Wijziging opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-ondiep, Ministerie van Economische Zaken

DGETM/EM/15048685

Procesverloop:

  • GDF SUEZ E&P Nederland B.V. is houder van de bij besluit van de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ), van 22 december 2008 met kenmerk ET/EM/8202590 (Staatscourant 2009, nr. 5) verleende opsporingsvergunning koolwaterstoffen voor een deel van het blok Q13 (Q13b-ondiep) van het continentaal plat, welk blok is aangegeven op de als bijlage 3 bij de Mijnbouwregeling gevoegde kaart. Dit besluit is laatstelijk gewijzigd bij besluit van de Minister van EZ van 6 juni 2013, met kenmerk DGETM-EM/13097682 (Staatscourant 2013, nr. 20881);

  • GDF SUEZ E&P Nederland B.V. is tevens houder van de bij besluit van de Minister van EZ, van 30 maart 2015 met kenmerk DGETM-EM/15034256 (Staatscourant 2015, nr. 7646) verleende opsporingsvergunning koolwaterstoffen voor een deel van het blok Q13 (Q13b-diep) van het continentaal plat, welk blok is aangegeven op de als bijlage 3 bij de Mijnbouwregeling gevoegde kaart;

  • bij brief van 27 maart 2015, vraagt de vergunninghouder om wijziging van de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-ondiep, zodanig dat het tijdvak en werkprogramma van de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-ondiep overeenkomt met de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-diep;

  • tevens vraagt de vergunninghouder in dezelfde brief om, de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-diep, ingevolge artikel 19 van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw), samen te voegen met de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-ondiep.

Gelet op artikel 18 en 19 van de Mijnbouwwet en artikelen 137, 138 en 140 van het Mijnbouwbesluit.

Besluit:

Artikel 1 Wijziging opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b-ondiep

Artikel 1

Artikel II, artikel 2, van het besluit van 22 december 2008 met kenmerk ET/EM/ 8202590 komt als volgt te luiden:

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 14 november 2013 ingediende aanvraag geldt.

Artikel 2

Artikel II, artikel 4, van het besluit van 22 december 2008 met kenmerk ET/EM/ 8202590 komt als volgt te luiden:

De vergunning geldt vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden tot 9 mei 2019.

Artikel 2 Samenvoeging opsporingsvergunningen koolwaterstoffen Q13b-ondiep en Q13b-diep

Artikel 1

De opsporingsvergunningen koolwaterstoffen Q13b-ondiep en Q13b-diep worden samengevoegd tot één opsporingsvergunning koolwaterstoffen genaamd Q13b.

Artikel 3 Opsporingsvergunning koolwaterstoffen Q13b

Artikel 1

Aan GDF SUEZ Nederland E&P Nederland B.V. wordt een opsporingsvergunning voor koolwaterstoffen verleend.

Artikel 2

De vergunning geldt voor een deel van blok Q13, Q13b.

Het blokdeel Q13b wordt begrensd door de grootcirkels tussen de puntenparen A-B, B-C, D-E, E-F, F-G, G-H, H-I, I-J en A-J en door de lijn als vastgelegd in de bijlage van de Mijnbouwwet tussen de punten C en D.

De punten zijn als volgt gedefinieerd:

punt

º

’’ O.L.

º

’’ N.B.

A

3

59

55,158

52

19

57,143

B

4

19

55,187

52

19

57,157

C*

4

19

55,196

52

14

29,497

D*

4

14

49,147

52

9

57,135

E

4

10

55,192

52

9

57,132

F

4

10

55,189

52

11

27,135

G

4

6

55,179

52

13

42,137

H

4

4

25,179

52

11

57,132

I

4

7

55,187

52

9

57,130

J

3

59

55,176

52

9

57,125

*) is benadering van de locatie

De ligging van de bovengenoemde punten is uitgedrukt in geografische coördinaten berekend volgens het ETRS89 systeem.

De oppervlakte van blokdeel Q13b-diep bedraagt 369,4 km2.

Artikel 3

De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 14 november 2013 ingediende aanvraag.

Artikel 4

De vergunninghouder overlegt uiterlijk voor afloop van het tweede jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning een geactualiseerd werkprogramma dat voorziet in een onvoorwaardelijke boring uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning.

Artikel 5

Deze vergunning geldt vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden tot 9 mei 2019.

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken, namens deze: J.H. Brouwer wnd. plv. directeur Energiemarkt

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.

Naar boven