Vragen namens de leden Slob (ChristenUnie), Van der Staaij (SGP) en Wilders (PVV) aan de Minister-President over de herdenking van de Armeense genocide (ingezonden 16 maart 2015).

Vraag 1

Staat het kabinet onverkort achter de uitvoering van de motie-Rouvoet c.s.1 waarin de regering wordt opgeroepen de erkenning van de Armeense genocide voortdurend en nadrukkelijk onder de aandacht van Turkije te brengen? Hoe staat dit in verhouding tot de stelling van de Minister van Buitenlandse Zaken dat het «niet aan het kabinet zelf is om deze historische gebeurtenissen met zeer inhumane gevolgen te duiden»?2

Vraag 2

Bent u in de geest van de motie Rouvoet c.s. bereid om zelf aanwezig te zijn bij de 100-jarige herdenking van de Armeense genocide op 24 april aanstaande in Armenië? Bent u tevens bereid om één van de verschillende herdenkingen van de Armeense genocide in Nederland bij te wonen? Zo nee, bent u bereid een lid van de regering af te vaardigen? Zo nee, waarom niet?


X Noot
1

Kamerstuk 21 501-20, nr. 270.

X Noot
2

Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken aan de Tweede Kamer d.d. 28 januari 2015 (zaaknummer 2015Z01427).

Naar boven