Wet van 30 september 2010 tot wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2010, vastgesteld bij de wet van 28 januari 2010, Stb. 65;

Zo is het, dat Wij, met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2010 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de in artikel 1 bedoelde begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de datum van 1 juni, dan treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 30 september 2010

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Uitgegeven de vijfentwintigste november 2010

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor het jaar 2010

Begrotingsstaat behorende bij de Wet van 30 september 2010,Stb. 779

Begroting 2010 (x € 1.000) Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII)

  

(1)

(2)

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties (+ of –) 1e suppletore begroting

  

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

TOTAAL

 

36.542.246

2.047.894

 

486.582

159.547

        

Beleidsartikelen

 

36.353.386

2.046.370

 

477.141

159.547

01

Primair onderwijs

9.459.204

9.460.420

5.936

52.585

52.585

2.000

03

Voortgezet onderwijs

6.838.245

6.869.680

62.144

101.685

101.685

1.616

04

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

3.435.522

3.598.050

7.404

79.808

– 6.121

4.599

05

Technocentra

9.998

9.998

9.632

– 7

– 7

– 40

06

Hoger beroepsonderwijs

2.426.775

2.397.538

4.492

278.755

108.660

– 2.000

07

Wetenschappelijk onderwijs

3.890.901

3.809.083

16.402

63.345

28.450

1.270

08

Internationaal beleid

22.734

26.317

99

– 796

3.078

0

09

Arbeidsmarkt en personeelsbeleid

291.353

291.353

0

2.596

3.171

4.000

11

Studiefinanciering

3.934.192

3.934.192

540.200

– 188.692

– 188.692

13.026

12

Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

126.298

126.298

9.400

7.164

7.164

0

13

Lesgelden

5.951

5.951

192.600

679

679

7.234

14

Cultuur

611.712

951.738

24.276

14.230

19.083

1.264

15

Media

904.583

905.329

246.252

– 1.489

– 1.360

1.268

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

1.197.221

1.239.302

179.797

– 6.001

32.823

30.310

24

Kinderopvang

2.707.939

2.707.939

747.736

317.347

317.347

95.000

25

Emancipatie

16.213

20.198

0

– 1.404

– 1.404

0

        

Niet-beleidsartikelen

188.860

188.860

1.524

9.441

9.441

0

17

Nominaal en onvoorzien

– 4.307

– 4.307

957

– 2.887

– 2.887

0

18

Bestuursdepartement

123.992

123.992

567

10.041

10.041

0

19

Inspecties

61.925

61.925

0

1.795

1.795

0

20

Adviesraden

7.250

7.250

0

492

492

0

* In staatsblad 65 staan bij artikel 18 en 25 bij de verplichtingen en uitgaven verkeerde standen. Dit wordt veroorzaakt doordat de uitwerking van amendement 32 123 VIII, nr. 48 hierin niet is verwerkt. Voor artikel 18 dient de verplichtingenstand en de uitgavenstand 123.992 te zijn.

Bij artikel 25 is de verplichtingenstand 16.213 en voor de uitgavenstand 20.198.


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 32 395 VIII

Naar boven