Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2012, 12648 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2012, 12648 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op de artikelen 8, zesde lid, 46, derde lid, 49, vijfde lid, 63 en 83v van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en artikel 5.25, vijfde lid, van het Besluit SUWI;
Besluit:
De Regeling SUWI wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1., onderdeel g, vervalt.
B
Artikel 1.2., eerste lid, vervalt, onder vernummering van het tweede en derde lid tot eerste en tweede lid.
C
Artikel 1.3. vervalt.
D
Artikel 1.4. wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden: Voorafgaande instemming besluiten UWV en SVB.
2. Het tweede lid en het cijfer ‘1’ voor het eerste lid vervallen.
E
Artikel 1.7. komt te luiden:
F
Artikel 2.2., vierde lid, komt te luiden:
4. De controleverklaring wordt verzorgd door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
G
Artikel 5.2. wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden: Indiening ontwerpen van jaarplan met begroting door UWV en SVB
2. In het artikel wordt ‘ De RWI, het’ vervangen door: Het.
H
Artikel 5.3. wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden: Tijdstip aanbieding jaarplan met begroting door UWV, SVB en IB en voorlegging aan Staten-Generaal.
2. In het eerste lid wordt ‘De RWI, het’ vervangen door: Het.
3. In het tweede lid vervalt: de RWI.
4. Het derde lid komt als volgt te luiden:
3. Het jaarplan van het UWV bestaat uit twee afzonderlijke delen, waarvan één deel uitsluitend betrekking heeft op het in artikel 5.21, tweede lid, van het Besluit SUWI bedoelde organisatieonderdeel en het andere deel op het UWV met uitzondering van het bedoelde organisatieonderdeel.
5. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. De delen van het jaarplan die betrekking hebben op het in artikel 5.21, tweede lid, van het Besluit SUWI bedoelde organisatieonderdeel bevatten in elk geval een omschrijving van de onderwerpen die zijn genoemd in de bij deze regeling behorende bijlage XX.
I
Artikel 5.9. vervalt.
J
Artikel 5.10. vervalt.
K
In artikel 5.10b., tweede lid, vervalt: de RWI.
L
In artikel 5.10e., eerste lid, vervalt: de RWI.
M
In artikel 5.17a., eerste lid, vervalt: de RWI.
N
Paragraaf 5.2.2. vervalt.
O
Artikel 6.2. wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘Gegevensregister SUWI 6.0’ vervangen door: Gegevensregister SUWI 8.0.
2. In het tweede lid wordt ‘Gegevensregister IB’ vervangen door: Gegevensregister IB 2.7.
P
Artikel 7.14. vervalt.
Q
Bijlage VI wordt vervangen door Bijlage VI bij deze regeling.
R
Bijlage VIII wordt vervangen door Bijlage VIII bij deze regeling.
S
Bijlage X vervalt.
T
Bijlage XI wordt vervangen door Bijlage XI bij deze regeling.
U
Bijlage XII (‘Gegevensregister SUWI 6.0’) wordt vervangen door bijlage XII (‘Gegevensregister SUWI 8.0’), die met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze regeling bekend wordt gemaakt via www.bkwi.nl.
V
Bijlage XVIII (‘Gegevensregister IB’) wordt vervangen door bijlage XVIII (‘Gegevensregister IB 2.7), die met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze regeling bekend wordt gemaakt via www.inlichtingenbureau.nl.
W
Bijlage XX wordt vervangen door Bijlage XX bij deze regeling.
De Rechtspositieregeling voorzitter RWI wordt als volgt gewijzigd:
1. De artikelen 1 tot en met 4 en 7 tot en met 9 vervallen.
2. Aan artikel 6 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. De kosten van de uitvoering van dit artikel komen ten laste van het Rijk.
3. artikel 10 komt te luiden:
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2012.
Deze regeling zal met de toelichting en de bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 18 juni 2012
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.G.J. Kamp.
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die UWV periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
meerjarenbeleidsplan |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota |
VI |
VBTB-verslag |
UWV levert twee planningsdocumenten op, te weten het meerjarenbeleidsplan (vòòr 1 februari) en het jaarplan met begroting (ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli, definitief jaarplan met begroting vòòr 1 oktober). UWV dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode (tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt UWV informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden uiterlijk 1 februari respectievelijk 1 juli opgeleverd. In het kader van deregulering is de fondsennota van oktober geïntegreerd in het tweede tussentijdse verslag.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van UWV. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
|
---|---|---|---|---|---|---|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting |
||||||
a. voorlopige opgave voorgaand jaar |
x |
|||||
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode |
x |
x |
||||
c. raming lopend jaar |
x |
x |
||||
d. raming volgend jaar |
x |
x |
||||
e. voorstel herziening premiepercentages |
x |
|||||
f. kerncijfers per wet |
x |
x |
||||
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/ werkzaamheden |
||||||
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
x |
||
b. prestatie-indicatoren / kengetallen |
x |
x |
x |
|||
c. speerpunten Klantgerichtheid |
x |
x |
x |
|||
d. speerpunten Handhaving |
x |
x |
x |
|||
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
x |
||
4. Ketensamenwerking en regionaal arbeidsmarktbeleid |
x |
x |
x |
x |
||
5. Bedrijfsvoering |
||||||
a. rechtmatigheid (incl. M&O) |
x |
x |
||||
b. doelmatigheid |
x |
|||||
c. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
|||||
d. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
x |
||||
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
x |
||
6. Governance |
||||||
a. Raad van Bestuur |
x |
|||||
b. risicomanagement |
x |
x |
||||
7. Uitvoeringskosten |
||||||
a. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
x |
||
b. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
|||
c. opbouw per wet / andere taken en/of werkzaamheden |
x |
x |
x |
x |
||
d. prognose lopend jaar |
x |
|||||
e. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
|||||
f. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
||||
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
|||||
h. bestuurskosten RvB |
x |
|||||
8. Investeringen per categorie |
x |
x |
||||
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting / afrekening |
x |
x |
||||
10. Jaarrekening |
x |
|||||
11. Aansluitingstabel jaarrekeningen UWV -SZW |
x |
|||||
12. VBTB-informatie |
x |
x |
||||
13. Kwantitatieve informatie |
x |
x |
||||
14. Toezichtsbevindingen |
x |
x |
||||
15. Rapportage grote ICT-projecten (BZK) |
x |
I |
meerjarenbeleidsplan |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota |
VI |
VBTB-verslag |
x |
Opnemen |
UWV verstrekt aan de minister met betrekking tot elk van de door haar beheerde fondsen afzonderlijk:
• In de januarinota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie voor het lopende jaar gerelateerd aan en de voor dat jaar geldende beleidsmaatregelen en (voor zover van toepassing) premiepercentages
b) een voorlopige opgave van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie over het voorafgaande jaar
• In de juninota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar en daaropvolgende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie
b) voor zover van toepassing een overzicht van de door de fondsbeheerder voorgenomen herziening van de premiepercentages.
• In de bijlage bij het 2e tussentijdse verslag:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie
• In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag:
a) kerncijfers per wet, uitgesplitst naar beginstand, instroom, uitstroom en eindstand.
Het meerjarenbeleidsplan geeft een doorkijk naar de komende vijf jaren, met een toelichting van majeure veranderingen/ontwikkelingen. Het accent ligt daarbij op het financiële meerjarenoverzicht.
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
• Wat wil UWV bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaat UWV daarvoor doen (activiteiten)?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren
• (de voorgenomen wijzigingen in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten van taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet UWV verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord. Indien van toepassing beschrijft UWV zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
Bij klantgerichtheid wordt specifiek ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert UWV in haar jaarverslag over de wijze waarop aan cliëntenparticipatie is vormgegeven. UWV verantwoordt zich over de activiteiten die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid. Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt hierbij specifiek ingegaan op de speerpunten van het Handhavingsprogramma en op de realisering van de in het Handhavingsarrangement gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen toegelicht. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij het te voeren handhavingsbeleid te expliciteren.
UWV doet verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma en de invoering van nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. UWV legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
Met de wijziging van de Wet SUWI per 1 juli 2012 dienen UWV en gemeenten voortaan samen te werken bij de registratie van werkzoekenden en vacatures, en dienen zij in regio’s samen te werken bij de dienstverlening aan werkgevers en het verrichten van taken met betrekking tot de regionale arbeidsmarkt.
Doordat de dienstverlening van UWV ingrijpend veranderd is door deze wetswijziging, zal ook de samenwerking met gemeenten veranderen van geïntegreerde dienstverlening naar complementaire dienstverlening.
UWV geeft in het jaarplan aan hoe de dienstverlening wordt geconcretiseerd. In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag wordt hierover verantwoording afgelegd door UWV.
In de rapportages wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen UWV neemt om de doelstellingen alsnog te realiseren.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat UWV in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen UWV. Het doel is aan te geven in welke mate het management van UWV haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag legt UWV, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid (waaronder het M&O beleid), doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie, financieel beheer en overige aspecten van de bedrijfsvoering.
Voor wat betreft rechtmatigheid rapporteert het UWV in het tweede tussentijdsverslag over de rechtmatigheidscijfers per wet over het eerste half jaar en in het jaarverslag over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten is omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten. De wijze waarop het UWV verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbijbehorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat het UWV inzicht biedt in doelmatigheid van het beheer en de organisatie. Het UWV brengt in het jaarverslag afzonderlijk in beeld op welke wijze de afgesproken taakstellingen zijn gerealiseerd.
Het UWV brengt verslag uit van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
UWV rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI)en eventuele verbetermaatregelen.
In dit onderdeel rapporteert UWV over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid. Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
UWV rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer, en/of betrekking hebben op kritieke processen, en/of wijd verbreid zijn, en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
UWV rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
UWV rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiling
UWV rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder.
UWV rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
UWV doet in de tussentijdse verslagen en in het jaarverslag verslag van de voortgang van het huisvestingsplan. In het bijzonder rapporteert het UWV specifiek over de volgende onderwerpen:
Leegstand
• Fysiek leegstaande en verhuurbare oppervlakten in vierkante meters VVO (conform de definitie van de Rijksgebouwendienst).
Ontwikkeling in benodigde vierkante meters als gevolg van krimpen organisatie:
• vierkante meters VVO die nodig is voor het inrichten van nieuwe kantoorgebouwen en het leeg managen van af te stoten kantoorgebouwen;
• vierkante meters VVO die betrekking heeft op leeg op te leveren kantoorgebouwen;
• vierkante meters VVO normatief bezettingsverlies;
• vierkante meters VVO bovennormatief bezettingsverlies.
Huisvestingskosten
Totale huisvestingskosten (regulier en frictie) opgebouwd en onderverdeeld naar:
• Frictiekosten huisvesting (incl. facilitaire kosten);
• Regulier huisvestingskosten.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de
bestuurlijke inrichting van UWV en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
UWV gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van mutaties van meer dan 5% en ten minste € 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar).
• opvallende ontwikkelingen
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• omvang van de baten als gevolg van werk voor derden
• prognose realisatie lopend jaar overeenkomstig onderstaande tabel 7.1. Als de prognose realisatie afwijkt van het budget wordt dit nader toegelicht. Het budget voor het gehele jaar sluit aan op de door de minister toegekende budgetten.
Uitvoeringskosten jaar t |
Realisatie verslagperiode |
Budget verslagperiode |
Prognose realisatie geheel jaar t |
Budget jaar t |
---|---|---|---|---|
Regulier |
||||
Projecten |
||||
Frictiekosten |
||||
Totaal |
Bestuurskosten
UWV doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur (artikel 5 vierde lid Wet SUWI) en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 BW.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt UWV in het jaarplan met begroting een overzicht op van de uitvoeringskosten en programmakosten welke ten laste komen van een rijksbijdrage. Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt. Voor de afrekening neemt UWV de in paragraaf 10.4.7 opgenomen tabel op die ziet op afrekening van de uitvoerings- en programmakosten.
De jaarrekening van UWV omvat zowel het UWV als uitvoeringsorganisatie alsook de geadministreerde fondsen.
De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de staat van baten en lasten met de toelichting en op de in het jaarplan opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening wordt ingericht zoveel mogelijk met overeenkomstige toepassing van titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening UWV bestaat uit de volgende onderdelen:
− Grondslagen waardering en resultaatbepaling
− Balans met toelichting
− Staat van baten en lasten met toelichting
− Kasstroomoverzicht
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
• de financiering van vaste activa
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde programmakosten en uitvoeringskosten
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
ACTIVA |
||
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
PASSIVA |
||
• fondsvermogen |
||
• bestemmingsfondsen |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
Toelichting
* Verloopstaat immateriële vaste activa
* Verloopstaat materiële vaste activa
* Verloopstaat financiële vaste activa
* Verloopstaat fondsvermogen
* Verloopstaat voorzieningen
• Verloopstaat langlopende schulden
Baten |
jaar t |
jaar t-1 |
---|---|---|
Premiebaten |
||
Rijksbijdrage |
||
Rentebaten |
||
Netto-omzet uitvoeringskosten |
||
Overige baten |
||
Totaal baten |
||
LASTEN |
||
Programmakosten |
||
Uitkeringen |
||
Sociale lasten |
||
Rentelasten |
||
Overige lasten |
||
Uitvoeringskosten |
||
Personeelskosten |
||
Huisvestingskosten |
||
Automatiseringskosten |
||
Bureaukosten |
||
Overige kosten |
||
Totaal lasten |
||
Saldo van baten en lasten |
Premiebaten |
Rijksbijdragen |
Overig |
Totaal |
|||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
per wet sv |
||||||||
Totaal sv |
||||||||
niet-sv |
Uitkeringen |
Sociale lasten |
Overige lasten |
Uitvoeringskosten |
Totaal |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per wet sv |
||||||||||
Totaal sv |
||||||||||
niet-sv |
Uitvoeringskosten |
jaar t |
jaar t-1 |
begroting jaar t |
---|---|---|---|
Personeel |
|||
Huisvesting |
|||
Automatisering |
|||
Bureaukosten |
|||
Overige kosten |
|||
Totaal uitvoeringskosten |
Regulier |
Frictie |
Investeringskosten |
Wet- en regelgeving |
Totaal |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per wet sv |
||||||||||
Totaal sv |
||||||||||
niet-SZW |
Realisatie jaar t |
Begroting jaar t |
|
---|---|---|
Regulier |
||
Budget investeringskosten |
||
Projecten (per project) |
||
Frictiekosten |
||
Totaal |
||
Niet-SZW |
Baten |
Per fonds |
niet-SZW |
Totaal |
---|---|---|---|
Rijksbijdragen |
|||
Premies |
|||
Overige baten |
|||
Totaal |
Lasten |
Per fonds |
niet-SZW |
Totaal |
---|---|---|---|
Uitkeringen |
|||
Sociale lasten |
|||
Overige lasten |
|||
Uitvoeringskosten |
|||
Totaal |
Programmakosten |
Uitvoeringskosten |
|||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Realisatie jaar t |
Voorschot jaar t |
Afrekening jaar t |
Afrekening jaar t-1 en ouder |
Realisatie jaar t |
Voorschot jaar t |
Afrekening jaar t |
Totaal |
|
Wajong |
||||||||
Wajong re-integratie |
||||||||
Wajong extra re-integratie |
||||||||
Totaal Afj |
||||||||
TW |
||||||||
BIA |
||||||||
TRI |
||||||||
WTCG |
||||||||
IOW |
||||||||
Totaal Tf |
||||||||
WAZO/ZEZ |
||||||||
Totaal Aof |
||||||||
Totaal nog te verrekenen |
Ccontroleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van UWV op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
De concept aansluitingstabel UWV – SZW wordt samen met het jaarverslag UWV naar het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gestuurd. De definitieve aansluitingstabel, plus controleverklaring, wordt een week later opgeleverd. De aansluitingstabel UWV – SZW valt onder de accountantscontrole door het UWV. De door UWV te leveren items in de tabel worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
Ten behoeve van het SZW-jaarverslag verstrekt UWV jaarlijks VBTB-informatie
Het VBTB-verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar opgeleverd. De door UWV te leveren items in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse kerncijfers en de statistische jaarrapportages worden jaarlijks bilaterale afspraken gemaakt.
Het UWV gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen.
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 20 mln, of projecten met een meerjarige ICT-component van minimaal €5 mln en het project als geheel heeft een hoog risicoprofiel. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig de brief aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010. De rapportage maakt deel uit van het Jaarverslag UWV. De rapportage gaat vergezeld van een nota van bevindingen van de accountant over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid van het totstandkomingsproces
van de informatie. De Minister van BZK zal de rapportage afzonderlijk aan de kamer aanbieden. De ICT-projecten worden sinds 2011 op het Rijks ICT-dashboard gepubliceerd. De geactualiseerde data op het Rijks ICT-dashboard worden eenmaal per jaar verwerkt in de jaarrapportage bedrijfsvoering Rijk.
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die de SVB periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
meerjarenbeleidsplan |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota |
VI |
VBTB-verslag |
De SVB levert twee planningsdocumenten op, te weten het meerjarenbeleidsplan (vòòr 1 februari) en het jaarplan met begroting (ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli, definitief jaarplan met begroting vòòr 1 oktober). De SVB dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode (tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt de SVB informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden uiterlijk 1 februari respectievelijk 1 juli opgeleverd. In het kader van deregulering is de fondsennota van oktober geïntegreerd in het tweede tussentijdse verslag.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van SVB. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
|
---|---|---|---|---|---|---|
16. Volumeontwikkeling en fondsbelasting |
||||||
a. voorlopige opgave voorgaand jaar |
x |
|||||
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode |
x |
x |
||||
c. raming lopend jaar |
x |
x |
||||
d. raming volgend jaar |
x |
x |
||||
e. voorstel herziening premiepercentages |
x |
|||||
f. kerncijfers per wet |
x |
x |
||||
17. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/werkzaamheden |
||||||
e. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
x |
||
f. prestatie-indicatoren/kengetallen |
x |
x |
x |
|||
g. speerpunten klantgerichtheid |
x |
x |
x |
|||
h. speerpunten handhaving |
x |
x |
x |
|||
18. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
x |
||
19. Ketensamenwerking en geïntegreerde dienstverlening (n.v.t.) |
||||||
20. Bedrijfsvoering |
||||||
f. rechtmatigheid (incl. M&O) |
x |
x |
||||
g. doelmatigheid |
x |
|||||
h. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
|||||
i. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
x |
||||
j. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
x |
||
21. Governance |
||||||
c. Raad van Bestuur |
x |
|||||
d. Risicomanagement |
x |
|||||
22. Uitvoeringskosten |
||||||
i. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
x |
||
j. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
|||
k. opbouw per wet/andere taken en/of werkzaamheden |
x |
x |
x |
x |
||
l. prognose lopend jaar |
x |
|||||
m. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
|||||
n. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
||||
o. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
|||||
p. bestuurskosten RvB |
x |
|||||
23. Investeringen per categorie |
x |
x |
||||
24. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening |
x |
x |
||||
25. Jaarrekening |
x |
|||||
26. Aansluitingstabel (n.v.t.) |
||||||
27. VBTB-informatie |
x |
x |
||||
28. Kwantitatieve informatie per wet |
x |
x |
||||
29. Toezichtsbevindingen |
x |
x |
||||
30. Rapportage grote ICT-projecten (BZK) |
x |
I |
meerjarenbeleidsplan |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota |
VI |
VBTB-verslag |
x |
Opnemen |
De SVB verstrekt aan de minister met betrekking tot de door haar beheerde fondsen afzonderlijk:
• In de januarinota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie voor het lopende jaar gerelateerd aan en de voor dat jaar geldende beleidsmaatregelen en (voor zover van toepassing) premiepercentages;
b) een voorlopige opgave van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie over het voorafgaande jaar.
• In het meerjarenbeleidsplan: de meerjaren-volumeprognose.
• In de juninota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar en daaropvolgende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie.
b) de meerjaren-volumeprognose ten behoeve van het actualiseren van het costaccounting-lightmodel.
c) voor zover van toepassing een overzicht van de door de fondsbeheerder voorgenomen herziening van de premiepercentages.
• In het tweede tussentijdse verslag:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie.
• In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag:
a) kerncijfers per wet, uitgesplitst naar beginstand, instroom, uitstroom en eindstand.
Het meerjarenbeleidsplan geeft een doorkijk naar de komende vijf jaren, met een toelichting van majeure veranderingen/ontwikkelingen.
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
• Wat wil SVB bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaat SVB daarvoor doen?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren;
• (De voorgenomen wijziging in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten van taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet de SVB verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord. Indien van toepassing beschrijft de SVB zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
De SVB rapporteert over de klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert de SVB in haar jaarverslag over de wijze waarop de cliëntenparticipatie is vormgegeven. De SVB verantwoordt zich over de activiteiten die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid. Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt specifiek ingegaan op de speerpunten van het Handhavingsprogramma en op de realisering van de in het Handhavingsarrangement gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen toegelicht. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij het te voeren handhavingsbeleid te expliciteren.
De SVB doet verslag van de uitvoering van nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. De SVB legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat de SVB in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen de SVB. Het doel is aan te geven in welke mate het management van de SVB haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt de SVB, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid (waaronder het M&O beleid), doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie, financieel beheer en overige aspecten van de bedrijfsvoering.
Voor wat betreft rechtmatigheid rapporteert de SVB in het tweede tussentijdsverslag over de rechtmatigheidscijfers per wet over het eerste half jaar en in het jaarverslag over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten wordt omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten. De wijze waarop de SVB verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat de SVB inzicht biedt in doelmatigheid van het beheer en de organisatie. De SVB brengt verslag uit van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
De SVB rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI) en eventuele verbetermaatregelen.
In dit onderdeel rapporteert de SVB over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid. Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
De SVB rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s. Daarnaast rapporteert de SVB bij dit onderdeel over de fouten (per wet) die zijn vastgesteld bij de bepaling van de financiële rechtmatigheid, maar niet tot financiële onrechtmatigheid hebben geleid.
SVB rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
SVB rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
SVB rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire als ondersteunende processen. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder. SVB rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
De SVB doet in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag verslag van de voortgang van de huisvestingsplannen. In het bijzonder rapporteert de SVB specifiek over de volgende onderwerpen:
− Leegstand: fysiek leegstaande en verhuurbare oppervlakten in vierkante meters VVO (conform de definitie van de Rijksgebouwendienst)
− Overmaat: voortgang van de activiteiten om de overmaat te verhuren aan derden.
− Huisvestingskosten: onderverdeeld naar SV en niet-SV.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke inrichting van de SVB en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
De SVB gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van verschillen van meer dan 5% en tenminste 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar)
• opvallende ontwikkelingen
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• omvang van de baten als gevolg van werk voor derden
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren (indien van toepassing)
• de financiering van vaste activa
Bestuurskosten
De SVB doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur (artikel 5 vierde lid Wet SUWI), en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 BW.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt SVB in het jaarplan met begroting een overzicht op van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten welke ten laste komen van een rijksbijdrage. Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt. Voor de afrekening neemt SVB de in paragraaf 10.4.7 opgenomen tabel op die ziet op afrekening van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten.
De jaarrekening van de SVB omvat zowel de SVB als uitvoeringsorganisatie alsook de geadministreerde SV-fondsen.
De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de staat van baten en lasten met de toelichting en op de in het jaarplan opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze bijlage wordt afgeweken.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de staat van baten en lasten met toelichting opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening SVB bestaat uit de volgende onderdelen:
− Grondslagen waardering en resultaatbepaling
− Balans met toelichting
− Staat van baten en lasten met toelichting
− Kasstroomoverzicht
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
• de financiering van vaste activa
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde uitkeringslasten en uitvoeringskosten
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkende cijfers. Met betrekking tot de premiebaten is het toegestaan als waarderingsgrondslag de EMU-definitie te hanteren (één maand verschoven kasbasis).
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
• fondsvermogen |
||
• bestemmingsfondsen/reserves |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
Toelichting
* Verloopstaat immateriële vaste activa
* Verloopstaat materiële vaste activa
* Verloopstaat financiële vaste activa
* Verloopstaat fondsvermogen
* Verloopstaat voorzieningen
• Verloopstaat langlopende schulden
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• Baten per wet sv |
||
• Totaal baten per wet sv |
||
• Totaal baten niet-sv |
||
Totaal baten |
||
• Lasten per wet sv |
||
• Totaal lasten per wet sv |
||
• Lasten niet-sv |
||
Totaal lasten |
||
Saldo van baten en lasten |
Toelichting
Baten per wet |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Rijksbijdragen |
|||
Premies |
|||
Overige baten |
|||
Totaal |
Lasten per wet |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Uitkeringen (incl. sociale lasten) |
|||
Overige lasten |
|||
Uitvoeringskosten |
|||
Totaal |
Uitvoeringskosten |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Personeel |
|||
Huisvesting |
|||
Automatisering |
|||
Bureaukosten |
|||
Diensten en diversen |
|||
Totaal |
Uitvoeringskosten |
Totaal |
---|---|
Staande organisatie |
|
Per project |
|
Totaal |
Baten en lasten per fonds |
SV |
niet-SV |
Totaal |
Uitkeringslasten |
Uitvoeringskosten |
|||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Realisatie jaar t |
Voorschot jaar t |
Afrekening jaar t |
Afrekening jaar t-1 en ouder |
Realisatie jaar t |
Voorschot jaar t |
Afrekening jaar t |
Totaal |
|
AKW |
||||||||
TOG |
||||||||
TOG+ |
||||||||
TAS |
||||||||
AIO |
||||||||
WKB |
||||||||
Bijstand buitenland |
||||||||
MKOB |
||||||||
WKO |
||||||||
Totaal nog te verrekenen |
Controleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van de SVB op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van SVB. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW. De door SVB te leveren items in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan SVB kenbaar gemaakt.
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse kerncijfers, de rapportage handhaving SVB en de statistische jaarrapportages worden jaarlijks bilaterale afspraken gemaakt.
De SVB gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen.
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 20 mln, of projecten met een meerjarige ICT-component van minimaal €5 mln en het project als geheel heeft een hoog risicoprofiel. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig de brief aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010. De rapportage maakt deel uit van het Jaarverslag SVB. De rapportage gaat vergezeld van een nota van bevindingen van de accountant over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid van het totstandkomingsproces van de informatie. De Minister van BZK zal de rapportage afzonderlijk aan de kamer aanbieden. De ICT-projecten worden sinds 2011 op het Rijks ICT-dashboard gepubliceerd. De geactualiseerde data op het Rijks ICT-dashboard worden eenmaal per jaar verwerkt in de jaarrapportage bedrijfsvoering Rijk.
In deze bijlage zijn de informatieproducten gespecificeerd die IB periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
meerjarenbeleidsplan (niet van toepassing op IB) |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota (niet van toepassing op IB) |
VI |
VBTB-verslag (niet van toepassing op IB) |
Ten aanzien van IB wordt één planningsdocument opgeleverd, te weten het jaarplan met begroting (vòòr 1 oktober). Het jaarplan van IB bevat in elk geval een omschrijving van de taak, bedoeld in artikel 1, onderdeel m, van de Wet SUWI en de andere taken die het IB ten behoeve van gemeenten op grond van artikel 5.24 van het Besluit SUWI verricht. IB dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag. Het tussentijdse verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
In die hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
|
---|---|---|---|---|---|---|
31. Volumeontwikkeling en fondsbelasting (n.v.t.) |
||||||
32. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken |
||||||
i. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
|||
j. prestatie-indicatoren/kengetallen |
x |
x |
x |
|||
k. speerpunten klantgerichtheid |
x |
x |
x |
|||
l. speerpunten handhaving |
||||||
33. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
|||
34. Ketensamenwerking |
x |
x |
x |
|||
35. Bedrijfsvoering |
||||||
k. rechtmatigheid |
x |
|||||
l. doelmatigheid |
x |
|||||
m. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
|||||
n. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
x |
x |
|||
o. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
|||
36. Governance |
||||||
e. Raad van Bestuur |
x |
|||||
f. Risicomanagement |
x |
|||||
37. Uitvoeringskosten |
||||||
q. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
|||
r. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
|||
s. opbouw per wet/andere taken |
x |
x |
x |
|||
t. prognose lopend jaar |
x |
|||||
u. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
|||||
v. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
||||
w. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
|||||
x. bestuurskosten |
x |
|||||
38. Investeringen per categorie |
x |
x |
||||
39. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening |
x |
|||||
40. Jaarrekening |
x |
|||||
41. Aansluitingstabel (n.v.t.) |
||||||
42. VBTB-informatie (n.v.t.) |
||||||
43. Kwantitatieve informatie (n.v.t.) |
||||||
44. Toezichtbevindingen |
x |
x |
I |
meerjarenbeleidsplan (niet van toepassing op IB) |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijdse verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota (niet van toepassing op IB) |
VI |
VBTB-verslag (niet van toepassing op IB) |
x |
Opnemen |
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
• Wat wil IB bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaat IB daarvoor doen?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het kader van de budgetverantwoordelijkheid van SZW voor IB dient IB zich tevens te verantwoorden over prestatie-indicatoren en prestatiegegevens op het gebied van:
− Werking sectorloket gemeenten en andere ketenpartijen
− Dienstverlening IB, waaronder klanttevredenheid
− Financiën
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren;
• Andere taken die IB ten behoeve van de gemeenten verricht en die niet bekostigd worden uit de rijksbijdrage, bedoeld in artikel 5.25 van het Besluit SUWI.
In het tussentijdse verslag en het jaarverslag doet IB verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren vormen hierbij het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord. Indien van toepassing beschrijft IB zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen. Bij klantgerichtheid wordt specifiek ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid.
IB doet verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma en de invoering van nieuwe wet- en regelgeving (indien van toepassing). Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. IB legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe. IB dient tevens verslag te doen van de fte-bezetting (vast/tijdelijk/extern) per einddatum van de verslagperiode.
IB doet verslag van de samenwerking met de ketenpartners, de ontwikkelingen in de keten werk en inkomen en de voortgang van de uitvoering van het ketenprogramma. Het jaarplan vormt hierbij het uitgangspunt. Per speerpunt wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen IB heeft genomen om de doelstellingen alsnog te realiseren.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat IB in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen IB voor zover van belang voor de uitvoering van de taken op grond van de Wet SUWI. Het doel is aan te geven in welke mate het management van IB haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt IB, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen:
De wijze waarop IB verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat IB inzicht moet bieden in de doelmatigheid van het beheer en de organisatie. Ten aanzien van IB wordt verslag uitgebracht van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. IB wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
IB rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI).
In dit onderdeel rapporteert IB over eventuele tekortkomingen in het financieel beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd. IB rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
IB rapporteert over belangrijke ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
IB rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsomvang, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
IB rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hier onder. In het jaarverslag wordt ingegaan op het oordeel van de EDP-auditor. Deze geeft conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI een oordeel over het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking en over het beveiligingsniveau van Suwinet. Indien van toepassing geeft IB inzicht in de verrichte inspanningen om de kwaliteit te verbeteren c.q. te consolideren.
Huisvesting
IB doet verslag van de voortgang van huisvestingskosten.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de
bestuurlijke inrichting van IB en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
IB gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (voorgaand jaar en begroting, in ieder geval indien sprake is van mutaties van meer dan 5% en tenminste € 50.000 ten opzichte van dezelfde begrotingspost voorafgaand jaar)
• opvallende ontwikkelingen
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen
Het IB doet jaarlijks verslag van de bestuurskosten van de leden van het Bestuur (artikel 5, vierde lid, Wet SUWI) en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 Burgerlijk Wetboek.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt IB in het jaarplan en de jaarrekening een overzicht op van de uitvoeringskosten welke ten laste komen van de rijksbijdrage.
De jaarrekening van IB geeft inzicht in de baten en lasten over het boekjaar, de balans aan het eind van het boekjaar en de cash flow, voor zover deze betrekking hebben op de rijksbijdrage, bedoeld in artikel 5.25 van het Besluit SUWI. De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de resultatenrekening met de toelichting en op de in het jaarplan en modelverantwoording opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze modelverantwoording wordt afgeweken.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening IB bestaat uit de volgende onderdelen:
• Grondslagen waardering en resultaatbepaling
• Balans met toelichting
• Resultatenrekening met toelichting
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
Controleverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die het management van IB op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
• eigen vermogen |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
Toelichting
• Verloopstaat immateriële vaste activa
• Verloopstaat materiële vaste activa
• Verloopstaat financiële vaste activa
• Verloopstaat eigen vermogen
• Verloopstaat voorzieningen
jaar t Regulier |
jaar t Projecten |
jaar t Totaal |
jaar t-1 Regulier |
jaar t-1 Projecten |
jaar t-1 Totaal |
|
---|---|---|---|---|---|---|
Rijksbijdrage |
||||||
Incidenteel budget |
||||||
Overige baten |
||||||
Totaal baten |
||||||
Loonkosten eigen personeel |
||||||
Kosten extern personeel |
||||||
Overige personeelskosten |
||||||
Totaal personeelskosten |
||||||
Afschrijvingskosten |
||||||
Huisvestingskosten |
||||||
Automatiseringskosten |
||||||
Kantoorkosten |
||||||
Vervoerskosten |
||||||
Overige beheerskosten |
||||||
Totaal overig beheer |
||||||
Beleidsbudgetten |
||||||
Totaal overige kosten |
||||||
Totaal lasten |
||||||
Saldo van baten en lasten |
IB gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag op hoofdlijnen in op de bevindingen van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer, en op de naar aanleiding van deze bevindingen genomen maatregelen.
In deze bijlage zijn de informatieproducten gespecificeerd die BKWI (als organisatieonderdeel van UWV) periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3 en 5.10a van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
meerjarenbeleidsplan (niet van toepassing op BKWI) |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijds verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota (niet van toepassing op BKWI) |
VI |
VBTB-verslag (niet van toepassing op BKWI) |
Ten aanzien van BKWI wordt één planningsdocument opgeleverd, te weten het jaarplan met begroting (ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli, definitief jaarplan met begroting vòòr 1 oktober). Het jaarplan van BKWI bevat in elk geval een omschrijving van de taak, bedoeld in artikel 5.21, eerste lid, van het Besluit SUWI en de andere taken die BKWI ten behoeve van gemeenten verricht. Ten aanzien van BKWI dient UWV zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in het tussentijdse verslag en het jaarverslag. Het tussentijdse verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
In die hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
I |
II |
III |
IV |
V |
VI |
|
---|---|---|---|---|---|---|
45. Volumeontwikkeling en fondsbelasting (n.v.t.) |
||||||
46. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken |
||||||
m. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
|||
n. prestatie-indicatoren/kengetallen |
x |
x |
x |
|||
o. speerpunten klantgerichtheid |
x |
x |
x |
|||
p. speerpunten handhaving |
||||||
47. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
|||
48. Ketensamenwerking |
x |
x |
x |
|||
49. Bedrijfsvoering |
||||||
p. Rechtmatigheid |
x |
|||||
q. Doelmatigheid |
x |
x |
||||
r. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
x |
||||
s. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
x |
x |
|||
t. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
|||
50. Governance |
||||||
g. Raad van Bestuur |
x |
|||||
h. Risicomanagement |
x |
|||||
51. Uitvoeringskosten |
||||||
y. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
|||
z. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
|||
aa. opbouw per wet/andere taken |
x |
x |
x |
|||
bb. prognose lopend jaar |
x |
|||||
cc. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
|||||
dd. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
||||
ee. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
|||||
ff. bestuurskosten |
x |
|||||
52. Investeringen per categorie |
x |
x |
||||
53. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening |
x |
x |
||||
54. Jaarrekening |
x |
|||||
55. Aansluitingstabel (n.v.t.) |
||||||
56. VBTB-informatie (n.v.t.) |
||||||
57. Kwantitatieve informatie per wet (n.v.t.) |
||||||
58. Toezichtbevindingen |
x |
I |
meerjarenbeleidsplan (niet van toepassing op BWKI) |
II |
jaarplan met begroting |
III |
tussentijdse verslag |
IV |
jaarverslag incl. jaarrekening |
V |
fondsennota (niet van toepassing op BKWI) |
VI |
VBTB-verslag (niet van toepassing op BKWI) |
x |
Opnemen |
Het jaarplan gaat (volgens de VBTB-systematiek) in op de volgende vragen:
• Wat willen we bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaan we daarvoor doen (activiteiten)?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren;
• Wijzigingen in de andere taken.
In het tussentijdse verslag en het jaarverslag doet BKWI verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren vormen hierbij het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden verantwoord. Indien van toepassing beschrijft BKWI zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen. Bij klantgerichtheid wordt ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid.
UWV doet ten aanzien van BKWI verslag van de uitvoering van het investeringsprogramma en de invoering van nieuwe wet- en regelgeving (indien van toepassing). Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. BKWI legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
Voor de elektronische voorzieningen wordt verslag gedaan van de samenwerking tussen ketenpartners, de ontwikkelingen in de keten werk en inkomen en de voortgang van de uitvoering van het ketenprogramma. Het jaarplan vormt hierbij het uitgangspunt. Per speerpunt wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen door BKWI zijn genomen om de doelstellingen alsnog te realiseren.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat UWV in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen BKWI. Het doel is aan te geven in welke mate het management van BKWI haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt UWV, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering van BKWI. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen:
De wijze waarop UWV ten aanzien van BKWI verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat UWV inzicht moet bieden in de doelmatigheid van het beheer en de organisatie BKWI. Ten aanzien van BKWI wordt verslag uitgebracht van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur van UWV wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
UWV rapporteert in het jaarverslag over het onderdeel BKWI over het totstandkomingproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI). In zowel het tussentijdse verslag als het jaarverslag wordt ingegaan op de voortgang van verbetermaatregelen.
In dit onderdeel rapporteert UWV over eventuele tekortkomingen in het financieel beheer van BKWI. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid.
Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd. Het UWV rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
UWV rapporteert voor het onderdeel BKWI over belangrijke ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
BKWI rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsomvang, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
UWV rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen bij BKWI. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hier onder. In het jaarverslag wordt ingegaan op het oordeel van de EDP-auditor. Deze geeft conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI een oordeel over het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking en over het beveiligingsniveau van Suwinet. Indien van toepassing geeft UWV voor de bijdrage van BKWI inzicht in de verrichte inspanningen om de kwaliteit te verbeteren c.q. te consolideren.
Huisvesting
UWV doet verslag van de voortgang van huisvestingskosten van BKWI.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de
bestuurlijke inrichting door UWV van het organisatieonderdeel BKWI en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
UWV gaat in op welke wijze risico’s binnen het organisatieonderdeel BKWI zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van verschillen van meer dan 5% en tenminste 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar)
• opvallende ontwikkelingen
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen (jaarrekening)
Bestuurskosten
BKWI doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur (artikel 5 vierde lid Wet SUWI), en van de topinkomens op basis van de Wet openbaarmaking uit financiële middelen gefinancierde topinkomens (WOPT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 Burgerlijk Wetboek.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt BKWI in het jaarplan en de jaarrekening een overzicht op van de uitvoeringskosten welke ten laste komen van de rijksbijdrage. De kasbeweging dient aan te sluiten op de rekeningen-courant met het ministerie van Financiën (geïntegreerd middelenbeheer).
De jaarrekening voor het onderdeel BKWI geeft inzicht in de baten en lasten over het boekjaar, de balans aan het eind van het boekjaar en de cash flow. De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de resultatenrekening met de toelichting en op de in het jaarplan en modelverantwoording opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze modelverantwoording wordt afgeweken. De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening voor het onderdeel BKWI bestaat uit de volgende onderdelen:
• Grondslagen waardering en resultaatbepaling
• Balans met toelichting
• Resultatenrekening met toelichting
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
Accountantsverklaring en verslag van bevindingen
De accountant onderzoekt de verantwoording die het management van het BKWI op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De accountantsverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
• eigen vermogen |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
Toelichting
• Verloopstaat immateriële vaste activa
• Verloopstaat materiële vaste activa
• Verloopstaat financiële vaste activa
• Verloopstaat eigen vermogen
• Verloopstaat voorzieningen
jaar t Regulier |
jaar t Projecten |
jaar t Totaal |
jaar t-1 Regulier |
jaar t-1 Projecten |
jaar t-1 Totaal |
|
---|---|---|---|---|---|---|
Rijksbijdrage |
||||||
Incidenteel budget |
||||||
Overige baten |
||||||
Totaal baten |
||||||
Loonkosten eigen personeel |
||||||
Kosten extern personeel |
||||||
Overige personeelskosten |
||||||
Totaal personeelskosten |
||||||
Afschrijvingskosten |
||||||
Huisvestingskosten |
||||||
Automatiseringskosten |
||||||
Kantoorkosten |
||||||
Vervoerskosten |
||||||
Overige beheerskosten |
||||||
Totaal overig beheer |
||||||
Beleidsbudgetten |
||||||
Totaal overige kosten |
||||||
Totaal lasten |
||||||
Saldo van baten en lasten |
BKWI gaat in het jaarverslag op hoofdlijnen in op de bevindingen van de Inspectie Werk en Inkomen en de Algemene Rekenkamer, en op de naar aanleiding van deze bevindingen genomen maatregelen.
In de Regeling SUWI en bijbehorende bijlagen zijn voorschriften opgenomen met betrekking tot onder andere het jaarplan met begroting, de verantwoording en periodieke informatieverstrekking door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV), de Sociale verzekeringsbank (SVB), de Raad voor werk en inkomen (RWI), het Inlichtingenbureau (IB) en het Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI). Het BKWI is het organisatieonderdeel van het UWV, bedoeld in artikel 5.21, tweede lid, van het Besluit SUWI.
De onderhavige wijziging van de Regeling SUWI voorziet in een aantal wijzigingen. Een groot aantal van de wijzigingen houdt verband met de opheffing van de RWI. Daarnaast wordt artikel 5.3. inzake het jaarplan van het UWV in overeenstemming gebracht met hetgeen in artikel 5.10a. is bepaald ten aanzien van het jaarverslag, de tussentijdse verslagen en de jaarrekening van het UWV, dit ter uniformering van de regeling. Voorts worden de bijlagen VI, VIII, XI, XII, XVIII en XX vervangen door nieuwe (aangepaste) bijlagen.
Met de wet van 21 mei 2012 tot wijziging van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen in verband met aanpassing van de dienstverlening van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan werkgevers en werkzoekenden en de opheffing van de Raad voor werk en inkomen als publiekrechtelijke rechtspersoon met een wettelijke taak en van de Werkloosheidswet en enige andere wetten in verband met de beëindiging van de inzet van het re-integratiebudget Werkloosheidswet en van loonkostensubsidies (Stb. 2012, 224), wordt de RWI als publiekrechtelijke rechtspersoon met een wettelijke taak opgeheven. Deze wet treedt met ingang van 1 juli 2012 in werking. De in genoemde onderdelen opgenomen wijzigingen in deze regeling vloeien voort uit de opheffing van de RWI en zijn technisch van aard.
Aan de voorzitter en de leden van de RWI wordt bij genoemde wet ontslag verleend met ingang van 1 juli 2012. De voorzitter van de RWI heeft op grond van het bepaalde in artikel 6, eerste lid van de Rechtspositieregeling voorzitter RWI in aanvulling op de reguliere aanspraak op een uitkering krachtens de Werkloosheidswet aanspraak op een bovenwettelijke uitkering. Om die reden kan de Rechtspositieregeling voorzitter RWI niet in zijn geheel komen te vervallen. Bij de hiervoor genoemde wet wordt in de Wet SUWI een nieuw artikel opgenomen, artikel 83 v, welk artikel een nieuwe grondslag biedt voor de Rechtspositieregeling voorzitter RWI in het algemeen en het nieuwe artikellid in artikel 6 in het bijzonder inzake de kosten ter uitvoering van genoemde regeling.
Het secretariaat van de LCR is thans ondergebracht bij de RWI. De positie van de LCR en van haar secretariaat staat niet ter discussie. Voor de vormgeving van het secretariaat en de financiering van de LCR worden in de Regeling SUWI regels gesteld. Het secretariaat van de LCR wordt met ingang van 1 juli 2012 ondergebracht bij een door de minister aan te wijzen rechtspersoon. Die rechtspersoon neemt tevens de formele werkgeversrol van de personen werkzaam voor de LCR van de RWI over en zij ontvangt de middelen die aan de LCR ter beschikking worden gesteld. Daarnaast wordt artikel 2.2., vierde lid, ten aanzien van de controleverklaring door de accountant met een neutrale formulering gewijzigd. De grondslag voor het stellen van regels over financiering, de werkwijze en de ondersteuning van de landelijke cliëntenraad is gelegen in artikel 8, zesde lid, van de Wet SUWI.
In artikel 6.2. zijn de verwijzingen naar het Gegevensregister SUWI en IB geactualiseerd. In het eerste lid wordt de bijlage XII (‘Gegevensregister SUWI 7.0’) vervangen door bijlage XII (‘Gegevensregister SUWI 8.0’), die met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze regeling bekend wordt gemaakt via www.bkwi.nl. In bijlage XII is SGR 8.0 uitgebreid met onder andere nieuwe gegevens in het kader van de ontsluiting uit Vergunningen Applicatie (VerA), de nieuwe re-integratiegegevens van UWV (Werkbedrijf), de uitbreiding van RDW-gegevens, de statusgegevens van Aanvraag WW, de gegevens uit Digitaal Verzekeringsbericht UWV, de gegevens die uitgewisseld zijn in het kader van de éénmalige registratie op werkpleinen (EROW), Signalen en Antwoordgenerator. In eerste instantie zijn deze gegevens bedoeld voor de professionals, maar later zullen een aantal van deze gegevens ook ter beschikking worden gesteld aan burgers. Tevens worden in het kader van de event-driven samenloopsignalen van Inlichtingenbureau ten behoeve van het vaststellen van de rechtmatigheid, nieuwe gegevens in SGR 8.0 geïntroduceerd en worden de bestaande IB-gegevens aangepast.
In het tweede lid is bijlage XVIII (‘Gegevensregister IB’) vervangen door bijlage XVIII (‘Gegevensregister IB 2.7’), die met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze regeling bekend wordt gemaakt via www.inlichtingenbureau.nl. In bijlage XVIII is in IB-GR 2.7 de bewaartermijn voor de samenloopdatabase teruggebracht tot de oorspronkelijke een tot twee jaar na beëindiging uitkering. Verder is een aantal kleine wijzigingen en uitbreidingen opgenomen.
In de zogenaamde P&C-bijlagen zijn eveneens wijzigingen doorgevoerd. Het betreffen wijzigingen in de bijlagen betreffende UWV, SVB, IB en BKWI (respectievelijk bijlagen VI, VIII, XI en XX).
Per 1 januari 2012 vindt de bekostiging van rijksgefinancierde wetten en regelingen plaats op basis van baten en lasten, in plaats van op basis van kas. Dit heeft betrekking op UWV en SVB en derhalve op bijlagen VI en VIII. In deze bijlagen zijn enkele wijzigingen doorgevoerd, om de overgang van systematiek te verankeren in de P&C cyclus. Er wordt bijvoorbeeld een tabel bij de jaarrekening gevoegd om de afrekening van deze gelden mogelijk te maken.
In deze zelfde bijlagen is ook de inhoud die het VBTB-verslag moet hebben, evenals de aansluitingstabel (alleen voor UWV), verwijderd. De verplichting tot levering van deze informatie blijft bestaan, maar de inhoud van deze tabellen maakt het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voortaan separaat schriftelijk kenbaar aan UWV en SVB op het moment dat de definitieve versie beschikbaar is.
Daarnaast zijn nog enkele technische wijzigingen doorgevoerd om de leesbaarheid van de tekst te vergroten en te ontdoen van dubbelingen.
Tot slot is in bijlage VI (UWV) de paragraaf ‘ketensamenwerking en geïntegreerde dienstverlening’ gewijzigd als gevolg van de inwerkingtreding van de gewijzigde Wet SUWI in verband met de aanpassing van de dienstverlening van het UWV aan werkgevers en werkzoekenden per 1 juli 2012.
Artikel 5.9. vervalt in het kader van deregulering, omdat het gestelde in paragraaf 7 van de bijlagen VI, VIII, XI en XX reeds in voldoende mate voorziet in een toelichting op de uitvoeringskosten.
Artikel 7.14. vervalt, omdat het hierin beschreven overgangsrecht slechts van toepassing is op boekjaar 2008 en derhalve inmiddels overbodig.
Deze regeling treedt met ingang van 1 juli 2012 in werking en volgt daarmee de wijzigingen in de Wet SUWI.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H.G.J. Kamp.
Deze tabel te rapporteren in het tweede tussentijdse verslag. UWV geeft in het eerste tussentijdse verslag aan welke richting het opgaat met de jaarprognose (verwacht UWV binnen budget te blijven, mate van te verwachten over- of onderuitputting, verschil in regulier en projecten).
.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2012-12648.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.