Rijkswet van 15 november 2012 tot goedkeuring van het op 31 januari 1995 te Straatsburg tot stand gekomen Verdrag inzake de sluikhandel over zee, ter uitvoering van artikel 17 van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende en psychotrope stoffen (Trb. 2010, 165 en 239)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op 31 januari 1995 te Straatsburg tot stand gekomen Verdrag inzake de sluikhandel over zee, ter uitvoering van artikel 17 van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeft, alvorens het Koninkrijk daaraan kan worden gebonden;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Het op 31 januari 1995 te Straatsburg tot stand gekomen Verdrag inzake de sluikhandel over zee, ter uitvoering van artikel 17 van het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen, waarvan de Engelse en Franse tekst zijn geplaatst in Tractatenblad 2010, 165, en de vertaling in het Nederlands is geplaatst in Tractatenblad 2010, 239, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk.

Artikel 2

Goedgekeurd wordt dat bij de binding van het Koninkrijk aan het in artikel 1 genoemde Verdrag het volgende voorbehoud wordt gemaakt:

Ten aanzien van artikel 19, derde lid, verklaart het Koninkrijk der Nederlanden dat de aan het Europese deel van Nederland toegezonden verzoeken en andere mededelingen of documenten, voor zover zij niet in het Nederlands, Engels, Frans of Duits zijn gesteld, vergezeld dienen te gaan van een vertaling in één van deze talen, en dat de aan Aruba, Curaçao, Sint Maarten of het Caribische deel van Nederland toegezonden verzoeken en andere mededelingen of documenten, voor zover zij niet in het Nederlands, Engels of Spaans zijn gesteld, vergezeld dienen te gaan van een vertaling in één van deze talen.

Artikel 3

Deze rijkswet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad, in het Afkondigingsblad van Aruba, in het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 15 november 2012

Beatrix

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

De Minister van Buitenlandse Zaken, F. C. G. M. Timmermans

Uitgegeven de veertiende december 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 33 228 (R 1981)

Naar boven