Besluit van 21 juni 2024, houdende buitenwerkingstelling van de artikelen 2c en 4 van de Wet verplaatsing bevolking

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 20 juni 2024, nr. 3813482;

Gelet op artikel 2, vierde lid, en vijfde lid, eerste zin, van de Wet verplaatsing bevolking;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De artikelen 2c en 4 van de Wet verplaatsing bevolking worden buiten werking gesteld.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt door plaatsing in het Staatsblad.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 21 juni 2024

Willem-Alexander

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte

Uitgegeven de zevenentwintigste juni 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

Bij koninklijk besluit van 31 maart 2022 (Stb. 2022, 133) zijn de artikelen 2c en 4 van de Wet verplaatsing bevolking (hierna: Wvb) in werking gesteld. Met de aanstaande inwerkingtreding van de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne (Stb. 2024, 190) dient de werking van deze bepalingen geen doel meer. Gelet op artikel 2, vierde lid, van de Wvb worden deze bepalingen daarom buiten werking gesteld.

Op het moment dat de artikelen 2c en 4 van de Wet verplaatsing bevolking buiten werking worden gesteld, treedt de Tijdelijke wet opvang ontheemden Oekraïne in werking (Stb. 2024, 158).

Op grond van artikel 2, vijfde lid, van de Wvb is in artikel 2 van dit besluit bepaald op welke wijze het wordt bekendgemaakt, en treedt het besluit terstond na de bekendmaking in werking.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte

Naar boven