2022D22874 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties enkele vragen en opmerkingen over grensoverschrijdende samenwerking.

De voorzitter van de commissie, Hagen

De adjunct-griffier van de commissie, Verhoev

Inhoudsopgave

Blz.

     

I

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

2

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

2

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

3

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie

3

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie

5

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie

6

 

Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie

7

     

II

Antwoord/ reactie van de Minister

7

     

III

Volledige agenda

7

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken ten aanzien van grensoverschrijdende samenwerking. Deze leden merken op dat er met het programma Regio’s aan de grens de nodige stappen genomen worden om knelpunten ten aanzien van de grensoverschrijdende samenwerking op te lossen danwel de situatie te verbeteren. Zij beseffen dat er nog problemen zijn. Aan oplossingen wordt gewerkt. Zij hebben enkele opmerkingen en vragen.

De leden van de VVD-fractie lezen dat inwoners van de grensregio met Duitsland in 2021 geconfronteerd zijn met belemmeringen rondom Duitse testverplichtingen. Dat leidde voor grensgangers die vanwege werk, zorg of opleiding de grens met Duitsland over moesten steken tot belemmering. Deze leden merken op dat het vorige kabinet gedurende twee maanden extra testvoorzieningen gecreëerd heeft voor mensen die in Nederland wonen en werken, fysiek onderwijs volgen of mantelzorg verlenen in Duitsland. Is de inzet van deze testvoorziening geëvalueerd en gewaardeerd? Liggen er draaiboeken klaar om dit in vergelijkbare situaties weer opnieuw aan te bieden?

De leden van de VVD-fractie lezen dat in de coronatijd maatregelen zijn getroffen om nadelige grenseffecten op het vlak van belastingen en sociale zekerheden van grenswerkers tegen te gaan. Het betreft hier specifiek de grenswerkers die verplicht waren om thuis te werken en geconfronteerd werden met fiscale impact/ bureaucratie. Deze leden zijn van mening dat de nadelige gevolgen van inkomstenbelasting en heffingen op sociale zekerheid voor grenswerkers structureel geregeld zou moeten worden. Wat is de huidige stand van zaken?

De leden van de VVD-fractie lezen dat een bestuurlijke werkgroep voor de aanpak van grensbelemmeringen waardevolle aanbevelingen heeft gedaan voor het versterken van de samenwerking tussen Nederland en Vlaanderen. Een belangrijke aanvulling was om de governance- structuur voor grensoverschrijdende samenwerking te versterken om bestaande belemmeringen effectief aan te kunnen pakken. Wat is hier de status van? Op welke manier wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang en de uitkomsten?

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de inzet van de Minister met betrekking tot grensoverschrijdende samenwerking. De Nederlandse regio’s langs de grens zijn uniek vanwege de lokale en internationale context die het alledaagse leven van bewoners daar beïnvloedt. Deze leden erkennen dat door middel van intensievere samenwerking tussen de grensgebieden, de mogelijke grensbelemmeringen steeds bekender worden. Zij onderstrepen dat de lokale stakeholders zoveel mogelijk worden betrokken bij het vinden van de juiste oplossingen. Daarnaast is het in het kader van de uitvoering van belang dat interbestuurlijke samenwerking optimaal wordt ingezet. Deze leden willen de Minister nog enkele kritische vragen voorleggen.

De leden van de D66-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorgenomen gebiedsgerichte inzet voor de regio’s aan de grens. Deze leden vinden het belangrijk dat in het kader van kansengelijkheid, de Minister extra aandacht heeft voor de regio’s waar de brede welvaart het sterkst onder druk komt te staan. Zij hebben kennisgenomen van het voornemen van de Minister om te komen tot een ontwikkelingsstrategie voor deze extra kwetsbare regio’s. Kan de Minister een tijdspad geven wanneer zij deze gesprekken wenst uit te voeren en wanneer de Kamer geïnformeerd kan worden over de mogelijke ontwikkelingsstrategie? Daarnaast vragen zij of de Minister wil onderzoeken – en de Kamer hierover wil informeren – in hoeverre het Rijk financiële middelen kan alloceren voor deze kwetsbare regio’s ten behoeve van het schrijven van een propositie voor een Regio Deal.

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen van de Minister om de Kamer na de zomer te informeren over de toepassing van de adviezen van de bestuurlijke werkgroep Donner – Berx. Deze leden hebben verder geen vragen met betrekking tot het passend rijksbeleid en versterken integrale rijksinzet.

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen van de Minister om de governance en samenwerking te intensiveren. Deze leden vragen of de Minister kan toelichten wat de geleerde lessen zijn op het gebied van grensoverschrijdende samenwerking tijdens de coronacrisis. Zij hebben begrepen uit de reactie van de Minister dat met de relevante spelers wordt gekeken naar de geleerde lessen en mogelijkheden voor de langere termijn op het gebied van crisis- en informatiemanagement en communicatie waar de hele grensregio van kan profiteren. Zij vragen aan de Minister wanneer de Kamer hierover wordt geïnformeerd.

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen van de Minister om actieve ondersteuning te bieden aan de grensregio’s met betrekking tot het delen van kennis en het stimuleren van innovatie. De leden hebben verder geen vragen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Minister over grensoverschrijdende samenwerking. Met de Minister onderkennen deze leden dat iedere regio in Nederland zich onderscheidt met haar eigen cultuur, ligging en unieke karakteristieken. Zij zijn van mening dat die eigenheid de gemeenschap versterkt en de inspiratie is voor talloze maatschappelijke activiteiten en initiatieven. De Minister stelt dat de kansen die nabijheid van de buurlanden geeft vaak nog onbekend terrein zijn en pas aan de oppervlakte komen bij intensieve grensoverschrijdende samenwerking. Deze leden vragen de Minister daarvan voorbeelden te noemen.

De Minister stelt dat de samenwerking met Nedersaksen en Wallonië vraagt om verdere doorontwikkeling. In dit verband noemt de Minister dat in de samenwerking met Nedersaksen de afgelopen jaren met de Samenwerkingsagenda een solide basis is gelegd, waarop zij de komende periode met vertrouwen wilt voortbouwen. De leden van de CDA-fractie vragen welke ambitie de Minister heeft voor de samenwerking met Wallonië.

De Minister stelt dat de afgelopen jaren is gebleken dat bij de ontwikkeling en realisatie van initiatieven in de regio’s aan de grens de ontwikkeling en deling van kennis belangrijke sleutels voor succes en concreet resultaat vormen. De leden van de CDA-fractie vragen op welke wijze de Minister van plan is de onderlinge uitwisseling van kennis en vernieuwende aanpakken tussen regio’s aan de grens verder te stimuleren en te ondersteunen. Kan een expertisecentrum zoals geadviseerd door de Bestuurlijke werkgroep grensbelemmeringen (Donner-Berx) daarin een rol spelen?

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Minister over de uitvoering van de motie-Amhaouch/Palland. De Minister wijst op de Coronaverklaring «Een Europa zonder grenzen: ook in tijden van crisis», die op 30 september 2021 is vastgesteld door het Bestuurlijk Overleg voor de derde Grenslandconferentie. Deze leden vragen waarom de Coronaverklaring wel is gepubliceerd op de website www.rijksoverheid.nl, maar niet aan de Kamer is toegestuurd. Zij vragen in hoeverre de aanbevelingen die gelden voor de samenwerking tussen Noordrijn-Westfalen en Nederland ook in de andere grensregio’s zijn toegepast. De Minister doet beknopt verslag van de vierde Grenslandconferentie die op 31 maart 2022 heeft plaatsgevonden. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de opvolging van de aanbevelingen uit de gezamenlijke Coronaverklaring?

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris over de uitbreiding van het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK) met een nieuwe verplichte kwaliteitseis, namelijk Grenseffecten, naar aanleiding van de motie-Van der Molen. In nieuw beleid en nieuwe wetgeving moeten de grenseffecten worden meegenomen in de totale belangenafweging, als deze aan de orde zijn. Zijn er voorbeelden van toepassing van de grenseffectentoets, waarbij de regering ervoor gekozen heeft niet de regelgeving aan te passen, maar voor specifieke gevallen van de regelgeving af te wijken, in lijn met de aanbeveling van de Bestuurlijke werkgroep grensbelemmeringen (Donner-Berx)?

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris met een terugblik op grensoverschrijdende samenwerking in de vorige kabinetsperiode. Deze leden herkennen het beeld dat de Staatssecretaris schetst: «Langs de grens liggen zeven provincies met meer dan honderd gemeenten waar bijna zes miljoen Nederlanders werken, ondernemen of studeren. Voor hen liggen ook allerlei kansen net óver de grens. Die kansen worden nu – als gevolg van diezelfde landsgrenzen – niet of onvoldoende benut.» Welke stappen zet de Minister om die kansen te pakken?

De regering heeft in de vorige kabinetsperiode grensoverschrijdende initiatieven op verschillende manieren direct gestimuleerd en ondersteund. Om te bevorderen dat jongeren aan weerszijden van de grens kennismaken met elkaar en met elkaars taal en cultuur is in 2019 het programma «Onbegrensd» gestart. Daarmee stimuleerde het kabinet grensoverschrijdende evenementen op het gebied van sport en cultuur. De leden van de CDA-fractie vragen in hoeverre deze evenementen na opheffing van de coronamaatregelen zijn voortgezet.

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met interesse de stukken gelezen. Deze leden hebben enkele vragen die zij graag aan de Minister voorleggen.

Allereerst vernemen de leden van de GroenLinks-fractie graag hoe de Minister de acties die door het vorige kabinet in werking zijn getreden gaat voortzetten? Het vorige kabinet had in haar programma voor grensoverschrijdende samenwerking doelen gesteld. Hoe staat het met die doelen en hoe gaat het nieuwe kabinet concreet invulling geven aan deze doelen?

Tijdens de hevigste perioden van de coronapandemie waren er veel grensbelemmeringen. De leden van de GroenLinks-fractie lezen in de brief van de Minister dat er veel overleg is om deze belemmeringen tegen te gaan. Op dit moment is het voor deze leden evenwel niet precies duidelijk wat er nu allemaal concreet gebeurt om nieuwe belemmeringen bij een eventuele opleving van het virus of bij een nieuwe pandemie zoveel mogelijk te voorkomen. Kan de Minister in een schematisch overzicht concreet aangeven welke lessen uit de eerdere fase van de pandemie getrokken zijn voor wat betreft de problemen die mensen in de grensregio’s hebben ervaren, en hoe deze lessen er in de toekomst voor gaan zorgen dat deze belemmeringen en problemen zoveel mogelijk worden voorkomen?

De leden van de GroenLinks-fractie hechten veel waarde aan goed, grensoverschrijdend openbaar vervoer. De laatste tijd zijn er (wellicht mede door corona) op een aantal grensoverschrijdende spoorlijnen problemen geweest. Zo vallen er regelmatig regionale treinen uit op de trajecten Hengelo-Bad Bentheim en op het traject Arnhem-Emmerich, en is er al een lange tijd een verstoring op het traject Groningen-Leer. Kan de Minister aangeven op welke wijze het kabinet (in samenwerking met de regionale overheden) eraan bijdraagt dat deze problemen worden geadresseerd en zo spoedig mogelijk worden opgelost? Kan de Minister daarbij ook specifiek ingaan op hoe de inwoners en bezoekers van de grensregio’s die veel belang kunnen hebben bij deze lijnen adequaat worden geïnformeerd? Omdat er vaak sprake is van een vervoerder uit een ander land, is de informatievoorziening aan reizigers vaak beperkt of afwezig. Graag een reactie hierop van de Minister. Tot slot op dit punt hebben deze leden zorgen over de financiering van grensoverschrijdende treinen en bussen. Door corona is er financiële steun voor vervoerders. Grensoverschrijdend openbaar vervoer staat hierbij evenwel niet altijd goed op het netvlies. Ook kunnen door verschillen in beleid over de landsgrenzen problemen ontstaan met de financiering. Kan de Minister toezeggen dat ook deze openbaar vervoerlijnen de volle aandacht van het kabinet en de betrokken regio’s krijgen, zodat ook in de toekomst de grensregio’s goed met elkaar verbonden blijven per openbaar vervoer?

Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie

De leden van de ChristenUnie-fractie danken de regering voor de toegezonden stukken. Deze leden onderschrijven het belang van rijksinzet in grensoverschrijdende samenwerking en het belang van investeren in de regio’s, investeringen die daardoor ook aan heel Nederland ten goede komen.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen hoe de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties binnen de regering de coördinerende functie ten aanzien van grensoverschrijdende samenwerking invulling geeft. Heeft de Minister hierin nog extra bevoegdheden nodig om tot daadkrachtig en effectief beleid te komen dat in dienst staat van de inwoners van de grensregio’s?

De leden van de ChristenUnie-fractie zien dat de brief de inzet op hoofdlijnen schetst. Deze leden vragen de Minister aan te geven welke concrete doelen zij de komende vier jaar wil behalen, en waar de Kamer de Minister ook op kan controleren en aan kan houden. Op welke wijze zal de rapportage aan de Kamer vormkrijgen? Wanneer zal het actieprogramma naar de Kamer komen?

De leden van de ChristenUnie-fractie zien dat voor financiering voor een belangrijk deel wordt gekeken naar de Regiodeals. Hoe ziet dit traject er voor investeringen in de grensregio’s precies uit?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen hoe de Minister kan bijdragen aan een bredere uitrol van de GrensInfoPunten (GIP’s). Deze leden merken op dat deze voor ondernemers, overheden en burgers een belangrijke rol kunnen spelen bij grensregiovragen. Ziet de Minister mogelijkheden om het aantal GIP’s uit te breiden, ook vanuit de voor de grensregio’s beschikbare middelen?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen naar de voortgang op een aantal punten. Deze leden vragen de regering deze punten ook onderdeel te laten zijn van het actieprogramma.

De leden van de ChristenUnie-fractie zien grote meerwaarde in de samenwerking van politiekorpsen, brandweer en ambulancezorg. Deze leden vragen de Minister de recente ontwikkelingen te schetsen en aan te geven welke mogelijkheden er zijn voor verdere intensivering. Voorts vragen zij naar de mogelijkheid voor een pilot voor een gezamenlijk Nederland-Duitse brandweerkazerne, zoals er ook al een gezamenlijke politiepost is.

Ten aanzien van de Notfallsanitäter vragen de leden van de ChristenUnie-fractie concreet welke blokkades nog moeten worden weggenomen op het gebied van erkenning van diploma’s en regelgeving om deze in het gehele grensgebied in te kunnen zetten.

De leden van de ChristenUnie-fractie maken zich zorgen over drugscriminaliteit in de grensregio. Gezien het grensoverschrijdende karakter van drugscriminaliteit en het landelijk karakter van veel grensregio’s zijn deze gebieden extra kwetsbaar voor drugscriminaliteit, zoals ook eerder bleek uit de veiligheidsmonitor.1 Welke mogelijkheden ziet de Minister om de inzet hierop te intensiveren, bijvoorbeeld via een leegstandsaanpak in grensgebieden?

De leden van de ChristenUnie-fractie zijn van mening dat goed taalonderwijs van belang is voor toekomstige samenwerking. Welke mogelijkheden ziet de Minister om ook les in het Duits, en waar relevant het Frans, verder aan te moedigen, ook op basisschoolniveau? Kan hierin ook nog meer worden gedaan aan wederzijdse uitwisseling?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen hoe de samenwerking op duurzaamheid, biodiversiteit en milieu vorm krijgt. Welke intensivering is hier nog mogelijk, juist ook gezien het grensoverschrijdende karakter van deze problemen.

De leden van de ChristenUnie-fractie zien graag dat duurzame vervoersverbindingen tussen Nederland-Duitsland en Nederland-België worden geïntensiveerd. Tegen welke knelpunten loopt de Minister momenteel aan om OV-verbindingen en fietsverbindingen verder te stimuleren? Voorts vragen deze leden naar de inzet van de Minister rondom de tramverbinding Hasselt-Maastricht. Steunt zij de provincie en gemeente in de wens om compensatie?

De leden van de ChristenUnie-fractie zien in de Nedersaksenlijn een belangrijke impuls voor de noordelijke grensregio. Welke mogelijkheden zijn er om, ook vanuit de Regiodeals, een volgende stap te zetten in de realisatie van deze lijn?

Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie

Het lid van de BBB-fractie onderstreept dat de ontwikkelkansen van de regio’s aan de grens nog beter kunnen worden benut, door als grensregio sterker op te trekken met de regio aan de andere kant van de grens. Dit lid hoort graag van de Minister hoe zij in dat kader aankijkt tegen de besluiten van het kabinet die juist het ondernemen in de grensstreken zo moeilijk maken? Als voorbeelden noemt dit lid de verschillen in accijnzen en dus brandstofkosten bij tankstations, en de ideeën over het door Nederland verhogen van de accijnzen op tabak.

Verder zou het lid van de BBB-fractie graag weten welke positie de Minister inneemt binnen het kabinet als dit soort besluiten op tafel liggen. Maken afspraken over accijnzen ook onderdeel uit van de afspraken die horen bij de grensoverschrijdende samenwerking?

II Antwoord/ Reactie van de Minister

III Volledige agenda

Inzet Regio's aan de grens

Kamerstuk 32 851, nr. 75 – Brief d.d. 13-05-2022, Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

Reactie op de uitvoering van de motie van de leden Amhaouch en Palland over verkennen hoe problemen als gevolg van verschillende coronaregels in de grensregio's voorkomen kunnen worden

Kamerstuk 25 295, nr. 1828 – Brief d.d. 08-04-2022, Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

Nader advies over bestuurlijke organisatie van de grensoverschrijdende samenwerking

Kamerstuk 32 851, nr. 74 – Brief d.d. 16-12-2021, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Kabinetsreactie resultaten Nederlands-Vlaamse bestuurlijke werkgroep grensbelemmeringen en grenseffecten in IAK

Kamerstuk 32 851, nr. 72 – d.d. 30-04-202, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Stand van zaken grenstesten

Kamerstuk 25 295, nr. 1175 – Brief d.d. 30-04-2021, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Groeien aan de grens

Kamerstuk 32 851, nr. 71 – Brief d.d. 06-04-2021, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Voortgang grensoverschrijdende samenwerking

Kamerstuk 32 851, nr. 70 – Brief d.d. 14-12-2020, Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops


X Noot
1

CBS, «Kwart bevolking ziet drugsgebruik of drugshandel in eigen buurt», 4 september 2020, https://www.cbs.nl/item?sc_itemid=aa4f0b0e-6e4a-4b37-b645–692bbcec14fe&sc_lang=nl-nl

Naar boven