Vragen van de leden Beckerman en Futselaar (beiden SP) aan de ministers van Economische Zaken en van Infrastructuur en Milieu over de gevolgen van gasboringen in de Wadden (ingezonden 10 mei 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten over de gevolgen van de gasboringen in de Wadden?1

Vraag 2

Blijkt inderdaad uit recent onderzoek van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) dat de voorspellingen van de bodemdaling zeer onzeker is na het stopzetten van de productie? Klopt het dat gebruikte modellen en kennis over de diepe ondergrond niet in staat zijn de historische bodemdaling te verklaren en gemeten bodemdaling niet met een redelijke betrouwbaarheid te voorspellen is? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 3

Wanneer brengt het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) zijn oordeel over genoemd NAM-rapport aan u uit? Bent u bereid dat oordeel samen met een reactie van uw kant zo spoedig mogelijk aan de Kamer te zenden?

Vraag 4

Is het beleidsuitgangspunt nog steeds dat «als gevolg van diepe delfstofwinning geen significante negatieve gevolgen optreden op de beschermde natuurwaarden van het Natura 2000-gebied Waddenzee en aangrenzende Natura 2000-gebieden»?2

Vraag 5

Is tevens nog steeds het uitgangspunt voor de methodiek dat «de sedimentatie de bodemdaling kan bijhouden en dat de natuurlijke kenmerken van het waddensysteem (in de gebieden waar bodemdaling optreedt) niet worden aangetast3 en dat een gemiddelde bodemdalingssnelheid in dat licht een bepaalde maximumwaarde niet mag overschrijden»? Klopt het dat die maximumwaarde zo bepaald is dat wadplaten door de optredende sedimentatie geen negatieve gevolgen ondervinden van de bodemdaling?

Vraag 6

Is er sprake van een (dreigende) overschrijding van het meegroeivermogen van het kombergingsgebied? Zo nee, waarom niet?4

Vraag 7

Wat is uw reactie op het feit dat naar aanleiding van het besluit om in 2011 meer gaswinning in de wadden toe te staan, de NAM uiterlijk in 2015 met een Long Term Subsidence Studie (LTS-studie) moest komen, ook het uitstel tot februari 2017 daarvan heeft overschreden? Is hierbij naar uw mening sprake van traineren? Zo nee, kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 8

Bent u bereid uitvoering te geven aan uw toezegging: «Indien de meet- en monitoringsresultaten en het advies van de Auditcommissie aangeven dat een (dreigende) overschrijding van het meegroeivermogen aan de orde is, zal ik de gaswinning in het betreffende gebied geheel of gedeeltelijk stil leggen» («hand aan de kraan»)?5 Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Op welke wijze gaat u uitvoering geven aan de motie Smaling c.s. (Kamerstuk 29 684, nr. 136) die uitspreekt dat bij afwegingen over het Waddengebied behoud van de natuurlijke schoonheid en de ecologische kwaliteit altijd voorop dient te staan?


X Noot
1

Persbericht Waddenvereniging 4 mei 2017: Schokkende resultaten onderzoek lange termijn effecten gaswinning Waddenzee. En dagblad Trouw: Waddenvereniging schrikt van gevolgen gasboringen

X Noot
2

Kamerstuk 29 684, nr.  140 blz. 3

X Noot
3

Idem

X Noot
4

Indien de totale bodemdaling in combinatie met de zeespiegelstijging het meegroeivermogen overschrijdt is er sprake van een (dreigende) overschrijding.

X Noot
5

Kamerstuk 29 684 nr. 144.

Naar boven