Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 8 februari 2012, nr. 257920, houdende wijziging van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten in verband met de Nederlandse vrijstatus voor Bluetongue en een technische wijziging van de Regeling diervoeders

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Gelet op:

  • de artikelen 5 en 8 van Richtlijn 2000/75/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 november 2000 tot vaststelling van specifieke bepalingen inzake de bestrijding en uitroeiing van bluetongue (PbEU L 327);

  • artikel 6 van verordening (EG) nr. 1266/2007 van de Commissie van 26 oktober 2007 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor richtlijn 2000/75/EG van de Raad wat betreft bestrijding, monitoring, surveillance en beperkingen op de verplaatsingen van bepaalde dieren van vatbare soorten in verband met bluetongue (PbEU L 283);

  • de artikelen 3, 4, 5 en 6 van Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (PB L 139);

  • de artikelen 17, 31, en 114 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

  • de artikelen 17 en 28, eerste lid, van de Kaderwet diervoeders;

  • artikel 24 van het Besluit diervoeders;

  • artikel 19 van de Landbouwwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1, onderdeel i, komt te luiden:

i. NVWA:

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

B

In artikel 2.5, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, artikel 2.6, eerste lid, en artikel 3.3 wordt ‘VWA’ vervangen door: NVWA.

C

De artikelen 3.1, 3.4, en 3.2.5 vervallen.

D

Paragraaf 3.1 vervalt.

E

Artikel 3.5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het is verboden herkauwers die oorspronkelijk afkomstig zijn uit gebieden waar bluetongue voorkomt in Nederland te brengen.

2. In het vijfde lid, wordt ‘30 juni 2011’ vervangen door: de datum genoemd in artikel 9 bis, eerste lid, van verordening (EG) nr. 1266/2007.

F

In artikel 3.2.2, tweede lid, wordt de zinsnede ‘het bepaalde in de artikelen 3.2.4 en 3.2.5.’ vervangen door: het bepaalde in artikel 3.2.4.

G

Artikel 3.2.3 komt te luiden:

Artikel 3.2.3

  • 1. Tegen bluetongue gevaccineerde herkauwers, die bestemd zijn voor export overeenkomstig de voorwaarden, bedoeld in bijlage III, punt 5, van verordening (EG) nr. 1266/2007, gaan vergezeld van een door de Minister verstrekt exportformulier.

  • 2. Het exportformulier, bedoeld in het eerste lid, is terstond na vaccinatie ondertekend door de houder en de dierenarts die de dieren heeft gevaccineerd en bevat in elk geval:

    • a. de locatie waar de dieren zijn gevaccineerd en

    • b. gegevens over de identificatie van de gevaccineerde herkauwers.

H

Artikel 3.2.4 komt te luiden:

Artikel 3.2.4

  • 1. Tegen bluetongue gevaccineerde runderen, die bestemd zijn voor export overeenkomstig de voorwaarden, bedoeld in bijlage III, punt 5, van verordening (EG) nr. 1266/2007, gaan vergezeld van een vaccinatieverklaring.

  • 2. De GD geeft onverwijld op aanvraag aan de houder van runderen een vaccinatieverklaring af voor gevaccineerde runderen, die op een ter identificatie van zijn bedrijf toegekend UBN als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Regeling identificatie en registratie van dieren, zijn geregistreerd.

ARTIKEL II

De Regeling diervoeders wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 20, derde lid, wordt ‘bedoeld in artikel 97’ vervangen door: bedoeld in artikel 53.

B

In artikel 57, onderdeel b, wordt ‘vastgesteld in artikel 2’ vervangen door: vastgesteld in artikel 3.

ARTIKEL III

De Regeling vleeskeuring wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, eerste lid, wordt ‘artikelen 3 en 4, tweede en derde lid’ vervangen door: artikelen 3 en 4, eerste, tweede en derde lid.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van 15 februari 2012.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 8 februari 2012

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker.

TOELICHTING

§ 1. Inleiding

In 2006 werd Nederland voor het eerst geconfronteerd met de ziekte bluetongue serotype 8 (BTV8). Deze ziekte verspreidde zich snel en besmette in de daarop volgende jaren vrijwel alle lidstaten van de Europese Unie. Na een Europees afgestemde bestrijding, met vaccinatie als belangrijkste instrument, heeft Nederland, samen met Duitsland, België en Luxemburg, bij de Europese Commissie verklaard vrij te zijn van de ziekte bluetongue serotype 8. Op grond van die verklaring kan de kwalificatie van Nederland als zogenaamd beperkingsgebied worden opgeheven, waarmee Nederland een vrijstatus voor bluetongue serotype 8 verkrijgt. Deze wijzigingsregeling voorziet in de opheffing van de kwalificatie van Nederland als beperkingsgebied.

Met onderhavige regeling wordt ook een technische wijziging aangebracht in de Regeling diervoeders en een omissie in de Regeling vleeskeuring hersteld. Deze wijzigingen worden toegelicht in paragraaf 4.

§ 2. Vrijstatus voor bluetongue serotype 8

Nederland is op grond van artikel 3.1 van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten beperkingsgebied voor bluetongue serotype 8. In een beperkingsgebied, gebaseerd op artikel 8, eerste lid, van Richtlijn 2000/75/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 november 2000 tot vaststelling van specifieke bepalingen inzake de bestrijding en uitroeiing van bluetongue (PbEU L 327) (hierna: richtlijn 2000/75/EG), worden de nodige monitorings- en bestrijdingsmaatregelen genomen. In dat kader zijn de voor bluetongue vatbare dieren (herkauwers) in Nederland gevaccineerd tegen bluetongue.

Nederland heeft door middel van een intensief monitoringsprogramma aangetoond dat het drie jaar vrij is van bluetongue serotype 8. Deze monitoringsresultaten zijn met de Europese Commissie en de Europese lidstaten gedeeld. Op grond van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1266/2007 van de Commissie van 26 oktober 2007 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor richtlijn 2000/75/EG van de Raad wat betreft bestrijding, monitoring, surveillance en beperkingen op de verplaatsingen van bepaalde dieren van vatbare soorten in verband met bluetongue (PbEU L 283) (hierna: verordening (EG) nr. 1266/2007) kan in deze situatie de indeling van beperkingsgebieden in een lidstaat gewijzigd worden. Omdat het monitoringsprogramma aantoont dat heel Nederland vrij is van bluetongue serotype 8, kan voor heel Nederland de indeling als beperkingsgebied komen te vervallen.

Het verplaatsen van herkauwers van een beperkingsgebied naar een niet-beperkingsgebied is aan voorwaarden onderworpen. Datzelfde geldt voor de doorvoer van herkauwers door een niet-beperkingsgebied. De voorwaarden worden genoemd in artikel 7, tweede lid, artikel 8 en artikel 9 van verordening (EG) nr. 1266/2007. Dit leidt er toe dat het wijzigen van de status van Nederland van beperkingsgebied naar niet-beperkingsgebied gevolgen heeft voor de mogelijkheden voor de import en export van herkauwers. In principe wordt het gemakkelijker om herkauwers uit Nederland te exporteren. Dieren hoeven niet langer te worden gevaccineerd en minder getest te worden. De eisen aan herkauwers afkomstig uit bluetongue serotype 8-risicogebieden worden echter strenger als Nederland zelf geen beperkings-gebied meer is, zodat de Nederlandse veestapel wordt beschermd. Import uit de beperkingsgebieden wordt daarmee moeilijker.

Om die reden heeft Nederland besloten om bij het opheffen van het beperkingsgebied gezamenlijk op te trekken met haar buurlanden: België, Luxemburg en Duitsland. Het grootste deel van de import van herkauwers in Nederland is afkomstig uit deze landen. Door het gelijktijdig opheffen van de beperkingsgebieden in deze landen worden negatieve effecten voor de import uit genoemde landen voorkomen.

§ 3. Verbod op vaccinatie tegen bluetongue serotype 8

Opheffing van het beperkingsgebied voor bluetongue serotype 8 leidt er toe dat vaccinatie tegen deze ziekte niet langer is toegestaan. Op grond van artikel 5 van richtlijn 2000/75/EG mogen dieren alleen overeenkomstig de richtlijn worden ingeënt tegen bluetongue. De richtlijn 2000/75/EG staat in artikel 9, tweede lid, toe dat dieren in een beschermingsgebied worden gevaccineerd. Buiten een beschermingsgebied is vaccinatie niet toegestaan. Nederland is geheel gekwalificeerd als beschermingsgebied, zodat voor Nederland gezien de definitie in artikel 2, onderdeel d, van verordening (EG) nr. 1266/2007 het beschermingsgebied en beperkingsgebied samenvallen. Nu de kwalificatie van Nederland als beperkingsgebied, en daarmee als beschermingsgebied, wordt opgeheven, is vaccinatie tegen bluetongue op grond van artikel 5 van richtlijn 2000/75/EG niet meer toegestaan.

Dit verbod krijgt zijn beslag doordat artikel 3.1.3 van de Regeling komt te vervallen. Artikel 3.1.3 van de Regeling betrof een vrijstelling van het verbod op vaccinatie, dat is neergelegd in artikel 3 van het Besluit gebruik sera en entstoffen. Vanaf de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling geldt er zodoende op grond van artikel 3 van het Besluit gebruik sera en entstoffen een verbod op het behandelen van vee (en andere in artikel 3 van het Besluit genoemde dieren) met niet levende entstoffen en met sera tegen bluetongue. Ook artikel 3.1.4 komt te vervallen.

§ 4. Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Onderdeel A en B

Vanaf 1 januari 2012 vormen de drie inspectiediensten van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) een nieuwe organisatie onder de naam Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). De NVWA is het resultaat van de fusie van de Algemene Inspectiedienst, de Plantenziektenkundige Dienst en de Voedsel en Waren Autoriteit. Deze drie organisaties hebben de afgelopen 2 jaar onder de werknaam nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit samengewerkt. Op 1 januari 2012 is het fusieproces afgerond en vormen zij samen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Met het oog hierop wordt met onderhavige wijziging in de regeling de aanduiding ‘VWA’ veranderd in ‘NVWA’.

Onderdeel C en D

Het in paragraaf 2 beschreven proces leidt er toe dat artikel 3.1 van de Regeling tijdelijke maatregelen dierziekten, waarin Nederland is aangemerkt als beperkingsgebied, vervalt. Daarmee komt het verbod om herkauwers te verplaatsen in artikel 3.4 ook te vervallen.

Zoals blijkt uit paragraaf 3 leidt het opheffen van het beperkingsgebied tot een verbod op vaccinatie tegen bluetongue. Paragraaf 3.1 van de Regeling (artikelen 3.1.3 en 3.1.4 ) komt te vervallen.

Onderdeel E

De eisen die op grond van artikel 3.5, tweede, derde en vierde lid aan de import van herkauwers oorspronkelijk afkomstig uit gebieden waar een ander bluetongue serotype voorkomt dan serotype 8 worden gesteld zijn gebaseerd op artikel 9 bis van verordening (EG) nr. 1266/2007. Bij uitvoeringsverordening (EU) nr. 648/2011 van de Commissie van 4 juli 2011 is de termijn tot wanneer lidstaten bij import van de desbetreffende herkauwers de in artikel 9 bis van verordening (EG) nr. 1266/2007 gestelde eisen kunnen stellen, verlengd tot 30 juni 2012. Met onderhavige wijziging van de regeling wordt rechtstreeks verwezen naar artikel 9 bis van verordening (EG) nr. 1266/2007.

Onderdeel G

Aangezien er na de jaren met vaccinatieprogramma’s nog enige tijd gevaccineerde herkauwers in Nederland zullen zijn, zal er nog export van gevaccineerde herkauwers plaatsvinden. De eis dat gevaccineerde herkauwers bestemd voor export overeenkomstig de voorwaarden, bedoeld in bijlage III, punt 5, van verordening (EG) nr. 1266/2007 worden voorzien van een exportformulier blijft derhalve van kracht. Met onderhavige wijziging wordt artikel 3.2.3 aangepast aan de situatie dat herkauwers niet meer gevaccineerd worden, maar dat er nog wel gevaccineerde herkauwers worden geëxporteerd.

Onderdeel F en H

Ten aanzien van artikel 3.2.4 geldt dat ten tijde van het vaccinatieprogramma dierenartsen terstond na de vaccinatie van runderen vaccinatielijsten invulden en instuurden naar de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD). Deze vaccinatielijsten werden door de GD gebruikt om de vaccinatieverklaring op te stellen voor gevaccineerde runderen die voor export op een verzamelcentrum bijeen werden gebracht (artikel 3.2.5). Nu door onderhavige wijziging het verboden is om nog runderen te vaccineren, zullen er geen vaccinatielijsten meer worden opgesteld. De GD kan op grond van haar huidige administratie de vaccinatieverklaringen afgeven. Om die reden wordt bij onderhavige wijziging artikel 3.2.4 herschreven en komt artikel 3.2.5 te vervallen. Tevens wordt artikel 3.2.2, tweede lid, aangepast door de verwijzing naar artikel 3.2.5 te verwijderen.

Artikel II, onderdeel A en B

Dit artikel wijzigt de Regeling diervoeders. Deze wijziging ziet op het herstel van een tweetal onjuiste verwijzingen in de regeling.

Artikel III, onderdeel A

Met deze wijziging wordt een omissie in de Regeling vleeskeuring hersteld. De verbodsbepaling in artikel 3, eerste lid, van de Regeling vleeskeuring dient ook te zien op de voorschriften gesteld in artikel 4, eerste lid, van de verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (PB L 139).

§ 5. Regeldrukeffecten

Onderhavige wijziging leidt tot een vermindering van administratieve lasten en nalevingskosten. Bij de berekening van de administratieve lasten ten gevolge van de verplichting tot het invullen van een vaccinatieformulier bij het vaccineren van herkauwers en kameelachtigen is ervan uitgegaan dat 40.000 houders hun herkauwers of kameelachtigen zouden laten vaccineren (Stcrt. 2008, nr. 84). Daarbij zouden 5000 houders hun gevaccineerde runderen, schapen en geiten exporteren vanaf het bedrijf waar de dieren gevaccineerd zijn of vanaf een exportverzamelcentrum. De berekening van de administratieve lasten leidde op grond van deze aantallen tot een toename van de administratieve lasten van € 575.000. Bij wijziging van de regeling op 14 juli 2009 leidde de introductie van een nieuw registratiesysteem bij de GD voor vaccinatie bij runderen die vanaf een exportverzamelcentrum worden geëxporteerd tot een aanvullende toename van de administratieve lasten van € 7.500 (Stcrt. 2009, 10969). In totaal bedroeg de verzwaring van de administratieve lasten vanwege de vaccinatie-registraties aldus € 582.500.

Met onderhavige wijziging van de regeling vervallen de administratieve verplichtingen, omdat de vaccinatie van herkauwers en kameelachtigen tegen bluetongue verboden is. Er zullen nog enige tijd gevaccineerde dieren worden geëxporteerd, maar daarbij zijn de vereiste formulieren al ingevuld ten tijde van de vaccinatie. Derhalve leidt onderhavige regeling tot een verlichting van de administratieve lasten ten grootte van de in 2008 en 2009 berekende verzwaring, in totaal € 582.500.

Naast een verlichting van de administratieve lasten betekent onderhavige wijziging ook een vermindering van de nalevingskosten. Voor de veehouderijsector verminderen de kosten voor diergeneesmiddelen (vaccins) en de bijbehorende dierenartsenkosten. Uitgaande van de aantallen uit 2010 zijn er jaarlijks circa 50.000 dieren (voornamelijk fokrunderen) gevaccineerd, tegen een gemiddelde prijs van € 2 per vaccin. De dieren worden tweemaal gevaccineerd, derhalve kost vaccinatie gemiddeld € 4 per dier. Dit betekent een afname van de nalevingskosten met € 200.000.

De NVWA ondervindt door onderhavige wijziging ook een lastenverlichting, omdat er geen controle meer hoeft plaats te vinden van de vaccinatiegegevens in het intraverkeer bij export. De NVWA zal nog wel standaard controles blijven uitvoeren bij de export van gevaccineerde runderen naar derde landen op basis van vaccinatie.

§ 6. Vaste verandermomenten (VVM)

Het beleid van vaste verandermomenten voor regelgeving houdt in dat nieuwe regelingen slechts op 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober in werking treden en publicatie minimaal twee maanden voorafgaand aan inwerkingtreding van de regeling plaatsvindt.

Met onderhavige wijziging wordt afgeweken van het beleid van vaste verandermomenten. Vanwege de effecten van het aanvragen van de vrijstatus voor de import en export van herkauwers is afstemming met de buurlanden van het moment van inwerkingtreding van de vrijstatus van groot economisch belang. Om hinder voor de handel en nadelige gevolgen hebben voor de Nederlandse veehouderijsector te voorkomen is het daarom gewenst het beperkingsgebied in Nederland tegelijkertijd op te heffen met het opheffen van de beperkingsgebieden in Duitsland, België en Luxemburg. Aldus is het ter voorkoming van aanmerkelijke ongewenste private en publieke nadelen gewenst in dit geval af te wijken van het beleid omtrent de vaste verandermomenten.

Alle betrokkenen bij de regelgeving, zoals de veehouderijsectoren, de dierenartsen en de houders van hobbymatig gehouden dieren, zijn steeds op de hoogte gehouden over het proces van het verkrijgen van de bluetongue-vrijstatus en de gevolgen hiervan voor de Nederlandse dierhouderij. Om die reden kan er bij de invoering van onderhavige wijziging van de regelgeving ook worden afgeweken van de minimale invoeringstermijn en de standaard publicatietermijn.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker.

Naar boven