De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
Gelet op Verordening (EU) nr. 43/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling,
voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden
en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd
of geen internationale overeenkomsten gelden, Verordening (EU) nr. 44/2012 van de
Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden in
de EU-wateren en, voor EU-vaartuigen, in bepaalde niet-EU-wateren, voor sommige visbestanden
en groepen visbestanden waarvoor internationale onderhandelingen worden gevoerd of
internationale overeenkomsten gelden en op Verordening (EG) nr. 850/98 van de Raad
van 30 maart 1998 voor de instandhouding van de visbestanden via technische maatregelen
voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen (PbEG L 125);
Gelet op de artikelen 3 en 4 van het Reglement zee- en kustvisserij 1977;
Besluit:
ARTIKEL I
De Uitvoeringsregeling zeevisserij wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. De omschrijving van het begrip ‘verordening interne vangstmogelijkheden’ wordt vervangen
door: Verordening (EU) nr. 43/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling,
voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor EU-vaartuigen voor sommige visbestanden
en groepen visbestanden waarvoor geen internationale onderhandelingen worden gevoerd
of geen internationale overeenkomsten gelden.
2. De omschrijving van het begrip ‘verordening externe vangstmogelijkheden’ wordt vervangen
door: Verordening (EU) nr. 44/2012 van de Raad van 17 januari 2012 tot vaststelling,
voor 2012, van de vangstmogelijkheden in de EU-wateren en, voor EU-vaartuigen, in
bepaalde niet-EU-wateren, voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor
internationale onderhandelingen worden gevoerd of internationale overeenkomsten gelden.
B
Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘de artikelen 11, 12, tweede lid, 16, 18, 19, 20, 23, 27,
eerste, derde, vierde, vijfde en zesde lid, 28, 30, 31, 33, 35, tweede lid, en 36
van de verordening externe vangstmogelijkheden’ vervangen door: de artikelen 12, 13,
tweede lid, 17, 19, 20, 21, 24, 28, eerste, derde, vierde, vijfde en zesde lid, 29,
31, 32, 34, 36, tweede lid, en 37 van de verordening externe vangstmogelijkheden.
2. In het tweede lid wordt ‘de artikelen 15, 22, eerste en tweede lid, 29 en 32 van
de verordening externe vangstmogelijkheden’ vervangen door: de artikelen 16, 23, eerste
en tweede lid, 30 en 33 van de verordening externe vangstmogelijkheden.
C
In artikel 14, eerste en tweede lid wordt ‘artikel 9, eerste lid, van de verordening
externe vangstmogelijkheden’ telkens vervangen door: artikel 10, eerste lid, van de
verordening externe vangstmogelijkheden.
D
In artikel 15, eerste lid, wordt ‘artikel 4, onderdeel m, van de verordening externe
vangstmogelijkheden’ vervangen door: artikel 4, onderdeel k, van de verordening externe
vangstmogelijkheden.
E
Aan artikel 53 van de Uitvoeringsregeling zeevisserij wordt het volgende lid toegevoegd:
-
8. Het is verboden een boomkor met elektrische stroom als bedoeld in onderdeel 3.1 van
bijlage III van verordening nr. 43/2009 aan boord te hebben van een vissersvaartuig,
indien niet is voldaan aan het vierde lid, onderdelen a tot en met c.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
1 Algemeen
De vangstmogelijkheden en de daaraan gerelateerde aanvullende voorschriften worden
jaarlijks door de Raad van de Europese Unie aangepast. Bij regeling van de Staatssecretaris
van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, van 23 december 2011, nr. 251766, tot
wijziging van de Uitvoeringsregeling zeevisserij (Stcrt. nr. 24003) en bij regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
van 30 januari 2012, nr. 256281, tot wijziging van de Uitvoeringsregeling zeevisserij
(Stcrt. nr. 1953), zijn de voor het jaar 2012 geldende zogenoemde verordeningen inzake vangstmogelijkheden
in de Uitvoeringsregeling zeevisserij (hierna: uitvoeringsregeling) geïmplementeerd.
Deze verordeningen zijn op 17 januari 2012 door de Raad van de Europese Unie definitief
vastgesteld en gepubliceerd in het EU-publicatieblad. Bij gelegenheid van de definitieve
vaststelling van de verordening externe vangstmogelijkheden is de artikelnummering
hiervan aangepast.
Met de onderhavige wijzigingsregeling is in de omschrijving van de begrippen ‘verordening
inzake interne vangstmogelijkheden’ en ‘verordening inzake externe vangstmogelijkheden’
de correcte verwijzingen naar de desbetreffende verordeningen opgenomen. Voorts zijn
in de uitvoeringsregeling verwijzingen naar de verordening externe vangstmogelijkheden
geactualiseerd in verband met de gewijzigde artikelnummering.
In de onderhavige wijzigingsregeling is voorts een bepaling opgenomen waarmee wordt
beoogd de naleving van het verbod op het vissen met behulp van elektrische stroom
adequaat te kunnen handhaven.
2 Regeldruk
De wijzigingsregeling leidt niet tot een hogere regeldruk. Het verbod op het vissen
met behulp van elektrische stroom is reeds in werking. Thans wordt het gebruiksverbod
versterkt met het verbod om dergelijk vistuig aan boord van vissersvaartuigen te hebben.
De administratieve lasten en nalevingskosten blijven daarom ongewijzigd.
3 Notificatie technische voorschriften
De regeling is op 21 februari 2012 gemeld aan de Commissie van de Europese Unie (notificatienummer
2012/0119/NL) ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van richtlijn nr. 98/34/EG
van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1998 betreffende
een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels
betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PbEG L 204), zoals gewijzigd
bij richtlijn nr. 98/48/EG van 20 juli 1998 (PbEG L 217). Artikel I onderdeel E, bevat
mogelijk technische voorschriften. Naar aanleiding van die kennisgeving zijn geen
opmerkingen gemaakt.
4 Artikelsgewijs
Artikel I
Onderdeel A
De in dit onderdeel opgenomen wijziging strekt ertoe de correcte begripsomschrijvingen
van de verordening interne vangstmogelijkheden en de verordening externe vangstmogelijkheden
inclusief het EU-publicatieblad waarin de desbetreffende verordeningen zijn gepubliceerd,
in de in artikel 1 van de uitvoeringsregeling op te nemen.
Onderdelen B, C, en D
Door middel van deze onderdelen worden verwijzingen naar de verordening inzake externe
vangstmogelijkheden in de uitvoeringsregeling aangepast in verband met de in de inleiding
aangeduide vernummering van de desbetreffende verordening.
Onderdeel E
Op grond van artikel 31, eerste lid, van verordening nr. 850/98 is het verboden te
vissen met behulp van elektrische stroom en op grond van artikel 53 van de uitvoeringsregeling
is het verboden om in strijd met dat artikel te handelen. Het vierde lid van dat artikel
voorziet in een uitzondering daarop voor vissersvaartuigen aan wie destijds op grond
van artikel 8, tweede lid, onderdeel b, van de Regeling technische maatregelen 2000
ontheffing is verleend. Dit betreft de zogenoemde pulskor ontheffingen, waarvoor op
grond van onderdeel 3.2 van bijlage III van verordening nr. 43/2009 een restrictief
toelatingsregime voor lidstaten gold. Ten einde de naleving van dit Europees plafond
aan pulskorontheffingen adequaat te kunnen handhaven is het gewenst dat het niet alleen
verboden is dergelijk tuig voor de visserij te gebruiken, maar dat het tevens verboden
is dergelijk tuig aan boord van vissersvaartuigen te hebben. De onderhavige wijziging
voorziet daarin.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiermee wordt afgeweken van het systeem
van Vaste Verandermomenten voor wat betreft het uitgangspunt dat de regelgeving minimaal
twee maanden voorafgaande aan de inwerkingtreding wordt gepubliceerd. De reden hiervoor
is dat de onderhavige regeling enerzijds betrekking heeft op het repareren van de
uitvoeringsregeling voor wat betreft de verwijzingen naar de verordeningen inzake
vangstmogelijkheden (artikel 1, onderdelen A t/m D). Anderzijds repareert de onderhavige
regeling een lacune in de handhaving door een maatregel op te nemen die nodig is voor
een effectieve rechtshandhaving van het verbod op het vissen met behulp van elektrische
stroom (artikel 1, onderdeel E).
De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
H. Bleker.