Vragen van het lid Van der Graaf (ChristenUnie) aan de Ministers voor Rechtsbescherming en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Een zaal vol Oekraïense draagmoederbaby’s wacht op ouders» (ingezonden 25 mei 2020).

Mededeling van Minister Dekker (Rechtsbescherming), mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 15 juni 2020).

Vraag 1

Bent u bekend het met bericht «Een zaal vol Oekraïense draagmoederbaby’s wacht op ouders»?1

Vraag 2

Bent u ook geschokt over dit bericht en de schrijnende beelden van een zaal vol pasgeboren baby’s?

Vraag 3

Herinnert u zich uw uitspraken tijdens het algemeen overleg herijking ouderschap van 14 november 2019 waarin u aangaf dat alles er op gericht zal moeten om praktijken als deze – u gebruikte het woord kinderfarms – te voorkomen? Kunt u uw inzet op dit punt nader toelichten?

Vraag 4

Op welke manier zullen wanpraktijken als deze, conform het toegezegde bij eerdergenoemd algemeen overleg, worden uitgesloten? Is het mogelijk bij internationaal draagmoederschap te garanderen dat dergelijke praktijken niet hebben plaatsgevonden? Zo nee, wat betekent dit dan wat u betreft voor het al dan niet juridisch onmogelijk maken van internationaal draagmoederschap?

Vraag 5

Bent u bereid initiatief te nemen om te komen tot een internationaal verdrag om misstanden bij (commercieel) draagmoederschap te voorkomen?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingsamenwerking dat de schriftelijke vragen van het lid Van der Graaf (ChristenUnie), van uw Kamer aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Een zaal vol Oekraïense draagmoederbaby’s wacht op ouders» (ingezonden 25 mei 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Nos.nl, 15 mei 2020

Naar boven