Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu hebben verschillende fracties
de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Infrastructuur
en Milieu over haar brieven d.d. 4 april 2017 «Vervanging Regeringsvliegtuig» (Kamerstuk
34 550 XII, nr. 73) en d.d. 11 april 2017 «Verkoop Regeringsvliegtuig KBX» (Kamerstuk 34 550 XII, nr. 74).
De fungerend voorzitter van de commissie, Van Veldhoven
De adjunct-griffier van de commissie, Koerselman
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsreactie en beantwoording
van eerdere schriftelijke vragen rond de gang van zaken bij de vervanging van het
regeringstoestel. Zij hebben nog wel enkele vragen ter verduidelijking.
De leden van de D66-fractie danken de Minister voor de spoedige beantwoording van
de eerdere schriftelijke Kamervragen aangaande dit onderwerp. De leden van deze fractie
maken graag van deze gelegenheid gebruik om nog een aantal aanvullende vragen te stellen.
Algemeen
De leden van de VVD-fractie vragen of kan worden uitgelegd wat precies de vereisten
zijn om een exclusief onderhandelingstraject te kunnen starten met één partij, een
partij die op grond van andere inhoudelijke elementen is afgewezen als potentiële
aanbieder. Voorts vragen zij op basis van welke gronden in de Aanbestedingswet is
besloten tot een zogenoemde doorstart. Welke mogelijkheden biedt de Aanbestedingswet
om inzicht te geven in de afwijzingsgronden, met of zonder vermelding van de inschrijvers?
De leden van de VVD-fractie vragen of kan worden toegelicht of, en in hoeverre, Boeing
tussentijds nog zijn inschrijving, die in eerste instantie is afgewezen, inhoudelijk
heeft aangepast alvorens het onderhandelingstraject werd gestart. Zo ja, hadden procedureel
gezien de andere, afgewezen partijen hiervan op de hoogte moeten worden gesteld en
had hun deze mogelijkheid ook moeten worden geboden? Hoe duidt de Minister het recente
offensief van Airbus om alsnog voor de aanbesteding in aanmerking te kunnen komen?
Kan inzake de huidige keuze nog worden toegelicht of er ook beoordeeld is in hoeverre
de gebruikte technologieën («fly by wire») toekomstbestendig zijn?
De leden van de D66-fractie merken op dat in het feitenrelaas inclusief tijdlijn dat
aan de Kamer is verschaft geen melding wordt gemaakt van het moment waarop de Koning
besloot dan wel mededeelde dat hij zich wilde omscholen voor een Boeing 737. Er wordt
slechts melding gemaakt van de datum waarop de Rijksvoorlichtingsdienst hierover een
mededeling deed, te weten op 18 mei 2016. De leden van deze fractie vragen of hierover
duidelijkheid geboden kan worden, zodat de Kamer kan beschikken over het volledige
feitenrelaas inclusief tijdlijn.
De leden van de D66-fractie constateren dat er geen antwoord gegeven wordt op de vraag
waarom er niet gekozen is voor het overdoen van de aanbesteding, zodat meerdere partijen
wederom de kans hadden gekregen om onder de juiste voorwaarden een concurrerend bod
uit te brengen. De leden van deze fractie lezen slechts een antwoord dat ingaat op
de vraag wat er was gebeurd als het onderhandelingstraject met Boeing niet tot een
voor het kabinet aanvaardbare uitkomst zou hebben geleid. Deze leden vragen of er
alsnog antwoord gegeven kan worden op de vraag waarom er niet toe besloten is om de
gehele aanbesteding over te doen, temeer omdat ook Boeing immers niet aan alle drie
de eisen voldeed.
II Reactie van de bewindspersoon