Besluit van 7 november 2011, houdende wijziging van het Warenwetbesluit algemene chemische produktveiligheid, het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen en het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in verband met uitvoeringsmaatregelen voor verordening (EU) nr. 207/2011 en verordening (EU) nr. 284/2011

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 7 september 2011, VGP/3079279, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

Gelet op:

• verordening (EU) nr. 207/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 tot wijziging van verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), wat betreft bijlage XVII (difenylether, pentabroomderivaat en PFOS) (PbEU 2011, L 58);

• verordening (EU) nr. 284/2011 van de Commissie van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit de Volksrepubliek China en de Speciale Administratieve Regio Hongkong van de Volksrepubliek China (PbEU 2011, L 77);

• de artikelen 4, eerste lid, onder a en b, 8, eerste lid, onder c, 13, 14, 32b en 33, eerste lid, onder a, en derde lid van de Warenwet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 21 september 2011, nr. W13.11.0366/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 31 oktober 2011, VGP/VC 3084192, uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In artikel 2, onder a, van het Warenwetbesluit algemene chemische produktveiligheid vervallen «44,» en «53,».

ARTIKEL II

Het Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De punt aan het slot van onderdeel b, onder 2, wordt vervangen door een puntkomma.

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

• d. verordening (EU) 284/2011: verordening (EU) nr. 284/2011 van de Commissie van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit de Volksrepubliek China en de Speciale Administratieve Regio Hongkong van de Volksrepubliek China (PbEU 2011, L 77).

B

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

• 4. Het is verboden te handelen in strijd met de bij artikel 3, eerste en derde lid, 4 en 8 van verordening (EU) 284/2011 gestelde voorschriften.

C

Na artikel 6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6a

• 1. De importeur of zijn vertegenwoordiger is aan de Voedsel en Waren Autoriteit een retributie verschuldigd voor de materiële controles, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, van verordening (EU) 284/2011.

• 2. Het tarief van de retributie, bedoeld in het eerste lid, wordt vastgesteld bij regeling van Onze Minister.

ARTIKEL III

Rubriek D-2 van de bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten komt te luiden:

	Omschrijving van de overtreding		Boetebedrag per categorie
			I	II
D-2	Warenwetbesluit verpakkingen en gebruiksartikelen	Regeling Verpakkingen en gebruiksartikelen
D-2.1.1	art. 2 lid 1 j° art. 3 lid 1		€ 525,–	€ 1050,–
D-2.1.2	art. 2 lid 1 j° art. 5 lid 1		€ 525,–	€ 1050,–
D-2.1.3	art. 2 lid 1 j° art. 5 lid 2		€ 525,–	€ 1050,–
D-2.2.1	art. 2 lid 2 j° art. 4 lid 1	art. 3	€ 525,–	€ 1050,–
D-2.2.2	art. 2 lid 2 j° art. 4 lid 1	art. 4	€ 525,–	€ 1050,–
D-2.2.3	art. 2 lid 2 j° art. 4 lid 1	art. 5	€ 525,–	€ 1050,–
D-2.3.1	art. 2 lid 3		€ 525,–	€ 1050,–
D-2.4.1	art. 2 lid 4		€ 525,–	€ 1050,–

ARTIKEL IV

• 1. De artikelen I en II van dit besluit treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

• 2. Artikel III van dit besluit treedt in werking met ingang van acht weken na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.^histnoot

’s-Gravenhage, 7 november 2011

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers

Uitgegeven de tweede december 2011

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Artikel I

Op 3 maart 2011 is gepubliceerd verordening (EU) nr. 207/2011 van de Commissie van 2 maart 2011 tot wijziging van verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), wat betreft bijlage XVII (difenylether, pentabroomderivaat en PFOS) (PbEU L 58), hierna: verordening (EU) 207/2011. Verordening (EG) nr. 1907/2006¹ (hierna: REACH-verordening) is op 1 juni 2007 in werking getreden.

In artikel 2 van het Warenwetbesluit algemene chemische produktveiligheid is bepaald dat handelen in strijd met artikel 67, eerste lid, en de daarin aangewezen onderdelen van bijlage XVII van de REACH-verordening, die betrekking hebben op chemische productveiligheid, verboden is. Verordening (EU) 207/2011 schrapt twee vermeldingen uit bijlage XVII van de REACH-verordening, die een warenwettelijk belang dienen. Het is noodzakelijk dat artikel 2 van het Warenwetbesluit algemene chemische produktveiligheid hierop wordt aangepast, door deze twee vermeldingen te laten vervallen. Artikel I van dit besluit zorgt daarvoor.

Artikel II

Op 23 maart 2011 is gepubliceerd verordening (EU) nr. 284/2011 van de Commissie van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit de Volksrepubliek China en de Speciale Administratieve Regio Hongkong van de Volksrepubliek China (PbEU 2011, L 77) (hierna: verordening (EU) 284/2011).

Verordening (EU) 284/2011 stelt specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures vast voor de invoer van keukengerei van polyamide- of melaminekunststof van oorsprong of verzonden uit China en Hongkong. De redenen die hebben geleid tot de vaststelling van verordening (EU) 284/2011 zijn toegelicht in de 21 overwegingen bij de verordening.

Verordening (EU) 284/2011 stelt eisen aan importeurs of hun vertegenwoordigers en aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Voor Nederland is de bevoegde autoriteit de Voedsel en Waren Autoriteit (hierna: de VWA).

De verklaring, bedoeld in artikel 3 van verordening (EU) 284/2011 moet worden opgesteld in de officiële taal van de lidstaat waar de zending wordt ingevoerd. Voor Nederland is dit de Nederlandse taal (zie ook artikel 2:6 Algemene wet bestuursrecht).

Op grond van artikel II, onderdeel C, van dit besluit is de importeur of zijn vertegenwoordiger aan de VWA een retributie verschuldigd voor de materiële controles, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, van verordening (EU) 284/2011. Deze materiële controles kunnen worden gezien als preventieve handhaving. Conform het kabinetsstandpunt bij het rapport Maat houden² komen de kosten voor preventieve handhaving in principe voor rekening van de overheid. Er zijn echter uitzonderingen mogelijk. In de samenvatting van het rapport Maat Houden (Stcrt. 2000, 90) zijn vier uitzonderingen opgenomen. Eén van de uitzonderingen is dat er (groepen van) overtreders zijn die geheel of nagenoeg geheel de kosten veroorzaken van de handhavingsactiviteiten. In dat geval kunnen de handhavingskosten worden doorberekend. Daarvan is in dit geval sprake. Het gaat namelijk uitsluitend om de importeurs van deze producten uit China en Hongkong. Deze producten blijken, ondanks herhaaldelijke initiatieven van de Europese Commissie, niet te voldoen aan de Europese eisen. De Europese Commissie zag zich daarom genoodzaakt om met een verordening te komen die de controle hierop aanscherpt. Aangezien de kosten dus veroorzaakt worden door een specifieke groep en deze toezichtsactiviteiten niet ten koste zouden moeten gaan van de algemene toezichtsactiviteiten van de VWA op het terrein van voedselveiligheid en productveiligheid is het redelijk deze kosten door te berekenen aan de veroorzakers daarvan. Het tarief van de retributie zal worden vastgesteld bij regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Nederland maakt geen gebruik van de mogelijkheid die artikel 5 van verordening (EU) 284/2011 biedt, om specifieke eerste punten van binnenkomst aan te wijzen.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een redactionele onvolkomenheid weg te nemen (artikel II, onderdeel A, onder 1).

Artikel III

Bij artikel III van dit besluit zijn enkele in verband met het voorgaande noodzakelijke wijzigingen aangebracht in de bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten.

Overtredingen van de hier in het geding zijnde voorschriften vertonen, voor zover zij door een bestuurlijke boete kunnen worden afgedaan, een goed vergelijkbare mate van (geringe) ernst. Voor een verdere toelichting inzake de hoogte van deze bedragen zij verwezen naar de nota van toelichting bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten.

Artikel IV

Verordening (EU) 207/2011 en verordening (EU) 284/2011 zijn reeds in werking getreden. De artikelen I en II van dit besluit treden dan ook direct in werking.

Het tijdstip van inwerkingtreding van artikel III van dit besluit is gekozen met inachtneming van artikel 32b, tweede lid, van de Warenwet.

Van het besluit van het kabinet inzake vaste verandermomenten van regelgeving wordt afgeweken aangezien het hier Europese regelgeving betreft.

In onderstaande tabel is het verband weergeven tussen enerzijds verordening (EU) 207/2011 en verordening (EU) 284/2011 en anderzijds dit besluit.

Verordening (EU) 207/2011	Dit besluit
artikel 1	artikel I
artikel 2	– (operationalisering niet vereist)

Verordening (EU) 284/2011	Dit besluit
artikel 1	– (operationalisering niet vereist)
artikel 2	– (operationalisering niet vereist)
artikel 3, eerste en derde lid	artikel II, onderdeel B
artikel 3, tweede lid	– (operationalisering niet vereist)
artikel 3, vierde lid	– (operationalisering niet vereist)
artikel 4	artikel II, onderdeel B
artikel 5	– (operationalisering niet vereist)
artikel 6, eerste lid	artikel II, onderdeel C
artikel 6, tweede lid	– (operationalisering niet vereist)
artikel 7	– (operationalisering niet vereist)
artikel 8	artikel II, onderdeel B
artikel 9	– (operationalisering niet vereist)
artikel 10	– (operationalisering niet vereist)

Regulier Overleg Warenwet (ROW)³

Het ontwerp van dit besluit is voorgelegd aan de deelnemers aan het ROW. Vanuit het bedrijfsleven zijn twee kritiekpunten geuit op de (totstandkoming van de) regelgeving over keukengerei uit China en Hongkong. Het bedrijfsleven betreurt het pas in dit late stadium op de hoogte te worden gebracht van deze (Europese) regelgeving en te worden geconfronteerd met een korte overgangstermijn. Vanuit het Ministerie van VWS wordt aangegeven in het vervolg bij de totstandkoming van dergelijke importverordeningen hier meer rekening mee te houden.

Het bedrijfsleven uit verder kritiek op het feit dat voor de materiële controles, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, van verordening (EU) 284/2011, retributies vastgesteld zullen worden. Hiervoor is reeds uitgebreid aandacht hieraan besteed.

Administratieve lasten en bedrijfseffecten

Dit besluit heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven en heeft ook verder geen bedrijfseffecten.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers

---

1 Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (PbEU 2006, L 396).

2 Kamerstukken II 1995/96, 24 036, nr. 22. Voor een samenvatting van het rapport Maat houden zie Stcrt. 2000, 90.

3 Aan het ROW nemen vertegenwoordigers deel van ondernemers (industrie en handel), van consumenten, van ministeries (met name van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie), van de Voedsel en Waren Autoriteit, en van product- en bedrijfschappen.

histnoot Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid j° vijfde lid van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.