Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 14 augustus 2009, nr. VO/FBI-2009/144602, houdende regels tot wijziging van de bedragen voor 2009 in de Regeling aanpassing en vaststelling van de bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2008 en 2009 in verband met onder andere de implementatie van de kabinetsbijdrage 2009

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op artikel 85, derde lid van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 3 van de Regeling aanpassing en vaststelling van de bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2008 en 2009 komt te luiden:

Artikel 3. Landelijke gemiddelde personeelslast per 1 januari 2009

  • 1. Voor de directie bedraagt per 1 januari 2009 de landelijke gemiddelde personeelslast per formatieplaats:

    • a. € 80.567,77 voor schoolsoortgroep 1;

    • b. € 96.158,28 voor schoolsoortgroep 2;

    • c. € 95.131,88 voor schoolsoortgroep 3; en

    • d. € 92.407,84 voor schoolsoortgroep 4.

  • 2. Voor de leraren bedraagt per 1 januari 2009 de gemiddelde personeelslast per formatieplaats:

    • a. € 70.605,75 voor schoolsoortgroep 1;

    • b. € 80.076,54 voor schoolsoortgroep 2;

    • c. € 76.164,51 voor schoolsoortgroep 3; en

    • d. € 72.484,42 voor schoolsoortgroep 4.

  • 3. Voor het onderwijsondersteunend personeel bedraagt per 1 januari 2009 de landelijke gemiddelde personeelslast per formatieplaats € 42.245,38, ongeacht de schoolsoortgroep.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Toelichting

Algemeen

In de voorliggende regeling worden de gemiddelde personeelslast (gpl)-bedragen van de Regeling aanpassing en vaststelling bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2008 en 2009 (Staatscourant 9 september 2008, nr. 174 , gewijzigd in de Staatscourant van 12 februari 2009, nr. 29) per 1 januari 2009 verhoogd. Dat heeft te maken met de toevoeging van de kabinetsbijdrage (loon en prijsbijstelling, sociale werkgeverslasten en compensatie pseudo-WW) 2009 aan de arbeidskostenontwikkeling 2009. Afhankelijk van besluitvorming van het kabinet in 2010 over de definitieve kabinetsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling 2010 (incl. sociale werkgeverslasten) kunnen deze bedragen per 1 januari 2010 nog wijzigen. In het voorjaar van 2010 wordt hierover meer duidelijkheid verstrekt. De desbetreffende maatregelen voor 2009 zijn hieronder nader toegelicht.

Maatregelen per 1 januari 2009

Voor alle personeelscategorieën zijn de volgende maatregelen van invloed op de gpl per 1 januari 2009:

  • Loon en prijsbijstelling 2009: de kabinetsbijdrage 2009 voor de loon en prijsbijstelling van 3,14% kan worden aangewend voor de financiering van de sociale werkgeverslasten, inclusief pensioenen en de overige arbeidsvoorwaarden die sociale partners (VO-raad en werknemersorganisatie) voor het voortgezet onderwijs op decentraal niveau in de CAO-VO 2008–2010 hebben afgesproken. De sociale werkgeverslasten zijn bekend gemaakt in de voorlichtingspublicatie Nieuwe franchise, premies en minimumloonbedragen 2009 voor het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs, kenmerk FEZ/ART-2009/106513, gepubliceerd op 19 maart 2009 in het overzicht Regelingen OCW op CFI-online. In deze regeling is een indicatie gegeven van de ontwikkeling op sectorniveau.

  • Compensatie pseudo-WW: per 1 januari 2009 is de pseudo-WW voor de overheidswerknemer op nihil gesteld met als gevolg een loonkostenstijging voor de werkgever. Als compensatie zijn de gpl-bedragen met 1,28% verhoogd op basis van het gemiddelde loonkostenpercentage pseudo-WW per sector.

Uitbetaling

In het overzicht financiële beschikkingen (ofb) van de maand september 2009 wordt de berekening van de bijstelling voor het kalenderjaar 2009 gespecificeerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de gpl-bedragen zoals die nu in deze regeling vanaf 1 januari 2009 zijn vastgesteld. Bij de betaalbaarstelling van de bedragen vanaf 1 september 2009 wordt uiteraard rekening gehouden met de bepalingen in deze regeling.

In onderstaande tabel zijn de verschillende gpl-bedragen opgenomen:

Overzicht landelijke gemiddelde personeelslast (gpl) bedragen kalenderjaar 2009.

Soort bedrag

Bedrag per 1 januari 2009 (oud)

Bedrag per 1 januari 2009 (nieuw)

Schoolsoortgroep 1

  

Directie:

€ 77.157,41

€ 80.567,77

OP gpl (en aanvullende bekostiging):

€ 67.617,08

€ 70,605,75

   

Schoolsoortgroep 2

  

Directie:

€ 92.087,99

€ 96.158,28

OP gpl (en aanvullende bekostiging):

€ 76.686,98

€ 80.076,54

   

Schoolsoortgroep 3

  

Directie:

€ 91.105,04

€ 95.131,88

OP gpl (en aanvullende bekostiging):

€ 72.940,54

€ 76.164,51

   

Schoolsoortgroep 4

  

Directie:

€ 88.496,30

€ 92.407,84

OP gpl (en aanvullende bekostiging):

€ 69.416,22

€ 72.484,42

   

OOP alle groepen:

€ 40.457,17

€ 42.245,38

Administratieve lasten

Bij deze regeling wordt de gemiddelde personeelslast, die per schoolsoort kan verschillen en van belang is voor het berekenen van de personele bekostiging, van scholen voor voortgezet onderwijs aangepast en vastgesteld. De scholen hoeven geen aanvraag in te dienen voor de (gewijzigde) bekostiging en deze veroorzaakt dan ook geen administratieve lasten. De bekostiging wordt ambtshalve verstrekt.

Vaste Verandermomenten

Deze regeling voorziet in het aanpassen van de Regeling aanpassing en vaststelling bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2008 en 2009. Deze aanpassing betreft het kalenderjaar 2009. Bij het toepassen van een vaste inwerkingtredingdatum en invoeringstermijn van ten minste 3 maanden volgens het uitgangspunt van kabinetsbeleid Vaste Verander Momenten, zoals verwoord in Kamerstukken II, vergaderjaar 2006/07, 29 515, nr. 181, zou inwerkingtreding pas op 1 januari 2010 mogelijk zijn bij publicatie van de regeling voor 1 oktober 2009.

Nu de regeling verandering wenst te brengen in de gpl-bedragen voor het kalenderjaar 2009, is het maatschappelijk onwenselijk, van invoering per 1 januari 2009 af te wijken. Eerdere publicatie was namelijk niet mogelijk omdat de loonbijstelling in verband met o.a. de aanpassingen in de sociale werkgeverslasten, contractloonontwikkeling en pensioenen met ingang van 1 januari 2009 pas bij voorjaarsnota 2009 bekend is geworden. In verband hiermee treedt deze regeling zo spoedig mogelijk na publicatie in werking en werkt terug tot 1 januari 2009.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Per 1 januari 2009 gaan de landelijke gpl-bedragen voor de categorieën directie, leraren en onderwijsondersteunend personeel met 4,42% omhoog. Deze wijziging is het gevolg van de onder de kop Maatregelen per 1 januari 2009 vermelde aanpassingen. Hetzelfde geldt voor de aanvullende bekostiging onderwijzend personeel. De wijziging heeft alleen betrekking op artikel 3 van de Regeling aanpassing en vaststelling bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2008 en 2009.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart.

Naar boven