Vragen van het lid Van der Graaf (ChristenUnie) aan de Ministers voor Rechtsbescherming en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Een zaal vol Oekraïense draagmoederbaby’s wacht op ouders» (ingezonden 25 mei 2020).

Vraag 1

Bent u bekend het met bericht «Een zaal vol Oekraïense draagmoederbaby’s wacht op ouders»?1

Vraag 2

Bent u ook geschokt over dit bericht en de schrijnende beelden van een zaal vol pasgeboren baby’s?

Vraag 3

Herinnert u zich uw uitspraken tijdens het algemeen overleg herijking ouderschap van 14 november 2019 waarin u aangaf dat alles er op gericht zal moeten om praktijken als deze – u gebruikte het woord kinderfarms – te voorkomen? Kunt u uw inzet op dit punt nader toelichten?

Vraag 4

Op welke manier zullen wanpraktijken als deze, conform het toegezegde bij eerdergenoemd algemeen overleg, worden uitgesloten? Is het mogelijk bij internationaal draagmoederschap te garanderen dat dergelijke praktijken niet hebben plaatsgevonden? Zo nee, wat betekent dit dan wat u betreft voor het al dan niet juridisch onmogelijk maken van internationaal draagmoederschap?

Vraag 5

Bent u bereid initiatief te nemen om te komen tot een internationaal verdrag om misstanden bij (commercieel) draagmoederschap te voorkomen?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de van het lid Van der Staaij (SGP), ingezonden 20 mei 2020, (vraagnummer 2020Z09104)


X Noot
1

Nos.nl, 15 mei 2020

Naar boven