het omschreven gebied maakt het gebied dat is begrensd door de rechte lijnen tussen de puntenparen 1-2, 2-3, 3-4, 4-5, 5-6, 6-7, 7-8, 8-9, 9-10, 10-11 en 11-1 (‘Pijnacker-Nootdorp 4, Pijnacker-Nootdorp 5 en Pijnacker-Nootdorp 6’) geen deel uit. De coördinaten van de punten zijn als volgt gedefinieerd:

  Punt	X	Y
  A	81745,000	449326,000
  B	90487,000	449326,000
  C	90487,000	442326,000
  D	83612,511	442326,000
  E	81745,000	445994,327

  Punt	X	Y
  1	87391,500	449278,500
  2	89451,500	447200,500
  3	88947,000	446698,000
  4	90000,500	446541,500
  5	89783,500	445085,500
  6	86871,500	445519,500
  7	87014,000	446472,000
  8	84719,650	444755,520
  9	83200,000	447200,000
  10	85720,000	448865,000
  11	86352,500	448248,500

  Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 40,38 km².

  De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting (RD).

• 3. Het andere deel van het gebied Delft III, dat door de in artikel 1 bedoelde splitsing ontstaat, zal worden aangeduid als het gebied Pijnacker-Nootdorp 6.

  Het uitgesplitste gebied ligt in de gemeenten Pijnacker-Nootdorp en Delft en wordt begrensd door de rechte lijnen tussen de puntenparen 1-2, 2-3, 3-4, 4-5, 5-6, 6-7 en 7-1. De coördinaten van de punten zijn als volgt gedefinieerd:

  Punt	X	Y
  1	87755,749	446876,028
  2	87014,000	446472,000
  3	84719,650	444755,520
  4	83200,000	447200,000
  5	85720,000	448865,000
  6	86352,500	448248,500
  7	87631,000	446959,000

  Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 9,32 km².

  De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting (RD).

Artikel 2: Opsporingsvergunning aardwarmte Delft IV

• 1. Aan de heer G. Kahlman, in zijn hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft, wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied Delft IV, als beschreven in Artikel 1, artikel 2.

• 2. De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

• 3. De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

• 4. De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden 4 boringen (2 doubletten) geplaatst.

• 5. De vergunning geldt tot 9 oktober 2013.

Artikel 3: Opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 6

• 1. Aan de heer G. Kahlman, in zijn hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft, wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied Pijnacker-Nootdorp 6, als beschreven in Artikel 1, artikel 3.

• 2. De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 25 augustus 2008 ontvangen aanvraag en zoals nader gepreciseerd op 6 april 2009.

• 3. De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.

• 4. De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:

  • binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;

  • Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden 2 boringen (1 doublet) geplaatst.

• 5. De vergunning geldt tot 9 oktober 2013.

Artikel 4: Overdracht opsporingsvergunning aardwarmte Pijnacker-Nootdorp 6

• 1. Aan de heer G. Kahlman, in zijn hoedanigheid van directeur Facilitair Management en Vastgoed van de TU Delft, wordt toestemming verleend tot het doen overgaan van de opsporingsvergunning Pijnacker-Nootdorp 6, zodat Eneco New Energy BV houder wordt van de opsporingsvergunning voor het gebied Pijnacker-Nootdorp 6.

• 2. De vergunning wordt binnen één jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk overgedragen.

• 3. De vergunninghouder doet van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.

Artikel 5

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken,

namens deze:

P. Jongerius,

Themacoördinator mijnbouw en mijnbouwklimaat directie Energiemarkt.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van verzending van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken (ALP: L/204), Postbus 20101, 2500 EC Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.