Vragen van het lid Jasper vanDijk (SP) aan de Minister van Defensie over slachtoffers van chroomverf (ingezonden 20 mei 2016).

Vraag 1

Wat is uw oordeel over de uitzending van EenVandaag «Zieke slachtoffers gifverf klagen Defensie aan»?1

Vraag 2

Begrijpt u dat de slachtoffers van chroomverf moe zijn van het wachten op uw onderzoek, omdat velen van hen ernstig ziek zijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Bent u bekend met de oprichting van de Stichting Gedupeerden Gevaarlijke Stoffen NL-POMS (Prepositional Organizational Material Storage)? Op welke manier draagt u eraan bij om de doelstellingen van deze stichting te realiseren?

Vraag 4

Wat is uw oordeel over de enquête van de ex-POMS-medewerkers, waaruit bijvoorbeeld blijkt dat 68 procent van de oud-medewerkers kampt met gezondheidsklachten?2

Vraag 5

Kunt u een overzicht leveren van medische aandoeningen van de ruim 2.500 (oud-)medewerkers die zich tot nu toe bij het meldpunt van het Centrum voor Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel (CAOP) hebben laten registreren? Zo nee, waarom niet?3

Vraag 6

Bent u bereid om ook de gevolgen van het werken met andere gevaarlijke stoffen te onderzoeken, zoals verarmd uranium? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

In hoeverre wordt in het RIVM-onderzoek (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) naar chroomverf – anders dan bij het onderzoek naar PX-10, waar gekeken is naar een algemeen ervaringsnorm – rekening gehouden met individuele werkervaringen?

Vraag 8

Is het waar dat «het merendeel» van het RIVM-onderzoek dit jaar naar buiten komt? Zo nee, wanneer komt het onderzoek wel naar buiten?

Vraag 9

Deelt u de mening dat de slachtoffers van chroomverf zo snel mogelijk gerechtigheid moeten krijgen?

Naar boven