Vragen van het lid Rebel (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie en aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht inzake een wetenschappelijk experiment met het telen van wiet in Utrecht (Ingezonden 13 september 2013)

Vraag 1

Kent u het bericht «Utrecht tart Opstelten met steun aan wietclub», het persbericht van de gemeente Utrecht «Cannabisexperimenten in Utrecht stap verder» en herinnert u zich uw antwoorden op eerdere over de mogelijkheden om in Utrecht een cannabisclub op wetenschappelijke gronden te stichten?1 2 3

Vraag 2

Wat is de stand van zaken ten aanzien van de in het persbericht genoemde aanvragen voor ontheffing van de verboden zoals opgenomen in de Opiumwet?

Vraag 3

Heeft u eerder verzoeken gekregen voor ontheffing voor het telen van cannabis bestemd voor wetenschappelijk onderzoek naar de geneeskundige toepassing van hennep en hasjiesj? Zo ja, welke concrete verzoeken betreft het en wat was uw oordeel over die verzoeken?

Vraag 4

Deelt u de mening dat met een ontheffing van de verboden opgenomen in de Opiumwet, het niet meer aan justitie is om op grond van de Opiumwet op te treden tegen een wietclub aan wie deze ontheffing is verleend? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de mening dat het aan de lokale driehoek is om, in geval er bijvoorbeeld sprake is van overlast of strafbare feiten, in het kader van lokaal maatwerk op te treden tegen een wietclub? Zo nee, waarom niet?


X Noot
1

Algemeen Dagblad, 11 september 2013

X Noot
3

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, Aanhangsel der Handelingen, nr. 2624

Naar boven