2020D38587 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd over de geannoteerde agenda voor de JBZ-Raad van 8 en 9 oktober 2020 (Kamerstuk 32 317, nr. 629), Verslag van de informele JBZ-raad van 6–7 juli 2020 (Kamerstuk 32 317, nr. 627) en Fiche: EU strategie slachtofferrechten 2020–2025 (Kamerstuk 22 112, nr. 2905).

De voorzitter van de commissie, Van Meenen

De adjunct-griffier van de commissie, Schoor

Inhoudsopgave

blz.

       

I.

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

2

 

1.

Vragen en opmerkingen vanuit de VVD-fractie

2

 

2.

Vragen en opmerkingen vanuit de CDA-fractie

4

 

3.

Vragen en opmerkingen vanuit de D66-fractie

5

 

4.

Vragen en opmerkingen vanuit de SP-fractie

7

       

II.

Reactie van de bewindspersonen

10

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

1. Vragen en opmerkingen vanuit de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennis genomen van de geannoteerde agenda van de JBZ-raad van 8 en 9 oktober en hebben hier nog enkele vragen en opmerkingen over.

Europees politie partnerschap – strategische weg voorwaarts

De leden van de VVD-fractie lezen dat het doel van het Europees Politie Partnerschap (EUPP) luidt: samenwerking van de rechtshandhavingsautoriteiten verder te verbeteren en om voor agenten benodigde informatie beter beschikbaar te maken om actuele bedreigingen binnen de EU het hoofd te kunnen bieden. Kan worden toegelicht welke verbeteringen het hier specifiek betreft? Welke knelpunten met betrekking tot infodeling constateert u hier? Wat stelt u concreet voor om dit te verbeteren? Bent u bereid bij het doen van voorstellen om bovenstaande te verbeteren, in te zetten op het bevorderen van samenwerking en informatie delen in plaats van het overdragen van bevoegdheden? Zo nee, waarom niet?

Kan worden toegelicht hoe de bevoegdheden van het EUPP zich zullen gaan verhouden tot de huidige bevoegdheden van Europol? Hoe kijkt u naar het Duitse voorstel voor het EUPP gelet op het bestaande politie apparaat Europol en zijn bevoegdheden?

EU strategie bestrijding seksueel kindermisbruik

De leden van de VVD-fractie zijn verheugd met de EU-strategie voor een meer effectieve strijd tegen seksueel kindermisbruik die op 24 juli jl. door de Commissie is gepubliceerd. Deze leden staan achter de initiatieven om seksueel misbruik van kinderen, zowel online als offline doeltreffender te maken, waarbij hen vooral het online misbruik nog zorgen baart. De aan het woord zijnde leden vragen u dan ook om de Kamer op de hoogte te houden van alle ontwikkelingen rondom de verkenning om rechtshandhavingsautoriteiten rechtmatig toegang te verlenen tot versleuteld bewijs.

Tevens ondersteunen de leden van de VVD-fractie de aangeboden HashCheckService dat door een toenemend aantal hostingbedrijven vrijwillig wordt gebruikt. Wat doet u eraan om dat gebruik te stimuleren en mogelijk verder uit te breiden?

Fundamentele rechten

a. Conclusies over het Handvest Grondrechten in de context van Kunstmatige Intelligentie en Digitale verandering

De leden van de VVD-fractie zijn content met de aandacht voor de mogelijke aantasting van de fundamentele rechten van burgers of de democratische rechtsstaat onder invloed van de digitalisering en de COVID-19-crisis. Wij begrijpen dat de ambities van de lidstaten ten aanzien van de raadsconclusies over het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie uiteen lopen. Kunt u meer helderheid verschaffen over de belangrijkste verschillen van inzicht?

Fundamentele rechten

b. Antisemitisme en haatzaaien

De leden van de VVD-fractie hebben met tevredenheid mogen lezen dat u ook in Europees verband bereid bent om haatzaaien en specifiek antisemitisme aan te pakken. Wat stelt u concreet voor om een gezamenlijke Europese aanpak van (online) haatzaaien effectief in te vullen? Wat kunnen we hier leren van andere Europese landen? Constaterende dat Nederland een Nationaal Coördinator Antisemitisme krijgt, bent u bereid om met andere landen die een vergelijkbaar instituut hebben te onderzoeken welke lessen we kunnen leren om de inrichting van de Nederlandse coördinator zo effectief mogelijk in te richten? Zo nee, waarom niet?

E-evidence

De leden van de VVD-fractie lezen dat het Europees parlement aangeeft meer tijd nodig te hebben voor de E-evidence verordening en richtlijn. Kan een indicatie worden gegeven van wat «meer tijd» inhoudt?

Vervolg van de Schrems II uitspraak

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van de Minister voor Rechtsbescherming op de brief van NLdigital over de gevolgen van de recente uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in de zaak Schrems II (Kamerstuk 32 761, nr. 171). Deze leden achten het een goede zaak dat u het gevoel van urgentie deelt en dat u zich zal inzetten om zo snel mogelijk tot een nieuwe werkbare oplossing te komen. In dat kader willen voornoemde leden graag nog een aantal vragen voorleggen.

In de reactie op de brief wordt gemeld dat de Europese Commissie reeds in gesprek is met de Verenigde Staten over de mogelijkheden voor een nieuw besluit. Op welke termijn verwacht u dat een nieuw adequaatheidsbesluit kan worden vastgesteld? Bent u bereid daar naar te vragen bij de Raad?

De leden van de VVD-fractie merken op dat het van de één op de andere dag stoppen van alle data-uitwisseling zonder grote negatieve gevolgen op de bedrijfsvoering en digitale economie niet realistisch is. Toch lijkt dat een mogelijk scenario. Bent u bereid om in gesprek te gaan met de Autoriteit Persoonsgegevens over een transitieperiode?

Vanwege de grote impact van deze uitspraak en de gevolgen voor het bedrijfsleven en de digitale economie worden de leden van de VVD-fractie graag op de hoogte gehouden. Bent u bereid om de Kamer op reguliere basis te informeren over de voortgang van het nieuwe adequaatheidsbesluit en andere ontwikkelingen in de zaak?

Voornoemde leden zijn tevens van mening dat samenwerking met andere lidstaten noodzakelijk is om te zorgen dat de Europese Commissie zo snel mogelijk met een oplossing komt. Bent u bereid om andere lidstaten te benaderen en de zaak bij hen aan de orde te stellen? Bent u tevens bereid de Kamer te informeren of er steun is vanuit andere lidstaten op de inzet van Nederland? De leden van de VVD-fractie zouden dat op prijs stellen.

Overlevering van veroordeelde EU onderdanen van derde landen naar hun lidstaten

De leden van de VVD-fractie merken op het kabinet te ondersteunen in het (voorlopig) besluit geen noodzaak te zien voor een gemeenschappelijke EU-aanpak.

RescEU

Kunt u toelichting geven op de terughoudendheid met betrekking tot response (rescEU)?

2. Vragen en opmerkingen vanuit de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de JBZ-raad van 8 en 9 oktober 2020 en het Fiche over de EU strategie aangaande slachtofferrechten. Deze leden hebben enkele vragen naar aanleiding van deze stukken.

Europees Politie Partnerschap – strategische weg voorwaarts

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het EUPP. Deze leden zijn benieuwd wat dit partnerschap precies behelst. Moeten zij daarbij denken aan een samenwerkingsverband tussen de verschillende politiekorpsen in de EU, of behelst dit partnerschap een eigenstandige organisatie? Voornoemde leden lezen in de geannoteerde agenda dat een aantal lidstaten expliciet het belang van interoperabiliteit benadrukt heeft tijdens de JBZ-Raad in juli. Wat wordt er precies bedoeld met interoperabiliteit volgens deze lidstaten? Zou dit betekenen dat politiekorpsen uit andere lidstaten bevoegd worden om in Nederland criminele activiteiten op te sporen of anderszins rechts handhavend op te treden? Is dit niet een eerste stap richting een EU-politiekorps? De leden van de CDA-fractie willen benadrukken dat dit voor hun onbespreekbaar is. Zij vragen u naar meer duiding op dit punt evenals uw eigen appreciatie op dit punt.

Fundamentele rechten

a. Conclusies over het Handvest Grondrechten in de context van Kunstmatige Intelligentie en Digitale verandering

De leden van de CDA-fractie valt het op dat het kabinet aangeeft dat zij achter de inhoud van de Raadsconclusies staan mits er voldoende ambitie wordt vertoond. Kunt u dat verder uiteen zetten? Ook vragen deze leden of er een duiding kan worden gegeven van de context van Kunstmatige Intelligentie en Digitale verandering. Waar moeten de aan het woord zijnde leden dan aan denken? In hoeverre acht u het aannemelijk dat er daadwerkelijk Raadsconclusies worden aangenomen?

Vervolg van de Schrems II uitspraak

De leden van de CDA-fractie achten de Schrems II uitspraak als zeer ingrijpend voor de wijze waarop organisaties gegevens uitwisselen onder meer met dochterbedrijven of andere bedrijven buiten de EU. Dit heeft aanzienlijke gevolgen voor ondernemingen en deze leden vragen u dan ook hoe u dit ziet. Wordt er op Europees niveau gewerkt aan een tijdelijke overgangsperiode of betekent de Schrems II uitspraak daadwerkelijk dat bedrijven per direct niet meer gegevens mogen uitwisselen met landen die niet voldoende privacywaarborgen kennen? In hoeverre kunnen bedrijven zelf nagaan of een land voldoende privacywaarborgen in wet- en regelgeving heeft opgenomen? Kunt u aangeven of de Schrems II uitspraak enkel gevolgen heeft voor Amerikaans-Europese gegevensuitwisseling en dat met een werkbaar EU-VS Privacy Shield de problemen opgelost zijn, of dat Schrems II gevolgen heeft voor alle derde landen waar gegevens mee worden uitgewisseld? Hoe kan het dat onveranderd veel gegevens via Amerikaanse servers worden uitgewisseld, in strijd met privacy wetgeving?

De leden van de CDA-fractie vragen of u zich in de JBZ-raad ervoor hard wil maken dat de lijst van landen die wel een passende bescherming bieden wordt uitgebreid zodat er meer duidelijkheid komt. Voornoemde leden constateren namelijk dat deze lijst nog niet compleet is en dat er veel landen op dit moment ontbreken wat weer tot onduidelijkheid leidt bij ondernemingen.

De aan het woord zijnde leden vragen u of het richtsnoer van de European Data Protection Board ook verschillende concrete opties zal bevatten waaruit bedrijven kunnen kiezen. Zo nee, wilt u zich daarvoor inzetten tijdens de JBZ-raad?

EU-rechtsstatelijkheidsrapporten

De leden van de CDA-fractie vragen of u verwacht dat tijdens deze JBZ-raad al inhoudelijk gesproken wordt over het 2020 Rule of Law Report, dat op 30 september jl. gepresenteerd is. Bent u bereid zo spoedig mogelijk de Kamer te informeren over uw zienswijze ten aanzien van deze eerste versie van dit Europese rechtsstaat-instrument?

Rechtsstaat Polen

De leden van de CDA-fractie vragen of u voornemens bent tijdens deze JBZ-raad expliciet uw ongenoegen te uiten – zowel plenair als in bilaterale contacten – over de ontwikkelingen ten aanzien van de rechtsstaat in Polen, met name daar waar het gaat in de intimidatie en het afdoen van de onafhankelijkheid van rechters. Ook vragen deze leden of u overweegt om Nederland aan te laten sluiten bij de procedure die rechter Tuleya heeft aangespannen bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, dan wel bij enige andere procedure die Poolse rechters bij dit Hof hebben aangespannen.

3. Vragen en opmerkingen vanuit de D66-fractie

De leden van de D66-hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken op de geannoteerde agenda en hebben naar aanleiding daarvan de volgende vragen.

Europees Politie Partnerschap – strategische weg voorwaarts

De leden van de D66-fractie zijn verheugd te lezen dat er met het EUPP gewerkt wordt aan betere samenwerking tussen de rechtshandhavingsautoriteiten in de EU. Zij delen de mening dat betrouwbare samenwerking en informatie-uitwisseling een vereiste is voor de verbetering van veiligheid binnen de EU. De aan het woord zijnde-leden kijken met interesse uit naar hoe concreet invulling zal worden gegeven aan het nieuwe partnerschap.

Welke taken dient het EUPP volgens u toebedeeld te krijgen? Op welke wijze denkt u dat het EUPP zich zal onderscheiden van Europol?

Digitale Justitie: Conclusies inzake toegang tot het recht – kansen van digitalisering grijpen

De leden van de D66-fractie lezen dat het kabinet het belangrijk acht dat de Raadsconclusies benadrukken dat digitalisering niet ten koste mag gaan van beginselen van de rechtsstaat, fundamentele rechten en veiligheid. Kunt u aangeven welke taken AI niet zou mogen overnemen inzake toegang tot het recht? Waar ligt de grens?

EU strategie bestrijding seksueel kindermisbruik

De aan het woord zijnde leden erkennen het belang om seksueel kindermisbruik effectiever te bestrijden. Echter hebben zij nog enkele vragen over de wijze waarop. Het kabinet stelt dat het uitgangspunt is «dat privacy en de beveiliging van elektronische communicatie voldoende gewaarborgd moeten blijven». Kunt u toelichten welke gevolgen de EU strategie zou kunnen hebben op encryptie, en hoe beveiliging van elektronische communicatie voldoende gewaarborgd wordt? Kan uiteengezet worden welke privacy waarborgen er precies zijn opgenomen in het voorstel? Hoe definieert u «strikt noodzakelijk» bij het verwerken van aangetroffen gegevens?

Europees Openbaar Ministerie (EOM)

De leden van de D66-fractie lezen dat de Europese Commissie de JBZ-raad zal informeren over de laatste stand van zaken betreffende de feitelijke start van het EOM. Wanneer zal de datum voor de feitelijke start van het EOM worden vastgesteld? Wat zijn de voorlopige uitkomsten wat betreft het Meerjarig Financieel Kader (MFK) voor het EOM? Steunt u het amendement van het Europees parlement om het budget voor het jaar 2021 van het EOM op te hogen naar 55 miljoen euro?

Fundamentele rechten

Verder merken de leden van de D66-fractie op dat er in raadsverband waarschijnlijk conclusies zullen worden aangenomen over de toepassing van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie in 2019. Zij lezen dat het kabinet deze conclusies kan steunen wanneer deze voldoende ambitie vertonen op het vlak van de democratische rechtsstaat. Waar doelt u dan precies op? Wat moet erin staan wil het kabinet instemmen? Welke andere lidstaten deelde de wens van Nederland voor diezelfde ambitie voor fundamentele rechten?

Vervolg van de Schrems II uitspraak

De leden van de D66-fractie horen graag, nu ook het Hof van Justitie van de Europese Unie aangeeft dat het Privacy Shield onvoldoende privacywaarborgen biedt, of de Commissie weer rond de tafel gaat met de Verenigde Staten? Hoe gaat de Commissie nu wel zorgen dat privacybescherming voldoende wordt gerespecteerd door de Verenigde Staten? Welke consequenties verbindt u aan de uitspraak van het Hof, nu bedrijven geen persoonsgegevens meer legaal kunnen doorgeven van de EU naar de Verenigde Staten om daar op te slaan?

Digitale nalatenschap

De leden van de D66-fractie zijn verheugd dat digitale nalatenschap geagendeerd is voor de lunchbespreking. Voor al onze «fysieke» bezittingen regelt het erfrecht immers wie de erfgenaam is, maar op dit moment bestaan voor het digitaal nalatenschap geen duidelijke regels, noch via wetten, noch via jurisprudentie. Het is een juridisch doolhof. Kunt u verduidelijken wat de Nederlandse inzet bij de lunchbespreking zal zijn? Zal u pleiten voor Europese wetgeving voor de verwerking van persoonsgegevens en social-media accounts van overleden personen? Zo nee, waarom niet?

Ook vragen de leden van de D66-fractie hoe uitvoering is gegeven heeft aan de motie Den Boer c.s. (Kamerstuk 35 300 VII, nr. 26) hieromtrent?

EU-rechtsstatelijkheidsrapporten

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de eerste jaarlijkse EU-rechtsstatelijkheidsrapporten van de Commissie, uitgebracht op 30 september 2020. Kunt u met een uitgebreide kabinetsreactie komen op het rapport over Nederland? Kunt u toelichten hoe deze rapporten nu in de Raad de komende tijd besproken zullen worden? Wat is de inzet van Nederland hierbij?

Verder vernamen de leden van de D66-fractie uit de media dat Nederland tegen de Raadspositie heeft gestemd op 30 september 2020 t.a.v. het rechtsstaatmechanisme voor het MFK. Klopt dat? Zo ja, kunt u de redenen uiteenzetten waarom dat gedaan is? Welk aspect was met name problematisch voor Nederland? Wat wordt de inzet op dit dossier de komende maanden om alsnog een ambitieus rechtsstaatmechanisme te garanderen?

4. Vragen en opmerkingen vanuit de SP-fractie

EU strategie bestrijding seksueel kindermisbruik

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de EU-strategie bestrijding seksueel kindermisbruik. Deze leden steunen de aanpak van seksueel kindermisbruik, vanzelfsprekend. Het is een verschrikkelijke praktijk die jonge levens verwoest. Dat verdient de aandacht, ook vanuit Brussel.

Toch merken de leden op dat juist Nederland koploper is in het hosten van kinderporno. Wil Nederland grote stappen zetten dan zal het in eerste instantie bij zichzelf te rade moeten gaan wat nodig is. Daarom zijn de leden van de SP-fractie erg benieuwd of u kan aangeven tegen welke internationale knelpunten u aanloopt bij de aanpak van seksueel kindermisbruik in Nederland. Wat zou de meerwaarde van de Europese aanpak bij die knelpunten kunnen zijn? Gezien de omvang van het probleem willen deze leden het belang van deze twee vragen extra benadrukken.

De leden van de SP-fractie lezen in de EU-aanpak bestrijding seksueel misbruik dat de bestaande richtlijn ter bestrijding van seksueel kindermisbruik nog niet overal is geïmplementeerd. De Nederlandse regering zegt die richtlijn wel geïmplementeerd te hebben, maar in de EU-strategie staat beschreven dat de Europese Commissie nog met Nederland hierover in dialoog is. Wat houdt dit in en wat is de stand van zaken van die gesprekken? Kunnen deze leden opmaken uit het fiche van de regering dat volledige implementatie neerkomt op een wijziging van het wetsvoorstel seksuele misdrijven?

De leden van de SP-fractie lezen in de EU-aanpak dat er budgetten uit verschillende fondsen beschikbaar worden gesteld voor (technische innovatie in) de aanpak van seksueel kindermisbruik. Hoe kijkt u aan tegen dit voornemen van de Commissie? Zouden lidstaten niet zelf in staat moeten zijn om partners in de aanpak van seksueel kindermisbruik te financieren? Wat is nu eigenlijk het nut van dit rondpompen van geld van lidstaten naar Brussel en weer terug naar de lidstaten?

Daarnaast kondigt de Commissie aan een centrum voor de aanpak van seksueel kindermisbruik te openen. De leden van de SP-fractie zijn benieuwd hoe u de meerwaarde van een dergelijk centrum inschat. Zouden de lidstaten niet zelf in staat moeten zijn om preventie, hulp aan slachtoffers en rechtshandhaving te faciliteren? Waarom wordt deze kennis en expertise, in ieder geval op het gebied van rechtshandhaving, niet ondergebracht bij Europol of Eurojust? In andere woorden welke meerwaarde ziet u in dit nieuwe centrum?

Enige tijd geleden zijn schriftelijke vragen gesteld over de visie van de regering op een vergewisplicht voor pornosites ter preventie van onder andere kinderporno. In de beantwoording van vraag 9 (2020D37494) gaf de regering aan dat aanbieders van hostingdiensten, waaronder pornosites, niet verantwoordelijk zijn voor informatie die zij hosten, behalve als die sites kennis hebben van of redelijkerwijs behoren te weten dat de inhoud illegaal is. Dit geeft pornosites een vrij passieve rol in het voorkomen dat seksueel materiaal van minderjarigen wordt verspreid. Deze juridische verantwoordelijkheid zou, aldus de regering, voortkomen uit de Richtlijn voor elektronische handel. Bent u voornemens om de aangekondigde doorlichting en wijziging van de EU-strategie ter bestrijding van seksueel kindermisbruik aan te grijpen om de verantwoordelijkheid van pornosites te wijzigen in een actieve inspanning, bijvoorbeeld door middel van een vergewisplicht zoals waar hiervoor naar is verwezen, om illegale inhoud op hun sites te voorkomen? Graag een met redenen bekleedde reactie.

Europees Openbaar Ministerie (EOM)

De leden van de SP-fractie lezen in de EU-strategie voor de veiligheidsunie dat de Europese Commissie nog altijd voornemens is om het mandaat van het EOM uit te breiden. Daarnaast lezen zij dat OLAF, Europol, Eurojust en het EOM nauwer moeten samenwerken en de informatie-uitwisseling moeten verbeteren. Hoe kan dat, nu het EOM helemaal nog niet actief is? Concludeert u dan ook dat de Europese Commissie, die apolitiek zou zijn, wel degelijk een eigen politieke agenda lijkt te hebben in plaats van te kijken naar eventuele behoeften die er leven bij de lidstaten? Neemt u nadrukkelijk afstand van de voorgenomen plannen van de Europese Commissie om het mandaat van het EOM, in welke richting dan ook, uit te breiden in lijn met de motie van het lid Leijten (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1360)?

Vervolg van de Schrems II uitspraak

De leden van de SP-fractie hebben kennis genomen van de uitspraak van het Europese Hof van Justitie wat betreft EU-US Privacy Shield, de zogenaamde Schrems II-uitspraak. Deze uitspraak toont wat deze leden betreft aan hoe precair het uitwisselen van data tussen lidstaten is. Een adequaat stelsel van gegevensbescherming in zowel de EU als in derde landen is belangrijk, vooral in de digitale wereld van heden. De eerste Schrems-uitspraak toonde dit al aan. Hoe heeft het kunnen gebeuren dat deze situatie zich opnieuw heeft voorgedaan? Hoe waardeert de regering deze situatie? Welke verwachtingen heeft de regering met betrekking tot de snelheid waarmee het EU-US Privacy Shield weer in werking kan treden? Is er een kans dat de Verenigde Staten helemaal niet adequaat bevonden kunnen worden op het gebied van gegevensbescherming? Wat toont deze situatie aan met betrekking tot de afhankelijkheid van Nederland op dit gebied? Welke verantwoordelijkheid kan en moet Nederland nu zelf nog nemen als het gaat om het uitwisselen van persoonsgegevens, en het oordeel of een bepaald niveau van gegevensbescherming voldoende is?

RescEU

De SP-fractie heeft met verbazing kennisgenomen van de intentie om deel te nemen aan RescEU. Dit betreuren de leden zeer aangezien een motie van het lid Van Nispen (Kamerstuk 32 317, nr. 539) die dit moest voorkomen vorig jaar door de Kamer is aangenomen. Deze leden willen benadrukken dat zij voorstander zijn van samenwerking. Zeker bij rampen en crises. Solidariteit is dan van groot belang. Maar daarvoor is overdracht van bevoegdheden niet per definitie het beste, noch wenselijk. Deze leden vrezen dat het niet altijd effectief zal zijn als de Europese Commissie zich met een crisis gaat bemoeien in plaats van solidariteit faciliteert tussen lidstaten die acute hulp nodig hebben vanwege grote bosbranden of overstromingen. Voornoemde leden zijn dan ook erg benieuwd naar de toelichting op het besluit om toch deel te nemen. Kunt u daarom een reconstructie maken van wat er zich tussen voornoemde motie op 12 februari 2019 en 25 september jl., de dag waarop de aanvraag van Nederland bij de Commissie is ingediend, heeft afgespeeld? Kunt u daarbij specifiek toelichten waarom het kabinet de betreffende motie naast zich neer lijkt te leggen. Wat zijn nu de doelstellingen van de in totaal 3 miljard euro voor RescEU? Hoe verhoudt RescEU zich tot EU4Health? Zijn er specifieke doelstellingen aan RescEU toegekend in verband met de bestrijding van corona? Gaat het programma ook nog steeds over brandweerwagens en blushelikopters met Europese vlaggen? Hebben de leden van de SP-fractie het goed begrepen dat de Europese Commissie bovendien ook nog eens de mogelijkheid krijgt om zelf aanbestedingen te starten voor de aanschaf van bijvoorbeeld materiaal? Welke zeggenschap behouden lidstaten over de onderdelen van het programma? Bent u van mening dat de coronacrisis is gebruikt om verantwoordelijkheden, die tot de kern van verantwoordelijkheden van natiestaten behoren, af te nemen ten gunste van de Europese Commissie?

EU-rechtsstatelijkheidsrapporten

Op 30 september jl. was het eindelijk zo ver, na lang wachten en zelfs politieke onderhandelingen, is de rechtsstaatscheck gepubliceerd. Hongarije greep voorafgaand aan de presentatie van het rapport, het rapport aan om het ontslag van de Europese commissaris Jourová te eisen. Ook de onderhandelingen over het coronaherstelfonds en voorwaarden daaraan werden er met de haren bij gesleept. Het dreef de verwachtingen hoog op. Maar de rechtsstaatcheck blijkt een grote teleurstelling, aldus de leden van de SP-fractie. Zelfs de betreffende Eurocommissaris, Jourová, gaf in de richting van Polen en Hongarije aan dat het slechts als waarschuwing geldt voor de gevreesde artikel 7-procedure. De rechtsstaatscheck geldt dus slechts als waarschuwing en lost de Europese rechtsstaatscrisis niet op. Een gemiste kans, aldus deze leden. Zo lezen de aan het woord zijnde leden in de paragraaf over de Poolse rechtsstaat slechts dat die rechtsstaat onderwerp van discussie is en dat er een artikel 7-procedure is opgestart vanwege hervormingen van de rechterlijke macht. Niets nieuws. Het is voor de leden van de SP-fractie overduidelijk dat deze langverwachte check niet oplevert wat er was gehoopt. Hoe waardeert u deze rechtsstaatscheck? Wat had u er zelf van verwacht? Wat vindt u van de kritiek op Nederland en het grote aantal landen waarop stevige kritiek is geuit? Spreekt hier volgens u ook de urgentie van de problemen uit die door de leden van de SP-fractie in de vorige paragraaf al uiteen is gezet? Kunt u een perspectief schetsen?

Rechtsstaat Polen

De leden van de SP-fractie vragen ook deze keer weer aandacht voor de rechtsstaat die in Europa onder druk is komen te staan. De situatie in Polen is inmiddels zo ver geëscaleerd dat de uitlevering tussen Polen en Nederland tot stilstand is gebracht. De Internationale Rechtskamer heeft het vertrouwen in de Poolse rechtsstaat opgezegd en de Poolse rechtsstaat betaalt met gelijke munt terug. Een gekidnapte, gehandicapte, Nederlandse jongen wordt hier het slachtoffer van. Een schande, zo spreken de leden van de SP-fractie uit. Maar zij benadrukken dat het ergste van deze situatie is dat dit er al lange tijd aan zat te komen en niemand iets deed. De Europese Raad kon het niet voorkomen, de Europese Commissie niet en natuurlijk het Europees parlement niet. De bal ligt nu vanwege prejudiciële vragen bij het Hof van Justitie van de Europese Unie. Maar het kwaad is al geschiedt. Hoe kijkt u tegen deze bizarre situatie aan? Welke stappen gaat u zetten op korte termijn? Hoelang nog voordat er licht aan de horizon verschijnt? Actie is nodig, zo stellen deze leden, want anders escaleert de situatie verder.

Brexit

De leden van de SP-fractie merken op dat een no-deal-Brexit aanstaande lijkt. Vanaf het moment van een Brexit hebben de Nederlandse politie-, veiligheids- en douanediensten geen toegang meer tot de informatie van de Britten en andersom. Ook het uitleveren van verdachten zal vanaf dat moment aanzienlijk meer tijd in beslag gaan nemen. Een no-deal-Brexit slaat een enorm gat in de samenwerking op het gebied van justitie. Heeft u oog voor dit scenario? Is in kaart gebracht wat de gevolgen zullen zijn voor de justitiële samenwerking met de Britten zodra ze de EU definitief verlaten? Zijn de informatiestromen nog wel gewaarborgd vanaf het moment van vertrek? Kunnen onze diensten hun werk nog wel doen als er samenwerking met de Britten is vereist? Zijn er allerlei (cruciale) processen die vertraging op kunnen gaan lopen? Weten de Nederlandse en Britse diensten elkaar nog wel te vinden na Brexit? Kunt u ingaan op deze zorgen?

II. Reactie van de bewindspersonen

Naar boven