Besluit van 5 juli 2024, houdende regels voor het verstrekken van een specifieke uitkering of bijzondere uitkering ten behoeve van de uitvoeringsactiviteiten van Regio Deals, vijfde en zesde tranche (Besluit specifieke uitkering Regio Deals vierde, vijfde en zesde tranche)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 24 april 2024, nr. 2024001037;

Gelet op artikel 17, derde lid van de Financiële-verhoudingswet en artikel 92, derde lid van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, 12 juni 2024, no. W04.24.00089/I;

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 3 juli 2024, 2024-0000427728;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

Onze Minister:

minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

private regiopartner:

privaatrechtelijke rechtspersoon als bedoeld in artikel 3 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek die partij is bij een Regio Deal;

publieke regiopartner:

provincie, gemeente, openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen, waterschap of een van de openbare lichamen Bonaire Sint-Eustatius of Saba, die partij is bij een Regio Deal;

Regio Deal:

convenant dat door Onze Minister en één of meer regiopartners is gesloten om de kwaliteit van leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers in een regio te verbeteren

regiopartner:

private of publieke regiopartner;

regiokassier:

publieke regiopartner, niet zijnde een waterschap, die op grond van de Regio Deal ten behoeve daarvan de taak van kassier vervult of zal vervullen;

regionale private financiering:

voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een private regiopartner;

regionale publieke financiering:

voor de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen of bijdragen in natura van een publieke regiopartner, niet zijnde een specifieke uitkering, opdracht of subsidie van het Rijk.

HOOFDSTUK 1 VIERDE TRANCHE REGIO DEAL

Artikel 2. Activiteiten waarvoor een uitkering kan worden verstrekt

De minister kan een specifieke uitkering verstrekken aan een regiokassier voor activiteiten ter uitvoering van het doel, de aanpak of de beoogde resultaten zoals vastgelegd in een Regio Deal.

Artikel 3. Hoogte van de uitkering en uitkeringsplafond

  • 1. Een specifieke uitkering bedraagt ten minste € 5.000.000 en ten hoogste € 40.000.000 inclusief de BTW en is in beginsel gelijk aan het bedrag dat door regionale publieke en private financiering tezamen beschikbaar wordt gesteld.

  • 2. De minister kan in totaal ten hoogste € 284.200.000 aan specifieke uitkeringen verstrekken.

Artikel 4. Niet in aanmerking komende kosten

  • 1. De specifieke uitkering wordt niet verstrekt voor het bekostigen van de BTW die verschuldigd is over de kosten ten gevolge van de activiteiten, bedoeld in artikel 2, eerste lid, voor zover het bedrag van de BTW in aanmerking komt voor compensatie op grond van de Wet op het BTW-compensatiefonds of aftrek op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968.

  • 2. Het bedrag aan compensabele BTW stort de minister in het BTW-compensatiefonds.

Artikel 5. Voorwaarden voor de uitkering

  • 1. De specifieke uitkering wordt uitsluitend verstrekt indien een Regio Deal is gesloten in de periode van 1 mei 2023 tot en met 15 november 2023.

  • 2. De specifieke uitkering wordt uitsluitend verstrekt indien één of meer regiopartners ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal financiële verplichtingen aangaan, middelen beschikbaar stellen of kosten maken.

  • 3. Er wordt per gesloten Regio Deal ten hoogste één specifieke uitkering verstrekt.

Artikel 6. Verlening en betaling van de uitkering

  • 1. De minister verleent de specifieke uitkering binnen twaalf weken na het sluiten van de Regio Deal.

  • 2. Bij de verlening van de specifieke uitkering wordt een voorschot van in totaal 100% verleend, dat in beginsel in twee termijnen wordt betaald.

  • 3. De wijze van betaling aan de regiokassier wordt opgenomen in de beschikking.

Artikel 7. Verplichtingen

  • 1. De regiokassier draagt er zorg voor dat de specifieke uitkering uitsluitend aan uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal wordt besteed.

  • 2. De regiokassier is verplicht om:

    • a. de specifieke uitkering volledig te besteden tijdens de in de verleningsbeschikking opgenomen periode;

    • b. de minister op verzoek te informeren over de voortgang van de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de specifieke uitkering is verstrekt;

    • c. de minister op verzoek alle overige informatie te verschaffen ten behoeve van rapportages over de Regio Deals; en

    • d. uiterlijk binnen twee maanden na besteding van de specifieke uitkering of als alle activiteiten op basis van de Regio Deal zijn afgerond, een eindverslag te sturen naar de minister.

  • 3. Indien de volledige besteding van de specifieke uitkering voor het einde van de periode, bedoeld in het tweede lid, onder a, niet mogelijk is, kan de minister die termijn op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de regiokassier verlengen.

  • 4. De minister kan in de verleningsbeschikking andere verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel en de uitvoering van een Regio Deal.

Artikel 8. Verantwoording, vaststelling en terugvordering

  • 1. De regiokassier legt jaarlijks financiële verantwoording af over de besteding van de specifieke uitkering op de wijze, bedoeld in artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet.

  • 2. De minister stelt de specifieke uitkering vast nadat de regiokassier, op de in het eerste lid bedoelde wijze, de eindverantwoording aan de minister heeft verstrekt.

  • 3. De minister stelt de specifieke uitkering overeenkomstig de verlening vast, tenzij:

    • a. de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de specifieke uitkering is verleend, niet of niet volledig hebben plaatsgevonden; of

    • b. niet is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 5, en de verplichtingen, bedoeld in artikel 7.

  • 4. Indien uit de verantwoordingsinformatie blijkt dat de specifieke uitkering niet, niet volledig of onrechtmatig is besteed, kan de minister de uitkering ter hoogte van het niet of onrechtmatig bestede deel terugvorderen. De minister doet binnen een jaar na ontvangst van de verantwoordingsinformatie mededeling van de terugvordering aan de regiokassier.

HOOFDSTUK 2. REGIO DEAL VIJFDE EN ZESDE TRANCHE

Artikel 9 Activiteiten waarvoor een uitkering kan worden verstrekt

  • 1. Onze Minister kan een specifieke uitkering verstrekken aan een regiokassier voor activiteiten ter uitvoering van het doel, de aanpak of de beoogde resultaten zoals vastgelegd in een Regio Deal.

  • 2. Onze Minister kan een bijzondere uitkering verstrekken aan de regiokassier van de openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius of Saba voor activiteiten ter uitvoering van het doel, de aanpak of de beoogde resultaten zoals vastgelegd in een Regio Deal.

Artikel 10 Hoogte van de uitkering en uitkeringsplafond

  • 1. Een specifieke uitkering, dan wel een bijzondere uitkering, bedraagt ten minste € 5.000.000 en ten hoogste € 40.000.000 inclusief de BTW.

  • 2. Een specifieke uitkering, dan wel bijzondere uitkering, is gelijk aan het bedrag dat door regionale publieke en private financiering tezamen beschikbaar wordt gesteld. In het geval van een kwetsbare regio kan hiervan worden afgeweken.

  • 3. Onze Minister kan in totaal ten hoogste € 384,6 miljoen tijdens de vijfde tranche en € 257,1 miljoen tijdens de zesde tranche aan specifieke uitkeringen, dan wel bijzondere uitkeringen, verstrekken. Specifieke uitkeringen zijn verminderd met het bedrag aan compensabele BTW.

Artikel 11 Niet in aanmerking komende kosten

  • 1. Een specifieke uitkering kan worden verstrekt voor alle kosten die direct samenhangen met de activiteiten, bedoeld in artikel 2, eerste lid, die zijn opgenomen in de aanvraag.

  • 2. Het bedrag aan compensabele BTW van de specifieke uitkering stort Onze Minister in het BTW-compensatiefonds.

  • 3. Indien Onze minister een bijzondere uitkering verstrekt wordt geen storting gedaan in het BTW-compensatiefonds.

Artikel 12 Voorwaarden voor de uitkering

  • 1. De specifieke uitkering, dan wel bijzondere uitkering, wordt uitsluitend verstrekt indien een Regio Deal is gesloten in de periode 1 juli tot en met 15 november 2024 of 1 juli tot en met 15 november 2025.

  • 2. De specifieke uitkering, dan wel bijzondere uitkering, wordt uitsluitend verstrekt indien één of meer regiopartners ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal financiële verplichtingen aangaan, middelen beschikbaar stellen of kosten maken.

  • 3. Bij de verantwoording kan maximaal 3% van de specifieke uitkering dan wel bijzondere uitkering, worden aangemerkt als voorbereiding, administratie en toezicht kosten. In bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken.

  • 4. Er wordt per gesloten Regio Deal ten hoogste één specifieke uitkering, dan wel bijzondere uitkering, verstrekt.

Artikel 13 Verlening en betaling van de uitkering

  • 1. Onze Minister verleent de specifieke uitkering, dan wel de bijzondere uitkering, binnen twaalf weken na het sluiten van de Regio Deal.

  • 2. Bij de verlening van de specifieke uitkering, dan wel bijzondere uitkering, wordt een voorschot verleend. Dit voorschot bedraagt het totale bedrag. Het voorschot wordt in beginsel uitgekeerd in twee termijnen.

  • 3. De wijze van betaling aan de regiokassier wordt opgenomen in de beschikking.

Artikel 14 Verplichtingen specifieke uitkering

  • 1. De regiokassier draagt er zorg voor dat de specifieke uitkering uitsluitend aan uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal wordt besteed.

  • 2. De regiokassier is verplicht om:

    • a. de specifieke uitkering volledig te besteden tijdens de in de verleningsbeschikking opgenomen periode;

    • b. Onze Minister op verzoek te informeren over de voortgang van de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de specifieke uitkering is verstrekt;

    • c. Onze Minister op verzoek alle overige informatie te verschaffen ten behoeve van rapportages en evaluaties over de Regio Deals;

    • d. uiterlijk binnen twee maanden na besteding van de specifieke uitkering of als alle activiteiten op basis van de Regio Deal zijn afgerond, een eindverslag te sturen naar Onze Minister; en

    • e. onverwijld mededeling te doen aan Onze Minister zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de specifieke uitkering is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht, of niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de uitkering verbonden verplichtingen zal worden voldaan.

  • 3. Indien de volledige besteding van de specifieke uitkering voor het einde van de periode, bedoeld in het tweede lid, onder a, niet mogelijk is, kan Onze Minister die termijn op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de regiokassier verlengen.

  • 4. Onze Minister kan in de beschikking tot verlening op verzoek van de regiopartner andere verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel en de uitvoering van een Regio Deal.

Artikel 15 Verantwoording, vaststelling en terugvordering van de specifieke uitkering

  • 1. De regiokassier legt jaarlijks financiële verantwoording af tot dat eindverantwoording heeft plaatsgevonden over de besteding van de specifieke uitkering op de wijze, bedoeld in artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet.

  • 2. Onze Minister stelt de specifieke uitkering vast nadat de regiokassier, op de in het eerste lid bedoelde wijze, de eindverantwoording aan Onze Minister heeft verstrekt.

  • 3. Onze Minister stelt de specifieke uitkering overeenkomstig de verlening vast, tenzij:

    • a. de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de specifieke uitkering is verleend, niet of niet volledig hebben plaatsgevonden, onrechtmatig is besteed of;

    • b. niet is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 5, en de verplichtingen, bedoeld in artikel 7.

  • 4. Indien uit de verantwoordingsinformatie blijkt dat de specifieke uitkering niet, niet volledig of onrechtmatig is besteed, kan Onze Minister de uitkering ter hoogte van het niet of onrechtmatig bestede deel terugvorderen. Onze Minister doet binnen een jaar na ontvangst van de verantwoordingsinformatie mededeling van de terugvordering aan de regiokassier.

Artikel 16 Verplichtingen Bijzondere uitkering

  • 1. De regiokassier draagt er zorg voor dat de bijzondere uitkering uitsluitend aan uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal wordt besteed.

  • 2. De regiokassier is verplicht om:

    • a. de bijzondere uitkering volledig te besteden tijdens de in de verleningsbeschikking opgenomen periode;

    • b. Onze Minister op verzoek te informeren over de voortgang van de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de bijzondere uitkering is verstrekt;

    • c. Onze Minister op verzoek alle overige informatie te verschaffen ten behoeve van rapportages of evaluaties over de Regio Deals;

    • d. uiterlijk binnen twee maanden na besteding van de bijzondere uitkering of als alle activiteiten op basis van de Regio Deal zijn afgerond, een eindverslag te sturen naar Onze Minister; en

    • e. onverwijld mededeling te doen aan Onze Minister zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de bijzondere uitkering is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht, of niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de uitkering verbonden verplichtingen zal worden voldaan.

  • 3. Indien de volledige besteding van de bijzondere uitkering voor het einde van de periode, bedoeld in het tweede lid, onder a, niet mogelijk is, kan Onze Minister de termijn op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de regiokassier verlengen.

  • 4. Onze Minister kan in de verleningsbeschikking op verzoek van de regiopartner andere verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel en de uitvoering van een Regio Deal.

Artikel 17 Verantwoording, vaststelling en terugvordering van de bijzondere uitkering

  • 1. De regiokassier legt jaarlijks financiële verantwoording af over de besteding van de bijzondere uitkering via de jaarlijkse door de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba op te stellen jaarrekening en het jaarverslag, bedoeld in artikel 28 van de wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba tot dat eindverantwoording heeft plaatsgevonden.

  • 2. Uiterlijk twee maanden na afloop van de Regio Deal legt het bestuurscollege van het openbaar lichaam een financieel eindverslag over waarin rekening en verantwoording wordt afgelegd over de aan de projecten verbonden uitgaven en inkomsten.

  • 3. Gelijktijdig met het financiële eindverslag overlegt de regiokassier een accountantscontrole aan Onze Minister ten aanzien van de besteding.

  • 4. Onze Minister stelt de bijzondere uitkering vast nadat de regiokassier, op de in het eerste lid bedoelde wijze, de eindverantwoording aan Onze Minister heeft verstrekt.

  • 5. Onze Minister stelt de bijzondere uitkering overeenkomstig de verlening vast, tenzij:

    • a. de uitvoeringsactiviteiten waarvoor de bijzondere uitkering is verleend, niet of niet volledig hebben plaatsgevonden, onrechtmatig is besteed; of

    • b. niet is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 5, en de verplichtingen, bedoeld in artikel 7.

  • 6. Indien uit de verantwoordingsinformatie blijkt dat de bijzondere uitkering niet, niet volledig of onrechtmatig is besteed, of wanneer geen verantwoording is afgelegd door middel van een jaarrekening en jaarverslag kan Onze Minister de uitkering ter hoogte van het niet of onrechtmatig bestede deel terugvorderen. Onze Minister doet binnen een jaar na ontvangst van de verantwoordingsinformatie mededeling over de terugvordering aan de regiokassier.

Artikel 18 Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, waarbij de artikelen 2 tot en met 8 terugwerken tot en met 1 mei 2023.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 31 december 2026, met dien verstande dat dit besluit van toepassing blijft op specifieke uitkeringen die voor die datum zijn verstrekt.

Artikel 19 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit specifieke uitkering Regio Deals vierde, vijfde en zesde tranche.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 5 juli 2024

Willem-Alexander

De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Keijzer

Uitgegeven de negentiende juli 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel

TOELICHTING

Algemeen

1. Doel en aanleiding

Met deze regeling wordt het mogelijk gemaakt om een specifieke of bijzondere uitkering te verstrekken aan een regiokassier voor de uitvoering van Regio Deals in Europees Nederland of op de openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius of Saba. In Regio Deals werken regionale partijen en Rijk samen als partners om de kwaliteit van leven, wonen en werken van inwoners en ondernemers (de zogenoemde «brede welvaart») binnen een regio te vergroten. Het gaat om het versterken van regionale economische kansen, sociale samenhang en kansengelijkheid, waarbij ook oog is voor de fysieke leefomgeving. De behoefte en de kracht van een regio zijn hierbij het uitgangspunt. Het is belangrijk om oog te hebben voor de specifieke opgaven en ontwikkelmogelijkheden per gebied en om de ontwikkeling van stad en landelijk gebied in samenhang te beschouwen. Daarvoor zijn regio en Rijk samen verantwoordelijk, omdat ze bij het oplossen van deze vraagstukken ook afhankelijk van elkaar zijn. Regionale overheden, kennis- en culturele instituten, ondernemers, maatschappelijke organisaties en inwoners maken samen een integrale aanpak die past bij de opgave en het DNA van het gebied. Vervolgens werken de regio en het Rijk het voorstel gezamenlijk uit tot een Regio Deal. Betrokkenheid en inzet van alle partijen is belangrijk voor een succesvol partnerschap.

Financieel bijdragen door zowel het Rijk als de regio is onderdeel van die inzet, het Kabinet Rutte 4 heeft hiervoor middelen beschikbaar gesteld. De financiering door het Rijk heeft als doel om de plannen die in een convenant van een Regio Deal zijn vastgelegd uit te kunnen voeren. Daarnaast worden middelen ingezet om als vliegwiel voor andere investeringen in de regio, de samenwerking tussen Rijk en regio te verbeteren en een sterkere regionale samenwerking te bevorderen.

De verantwoordelijkheid voor de Regio Deals is in 2022 overgegaan van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). In de Kamerbrief van 15 april 2022 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (minister van BZK) de contouren geschetst voor de nieuw af te sluiten Regio Deals en het beoogde proces.1 Verder informeert de minister van BZK de Kamer jaarlijks over het afwegingskader voor de beoordeling van voorstellen voor een Regio Deal en is het proces voor de betreffende tranche uiteengezet.2 In de kamerbrief van 15 april is aangekondigd dat de minister voornemens is de middelen voor de drie tranches via een specifieke uitkering of bijzondere uitkering beschikbaar te stellen. Dit besluit biedt de grondslag voor toekenning van de financiële bijdrage aan Regio Deals die afgesloten worden.

2. Hoofdlijnen financiering Regio Deals

Door het Kabinet Rutte 4 is voor Regio Deals € 900 miljoen gereserveerd, dit wordt beschikbaar gesteld in drie tranches: € 284,6 miljoen (tranche 4, 2023), € 384,6 miljoen (tranche 5, 2024) en € 257,1 miljoen (tranche 6, 2025). Daarnaast zijn er apparaatskosten van € 14,6 miljoen. Dit besluit heeft betrekking op de vijfde en zesde tranche.

Het proces voor aanmelding van een Regio Deal volgens de procedure zoals staat beschreven in de Kamerbrief aanpak Regio Deals van het jaar waarin de tranche is geopend. De openstelling van de vijfde tranche heeft in 2023 plaatsgevonden. Op basis van het afwegingskader, dat jaarlijks in de kamerbrief aanpak Regio deals van het betreffende jaar al worden opgenomen, zal het Ministerie van BZK en de relevante vakdepartementen jaarlijks vanaf medio november de voorstellen analyseren. Op basis daarvan zal het kabinet voorstellen selecteren die met Rijks- en regiopartners verder worden uitgewerkt tot Regio Deals. Dit betreft het vervolgtraject om te komen tot bestuurlijke afspraken, maar is nog geen toekenning van de middelen. Bij de afronding van dat traject wordt de hoogte van de uiteindelijke financiële bijdrage vanuit het Rijk aan een Regio Deal bepaald en opgenomen in de betreffende Regio Deal. Toekenning van die bijdrage alsmede het opleggen van de daarbij geldende voorwaarden en verplichtingen vinden plaats op grond van dit besluit.

De specifieke uitkering of bijzondere uitkering vanuit het Rijk is per Regio Deal minimaal € 5 miljoen en maximaal € 40 miljoen inclusief de BTW (artikel 10). Het uitgangspunt is dat de bijdrage die door het Rijk beschikbaar wordt gesteld aan een Regio Deal evenveel bedraagt als de totale bijdrage die door de regionale partners beschikbaar wordt gesteld. Met de begrippen regionale publieke en private financiering wordt dit nader geduid (artikel 1). Het gaat dus zowel om private bijdragen als publieke middelen. Wat betreft publieke middelen kan het zowel gaan om (her)prioritering van beschikbare (financiële) middelen van regionale overheden als om de inzet van additionele middelen die nog niet voor een ander doel zijn aangewend. Daarnaast kunnen dit vrij besteedbare middelen zijn die afkomstig zijn van het Rijk en die via een decentralisatie-uitkering zijn uitgekeerd. Voor zover de regionale overheden die middelen nog beschikbaar hebben, kunnen deze uiteraard worden ingezet als regionale financiering voor de uitvoering van de Regio Deal. Ook middelen van de Europese Unie die worden ingezet voor (een project in het kader van) de uitvoering van een Regio Deal, tellen mee als een bijdrage van een publieke regionale partner. Bij Europese middelen, dient de regiokassier te controleren of aan deze middelen bestedings- en beleidsvrij ten behoeven van de Regio Deal kunnen worden ingezet. In sommige gevallen zitten er verplichtingen aan de ontvangen middelen van de Europese Unie. Daarentegen vallen middelen die voortvloeien uit een specifieke uitkering of bijzondere uitkering die voor bepaalde activiteiten of een opdracht of subsidie van Rijkszijde zijn ontvangen, ook al maken die opdrachten of activiteiten deel uit van de uitvoering van een Regio Deal, niet onder publieke financiering. Van de regionale partijen wordt verwacht dat zij een financiële bijdrage of bijdrage in natura leveren die passend is gegeven de opgaven en de draagkracht van de regio, waarbij 50% als uitgangspunt geldt. Onder omstandigheden kan hiervan worden afgeweken: zo kunnen kwetsbare regio’s beargumenteerd afwijken van de 50% financiering en een lager percentage bijdragen. Regionale private en regionale publieke financiering die meer bedraagt dan de minimale vereisten van 50% regionale financiering die als vereiste via specifieke uitkering of bijzondere uitkering is opgenomen d is mogelijk zonder dat dit beargumenteerd hoeft te worden.

Onder een bijdrage in natura wordt verstaan: een bijdrage van eigen arbeid, het verlenen van een dienst en het inbrengen of ter beschikking stellen van (on)roerende goederen zonder dat daar een (evenredige) tegenprestatie tegenover staat. Er worden bijvoorbeeld gratis bijdragen verleend in de vorm van arbeid of activiteiten van medewerkers die in dienst zijn van de deelnemers van de Regio Deal. Voor het bepalen van de waarde van de bijdrage is het van belang te bepalen wat de gebruikelijke waarde van de zaak of dienst in het economisch verkeer is. Daarbij kan bijvoorbeeld worden uitgegaan van het standaardtarief of het bedrag dat onder normale omstandigheden in rekening zou worden gebracht voor het inhuren van personeel. De waarde van een bijdrage in natura is de gebruikelijke waarde van de bijdrage in het economisch verkeer, verminderd met de waarde van een eventuele financiële vergoeding daarvoor. Deze bijdrage moet dus een reële economische waarde hebben of een waarde die gangbaar is in het economische verkeer die controleerbaar is door een accountant.

Van de totaal ontvangen specifieke uitkering of bijzondere uitkering mag maximaal totaal 3% aan VAT kosten (Voorbereiding, Administratie en Toezicht) worden opgevoerd bij de verantwoording. In de praktijk betekent dit dat het gaat om de bijkomende kosten voor de uitvoering van de programma's en projecten in de Regio Deal. Het kan daarbij gaan om het aanstellen van een externe medewerker die het project procesmanagement van de uitvoering van de Regio Deal oppakt, maar ook om de kosten voor de voorbereiding van projecten, de kosten die de kassier maakt, zoals het accountantstarief, het bijhouden van de financiële administratie en het houden van toezicht op de rechtmatige besteding van de gelden.

De VAT kosten dienen in geval van een specifieke uitkering via een aparte indicator via SiSa en/of in geval van een bijzondere uitkering via een aparte opgave in de jaarlijkse jaarrekening en aan het einde bij de accountantscontrole te worden verantwoord. Tenzij anders is aangegeven worden bedragen in de SiSa-bijlage of in de verantwoording van de bijzondere uitkering netto verantwoord.3 Van dit percentage kan onder omstandigheden worden afgeweken.

3. Regio Deals vierde tranche

De totale omvang van het budget voor de vierde tranche bedraagt € 284,2 miljoen. Tussen 15 juli en 15 november 2022 konden de regio’s voorstellen indienen. Op basis van het afwegingskader, dat in de Uitnodiging aanmelding voorstellen voor vierde tranche Regio Deals.4 is opgenomen, hebben het Ministerie van BZK en de relevante vakdepartementen vanaf 16 november 2022 de voorstellen geanalyseerd. Op basis daarvan heeft het kabinet veertien voorstellen geselecteerd die met Rijks- en regiopartners verder worden uitgewerkt tot Regio Deals.5 Dit betreft het vervolgtraject om te komen tot bestuurlijke afspraken. Bij de afronding van dat traject wordt de hoogte van de uiteindelijke financiële bijdrage aan een Regio Deal vanuit het Rijk bepaald en opgenomen in de betreffende Regio Deal. Toekenning van die bijdrage alsmede het opleggen van de daarbij geldende voorwaarden en verplichtingen vinden plaats op grond van deze regeling.

Op basis van artikel 17, vijfde lid financiële-verhoudingswet kunnen eenmalige specifieke uitkeringen bij ministeriele regeling geregeld worden. Specifieke uitkeringen met een tijdelijk, meer dan eenmalig karakter dienen bij algemene maatregel van bestuur geregeld te worden. Op basis hiervan is de Regeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche vastgesteld vooruitlopend op een algemene maatregel van bestuur. Als grondslag voor de regeling voor de vierde tranche is daarom gebruik gemaakt van artikel 17, tweede lid financiële verhoudingswet. Onderhavige besluit zal daarom terugwerken tot het moment waarop de ministeriële regeling voor de vierde tranche in werking is getreden. Deze algemene maatregel van bestuur zal voorgaande ministeriële regeling vervangen. Hierdoor zal er geen sprake zijn van twee opeenvolgende ministeriële regelingen. Er is nu sprake van een ministeriële regeling (derde tranche) gevolgd door een algemene maatregel van bestuur (vierde, vijfde en zesde tranche). De eerste en tweede tranche zijn niet als specifieke uitkering verstrekt.

4. Uitvoering Regio Deals vijfde en zesde tranche

Voor de Regio Deals die in het kader van de vierde, vijfde of zesde tranche tot stand komen, geldt dat de middelen beschikbaar worden gesteld voor uitvoeringsactiviteiten in het kader van de aanpak zoals opgenomen in een Regio Deal (artikel 9). De grondslag voor de vierde tranche kon worden gevonden in de Regeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche. Dit besluit biedt de grondslag voor de vijfde en zesde tranche van de Regio Deals. De specifieke uitkering of bijzondere uitkering voor de uitvoering van een Regio Deal is voor een grote verscheidenheid van activiteiten van de regionale partners. De hoofdlijnen van de inzet van zowel de specifieke uitkering of bijzondere uitkering als de regionale bijdrage om uitvoering te geven aan een Regio Deal worden in gezamenlijkheid bepaald in de betreffende Regio Deal. Dit kan als aanpak of werkwijze worden uitgewerkt op het niveau van thema’s, pijlers en/of programma’s, met als rode draad de ambities en doelstellingen van de dealpartijen.

Op regionaal niveau wordt in de uitvoeringsfase bepaald aan welke concrete projecten, initiatieven en activiteiten deze bijdragen beschikbaar moeten worden gesteld. Op deze manier kan er in de uitvoeringsfase van de Regio Deal regionaal maatwerk worden geleverd. De Regio Deal vormt het kader van de uitvoering en geeft de grote lijnen van de samenwerking tussen Rijk en regio weer. De concretisering van de uitvoering van de Regio Deal door de regio kan vorm krijgen of ingebed worden in regionaal ontwikkelde programma’s, trajecten, samenwerkingen enzovoort.

Voor de beschikbaarstelling van de specifieke uitkering of bijzondere uitkering is gekozen voor een centrale partner in deze uitvoeringsfase van de bestuurlijke samenwerking met de regio, de regiokassier. De regiokassier is een provincie, gemeente of een van de openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba of openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Andere publieke partners of private regiopartners kunnen niet de rol van regiokassier vervullen, omdat het niet mogelijk is een specifieke uitkering of bijzondere uitkering aan hen te verstrekken.

In de Regio Deal wordt na overleg met de regionale partners vastgelegd wie deze rol vervult en hoe deze wordt ingevuld in het kader van de uitvoeringsfase. Betrokkenheid bij de Regio Deal is een vereiste voor de regiokassier. Het is ook een vereiste dat de regiokassier een partij is in het convenant dat wordt ondertekend. De regiokassier administreert de voor de Regio Deal beschikbaar gestelde financiële bijdragen, beheert ze feitelijk en zorgt tevens voor de betaling van de kosten van de uitvoeringsactiviteiten. Het is de verantwoordelijkheid van de regiokassier om te communiceren met de publieke en private regionale partners welke (financiële) informatie zij moeten aanleveren om verantwoording te kunnen afleggen over welk bedrag er aan de Regio Deal is besteed door middel van financiering.

Ook kan de regiokassier een subsidieregeling vaststellen op grond waarvan (een deel van) de beschikbaar gestelde bijdrage, waaronder ook de specifieke uitkering of bijzondere uitkering, als subsidie kan worden verstrekt. De nadere invulling van de rol van de regiokassier is afhankelijk van wat de regio voor ogen heeft bij de concretisering van de uitvoering. De regiokassier dient er wel voor zorg te dragen dat bij eventuele verstrekking van financiële middelen aan een regiopartner, de afspraken en verwachtingen voor de gehele periode goed worden vastgelegd en regelmatig worden geëvalueerd met de betrokkenen.

5. Relatie met hoger recht en andere nationale regelgeving

5.1 Algemene wet bestuursrecht

Een beschikking tot het verstrekken van een specifieke uitkering is een beschikking in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Indien de regiokassier (een bestuursorgaan van een provincie, gemeente, openbaar lichaam op basis van de Wet gemeenschappelijke regeling) het niet eens is met de beschikking van de minister, dan kan die daartegen in bezwaar gaan en vervolgens beroep bij de bestuursrechter instellen op grond van de Awb. Voor de goede orde wordt opgemerkt dat volgens dit besluit alleen een provincie, gemeente, of openbaar lichaam in aanmerking komt voor het ontvangen van een specifieke uitkering. Dat betekent dat derden, zoals de bij de Regio Deal betrokken andere partijen, geen rechtstreeks belang hebben bij de beschikking van de minister en dat zij om die reden niet als belanghebbenden tegen die beschikking in bezwaar of beroep kunnen gaan. Als de regiokassier de bijdrage aan andere regiopartners verstrekt in de vorm van een subsidie, is ook op die verstrekking de Awb van toepassing. De Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Op de openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba kan een beroep worden gedaan op de Wet administratieve rechtspraak Bonaire, Sint Eustatius en Saba (War-BES). Daar waar het gaat om het instellen van bezwaar en beroep, met betrekking tot de beschikking tot het verstrekken van een bijzondere uitkering.

5.2 Financiële-verhoudingswet en Wet FinBES

De financiële verhouding tussen het Rijk en medeoverheden is geregeld in de Financiële-verhoudingswet, met uitzondering van openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba Voor laatstgenoemde wordt de financiële verhouding geregeld in de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba (Wet FinBES). De bepalingen over specifieke uitkeringen uit de Financiële-verhoudingswet zijn op dit besluit van toepassing. Daarom is in dit besluit toepassing gegeven aan artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet met betrekking tot de wijze van verantwoording door de regiokassier van de besteding van de specifieke uitkering en de eventuele terugvordering als deze onrechtmatig zou worden besteed. Gezien het feit dat de Financiële-verhoudingswet de wijze waarop dient te worden teruggevorderd niet noemt, is in aanvulling op de bepalingen in de Financiële-verhoudingswet een bepaling ten aanzien van terugvordering en verantwoording opgenomen. Voor wat betreft de bijzondere uitkering, zijn de bepalingen hierover uit de Wet FinBES op dit besluit van toepassing en zijn de regels zoals we die kennen voor specifieke uitkeringen aan gemeenten (o.a. single-information/single-audit: SISA) niet van toepassing op de bijzondere uitkeringen.

5.3 Staatssteun

Bij de uitvoering van de Regio Deals dienen publieke regiopartners rekening te houden met de Europese staatsteun- en aanbestedingsregels.

De provincies, gemeenten, waterschappen en openbare lichamen hebben een zelfstandige verantwoordelijkheid om te toetsen of de projecten en de voorziene bestedingen van de middelen aan deze regels voldoen.

Op niveau van Rijk – medeoverheid hoeven de staatssteunregels doorgaans niet te worden toegepast omdat de medeoverheid bij de Regiodeals niet als onderneming optreedt maar als publiek orgaan.

Het Rijk verricht geen staatssteuntoets op decentraal en projectniveau. Dit is niet mogelijk omdat op voorhand nog niet duidelijk is hoe de middelen volledig zullen worden besteed, wie de eindbegunstigden zijn en welke activiteiten zullen worden verricht. Wanneer er sprake is van staatssteun bestaan er mogelijkheden om de projecten doorgang te kunnen laten vinden. Er kan immers sprake zijn van verenigbare steun. Bijvoorbeeld door aanmelding en goedkeuring door de Europese Commissie of verenigbaarheid op basis van een Dienst van Algemeen Economisch Belang.

Indien bij de uitvoering van de projecten gebruik wordt gemaakt van door derden verleende diensten dan moet dit tegen marktconforme voorwaarden gebeuren.

Bij aanbestedingen ten behoeve van projecten is het van belang dat er aan de vereisten van de Aanbestedingswet 2012 wordt voldaan.

Voor meer informatie over de toepassing en uitleg van de Europese staatssteun- en aanbestedingsregels kan contact worden opgenomen met kenniscentrum Europa decentraal.

5.4 Grondslag van dit besluit

In dit geval is gebruik gemaakt vaneen tijdelijke algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 17, derde lid, van de Financiële-verhoudingswet6 en artikel 92, derde lid van de Wet FinBES.7

6. Gevolgen

6.1 Regeldruk en administratieve/bestuurlijke lasten

Aangezien het om specifieke uitkeringen of bijzondere uitkering aan provincies, gemeenten of openbare lichamen gaat, brengt dit besluit geen administratieve lasten voor burgers en bedrijven met zich mee. Dit besluit brengt wel bestuurlijke en administratieve lasten voor de medeoverheden mee, aangezien zij verantwoording moeten afleggen over onderhavige specifieke uitkering of bijzondere uitkering. De verantwoordingslasten voor een specifieke uitkering worden zoveel mogelijk beperkt door de verantwoording via SiSa te laten verlopen. In het geval van de bijzondere uitkering zal zo veel mogelijk worden aangesloten bij de jaarverslaglegging en verantwoordingsregels van de BES.

6.2 Financiële gevolgen voor het Rijk

Op grond van dit besluit wordt, € 384,6 miljoen tijdens de vijfde tranche en € 257,1 miljoen tijdens de zesde tranche beschikbaar gesteld voor de Regio Deals. Deze bedragen zijn inclusief het deel dat, in het geval van een specifieke uitkering, in het BTW-Compensatiefonds wordt gestort.

7. Advies en consultatie

7.1 Internetconsulatie

Van 9 maart tot 6 april 2023 is de ontwerpregeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche voor consultatie op Externe link: www.internetconsultatie.nl gepubliceerd waarbij eenieder de gelegenheid is geboden te reageren. Er is één reactie binnengekomen. Deze reactie plaatst vraagtekens bij nut en noodzaak van de regeling. In paragraaf 1 en 2 is hier een toelichting op gegeven. Omdat de specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche inhoudelijk gelijk is aan dit besluit is dit besluit niet nogmaals ter consultatie aangeboden.

7.2 Code interbestuurlijke verhoudingen

In het kader van de Code interbestuurlijke verhoudingen is de regeling die vooraf is gegaan aan dit besluit voorgelegd aan de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal overleg en de Unie van Waterschappen. Zij hebben geen advies uitgebracht over de regeling.

Artikelsgewijs

Hoofdstuk 1 vierde tranche Regio Deals

Ten aanzien van hoofdstuk 1 van dit besluit is enkel een artikelsgewijze toelichting opgenomen voor die artikelen die sterk afwijken van de Regio Deals vijfde en zesde tranche. Voor bepalingen die niet afwijken kan de artikelsgewijze toelichting bij hoofdstuk 2 worden geraadpleegd.

Niet in aanmerking komende kosten (artikel 4)

De activiteiten waarvoor de uitkering wordt verstrekt, kunnen activiteiten zijn waarover de regiopartners BTW verschuldigd zijn. De specifieke uitkering wordt niet verstrekt voor zover het bedrag van de BTW in aanmerking komt voor compensatie op grond van de Wet op het BTW-compensatiefonds of aftrek op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968. De BTW-component wordt gestort in het BTW-Compensatiefonds van het Ministerie van Financiën. Gemeenten en provincies kunnen op grond van de relevante wet- en regelgeving een beroep doen op terugontvangst van de betaalde BTW-componenten.

Voorwaarden voor de uitkering (artikel 5)

Voorwaarde voor een specifieke uitkering is dat de Regio Deal is gesloten in de periode van 1 mei 2023 tot en met 15 november 2023. Per Regio Deal wordt maximaal één specifieke uitkering verstrekt. Vereist is dat één of meer regiopartners ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal financiële verplichtingen aangaan, middelen beschikbaar stellen of kosten maken.

Hoofdstuk 2 vijfde en zesde tranche Regio Deals

Activiteiten waarvoor een uitkering kan worden verstrekt (artikel 9)

Een specifieke uitkering kan worden verstrekt aan een regiokassier voor activiteiten ter uitvoering van het doel, de aanpak of de beoogde resultaten zoals vastgelegd in een regio deal. Een bijzondere uitkering kan worden verstrekt aan de regiokassier van de openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba.

Niet in aanmerking komende kosten (artikel 11)

De activiteiten waarvoor de uitkering wordt verstrekt, kunnen activiteiten zijn waarover de regiopartners BTW verschuldigd zijn. De specifieke uitkering wordt niet verstrekt voor zover het bedrag van de BTW in aanmerking komt voor compensatie op grond van de Wet op het BTW-compensatiefonds of aftrek op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968. De BTW-component wordt gestort in het BTW-Compensatiefonds van het Ministerie van Financiën. Gemeenten en provincie kunnen op grond van de relevante wet- en regelgeving een beroep doen op terugontvangst van de betaalde BTW-componenten. Voor openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba is deze passage niet van toepassing. Er dient wel rekening te worden gehouden met andere belastingen. Zoals bijvoorbeeld de importbelasting.

Voorwaarden voor de uitkering (artikel 12)

Voorwaarde voor de ontvangst van een specifieke uitkering of bijzondere uitkering is dat de Regio Deal die met de uitkering wordt uitgevoerd is gesloten in tranche 4 van 15 juli tot en met 15 november 2023, voor tranche 5van 1 juli tot en met 15 november 2024 en voor tranche 6 van 1 juli tot en met 15 november 2025. Per Regio Deal wordt maximaal één specifieke uitkering of bijzondere uitkering verstrekt. Vereist is dat één of meer regiopartners ten behoeve van de uitvoering van de Regio Deal financiële verplichtingen aangaan, middelen beschikbaar stellen of kosten maken. Er kunnen per regio meerdere Regio Deals gesloten worden binnen de looptijd van dit besluit. In deze gevallen zal het Rijk de geleerde lessen en stand van zaken van de andere deal in het voortraject tot selectie meewegen.

Betaling en verlening van de specifieke uitkering en bijzondere uitkering (artikel 13)

De minister verleent de specifieke uitkering of bijzondere uitkering binnen twaalf weken na het sluiten van de Regio Deal.

Bij de verlening van de specifieke uitkering of bijzondere uitkering wordt een voorschot van 100% verleend. De definitieve wijze van betaling wordt opgenomen in de verleningsbeschikking. De wijze van betaling aan de regiokassier van de openbbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt opgenomen in de verleningsbeschikking. In beginsel wordt het voorschot uitgekeerd in twee termijnen.

Overeenkomstig artikel 91, tweede lid, van de Wet FinBES vindt uitbetaling van de bijzondere uitkering plaats in US-dollars. De hoeveelheid euro’s zal hierbij niet fluctueren. De wisselkoers van moment van overboeken zal bepalend zijn voor het totale bedrag dat op rekening ontvangen gaat worden voor de Regio Deal. Dit zal plaatsvinden op met moment dat op basis van de toekenningsbeschikking kan worden uitbetaald.

Verplichtingen specifieke uitkering en bijzondere uitkering (artikelen 14 en 16)

Uitgangspunt is dat de specifieke uitkering of bijzondere uitkering volledig wordt besteed in de periode waarvoor de Regio Deal is afgesloten en die in de verleningsbeschikking is opgenomen. Indien de volledige besteding voor de einddatum niet mogelijk is, kan de minister die termijn op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de regiokassier of openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba namens alle betrokken partijen verlengen. Daarnaast dient de regiokassier de minister op verzoek informatie te verschaffen over de voortgang van de uitvoeringsactiviteiten en alle overige informatie te verschaffen ten behoeve van rapportages over de Regio Deals. In de verleningsbeschikking kunnen op verzoek nog andere verplichtingen worden opgenomen. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de verdeling van de regionale financiering over de deelnemers.

Naast de jaarlijkse voortgangsrapportage, is de regiokassier verplicht om uiterlijk binnen twee maanden na besteding van alle middelen dan wel als alle activiteiten op basis van de Regio Deal zijn afgerond, een inhoudelijk eindverslag te sturen naar de minister. Een eindverslag is een verslag dat inzicht geeft in de activiteiten die zijn ontplooid, welke resultaten zijn behaald, in hoeverre de doelstellingen van de Regiodeal zijn gehaald en hoe de samenwerking tussen de deelnemers is verlopen. Dit verslag staat niet gelijk aan de uitgebreide financiële verantwoording als bedoeld in artikel 8 en 10 van dit besluit.

Verantwoording, vaststelling en terugvordering specifieke uitkering (artikel 15)

Op de financiële verantwoording door de regiokassier van de besteding van de specifieke uitkering zijn artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet, de Regeling informatieverstrekking Sisa en artikel 58a van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten van toepassing. Het verleende bedrag dient jaarlijks uiterlijk op 15 juli van het jaar volgend op de begrotingsjaren te worden verantwoord, tot de eindverantwoording heeft plaatsgevonden. Er vinden kortom een jaarlijkse en een eind financiële verantwoording plaats die door de regiokassier worden gedaan;

De regiokassier verantwoordt over de rechtmatigheid van bestedingen waarvoor een specifieke uitkering is verstrekt. Dit gebeurt via de single information, single audit (SiSa) methodiek in de jaarrekening. Deze jaarlijkse verantwoording bevat ook een accountantsverklaring waarin wordt aangegeven welk bedrag er aan de Regio Deal is besteed door middel van financiering door de partners. Doel hiervan is te kunnen vaststellen dat aan artikel 2 van dit besluit is voldaan. De eindverantwoording vindt plaats als alle middelen volledig besteed zijn (door bij indicator «Eindverantwoording Ja/Nee¨ ja in te vullen), dan wel als alle activiteiten ontplooid zijn binnen de looptijd en er nog middelen over zijn of onrechtmatig besteed (welke kunnen worden teruggevorderd). Het jaartal van de eindverantwoording kan hierdoor per Regio Deal verschillen.

Indien de regiokassier de uitkering ter beschikking stelt aan medeoverheden, dan moet verantwoording via toepassing van SiSa plaatsvinden. De SiSa tussen medeoverheden systematiek is in dat geval van toepassing. Als er sprake is van SiSa tussen medeoverheden, zal de eindverantwoording pas in jaar T+2 plaatsvinden. Dit betekent niet dat de bestedingstermijnen zoals opgenomen in de verleningsbeschikking overschreden kunnen worden.

Indien uit de verantwoordingsinformatie blijkt dat de uitkering niet, niet, of volledig onrechtmatig is besteed aan de activiteiten waarvoor deze is verstrekt of onrechtmatig is besteed, dan kan de minister (een deel van) de toegekende specifieke uitkering terugvorderen.

De minister stelt de specifieke uitkering vast nadat de regiokassier, op de in het eerste lid bedoelde wijze, de eindverantwoording aan de minister heeft verstrekt.

Verantwoording, vaststelling en terugvordering bijzondere uitkering (artikel 17)

Op de financiële verantwoording door de regiokassier van de besteding van de bijzondere uitkering is artikel 92, derde lid van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba artikel van toepassing.

De kassier legt jaarlijks financiële verantwoording af over de besteding van de bijzondere uitkering via de jaarrekening en het jaarverslag. Uiterlijk twee maanden na afloop van de Regio Deal (zie vastgestelde termijnen in convenant) legt het openbaar lichaam een financieel verslag over waarin rekening en verantwoording wordt afgelegd over de aan de projecten verbonden uitgaven en inkomsten. Dit verslag gaat vergezeld van een goedkeurende verklaring van een accountant volgens het bij de beschikking tot verlening van een bijzondere uitkering gevoegde controleprotocol van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, waarin wordt verklaard dat de bijzondere uitkering rechtmatig is besteed aan de projecten en dat de aan de bijzondere uitkering verbonden verplichtingen zijn nageleefd.

Doel hiervan is te kunnen vaststellen dat aan artikel 2, tweede lid, van dit besluit is voldaan. De eindverantwoording vindt plaats als alle middelen volledig besteed zijn dan wel als alle activiteiten afgerond zijn binnen de looptijd en er nog middelen over zijn (welke kunnen worden teruggevorderd). Het jaartal van de eindverantwoording kan hierdoor per Regio Deal verschillen.

Indien uit de verantwoordingsinformatie blijkt dat de uitkering niet, niet volledig aan de activiteiten waarvoor deze is verstrekt, onrechtmatig is besteed of wanneer geen verantwoording is afgelegd door middel van een jaarrekening en jaarverslag, kan de minister (een deel van) de toegekende bijzondere uitkering terugvorderen.

De minister stelt de bijzondere uitkering vast nadat de regiokassier, op de in het eerste lid bedoelde wijze, de eindverantwoording aan de minister heeft verstrekt.

Inwerkingtreding en vervaldatum (artikel 18)

Dit besluit treedt in werking op op de dag na de datum van plaatsing van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst. De artikelen met betrekking tot de vierde tranche werken terug tot en met 1 mei 2023. Dit besluit vervalt met ingang van 31 december 2026, met dien verstande dat dit besluit van toepassing blijft op specifieke uitkeringen die voor die datum zijn verstrekt.

De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Keijzer

Naar boven