Besluit van 13 maart 2019, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van artikelen van het Besluit van 6 december 2018, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde technische onvolkomenheden en omissies te herstellen (Stb. 2018, 461)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 maart 2019, kenmerk 1497071-188104-WJZ;

Gelet op artikel XI, eerste lid, van het Besluit van 6 december 2018, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde technische onvolkomenheden en omissies te herstellen (Stb. 2018, 461);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De artikelen II tot en met IV, VI, VII, IX en X van het Besluit van 6 december 2018, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde technische onvolkomenheden en omissies te herstellen (Stb. 2018, 461) treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

  • 2. Artikel VIII van het Besluit van 6 december 2018, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde technische onvolkomenheden en omissies te herstellen (Stb. 2018, 461) treedt in werking op het tijdstip waarop artikel XX, onderdeel A, van de Wet van 23 januari 2019 tot wijziging van diverse wetten op het terrein van de volksgezondheid in verband met de versterking van het handhavingsinstrumentarium van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd en enkele andere wijzigingen (Stb. 2019, 52) in werking treedt.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 13 maart 2019

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

Uitgegeven de negenentwintigste maart 2019

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

De artikelen I en V van het Besluit van 6 december 2018, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde technische onvolkomenheden en omissies te herstellen (Stb. 2018, 461) (hierna: Veegbesluit VWS 2018) zijn reeds op 15 december 2018 in werking getreden. De inwerkingtreding van de overige artikelen wordt in dit besluit geregeld.

Artikel VIII van het Veegbesluit VWS 2018 vindt zijn grondslag in artikel XX, onderdeel A, van de Wet van 23 januari 2019 tot wijziging van diverse wetten op het terrein van de volksgezondheid in verband met de versterking van het handhavingsinstrumentarium van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd en enkele andere wijzigingen (Stb. 2019, 52). Die wet is nog niet in werking getreden. De inwerkingtreding van artikel VIII van het Veegbesluit VWS 2018 wordt gekoppeld aan de inwerkingtreding van die wet.

De overige artikelen van het Veegbesluit 2018 treden in werking op de dag na publicatie van dit besluit. De artikelen betreffen reparatiewetgeving, waardoor er geen bezwaar bestaat tegen afwijking van de vaste verandermomenten.

Wat betreft artikel X wordt opgemerkt dat daarvoor een nahangprocedure gold. Deze nahang heeft plaatsgevonden van 31 januari tot en met 2 maart 2019 (Kamerstukken I 2018/19, 34 923, C en Kamerstukken II 2018/19, 34 923, nr. 11).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

Naar boven