Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2015, 13276 | Vergunningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2015, 13276 | Vergunningen |
DGETM/EM/15035903
Procesverloop:
– Geothermie De Lier B.V. en De Bruijn Geothermie B.V. zijn houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ) van 8 december 2009, verleende opsporingsvergunning voor het gebied genaamd De Lier, met kenmerk ET/EM/ 9189510 (Staatscourant 2009, nr. 19190), laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZ van 15 januari 2015 met kenmerk DGETM-EM/15003456 (Staatscourant 2015, nr. 2993);
– Geothermie De Lier B.V. en De Bruijn Geothermie B.V. zijn eveneens houder van de bij beschikking van de Minister van EZ van 8 december 2009, verleende opsporingsvergunning voor het gebied genaamd De Lier 3, met kenmerk ET/EM/ 9194777 (Staatscourant 2009, nr. 19203), laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZ van 15 januari 2015 met kenmerk DGETM-EM/15000865 (Staatscourant 2015, nr. 2994);
– bij brief van 12 november 2014 hebben Geothermie De Lier B.V. en De Bruijn Geothermie B.V. verzocht om toestemming op grond van artikel 20, tweede lid in samenhang met artikel 19, aanhef en onder a van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw) om splitsing van de opsporingsvergunningen aardwarmte De Lier en De Lier 3 en aansluitend om toestemming op grond van artikel 20, eerste lid Mbw tot overdracht van een gedeelte van de afgesplitste opsporingsvergunning aardwarmte De Lier en een gedeelte van de afgesplitste opsporingsvergunning aardwarmte De Lier 3 aan TomSelect B.V.;
– Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A. is houder van de bij beschikking van de Minister van EZ van 13 oktober 2009, verleende opsporingsvergunning voor het gebied genaamd Naaldwijk 2, met kenmerk ET/ 9172607 (Staatscourant 2009, nr. 15960), laatstelijk gewijzigd bij beschikking van de Minister van EZ van 30 oktober 2014 met kenmerk DGETM-EM/14168223 (Staatscourant 2014, nr. 32375);
– Bij brief van 17 december 2014 heeft Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A. verzocht om toestemming op grond van artikel 20, tweede lid in samenhang met artikel 19, aanhef en onder a van de Mbw om splitsing van de opsporingsvergunning aardwarmte Naaldwijk 2 en aansluitend om toestemming op grond van artikel 20, eerste lid Mbw tot overdracht van een gedeelte van de afgesplitste opsporingsvergunning aardwarmte Naaldwijk 2 aan TomSelect B.V.;
– TomSelect B.V. vraagt per brief van 12 november 2014 en e-mail van 12 maart 2015, om in geval van honorering van de overdrachten van een deel van de opsporingsvergunningen aardwarmte De Lier, De Lier 3 en Naaldwijk 2, conform artikel 19, aanhef en onder b van de Mbw en artikel 137, eerste lid van het Mijnbouwbesluit, deze samen te voegen met de op 28 maart 2013 door de Minister van EZ verleende opsporingsvergunning aardwarmte voor het gebied genaamd Kwintsheul, met kenmerk DGETM-EM/13052657 (Staatscourant 2013, nr. 9330).
Gelet op de artikelen 19, onder a, 20, eerste en tweede lid van de Mijnbouwwet, en de artikelen 135, 136, 137, 138, 140, 141 en 142 van het Mijnbouwbesluit.
Besluit:
De opsporingsvergunning aardwarmte De Lier wordt gesplitst, zodat twee opsporingsvergunningen aardwarmte ontstaan: De Lier II en De Lier III.
De opsporingsvergunning De Lier 3 wordt gesplitst, zodat twee opsporingsvergunningen aardwarmte ontstaan: De Lier 3II en De Lier 3III.
De opsporingsvergunning Naaldwijk 2 wordt gesplitst, zodat twee opsporingsvergunningen aardwarmte ontstaan: Naaldwijk 2II en Naaldwijk 2III.
Aan de houders van de opsporingsvergunningen aardwarmte De Lier III, De Lier 3III en Naaldwijk 2III, wordt toestemming verleend tot overdracht aan TomSelect B.V.
De opsporingsvergunningen aardwarmte De Lier III, De Lier 3III en Naaldwijk 2III dienen binnen 1 jaar na bekendmaking van deze beschikking daadwerkelijk te zijn overgedragen.
De vergunninghouders doen van de overdracht onverwijld schriftelijk mededeling aan de Minister van Economische Zaken.
De opsporingsvergunningen aardwarmte De Lier III, De Lier 3III, Naaldwijk 2III en Kwintsheul worden samengevoegd zodat een nieuwe opsporingsvergunning aardwarmte Kwintsheul II ontstaat.
Het gebied De Lier II, dat door de in artikel 1 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Westland en Midden-Delfland en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
Punt |
X |
Y |
---|---|---|
1 |
82100,000 |
441550,000 |
2 |
78800,000 |
439900,000 |
3 |
76000,000 |
445400,000 |
4 |
78281,676 |
446540,838 |
5 |
78567,000 |
446353,000 |
6 |
79493,502 |
446669,906 |
De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 22,39 km2.
Het gebied De Lier 3II, dat door de in artikel 2 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeente Midden-Delfland en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
Punt |
X |
Y |
---|---|---|
1 |
81745,000 |
445994,327 |
2 |
81745,000 |
442326,000 |
3 |
83612,511 |
442326,000 |
4 |
83938,100 |
441686,450 |
5 |
79117,580 |
439276,190 |
6 |
78800,000 |
439900,000 |
7 |
82100,000 |
441550,000 |
8 |
79493,502 |
446669,906 |
9 |
80123,000 |
446883,000 |
10 |
81285,373 |
446897,167 |
De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 9,72 km2.
Het gebied Naaldwijk 2II, dat door de in artikel 3 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeente Westland en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
Punt |
X |
Y |
---|---|---|
1 |
77115,746 |
447404,071 |
2 |
77153,000 |
447446,000 |
3 |
77400,296 |
447726,760 |
4 |
78571,853 |
446685,927 |
5 |
78281,676 |
446540,838 |
6 |
75608,383 |
445204,192 |
7 |
74645,348 |
446059,771 |
8 |
75641,301 |
447183,953 |
9 |
76356,000 |
446549,000 |
De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.
Het vergunninggebied dat is begrensd door de punten 1, 2, 3, 4 en 5 en de rechte lijnen daartussen is hierbij beperkt tot een gebied van 3.000 meter en dieper.
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 4,36 km2.
Het gebied Kwintsheul II, dat door de in artikel 7 bedoelde samenvoeging ontstaat, ligt in de gemeenten Westland en ’s-Gravenhage en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
Punt |
X |
Y |
---|---|---|
1 |
80795,585 |
447859,251 |
2 |
81285,373 |
446897,167 |
3 |
80123,000 |
446883,000 |
4 |
79493,502 |
446669,906 |
5 |
78567,000 |
446353,000 |
6 |
78281,676 |
446540,838 |
7 |
77115,746 |
447404,071 |
8 |
78764,000 |
449275,000 |
9 |
78764,000 |
449455,000 |
De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.
Het gebied waarvoor de vergunning geldt, is verticaal begrensd tot een diepte van 3.000 meter.
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 6,67 km2.
Aan Geothermie De Lier B.V. en De Bruijn Geothermie B.V. wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd De Lier II, zoals beschreven in I, artikel 8.
De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 28 oktober 2008 ontvangen aanvraag.
De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.
De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder stelt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:
– binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;
– uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden twee boringen (1 doublet) geplaatst.
Aan Geothermie De Lier B.V. en De Bruijn Geothermie B.V. wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd De Lier 3II, zoals beschreven in I, artikel 9.
De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 6 februari 2009 en 17 maart 2009 ontvangen aanvraag.
De vergunninghouder draagt zorg voor een zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.
De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder stelt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:
– binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;
– uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden twee boringen (1 doublet) geplaatst.
Aan Coöperatieve Bloemenveiling FloraHolland U.A. wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Naaldwijk 2II, zoals beschreven in I, artikel 10.
De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 20 mei 2009 ontvangen aanvraag.
De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder houdt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:
– binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;
– Uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden twee boringen (1 doublet) geplaatst.
Aan TomSelect B.V. wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Kwintsheul II, zoals beschreven in I, artikel 11.
De vergunninghouder geeft voor de voormalige vergunning met kenmerk DGETM-EM/13052657 uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 31 januari 2011 ontvangen en op 29 januari 2013, 26 februari 2013 en 13 maart 2013 aangevulde aanvraag.
De vergunninghouder geeft voor de voormalige vergunning met kenmerk ET/EM/9189510 uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 28 oktober 2008 ontvangen aanvraag.
De vergunninghouder geeft voor de voormalige vergunning met kenmerk ET/EM/9194777 uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 6 februari 2009 en 17 maart 2009.
De vergunninghouder geeft voor de voormalige vergunning met kenmerk ET/9172607 uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 20 mei 2009.
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het in artikel 2 genoemde werkprogramma de volgende voorwaarden in acht:
– voor het einde van het tweede jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning overlegt de vergunninghouder een geactualiseerd werkprogramma aan de Minister van Economische Zaken, dat voorziet in een onvoorwaardelijke boring in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning;
– ten aanzien van de horizontale begrenzing dient de vergunninghouder zich ervan te vergewissen dat de doubletconfiguratie zodanig wordt gerealiseerd dat het beïnvloedingsgebied van het doublet de vergunninggrens niet overschrijdt.
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van de in de artikelen 3, 4 en 5 genoemde werkprogramma’s de volgende voorwaarden in acht:
– binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning deelt de vergunninghouder schriftelijk mee aan de Minister van Economische Zaken, onder vermelding van tijdstip, geologische structuur en diepte, de plaats waar de boringen zullen worden verricht;
– uiterlijk in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning worden twee boringen (1 doublet) geplaatst.
De vergunninghouder draagt zorg voor zodanige putafwerking dat in elk geval sprake is van een goede bescherming van de bodem tot en met het derde watervoerend pakket.
De vergunninghouder wijst tijdig voor de aanvang van de opsporingsactiviteiten een persoon aan met boortechnische en operationele ervaring, die leiding geeft aan boor- en aanverwante activiteiten en doet hiervan schriftelijk mededeling aan Staatstoezicht op de mijnen. Bovendien moet die persoon de bevoegdheid hebben om uitvoering te geven aan instructies van inspecteurs van Staatstoezicht op de mijnen. De vergunninghouder stelt Staatstoezicht op de mijnen van eventuele wijzigingen schriftelijk vooraf tijdig op de hoogte.
Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
De Minister van Economische Zaken, namens deze: J.H. Brouwer wnd. plv. directeur Energiemarkt
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken, na de dag waar op dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK 's-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-13276.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.