Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 3 juni 2014, 363869-120120-VGP,houdende mandaatverlening voor de handhaving van regels m.b.t. indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (Regeling mandaatverlening inzake de bevoegdheid tot handhaving van de regels m.b.t. indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 32 van de Warenwet, artikel 5.15 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht jo. de artikelen 9.3a.2, 18.1a en 18.2b van de Wet milieubeheer, en de instemming van de Minister van Economische Zaken, de Minister van Infrastructuur en Milieu, de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport, de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de inspecteur-generaal der mijnen;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

de Minister:

de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 2

  • 1. Aan de inspecteur-generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport de inspecteur-generaal der mijnen en de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt mandaat verleend om namens de Minister een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom op te leggen voor het overtredingen van bij of krachtens titel 9.3a van de Wet milieubeheer en het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten gestelde voorschriften.

  • 2. Aan de inspecteur-generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport, de inspecteur-generaal der mijnen en de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt mandaat verleend voor het verrichten van handelingen die verband houden met de invordering van verbeurde dwangsommen en van de gemaakte kosten voor bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:25 van de Algemene wet bestuursrecht, voorzover deze verband houden met de bevoegdheid bedoeld in het eerste lid.

Artikel 3

  • 1. Aan de inspecteur-generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport, de inspecteur-generaal der mijnen en de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt mandaat en machtiging verleend voor het behandelen van bezwaarschriften tegen besluiten als bedoeld in artikel 2, waaronder begrepen het nemen van beslissingen op bezwaarschriften, voor zover het besluit waartegen het bezwaar zich richt, niet door hem krachtens mandaat is genomen.

  • 2. Aan de inspecteur-generaal van de Inspectie Leefomgeving en Transport, de inspecteur-generaal der mijnen en de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt tevens machtiging verleend voor het behandelen van beroepschriften en voor het voeren van verweer in de gevallen waarin (hoger) beroep is ingesteld tegen een beslissing op een bezwaarschrift als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 4

  • 1. De inspecteur-generaal kan voor de in de artikelen 2 en 3 bedoelde aangelegenheden ondermandaat en machtiging verlenen aan onder hem ressorterende functionarissen.

  • 2. Het verlenen van ondermandaat of machtiging alsmede wijziging daarvan, geschiedt schriftelijk.

Artikel 5

Het krachtens dit mandaat en machtiging ondertekenen van stukken geschiedt als volgt:

De Minister van volksgezondheid, Welzijn en Sport,

namens deze:

(handtekening)

(naam functionaris)

(functie)

Artikel 6

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 7

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling mandaatverlening inzake de bevoegdheid tot handhaving van de regels m.b.t. indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

TOELICHTING

In titel 9.3a van de Wet milieubeheer is uitvoering gegeven aan Verordening (EG) nr. 1272/20081 (hierna: EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels). De verantwoordelijke minister voor titel 9.3a van de Wet milieubeheer is de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: Minister van VWS). Dit valt af te leiden uit artikel 9.3a.2 jo. 18.2b van de Wet milieubeheer.

Toezichthouders van verschillende inspecties zijn belast met het toezicht op de naleving van de bij titel 9.3a van de Wet Milieubeheer gestelde voorschriften. Het gaat om toezichthouders van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: NVWA), de Inspectie SZW, de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: ILT) en het Staatstoezicht op de Mijnen (hierna: SodM).

Het is van belang dat de toezichthouders van deze vier inspecties over dezelfde bevoegdheden beschikken. Hierdoor kunnen de toezichthouders van deze inspecties uniform optreden bij de constatering van een overtredingen van voorschriften op grond van titel 9.3a van de Wet milieubeheer. Artikel 2 van deze mandaatregeling zorgt daarvoor.

Op grond van artikel 2 van deze mandaatregeling krijgen de inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport, de inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de inspecteur-generaal der mijnen de bevoegdheid om namens de Minister van VWS een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom op te leggen voor overtreding van de bij titel 9.3a van de Wet milieubeheer gestelde voorschriften. De toezichthouders van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit zijn hiertoe al bevoegd op grond van artikel 10, onder f, van de Mandaatregeling VWS (Stcrt. 2013, nr. 8676).

Op dit moment is naast de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels richtlijn 1999/45/EG2 (hierna de Preparatenrichtlijn) van kracht. De Preparatenrichtlijn wordt op 1 juni 2015 door de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels ingetrokken. Tot die tijd kan gekozen worden om preparaten (ofwel mengsels) in te delen, te etiketteren en verpakken conform de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels of de Preparatenrichtlijn.

De Preparatenrichtlijn is uitgevoerd in het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten en het Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten. Voor het Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten zijn de bevoegdheden van de toezichthouders al eenduidig geregeld. Dat gold niet voor Warenwetbesluit deponering informatie preparaten.

Tot 1 juni 2015 hebben de inspecteurs generaal van de hierboven genoemde inspecties wel alle vier een rol in het toezicht op de naleving van het Warenwetbesluit deponering informatie preparaten.

De mandaatregeling zorgt er in artikel 2 voor dat ook hier de bevoegdheden van de vier inspecties gelijk zijn. De toezichthouders van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit zijn al bevoegd op grond van artikel 10, onder f, van de Mandaatregeling VWS.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 (PbEU 2008, L 353).

X Noot
2

Richtlijn 1999/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 mei 1999 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (PbEG 1999, L 200).

Naar boven